3. Sociaal kapitaal in Heerlen en andere steden
In de eerdere essays is telkens de positie van Heerlen ten opzichte van 50 andere grote steden weergeven. In tabel 3.1 zijn de samenvattende resultaten gepresenteerd, waaruit blijkt dat Heerlen zich meestal in de onderste regionen bevindt. Dat geldt zowel voor vertrouwen als participatie.
Bij het vertrouwen staat Heerlen veelvuldig bij de drie steden met het minste vertrouwen. Dat geldt bijvoorbeeld voor het vertrouwen in andere mensen: in Heerlen is dat een minderheid, landelijk heeft 60 procent vertrouwen in de medemens in de periode 2012 tot 2020. Ook is er weinig vertrouwen in de gezaghebbende instituties zoals rechters, politie en leger. En dat zien we ook bij andere publieke instituties, zoals kerken en de media, terwijl er met plek 10 iets meer fiducie is in ambtenaren. Tevens is er in Heerlen weinig vertrouwen in de politiek: in zowel de Tweede Kamer als in de Europese Unie is in Heerlen het wantrouwen het grootst. Over de twee private instituties zijn de inwoners verdeeld: terwijl het vertrouwen in banken met plek 24 vrij dicht het landelijke gemiddelde nadert, ligt het vertrouwen in grote bedrijven met positie 6 daar fors onder.
Ook op gebied van participatie, het meedoen met de samenleving, en dan vooral in organisaties, is de betrokkenheid gering. Zo heeft Heerlen het laagste percentage dat actief is in verenigingen en de minste vrijwilligers. Dit geldt echter ook voor geven van hulp aan andere mensen die niet door organisaties geregeld wordt: bij het geven van dergelijke informele hulp doet slechts één gemeente, Hoorn, het nog slechter dan Heerlen. Ook is de politieke betrokkenheid in Heerlen laag: slechts in drie gemeenten is de gerapporteerde opkomst voor de Tweede Kamerverkiezingen nog kleiner dan in Heerlen. En met plek 11 neemt Heerlen ook een lage positie in op de ranglijst van de deelname aan een politieke actie om de politiek te beïnvloeden. Iets beter is het gesteld met de sociale contacten waar Heerlen niet helemaal onderaan op de participatieladder staat. Vooral in het wekelijkse burencontact benadert Heerlen het landelijke gemiddelde.
Nederland | Heerlen | Heerlen | |
---|---|---|---|
% | Positie (1 – 51) | ||
Vertrouwen in: | |||
Andere mensen | 60,0 | 48,5 | 3 |
Rechters | 70,7 | 62,5 | 3 |
Politie | 70,8 | 59,6 | 2 |
Leger | 63,5 | 55,1 | 2 |
Banken | 38,6 | 38,0 | 24 |
Grote Bedrijven | 39,9 | 34,3 | 6 |
Ambtenaren | 43,8 | 39,9 | 10 |
Pers | 32,4 | 24,5 | 1 |
Kerken | 29,8 | 17,8 | 2 |
Tweede Kamer | 37,1 | 24,1 | 1 |
Participatie | |||
Familiecontact (wekelijks of vaker) | 83,3 | 81,7 | 16 |
Vriendencontact (wekelijks of vaker) | 76,8 | 73,1 | 8 |
Burencontact (wekelijks of vaker) | 61,0 | 59,9 | 25 |
Hulp geven aan anderen (in 4 weken) | 34,0 | 27,6 | 2 |
Actief in verenigingen (afgelopen maand) | 43,9 | 31,2 | 1 |
Betaald werk | 63,2 | 55,7 | 3 |
Vrijwilligerswerk (in 12 maanden) | 48,6 | 30,0 | 1 |
Politieke acties (afgelopen 5 jaar) | 45,2 | 40,2 | 11 |
Op basis van de separate indicatoren is te verwachten dat zowel het vertrouwen als de participatie in Heerlen laag is, en daarmee ook de score van de inwoners van Heerlen op de samenvattende sociaal kapitaal index. In tabel 3.2 zijn de gemiddelden weergegeven. De landelijke gemiddelde scores liggen iets onder de 0,000: -0,037 (sociaal kapitaal), -0,019 (vertrouwen) en -0,046 (participatie). Dit wordt veroorzaakt doordat het model is vastgesteld op basis van de ongewogen data, terwijl de bevindingen in de tabel gebaseerd zijn op gewogen data om te corrigeren voor de over- en ondervertegenwoordiging van bepaalde groepen die aan het SSW-onderzoek hebben meegedaan. Aangezien vooral groepen met weinig vertrouwen en minder participatie zijn ondervertegenwoordigd, zorgt de weging ervoor dat de gemiddelden iets naar beneden worden bijgesteld.
