Prevalentiemonitor Huiselijk Geweld en Seksueel Grensoverschrijdend gedrag 2024

5. Offline seksuele intimidatie

Dit hoofdstuk gaat over ervaringen met seksuele intimidatie waarbij er geen lichamelijk contact was. Het gaat uitsluitend over ervaringen die in de ‘echte wereld’ (offline), dus niet online plaatsvonden. Offline seksuele intimidatie kan variëren van ongewenste seksueel getinte opmerkingen tot het moeten aanschouwen van seksuele handelingen. De incidenten kunnen binnen en buiten de huiselijke kring hebben plaatsgevonden.

5.1 Slachtofferschap

In 2024 gaf 14 procent van de bevolking van 16 jaar of ouder aan de afgelopen vijf jaar weleens op een seksuele manier geïntimideerd te zijn, waarbij er geen lichamelijk contact was met de pleger maar de pleger wel fysiek aanwezig was. Dit percentage is de afgelopen twee jaar niet veranderd, maar is wel hoger dan in 2020 (12 procent). In 2024 gaf 8 procent (bijna 1,2 miljoen mensen) aan in de afgelopen 12 maanden offline seksuele intimidatie te hebben meegemaakt. Ook dit percentage is vergelijkbaar met 2022 maar hoger dan in 2020 (7 procent).

In de meeste gevallen werden ongewenste seksueel kwetsende opmerkingen of grapjes gemaakt (5 procent) of werden de slachtoffers op een seksuele manier aangestaard (4 procent). De andere vormen van offline seksuele intimidatie worden door 1 procent of minder genoemd.

5.1.1 Slachtoffers offline seksuele intimidatie in afgelopen 12 maanden1)
 2024 (% personen van 16 jaar of ouder)2022 (% personen van 16 jaar of ouder)2020 (% personen van 16 jaar of ouder)
Offline seksuele intimidatie totaal8,18,76,8
waarbij iemand ongewenst:
Opmerkingen, grapjes maakte4,95,44
Bleef staren op een seksuele manier4,14,53,5
Bleef aandringen op seks1,31,41,1
Bleef aandringen op een date1,21,41,1
Seksueel gerichte gebaren maakte11,10,9
Eigen naakte lichaam liet zien0,90,80,7
Naaktfoto's of seksfilmpjes liet zien0,60,80,6
Liet zien dat hij/zij masturbeerde0,50,50,4
Toekeek bij seksuele handelingen0,20,10,1
Naaktfoto of seksfilmpje verspreidde0,20,10,1
Naaktfoto of seksfilmpje maakte0,10,10,1
Bron: CBS, WODC
1) Meerdere antwoorden mogelijk.

Slachtoffers naar kenmerken

Vrouwen zijn vaker slachtoffer van offline seksuele intimidatie dan mannen, respectievelijk 12 procent van de vrouwen en 4 procent van de mannen. Daarnaast zijn jongeren, en dan met name 18- tot 24-jarigen, vaker slachtoffer dan ouderen. Jonge vrouwen maken dit het vaakst mee: 35 procent van de vrouwen in de leeftijd van 18 tot 24 jaar geeft aan in de afgelopen 12 maanden geïntimideerd te zijn. Dit is vier keer vaker dan hun mannelijke leeftijdsgenoten.

Heteroseksuele mensen worden minder vaak seksueel geïntimideerd dan mensen met een andere seksuele oriëntatie. Bi-plus vrouwen maken seksuele intimidatie het vaakst mee. Zo gaf 28 procent van hen aan dat zij in het afgelopen jaar werden geïntimideerd. Bij homoseksuele vrouwen is dit 12 procent en bij heteroseksuele vrouwen 10 procent. Er is geen significant verschil tussen bi-plus en homoseksuele mannen. Van de heteroseksuele mannen werd 3 procent slachtoffer.

Mensen met een afgeronde hbo- of wo-opleiding geven vaker aan slachtoffer te zijn van offline seksuele intimidatie dan mensen met afgeronde opleiding in het basisonderwijs, vmbo of mbo1 (zie ook tabel 1b in bijlage A). Verder zijn mensen die wonen in een zeer sterk stedelijke gemeente relatief vaak slachtoffer.

