Prevalentiemonitor Huiselijk Geweld en Seksueel Grensoverschrijdend gedrag 2024

6. Online seksuele intimidatie

Vervelende seksueel getinte opmerkingen, ongewenste aanrakingen of gedwongen seksuele handelingen zijn allemaal voorbeelden van ongewenst seksueel gedrag. Dit kan thuis of op straat gebeuren (zie hoofdstuk 5), maar ook via het internet, bijvoorbeeld via sociale media, WhatsApp, (video)chat of e-mail. In dit hoofdstuk gaat het over ongewenste seksuele ervaringen op het internet.

6.1 Slachtofferschap

In 2024 gaf een op de tien mensen van 16 jaar of ouder (10 procent) aan dat zij in de afgelopen vijf jaar online een of meerdere ongewenste seksuele ervaringen hebben meegemaakt. Vijf procent (ruim 760 duizend mensen) overkwam dit in de afgelopen 12 maanden. In 2024 is het slachtofferschap van online seksuele intimidatie afgenomen, vergeleken met 2022. Dit geldt voor zowel de ervaringen in de afgelopen vijf jaar (destijds 11 procent), als die in de afgelopen 12 maanden (destijds 6 procent). In 2022 was juist nog sprake van een toename ten opzichte van 2020. De cijfers van 2024 zijn vergelijkbaar met 2020.

Het maken van seksueel kwetsende opmerkingen of grapjes, het ongewenst naaktfoto’s of seksfilmpjes sturen, het aandringen op een date, het aandringen op het sturen van persoonlijke seksuele foto’s of filmpjes en het tonen van iemands naakte billen, borsten of geslachtsdelen zijn vormen van online seksuele intimidatie die het vaakst voorkwamen (allen 2 procent).

6.1.1 Slachtoffers online seksuele intimidatie in afgelopen 12 maanden1)
 2024 (% personen van 16 jaar of ouder)2022 (% personen van 16 jaar of ouder)2020 (% personen van 16 jaar of ouder)
Online seksuele intimidatie totaal5,26,45,4
waarbij iemand ongewenst:
Seksueel kwetsende opmerkingen maakte2,23,02,1
Naaktfoto's of seksfilmpjes stuurde2,02,52,0
Bleef aandringen op een date1,72,11,8
Vroeg om seksuele foto's of filmpjes1,62,11,6
Billen, geslachtsdelen of borsten liet zien1,62,01,3
Bleef aandringen op seks1,01,21,0
Liet zien dat hij/zij masturbeerde0,91,10,7
Dwong tot het overmaken van geld0,60,50,8
Dwong tot uitkleden of masturberen0,10,20,1
Naaktfoto of seksfilmpje verspreidde0,10,10,1
Een naaktfoto of seksfilmpje maakte0,10,10,1
Nepnaaktfoto of nepseksfilmpje verspreidde0,10,00,1
Bron: CBS, WODC
1) Meerdere antwoorden mogelijk.

Slachtoffers naar kenmerken

Vrouwen geven vaker dan mannen aan dat zij in de afgelopen 12 maanden ongewenst seksueel gedrag hebben meegemaakt op internet (6 tegen 4 procent). Jongeren zijn duidelijk het vaakst slachtoffer van online seksuele intimidatie, en dan met name jonge vrouwen. Zo kreeg 22 procent van de 16- tot 18-jarige vrouwen en 21 procent van de 18- tot 24-jarige vrouwen hier in de afgelopen 12 maanden mee te maken. Bij mannelijke leeftijdsgenoten was dit percentage lager (7 à 8 procent). Daarbij krijgen homoseksuele mannen en bi-plus vrouwen er relatief vaak mee te maken.

6.1.2 Slachtoffers online seksuele intimidatie in afgelopen 12 maanden naar kenmerken, 2024
   2024 (% personen van 16 jaar of ouder)
Totaal5,2
GeslachtVrouwen6,4
GeslachtMannen3,9
Leeftijd16 tot 18 jaar14,4
Leeftijd18 tot 24 jaar14,4
Leeftijd24 tot 45 jaar7
Leeftijd45 tot 65 jaar3
Leeftijd65 jaar of ouder1,1
Seksuele oriëntatieHomoseksuele vrouwen7,1
Seksuele oriëntatieHomoseksuele mannen17,3
Seksuele oriëntatieBi-plus vrouwen12,9
Seksuele oriëntatieBi-plus mannen7,9
Seksuele oriëntatieHeteroseksuele vrouwen5,9
Seksuele oriëntatieHeteroseksuele mannen3,1
Bron: CBS, WODC

Vrouwen krijgen vaker dan mannen met de volgende vormen van online seksuele intimidatie te maken: seksueel kwetsende opmerkingen of grapjes (3 tegen 2 procent), ontvangen van naaktfoto’s of filmpjes (3 tegen 1 procent), aandringen op een date (3 tegen 1 procent), vragen om seksuele foto’s of filmpjes (2 tegen 1 procent), iemand zijn naakte lichaam te zien krijgen (2 tegen 1 procent), masturbatie te zien krijgen (1,4 tegen 0,4 procent) en het aandringen op seks (1,2 tegen 0,7 procent). In alle gevallen gaat het om ongewenste ervaringen.

