1. Inleiding
Allereerst zal de ontwikkeling van de Nederlandse economie in 2019 in grote lijnen worden geschetst aan de hand van het bbp en de bijdragen hieraan vanuit de verschillende bestedingscategorieën. Om de meest recente ontwikkeling van een context te voorzien,wordt deze afgezet tegen ontwikkelingen in eerdere jaren en ook tegen die van verschillende buitenlandse economieën.
Vervolgens wordt in de rest van het artikel dieper ingegaan op de verschillende uitkomsten van de nationale rekeningen, door deze per sector te behandelen. In paragraaf 4 wordt naar de prestaties van het bedrijfsleven gekeken, uitgedrukt in toegevoegde waarde,winsten en faillissementen. Dit wordt gevolgd door een analyse van een aantal belangrijke economische indicatoren voor huishoudens, zoals lonen en inkomen.
Tussen deze twee paragrafen in wordt de arbeidsmarkt behandeld, waar beide sectoren(bedrijven en huishoudens) elkaar treffen. Speciale aandacht is er voor de bouw. Door naast het aantal banen, werkzame personen en uitzendkrachten ook naar het aantal vacatures en werklozen te kijken, wordt een indruk verkregen van de krapte op de arbeidsmarkt.
De overheidsfinanciën komen vervolgens aan bod door middel van de EMU-schuld en het EMU–saldo. Het artikel wordt afgesloten met een doorkijkje naar het lopende jaar, 2020,op basis van de meest recente uitkomsten uit de Conjunctuurenquête.