Uit de tabel valt af te lezen dat de gemeente Heerlen op de drie aspecten de laagste score heeft: -0,482 (sociaal kapitaal), -0,335 (vertrouwen) en -0,437 (participatie). Bovendien is de afstand naar de tweede gemeente op de ranglijst relatief groot. Dat zijn voor de drie afzonderlijke aspecten respectievelijk Emmen (-0,353), Midden-Groningen (-0,294) en Purmerend (-0,301). Bij het sociaal kapitaal hebben ook de gemeenten Nissewaard, Purmerend, en Helmond een score die lager is dan -0,300. De kopposities worden ingenomen door de gemeenten met een score die hoger is dan 0,200: Leiden (0,232) en Utrecht (0,319). Bij het vertrouwen hebben drie gemeenten een score die lager is dan -0,250: Emmen, Nissewaard en Venlo. Aan het andere uiteinde, met een score boven de 0,250 staan Hilversum en Utrecht. Ten slotte de participatie. Na Heerlen en Purmerend hebben ook Emmen, Dordrecht en Helmond een lagere score dan -0,250. En samen met Utrecht ligt de score van Leiden boven de 0,100 op de participatie-index. Tevens blijkt dat de drie andere grote gemeenten in Limburg ook lagere posities innemen. In Venlo is dat vooral te zien bij het vertrouwen (plek 5), en iets minder bij participatie (plek 13). Dit resulteert wel met plek 6 in een lage positie op de sociaal kapitaal ranglijst. De gemeente Sittard-Geleen komt bij het sociaal kapitaal terecht op positie 8, en dat past in de lijn van de posities bij het vertrouwen (plek 8) en participatie (plek 10). Maastricht doet het in dit opzicht iets beter, met posities 15 (sociaal kapitaal), 18 (vertrouwen) en 7 (participatie).
De samenstelling van de bevolking in de steden is echter niet gelijk. In Heerlen ligt de gemiddelde leeftijd boven het landelijk cijfer en is bijvoorbeeld een relatief groot deel van de bevolking laag opgeleid. Deze bevolkingskenmerken houden verband met de sociaal kapitaal indicatoren alsook de sociaal kapitaal index (Schmeets, 2015; CBS, 2022). Daarom is aanvullend nagegaan of het controleren voor geslacht, leeftijd, onderwijsniveau en inkomen een rol speelt bij de positie van Heerlen ten opzichte van andere grote gemeenten. Op zowel het sociaal kapitaal, als de twee onderliggende dimensies – vertrouwen en participatie – schuift Heerlen niet op in de ranglijst. Dat betekent dat deze vier corrigerende kenmerken er niet voor zorgen dat de positie verbetert. Wel worden de discrepanties tussen de gemeenten, en ook die van Heerlen met de andere gemeenten, iets kleiner. Dit valt af te lezen bij de afstand tussen Heerlen en de gemeente die op de tweede positie staat. Bij het sociaal kapitaal verandert de afstand af van 0,129 (met Emmen) naar 0,121 (met Nissewaard). Bij het vertrouwen was dit 0,061 (met Midden-Groningen) en gaat naar 0,024 (met Nissewaard). En bij de participatie is de verschuiving in de afstand van 0,136 (met Purmerend) naar 0,095 (met Dordrecht). Verder worden nu de topposities ingenomen door respectievelijk de gemeenten Súdwest Fryslân (0,184), Hilversum (0,210), en Súdwest Fryslân (0,109). Ze nemen de plaats in van de gemeente Utrecht die voor de correctie op de drie aspecten de hoogste score laat zien: 0,319 (sociaal kapitaal), 0,291 (vertrouwen) en 0,211 (participatie).
