Auteur: Sjoerd Hooijmaaijers, Sander IJmker
De raming van illegale activiteiten in de nationale rekeningen

1. Inleiding

In een economie vinden naast legale ook illegale activiteiten plaats, zoals de handel in drugs en het aanbieden van niet-vergunde prostitutie. Binnen de Europese Unie (EU) is in richtlijnen vastgelegd dat een raming van deze illegale activiteiten per september 2014 ook meegenomen moet worden in de nationale rekeningen waarmee de nationale economie beschreven wordt.

Voor illegale activiteiten is het veel moeilijker om betrouwbare schattingen te maken dan voor legale activiteiten. Door de aard van de activiteiten is informatie hierover net zo ‘verborgen’ als de activiteit zelf. Normaliter kan het CBS voor ramingen beschikken over diverse directe bronnen als registers en enquêtes. Die directe bronnen zijn voor illegale activiteiten niet beschikbaar en dus moet er met indirecte informatie worden gewerkt. Bronnen die bijvoorbeeld gebruikt kunnen worden, zijn rapporten van instanties als de politie, informatie over inbeslagnames van de douane of rapporten van onderzoeksbureaus. Ook is er tijdens het onderzoek contact geweest met verschillende instanties voor aanvullende achtergrondinformatie.

Op 23 mei 2024 heeft het CBS de eerste uitkomsten gepubliceerd over de revisie van de nationale rekeningen voor verslagjaar 2021. De revisie van het illegale gedeelte van de Nederlandse economie is hier een onderdeel van. Omdat de schattingen zijn omgeven door grote onzekerheidsmarges, publiceert het CBS enkel bij de vijfjaarlijkse revisie cijfers over de omvang van de illegale economie in Nederland. In dit artikel wordt de aanpak van de schatting van de illegale economie toegelicht.

Het artikel begint met de definitie van illegale activiteiten binnen de nationale rekeningen en de omvang van deze activiteiten. Daarna wordt de aanpak van de raming over cocaïne uitgebreid toegelicht. Ten slotte wordt kort beschreven hoe andere illegale activiteiten worden geraamd. Extra aandacht wordt geschonken aan het verschil tussen inkomen dat binnen de Nederlandse landsgrenzen wordt gegenereerd en inkomen dat uiteindelijk aan Nederlandse ingezetenen kan worden toegerekend. Vooral voor de handel in cocaïne is dit verschil erg groot.

Het CBS heeft de vandaag gepubliceerde raming gemaakt op basis van op dit moment beschikbare informatie uit diverse bronnen en gesprekken met deskundigen. Ook alle andere EU-landen zullen, conform Europese afspraken, de komende tijd hun ramingen van de illegale economie moeten herzien. Lidstaten zijn echter niet verplicht deze expliciet te publiceren. De Europese Unie voert in het kader van de zogenaamde BNI-verificatie de komende jaren ook een kwaliteitscontrole uit. Daarbij wordt zowel naar de methodiek en bronnen van de Nederlandse raming afzonderlijk gekeken als in vergelijking met andere EU-landen.