5.1.2 Slachtoffers offline seksuele intimidatie in afgelopen 12 maanden naar kenmerken, 2024
   2024 (% personen van 16 jaar of ouder)
Totaal8,1
GeslachtVrouwen11,9
GeslachtMannen4,2
Leeftijd16 tot 18 jaar17
Leeftijd18 tot 24 jaar21,9
Leeftijd24 tot 45 jaar12
Leeftijd45 tot 65 jaar4,8
Leeftijd65 jaar of ouder1,3
Seksuele oriëntatieHomoseksuele vrouwen12,3
Seksuele oriëntatieHomoseksuele mannen14,9
Seksuele oriëntatieBi-plus vrouwen27,9
Seksuele oriëntatieBi-plus mannen9,7
Seksuele oriëntatieHeteroseksuele vrouwen10,1
Seksuele oriëntatieHeteroseksuele mannen3,3
Bron: CBS, WODC

Vrouwen krijgen vaker dan mannen te maken met de volgende vormen van offline seksuele intimidatie: seksueel kwetsende opmerkingen of grapjes (7 tegen 3 procent), op een seksuele manier aanstaren (7 tegen 1 procent), aandringen op seks (2 tegen 1 procent), aandringen op een date (2 tegen 1 procent), seksuele bewegingen te zien krijgen (2 tegen 0,4 procent), iemand zijn naakte lichaam te zien krijgen (1,2 tegen 0,5 procent) en masturbatie te zien krijgen (0,8 tegen 0,2 procent). In alle gevallen gaat het om ongewenste ervaringen.

5.1.3 Slachtoffers offline seksuele intimidatie in afgelopen 12 maanden naar geslacht, 20241)
 Vrouwen (% personen van 16 jaar of ouder)Mannen (% personen van 16 jaar of ouder)
Offline seksuele intimidatie totaal11,94,2
waarbij iemand ongewenst:
Bleef staren op een seksuele manier7,30,8
Opmerkingen, grapjes maakte7,12,8
Bleef aandringen op seks1,80,7
Bleef aandringen op een date1,80,6
Seksueel gerichte gebaren maakte1,60,4
Eigen naakte lichaam liet zien1,20,5
Naaktfoto's of seksfilmpjes liet zien0,80,5
Liet zien dat hij/zij masturbeerde0,80,2
Toekeek bij seksuele handelingen0,20,1
Naaktfoto of seksfilmpje verspreidde0,10,2
Naaktfoto of seksfilmpje maakte0,10,1
Bron: CBS, WODC
1) Meerdere antwoorden mogelijk.

Aantal vormen

Van de slachtoffers maakte 57 procent in de afgelopen 12 maanden één vorm van seksuele intimidatie mee. Voor 43 procent gebeurde dit op meerdere manieren. Bij 34 procent ging het om twee of drie van de onderzochte vormen en 9 procent maakte meer dan drie verschillende vormen mee.

5.1.4 Aantal vormen van offline seksuele intimidatie, 2024
 2024
1 vorm56,7
2-3 vormen33,7
4-7 vormen8,4
meer dan 8 vormen1,1
Bron: CBS, WODC
Het betreft hier slachtoffers van offline seksuele intimidatie van 16 jaar of ouder.

5.2 Structurele vormen

Bij 14 procent van de slachtoffers (ruim 160 duizend mensen) die in de afgelopen 12 maanden geïntimideerd werden, had dit een structureel karakter (zie ook tabel 2 in bijlage A). Dat is 1 procent van de bevolking van 16 jaar of ouder.

Bij 7 procent van de slachtoffers gebeurde dit maandelijks, bij 4 procent wekelijks en bij 2 procent (bijna) elke dag. Het seksueel aangestaard worden en het ongewenst tonen van naaktfoto’s of seksfilmpjes hadden het vaakst een structureel karakter: respectievelijk 17 en 14 procent van de slachtoffers gaf aan dat dit structureel gebeurde.

5.2.1 Structurele offline seksuele intimidatie1), 2024
 (Bijna) dagelijks (% slachtoffers van betreffende voorval in afgelopen 12 maanden)Wekelijks (% slachtoffers van betreffende voorval in afgelopen 12 maanden)Maandelijks (% slachtoffers van betreffende voorval in afgelopen 12 maanden)
Offline seksuele intimidatie totaal2,24,57
waarbij iemand ongewenst:
Bleef staren op een seksuele manier2,24,99,4
Naaktfoto's of seksfilmpjes liet zien2,91,310,1
Liet zien dat hij/zij masturbeerde3,81,76
Seksueel kwetsende opmerkingen
of grapjes maakte
1,545,9
Eigen billen, geslachtsdelen
of borsten liet zien
3,90,76,7
Bleef aandringen op seks1,72,53,4
Bleef aandringen op een date1,51,84,2
Seksueel gerichte gebaren maakte1,52,62,9
Bron: CBS, WODC
1) Meerdere antwoorden mogelijk.

