Uitstroom zorg en welzijn is klein, wel veel wisselingen binnen bedrijfstak

3. Baanwisselingen binnen de bedrijfstak

Uit bovenstaande blijkt dat de uitstroom van werknemers uit de bedrijfstak zorg en welzijn klein is in vergelijking met de uitstroom uit andere bedrijfstakken. Toch is dat niet wat werkgevers in zorg en welzijn ervaren (bron: Rapportage commissie Werken in de Zorg). Zij geven aan dat ze te maken hebben met een groot aantal vertrekkende werknemers. Dit kan komen doordat veel werknemers overstappen naar een nieuwe baan binnen zorg en welzijn.

Een nieuwe baan is even vaak binnen als buiten zorg en welzijn

Het aantal baanwisselingen binnen de bedrijfstak zorg en welzijn is ongeveer even groot als de uitstroom uit de bedrijfstak. Baanwisselingen binnen zorg en welzijn kunnen plaatsvinden tussen branches (bijvoorbeeld een overstap van een ziekenhuis naar de verpleging, verzorging en thuiszorg) of binnen de eigen branche (bijvoorbeeld binnen de branche sociaal werk).

Baanwisselingen per branche binnen zorg en welzijn, 3e kwartaal 2023
 Andere branche (% t.o.v. het aantal werknemers een jaar eerder)Zelfde branche (% t.o.v. het aantal werknemers een jaar eerder)
Universitair
medische centra
82
Jeugdzorg74
Gehandicaptenzorg65
Sociaal werk63
Zorg en welzijn
(inclusief kinderopvang)
55
Zorg en welzijn
(exlusief kinderopvang)
55
Geestelijke
gezondheidszorg
55
Ziekenhuizen en
overige medische
specialiastische zorg
54
Overige zorg
en welzijn
54
Huisartsen en
gezondheidscentra
47
Verpleging,
verzorging
en thuiszorg
46
Kinderopvang
(incl. peuterspeelzaalwerk)
29

De uitstroom uit de bedrijfstak zorg en welzijn (inclusief kinderopvang) was 11 procent in het derde kwartaal van 2023. De uitstroom is vooral groot vanuit de branches jeugdzorg en sociaal werk (beide 15 procent) en de branche overige zorg en welzijn (14 procent). Ook vertrok nog eens 10 procent van de werknemers naar een nieuwe werkgever binnen de bedrijfstak; ongeveer de helft ging naar een andere branche binnen zorg en welzijn, en de andere helft wisselde van baan binnen de eigen branche.

Een overstap naar een nieuwe baan in een andere branche komt vooral veel voor vanuit Universitair medische centra (UMC’s) (8 procent) en de jeugdzorg (7 procent). Daarbij kan meespelen dat de UMC’s in Nederland relatief ver uit elkaar liggen. Voor bijvoorbeeld verpleegkundigen ligt het daarom, met het oog op verder reizen of verhuizen, misschien meer voor de hand om over te stappen naar een dichterbij gelegen (niet-gespecialiseerd) ziekenhuis. Bij zo’n baanwissel komt een verpleegkundige in een andere branche terecht.

Binnen de jeugdzorg wordt ook zorg verleend aan jeugd in de gehandicaptenzorg en de geestelijke gezondheidszorg (GGZ); de uitwisseling van werknemers tussen de AZW-branche jeugdzorg met deze branches is daarom niet onverwacht.

Wisselen van baan binnen dezelfde branche komt vooral veel voor bij de kinderopvang (9 procent) en huisartsen en gezondheidscentra (7 procent). De kinderopvang is een branche met specifieke beroepen die minder voorkomen in de andere zorg- en welzijnsbranches, dus een overstap naar een andere branche binnen zorg en welzijn is minder waarschijnlijk. Daarnaast is het een branche met meer jongere werknemers dan gemiddeld, en die wisselen vaker van baan bij de start van hun loopbaan.