Sociaal kapitaal | Vertrouwen | Participatie | |
---|---|---|---|
score | |||
Nederland | -0,037 | -0,019 | -0,046 |
Heerlen | -0,482 | -0,355 | -0,437 |
Alkmaar | 0,066 | 0,076 | 0,025 |
Almere | -0,193 | -0,174 | -0,131 |
Alphen aan den Rijn | 0,014 | -0,003 | 0,033 |
Amersfoort | 0,066 | 0,091 | 0,000 |
Amstelveen | 0,159 | 0,212 | 0,012 |
Amsterdam | 0,098 | 0,177 | -0,059 |
Apeldoorn | -0,001 | 0,011 | -0,016 |
Arnhem | -0,023 | 0,037 | -0,096 |
Assen | -0,049 | -0,010 | -0,081 |
Breda | -0,050 | -0,021 | -0,067 |
Delft | 0,155 | 0,172 | 0,060 |
Den Bosch | 0,048 | 0,086 | -0,028 |
Den Haag | -0,179 | -0,104 | -0,201 |
Deventer | 0,040 | 0,068 | -0,019 |
Dordrecht | -0,239 | -0,147 | -0,257 |
Ede | 0,067 | 0,062 | 0,042 |
Eindhoven | -0,060 | 0,036 | -0,166 |
Emmen | -0,353 | -0,293 | -0,276 |
Enschede | -0,106 | -0,057 | -0,126 |
Gouda | 0,019 | -0,005 | 0,043 |
Groningen | 0,187 | 0,194 | 0,090 |
Haarlem | 0,090 | 0,108 | 0,024 |
Haarlemmermeer | -0,096 | -0,049 | -0,116 |
Helmond | -0,302 | -0,236 | -0,257 |
Hengelo | -0,077 | -0,070 | -0,050 |
Hilversum | 0,193 | 0,264 | 0,006 |
Hoeksche Waard | -0,101 | -0,094 | -0,063 |
Hoorn | -0,111 | -0,047 | -0,149 |
Leeuwarden | 0,046 | 0,094 | -0,044 |
Leiden | 0,232 | 0,228 | 0,131 |
Leidschendam-Voorburg | 0,054 | 0,136 | -0,084 |
Maastricht | -0,191 | -0,090 | -0,245 |
Meierijstad | -0,026 | 0,009 | -0,065 |
Midden-Groningen | -0,229 | -0,294 | -0,087 |
Nieuwegein | -0,202 | -0,118 | -0,229 |
Nijmegen | 0,155 | 0,178 | 0,054 |
Nissewaard | -0,321 | -0,291 | -0,216 |
Oss | -0,186 | -0,146 | -0,158 |
Purmerend | -0,307 | -0,209 | -0,301 |
Roosendaal | -0,258 | -0,242 | -0,161 |
Rotterdam | -0,192 | -0,096 | -0,237 |
Sittard-Geleen | -0,268 | -0,215 | -0,219 |
Súdwest Fryslân | 0,103 | 0,117 | 0,036 |
Tilburg | -0,120 | 0,017 | -0,256 |
Utrecht | 0,319 | 0,291 | 0,211 |
Venlo | -0,285 | -0,274 | -0,168 |
Westland | -0,019 | -0,072 | 0,062 |
Zaanstad | -0,136 | -0,073 | -0,162 |
Zoetermeer | -0,133 | -0,095 | -0,124 |
Zwolle | 0,196 | 0,209 | 0,088 |
Andere gemeenten | -0,037 | -0,045 | -0,009 |
F-waarde | 15,3 | 13,7 | 10,5 |
Significantie | p< 0,001 | p< 0,001 | p< 0,001 |
Eta-kwadraat | 0,013 | 0,012 | 0,009 |