Mannen krijgen vaker dan vrouwen te maken met dwang om geld over te maken om verspreiding van naaktfoto’s of filmpjes te voorkomen (0,9 tegen 0,2 procent).

6.1.3 Slachtoffers online seksuele intimidatie in afgelopen 12 maanden naar geslacht, 20241)
 Vrouwen (% personen van 16 jaar of ouder)Mannen (% personen van 16 jaar of ouder)
Online seksuele intimidatie totaal6,43,9
waarbij iemand ongewenst:
Seksueel kwetsende opmerkingen maakte2,81,7
Naaktfoto's of seksfilmpjes stuurde2,61,3
Bleef aandringen op een date2,50,9
Vroeg om seksuele foto's of filmpjes2,30,9
Billen, geslachtsdelen of borsten liet zien2,30,8
Bleef aandringen op seks1,20,7
Liet zien dat hij/zij masturbeerde1,40,4
Dwong tot het overmaken van geld0,20,9
Dwong tot uitkleden of masturberen0,20,1
Naaktfoto of seksfilmpje verspreidde0,10,2
Een naaktfoto of seksfilmpje maakte0,10,1
Nepnaaktfoto of nepseksfilmpje verspreidde0,00,1
Bron: CBS, WODC
1) Meerdere antwoorden mogelijk.

Aantal vormen

Ruim de helft (51 procent) van de slachtoffers van 16 jaar of ouder is in de afgelopen 12 maanden slachtoffer geweest van één vorm van online seksuele intimidatie. De overige 49 procent kreeg met meerdere vormen te maken. Bij 28 procent ging het om 2 of 3 vormen en bij 21 procent om meer dan drie vormen.

6.1.4 Aantal vormen van online seksuele intimidatie, 2024
 2024
1 vorm51,3
2-3 vormen28
4-7 vormen19,1
meer dan 8 vormen1,5
Bron: CBS, WODC
Het betreft hier slachtoffers van online seksuele intimidatie van 16 jaar of ouder.

6.2 Structurele vormen

Ruim een op de acht slachtoffers (14 procent) in de afgelopen 12 maanden heeft structureel (minstens één keer per maand) te maken gehad met een vorm van online seksuele intimidatie (zie ook tabel 2 in bijlage A). Dit is 0,7 procent van de bevolking van 16 jaar of ouder (bijna 105 duizend mensen).

Naar verhouding gaat het vaak om seksueel kwetsende opmerkingen of grapjes, het laten zien van masturberen door de pleger, en het ongewenst sturen van naaktfoto’s of seksfilmpjes. Voor 6 procent van de slachtoffers zijn het maandelijkse ervaringen, voor 5 procent wekelijkse ervaringen, en bij voor 3 procent (bijna) dagelijkse ervaringen.

6.2.1 Structurele online seksuele intimidatie1) 2), 2024
 (Bijna) dagelijks (% slachtoffers van betreffende voorval in afgelopen 12 maanden)Wekelijks (% slachtoffers van betreffende voorval in afgelopen 12 maanden)Maandelijks (% slachtoffers van betreffende voorval in afgelopen 12 maanden)
Online seksuele intimidatie totaal3,14,95,7
waarbij iemand ongewenst:
Seksueel kwetsende opmerkingen maakte3,57,89,7
Liet zien dat hij/zij masturbeerde1,95,76,4
Naaktfoto's of seksfilmpjes stuurde2,93,36,8
Bleef aandringen op seks33,26,5
Billen, geslachtsdelen of borsten liet zien4,12,26,2
Vroeg om seksuele foto's of filmpjes3,33,45,6
Bleef aandringen op een date12,53,8
Dwong tot het overmaken van geld2,702
Bron: CBS, WODC
1) Meerdere antwoorden mogelijk. 2) De voorvallen 'dwong tot uitkleden of masturberen', 'een naaktfoto of seksfilmpje maakte', 'naaktfoto of seksfilmpje verspreidde' en 'nepnaaktfoto of nepseksfilmpje verspreidde' ontbreken i.v.m. te weinig waarnemingen.

6.3 Plegers

De pleger(s) van online seksuele intimidatie behoren vaak niet tot de huiselijke kring van gezin, familie, partner of ex-partner. Bij 92 procent van de slachtoffers komt de pleger van buiten deze kring. Bij 4 procent gaat het wel om een gezins- of familielid of om een (ex)-partner. Bij 3 procent van de slachtoffers gaat het om plegers zowel binnen als buiten de huiselijke kring, en 1 procent gaf geen antwoord.

