Financieringsmonitor 2023

7. Uitkomst van financieringsaanvraag

Van de bedrijven die een aanvraag deden nam het percentage dat uiteindelijk het bedrag (deels) succesvol heeft kunnen aantrekken af ten opzichte van vorig jaar. Dit slagingspercentage ligt wel hoger naarmate de omvang van een bedrijf toeneemt. Ondertussen is zowel de vaste als de variabele rente op financieringsaanvragen verder toegenomen ten opzichte van voorgaande jaren. 

Voor de bedrijven die een financieringsaanvraag hebben gedaan, worden in dit hoofdstuk de uitkomsten van deze aanvraag besproken. Eerst wordt ingegaan op de verschillende mogelijke uitkomsten van de financieringsaanvraag. Vervolgens wordt ingezoomd op bedrijven waarvan de aanvraag niet gelukt is. Daarna wordt afgesloten met de bedrijven met een (deels) succesvolle aanvraag. De volgende figuur geeft de positie van dit hoofdstuk in het gehele proces weer.

7.1 Kans op succesvolle aanvraag neemt toe met de bedrijfsomvang

Er zijn drie mogelijke uitkomsten voor bedrijven die een afgeronde financieringsaanvraag gedaan hebben: het aangevraagde bedrag wordt volledig toegekend, het bedrag wordt deels toegekend of het bedrag wordt geheel niet toegekend. 

In 2023 is het percentage bedrijven met een deels of geheel succesvolle aanvraag 86 procent. Dit is lager dan vorig jaar toen dit 91 procent was, maar wel hoger dan in 2020 en 2021 (zie figuur 7.1.1). Deze afname is zichtbaar bij alle grootteklassen behalve het middenbedrijf. Daar nam het aandeel licht toe. Het percentage succesvolle aanvragen neemt toe naarmate de bedrijfsomvang toeneemt. In het grootbedrijf is het percentage succesvolle aanvragen zelfs 98 procent. Dit is vergelijkbaar met vorig jaar.

Het aandeel succesvolle aanvragen verschilt per sector, maar voor alle sectoren geldt dat het aandeel bedrijven met een (deels) succesvolle aanvraag groter is dan 70 procent. De bouwsector kent in 2023 het laagste aandeel succesvolle aanvragen, namelijk 71 procent. De kans op succes is in de sector onroerend goed het hoogst met 97 procent. Net als in eerdere jaren hebben jongere bedrijven (84 procent) iets minder vaak succes dan oudere bedrijven (86 procent), al neemt dit verschil af. Vorig jaar was dit nog respectievelijk 86 en 92 procent.

Van de verschillende bedrijfstypen hebben dochterbedrijven het hoogste aandeel (deels) succesvolle aanvragen: 97 procent. Bij bedrijven die zichzelf zien als een startup is dit met 71 procent het laagst. Vorig jaar was dit eveneens de groep met het minste succes, toen was het aandeel nog 78 procent. Het type bedrijf met het hoogste aandeel (deels) succesvolle aanvragen was toen het familiebedrijf met een slagingspercentage van 96 procent.

 2023 (%)2023, marge (%)2022 (%)2022, marge (%)2021 (%)2021, marge (%)2020 (%)2020, marge (%)2019 (%)2019, marge (%)2018 (%)2018, marge (%)
Mkb85,579,6 – 91,490,585,9 – 95,177,067,4 – 86,579,272,1 – 86,283,977,7 – 90,283,777,6 – 89,9
Bedrijfsgrootte
Micro82,172,7 – 91,588,581,8 – 95,373,459,9 – 86,877,067,1 – 87,080,970,9 – 91,079,870,7 – 88,8
Klein88,382,7 – 93,994,591,4 – 97,681,673,9 – 89,382,976,9 – 88,986,481,0 – 91,891,386,9 – 95,7
Midden97,093,6 – 100,094,990,7 – 99,296,092,5 – 99,488,481,9 – 94,895,892,6 – 99,193,389,6 – 96,9
Groot98,497,8 – 99,099,799,6 – 99,7100,091,1 – 108,992,684,4 – 100,797,992,6 – 103,198,898,0 – 99,7
1)Het gaat hier om 95%-betrouwbaarheidsinterval marges, zie de onderzoeksverantwoording voor meer toelichting op de weergegeven marges.

7.2 Minder aanvragen afgewezen door financier

Als een aanvraag niet, of niet geheel succesvol is, kan dat verschillende oorzaken hebben. Bijvoorbeeld, de financier wijst de aanvraag (gedeeltelijk) af, of de aanvrager stopt zelf het proces. In 44 procent van de gevallen ligt het stuklopen van de aanvraag bij de financier, die de aanvraag (gedeeltelijk) afwijst. Dat aandeel neemt af: vorig jaar was dit aandeel 52 procent en het jaar ervoor zelfs nog 62 procent. Als de aanvraag wordt afgewezen door de financier is dat het vaakst omdat er sprake is van onvoldoende zekerheden. In iets meer dan één op de tien gevallen zijn er vervolgens wel nieuwe aanknopingspunten. Bij kleinere bedrijven zien we vaker dan bij grotere bedrijven dat de reden voor een niet volledig succesvolle financieringsaanvraag is dat de financier de aanvraag afwijst. Bij 15 procent van de niet (geheel) succesvolle aanvragen wordt de aanvraag door de aanvrager zelf ingetrokken, een halvering van vorig jaar toen dit nog 31 procent was. In de overige situaties is er sprake van een andere reden.

Bedrijven waarvan de aanvraag niet (geheel) werd gehonoreerd zoeken vaak verder naar financiering (al dan niet succesvol). Bedrijven geven aan dat de afwijzing betekent dat niet geïnvesteerd kan worden in personeel of dat er niet kan worden vernieuwd of uitgebreid.

