Controle met de liniaal
Fokkema herinnerde zich ook de kledingvoorschriften en de rituelen: de heren een pak, wit over-hemd en stropdas, en het aanspreken met de achternaam. Het werken op zaterdag was een malus die niet werd geconsumeerd: ‘Op de zaterdagochtend wordt weinig uitgevoerd. Men koopt de dikke Telegraaf bij de sigarenboer, moorkoppen bij Hus en men zingt Daar waar het koetje loeit.’
Het ophalen van het loon in de kantine was een evenement. Het loon werd ter plekke uitgeteld en in een papieren zakje gedaan. Er was een jolige collega die elke maand zijn loonzakje voor zijn huisdeur legde, aanbelde en op de hoek van de straat ging kijken hoe zijn vrouw opendeed en met blijdschap het zakje opraapte.