De helft van de slachtoffers (50 procent) geeft aan dat de pleger(s) onbekend is/zijn. De rest kent de pleger(s) wel. Het gaat naar verhouding vaak om iemand die ze alleen via het internet kennen (36 procent), om iemand die ze niet goed kennen zoals een date of iemand die ze net hebben ontmoet (15 procent) of om iemand die ze kennen van het uitgaan of een feestje (12 procent).

Vaak gaat het om mannelijke plegers. Zo zegt 68 procent van de slachtoffers dat een man of meerdere mannen hen online seksueel geïntimideerd hebben. Bij 9 procent ging het om een vrouwelijke pleger of plegers. Daarnaast kreeg 9 procent te maken met zowel mannelijke als vrouwelijke plegers. Verder wil of kan een relatief groot deel (13 procent) niet aangeven wat het geslacht van de pleger(s) is.

6.3.1 Plegers online seksuele intimidatie1), 2024
 2022 (% slachtoffers in afgelopen 12 maanden)
Binnen huiselijke kring
mannelijke ex-partner3,8
mannelijke partner1,1
vrouwelijke partner0,5
vrouwelijke ex-partner0,3
moeder0,2
broer0,2
zus0,1
vader0
zoon0
dochter0
ander mannelijk familielid0,6
ander vrouwelijk familielid0,2
Buiten huiselijke kring
onbekende49,6
online kennis (niet in echt ontmoet)36,5
date / iemand net ontmoet14,7
kennis van uitgaan of feestje12,5
goede vriend(in)9,3
sekspartner (geen relatie)9
collega7,2
medeleerling / medestudent4,6
leidinggevende2,7
teamgenoot1,6
docent0,6
coach of trainer0,4
religieus leider0,4
arts of zorgverlener0,3
iemand anders12,8
Bron: CBS, WODC
1) Meerdere antwoorden mogelijk.

6.4 Gevolgen

Driekwart (77 procent) van de slachtoffers gaf aan geen gevolgen te hebben ondervonden van de ongewenste seksuele ervaringen die zij online hebben opgedaan. Bij 20 procent was dit wel het geval, 3 procent heeft geen antwoord gegeven (zie ook tabel 4 in bijlage A). Vrouwen geven even vaak als mannen aan gevolgen te hebben ondervonden.

Bij 13 procent van de slachtoffers heeft de online seksuele intimidatie geleid tot psychische problemen. Seksuele, relatie- en lichamelijke problemen komen minder vaak voor.

6.4.1 Gevolgen online seksuele intimidatie1), 2024
 2024 (% slachtoffers in afgelopen 12 maanden)
Heeft gevolgen gehad19,6
Psychische problemen13
Seksuele problemen6,3
Relatieproblemen4,8
Andere problemen met werk en/of opleiding2,8
Lichamelijk problemen2,6
Problemen met (een deel van) familie1,2
Kon (een tijdje) niet meer werken0,5
Andere problemen4,7
Bron: CBS, WODC
1) Meerdere antwoorden mogelijk.

Het percentage dat gevolgen ondervindt van online seksuele intimidatie verschilt naar de frequentie waarmee dit voorkomt: van de structurele slachtoffers ondervindt 31 procent gevolgen, tegen 18 procent van de incidentele slachtoffers.

6.5 Praten over ervaringen

Bijna zes op de tien slachtoffers (57 procent) hebben met iemand gesproken over de online seksuele intimidatie die zij hebben meegemaakt (zie ook tabel 5 in bijlage A). Aan de andere kant heeft 41 procent de ervaringen met niemand gedeeld. Een kleine groep (2 procent) wil of kan niet zeggen of ze er met iemand over hebben gepraat. Het percentage dat met iemand gesproken heeft over de ongewenste seksuele gebeurtenissen op het internet verschilt niet tussen slachtoffers die er structureel of incidenteel mee te maken kregen.

Slachtoffers spraken vooral met mensen uit de sociale kring. Zo sprak 37 procent met een vriend of vriendin, 17 procent met de partner en 11 procent met een ander gezins- of familielid over de ongewenste gebeurtenissen. Er wordt duidelijk minder gesproken met hulpverleners zoals een (huis)arts, psycholoog of maatschappelijk werker (6 procent) en met de politie (1,2 procent). Het Centrum Seksueel Geweld en Veilig Thuis werden zo goed als niet genoemd. Van de slachtoffers zegt 1 procent aangifte te hebben gedaan bij de politie.

6.5.1 Gepraat over online seksuele intimidatie1), 2024
 2024 (% slachtoffers in afgelopen 12 maanden)
Met iemand gepraat57,3
Vriend/vriendin36,9
Partner17,3
Ander gezins- of familielid11,1
Hulpverlener (bijv. (huis)arts, psycholoog)6
Politie 1,2
Hulpverlener Centrum Seksueel Geweld0
Medewerker Veilig Thuis0
Met iemand anders7,2
Bron: CBS, WODC
1) Meerdere antwoorden mogelijk.