5.3 Plegers

De meeste slachtoffers (86 procent) worden alleen door mensen buiten de huiselijke kring geïntimideerd. Bij 7 procent is dat alleen binnen de huiselijke kring, en bij 5 procent zowel binnen als buiten de eigen kring. Meestal zijn de plegers man: 80 procent van de slachtoffers werd geïntimideerd door een man (of meerdere mannen), 6 procent door een vrouw (of meerdere vrouwen), 9 procent door beiden en 2 procent heeft niet aangegeven wie de pleger was (zie ook tabel 3 in bijlage A).

Meer dan de helft van de slachtoffers (52 procent) gaf aan door een onbekende geïntimideerd te zijn. Daarnaast worden een collega (21 procent) of iemand uit het uitgaansleven (16 procent) relatief vaak genoemd. Ook goede vrienden (11 procent), nieuwe dates (8 procent), online contacten (7 procent), medestudenten (6 procent), leidinggevenden (4 procent) en losse sekspartners (4 procent) werden genoemd als plegers van offline seksuele intimidatie (zie ook tabel 3 in bijlage A).

5.3.1 Plegers offline seksuele intimidatie1), 2024
 2024 (% slachtoffers in afgelopen 12 maanden)
Binnen huiselijke kring
mannelijke partner3,9
mannelijke ex-partner3,1
vrouwelijke partner1,3
vrouwelijke ex-partner0,9
broer0,6
vader0,4
moeder0,2
zus0,2
zoon0,1
dochter0
ander mannelijk familielid1,5
ander vrouwelijk familielid0,3
Buiten huiselijke kring
onbekende51,6
collega20,8
kennis van uitgaan of feestje16
goede vriend(in)11,4
date/iemand net ontmoet8,1
online kennis (niet in het echt ontmoet)6,7
medeleerling / medestudent6,1
leidinggevende4,3
sekspartner (zonder relatie)4,2
teamgenoot2,4
docent1
coach of trainer1
arts of zorgverlener0,8
religieus leider0,4
iemand anders16,6
Bron: CBS, WODC
1) Meerdere antwoorden mogelijk.

5.4 Gevolgen

Voor bijna een kwart (24 procent) van de slachtoffers heeft de intimidatie gevolgen gehad (zie ook tabel 4 in bijlage A). Psychische problemen werden het vaakst genoemd (16 procent), gevolgd door seksuele problemen (7 procent) en relatieproblemen (5 procent). Het ervaren van gevolgen verschilt niet tussen mannelijke en vrouwelijke slachtoffers.

5.4.1 Gevolgen offline seksuele intimidatie1), 2024
 2024 (% slachtoffers in afgelopen 12 maanden)
Heeft gevolgen gehad23,6
Psychische problemen16,4
Seksuele problemen7,4
Relatieproblemen5,3
Lichamelijk problemen2,9
Andere problemen met werk en/of opleiding2,8
Kon (een tijdje) niet meer werken1,4
Problemen met (een deel van) familie1,3
Andere problemen5,5
Bron: CBS, WODC
1) Meerdere antwoorden mogelijk.

5.5 Praten over ervaringen

Twee derde van de slachtoffers heeft met iemand over de seksuele intimidatie gesproken (zie ook tabel 5 in bijlage A). Een derde heeft er dus met niemand over gepraat. Degenen die structureel werden geïntimideerd praten even vaak over hun ervaringen als degenen die incidenteel zijn lastiggevallen.

Meestal praten slachtoffers met een vriend of vriendin (41 procent), partner (27 procent) of een ander gezins- of familielid (15 procent). Professionele hulpverlening wordt bij offline seksuele intimidatie verhoudingsgewijs weinig ingeschakeld, namelijk door 7 procent van de slachtoffers. Minder dan 1 procent van de slachtoffers doet aangifte van de seksuele intimidatie.

Vrouwen praten vaker over hun ervaringen dan mannen. Zo hebben 7 op de 10 vrouwelijke slachtoffers met iemand gepraat over wat hen overkomen is. Bij mannelijke slachtoffers doet de helft dat (zie Tabellenset).

5.5.1 Gepraat over offline seksuele intimidatie1), 2024
 2024 (% slachtoffers in afgelopen 12 maanden)
Met iemand gepraat64,2
Vriend/vriendin40,7
Partner26,7
Ander gezins- of familielid14,5
Hulpverlener (bijv. (huis)arts, psycholoog)7,2
Politie 1,5
Hulpverlener Centrum Seksueel Geweld0,1
Medewerker Veilig Thuis0
Met iemand anders10
Bron: CBS, WODC
1) Meerdere antwoorden mogelijk.