7.3 Vaker onderpand gevraagd bij bancaire financiers en een hogere rente 

In iets meer dan de helft van de gevallen met een (deels) succesvolle aanvraag moest er onderpand worden geboden (52 procent). Dit is vergelijkbaar met vorig jaar. Bij aanvragen bij een bancaire financier was het bieden van onderpand vaker een voorwaarde dan bij een niet-bancaire financier: 71 procent versus 34 procent. Bij aanvragen die bij zowel een bancaire als een non-bancaire financier gedaan zijn is dit percentage 28 procent. Het onderpand bestaat voor 35 procent uit het bedrijfspand en voor 32 procent uit machines en/of apparatuur. 

Bedrijven in de sector landbouw moeten het vaakst onderpand bieden (70 procent), bedrijven in de sector communicatie slechts half zo vaak (38 procent). Daarnaast geldt: hoe kleiner het bedrijf, hoe minder vaak er om een onderpand wordt gevraagd en oudere bedrijven moeten vaker (56 procent) een onderpand bieden dan jongere bedrijven (38 procent). Ook bij ondernemingstypen is er verschil. Zo moeten startups in twee op de tien gevallen onderpand bieden, en dochterbedrijven in tweederde van de gevallen.

Zowel de vaste als variabele rente op financieringsaanvragen stijgt 

De mediane vaste rente die mkb-bedrijven dit jaar betalen is 5,1 procent.20) Dat is meer dan vorig jaar, toen was de mediane vaste rente nog 3,8 procent. Daarmee zet de stijgende lijn door: in 2021 lag het mediane rentepercentage nog op 3,1 procent. Financiering voor het mkb is in de afgelopen jaren duurder geworden. Net als in voorgaande jaren geldt: het vaste rentepercentage neemt af naarmate de grootteklasse toeneemt. Ook valt op, net als vorig jaar, dat jongere bedrijven een hogere rente betalen dan oudere bedrijven: respectievelijk 5,6 en 5,1 procent. Ook de mediane variabele rente is gestegen, van 3,0 procent vorig jaar naar 3,6 procent dit jaar.

Sinds een aantal jaar wordt er in de Financieringsmonitor ook een onderscheid gemaakt naar de rente van bedrijven die een bancaire of een non-bancaire aanvraag doen.21) De mediane vaste rente bij bancaire leningen is 5,1 procent. Dit is lager dan bij non-bancaire leningen, waar de mediane rente 5,5 procent bedraagt. Veruit de meeste bedrijven kiezen voor financiering met een vaste rente: 81 procent kiest voor deze optie. 8 procent van de bedrijven kiest voor een variabele rente en 11 procent voor zowel een vaste als een variabele rente.

Voorraden als financieringsdoel minder aanwezig dan vorig jaar

Figuur 7.3.1 laat zien dat 31 procent van de succesvolle aanvragen voor financiering door het mkb bedoeld was voor voorraden. Dit is net als vorig jaar het meest voorkomende doel van deze groep aanvragen, al kwam het met 45 procent toen wel vaker voor. Met name onder bedrijven in de nijverheid en bedrijven die zichzelf typeren als startup komt dit financieringsdoel veel voor, respectievelijk 46 en 61 procent. 

Ook onroerend goed als financieringsdoel komt relatief veel voor. Van de bedrijven met een succesvolle aanvraag heeft 27 procent onroerend goed in het kader van start of uitbreiding als financieringsdoel. 16 procent heeft dit financieringsdoel in het kader van vernieuwing. Veel bedrijven hebben dit financieringsdoel in beide kaders. Dat leidt ertoe dat in totaal niet 43, maar 32 procent van de succesvolle aanvragen bedoeld is voor onroerend goed. Een derde veelvoorkomend financieringsdoel is uitbreiding. Dit is het doel van 24 procent van de succesvolle financieringsaanvragen.

7.3.1 Percentage (deels) succesvolle aanvragen naar financieringsdoel (top 5)
doelaandeel (%)
Continuering, voorraden31,1
Start, onroerend goed26,5
Start, uitbreiding23,9
Vernieuwing, wagenpark18,9
Vernieuwing, overige activa18,4

Vaker succesvolle financieringsaanvraag bij bedrijven met duurzaamheid als belemmering

Bedrijven die een (deels) succesvolle aanvraag hebben gedaan zien duurzaamheid twee keer zo vaak als belemmerend voor de bedrijfsvoering vergeleken met bedrijven waar de aanvraag niet succesvol was. Dit verschil is statistisch significant.

Bij bedrijven die een financieringsbehoefte hebben met als hoofddoel start- en/of uitbreiding en als subdoel duurzaamheid doen even vaak een succesvolle aanvraag als bedrijven met een ander financieringsdoel. Bedrijven die als hoofddoel vernieuwing en als subdoel duurzaamheid hebben doen vaker een succesvolle aanvraag dan bedrijven die dit niet als financieringsdoel hebben. Dit verschil is statistisch significant.

20) De rentepercentages die in dit hoofdstuk worden besproken zijn (mediane) rentepercentages zoals opgegeven door de bedrijven in de enquête. Deze kunnen daarmee afwijken van de daadwerkelijke rentepercentages zoals opgenomen in hoofdstuk 2, welke afkomstig zijn van DNB. Daarnaast hebben de rentepercentages van DNB alleen betrekking op financiering door banken en gaan de resultaten van de enquête ook over andere bronnen van financiering.
21) Vanwege te lage aantallen waarnemingen, kan dit onderscheid alleen voor de vaste rente gemaakt worden.