1. Inleiding
In 2020 werd voor het eerst een arbeidsmarktprofiel van zorg en welzijn gepubliceerd in de reeks Statistische trends (CBS, 2020a). Het eerste arbeidsmarktprofiel liep tot het eerste kwartaal van 2020. Het beeld dat van de zorgsector werd geschetst was dan ook dat van vóór de coronajaren 2020 en 2021. Daarom is dit artikel geactualiseerd. De opzet van het artikel is in grote lijnen hetzelfde gebleven, wel is de indeling iets veranderd.
Een van de redenen om een speciaal arbeidsmarktprofiel te maken van zorg en welzijn is dat het een cruciale bedrijfstak is binnen de Nederlandse samenleving. Het is ook een heel grote: ongeveer een op de zes werkenden is er actief. Het is verder een bedrijfstak waar de overheid meer dan in veel andere bedrijfstakken invloed heeft op het aantal werkenden en het aantal voor dit werk studerenden. Ook is het een bedrijfstak waar zorgen bestaan in het licht van de vergrijzing: inmiddels is een vijfde van de bevolking ouder dan 65 jaar (CBS, AZW StatLine 2023a) en een vierde van de werknemers in zorg en welzijn ouder dan 55 jaar (CBS, AZW StatLine 2023b).
De ontwikkeling van de zorgvraag gelijkstellen aan de vergrijzing is een sterk vereenvoudigde voorstelling van zaken. Ook technologische ontwikkelingen en leefstijlontwikkelingen hebben er invloed op. Mensen worden ouder en blijven langer vitaal maar hebben ook een groter risico op het krijgen van één of meer chronische aandoeningen. Ook neemt de complexiteit van zorgvragen toe. Zo nam de psychische vermoeidheid door het werk onder werknemers de laatste jaren toe. Op de arbeidsmarkt spelen de steeds grotere invloed van de 24-uurseconomie en de flexibilisering van arbeidscontracten ook mogelijk een rol [1,2].
Ook groeit de behoefte aan sociaal werkers en jeugdzorgmedewerkers om kwetsbare groepen in de samenleving te ondersteunen. Sinds de decentralisatie van de zorg naar de gemeenten in 2015 worden sociaal werkers en jeugdzorgmedewerkers ook ingezet in wijkteams. Daarnaast steeg de vraag naar kinderopvang (onderdeel van zorg en welzijn) in de tweede helft van de jaren tien, mede door een toename van het aantal werkenden en een verruiming van de kinderopvangtoeslag [3].
Een stijgende zorgvraag kan tevens samenhangen met gestegen inkomens. Een hoger inkomen leidt doorgaans tot een grotere vraag naar zorg [4]. Naast deze langjarige ontwikkelingen heeft ook de coronapandemie bijgedragen aan een toenemende zorgvraag in de jaren 2020 en daarna. Er is een grote behoefte aan medisch specialisten, en vooral aan verpleegkundigen en verzorgenden, bij mensen thuis, in het ziekenhuis en in het verpleeghuis.
In de periode van 2012 tot 2017 voerde de overheid bezuinigingen door in de zorg [5]. Daarbij werd het streven mensen langer zelfstandig te laten wonen en voor hulp en ondersteuning in eerste instantie een beroep te laten doen op naasten. In de jaren daarna nam de werkgelegenheid in de zorg met enkele tienduizenden banen af (CBS AZW Dashboard 2023a). Naar aanleiding van maatschappelijke discussies over de kwaliteit van de zorg gaf de overheid in de tweede helft van de jaren tien weer meer geld uit voor zorg en welzijn. De vraag naar personeel nam in deze periode weer toe (CBS AZW Dashboard 2023a).
Het huidige beleid blijft gericht op het aanbieden van zorg dicht bij huis, met als achterliggende gedachte dat mensen dan minder vaak naar het ziekenhuis of een instelling hoeven te gaan. Het programma Wonen, Ondersteuning en Zorg Ouderen van het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport uit 2023 formuleerde het als volgt: “Zelf als het kan, thuis als het kan en digitaal als het kan.” Met het actieprogramma ‘Toekomstbestendige Arbeidsmarkt Zorg en welzijn’ uit 2022 beoogt de rijksoverheid het werken in de zorg zo te organiseren dat aan de groeiende zorgvraag kan worden voldaan zonder dat er veel extra medewerkers nodig zijn [6].
Dit artikel geeft overzicht van de werkgelegenheidsontwikkeling in zorg en welzijn, en geeft de belangrijkste kenmerken met betrekking tot de arbeidsmarkt in de bedrijfstak. Vragen die achtereenvolgens aan de orde komen zijn:
- Hoe ontwikkelt de werkgelegenheid van zorg en welzijn zich?
- Hoeveel medewerkers van de bedrijfstak zijn zelfstandigen of werknemers met een flexibele arbeidsrelatie?
- Hoeveel uren werken zorgmedewerkers?
- Hoeveel werknemers stromen de bedrijfstak jaarlijks in en uit?
- Hoe verloopt de instroom vanuit zorg- en welzijnsopleidingen?
- Hoe ontwikkelt zich het aantal vacatures in zorg en welzijn?
- Wat voor werknemers heeft zorg en welzijn, in de zin van geslacht, leeftijd en hoogst behaald onderwijsniveau? Hoeveel mensen hebben een zorg en welzijnsberoep?
- Welk deel van de werknemers in zorg en welzijn is tevreden over het werk? Welk deel ervaart een te hoge werkdruk? Hoe hoog is het ziekteverzuim?
- Hoe ontwikkelen de lonen zich?
Waar mogelijk wordt de situatie vergeleken met vijf tot tien jaar eerder, soms verder terug in de tijd als de langetermijn trend belangrijk is om een bepaalde ontwikkeling te duiden. In 2020 werd de gezondheidszorg geconfronteerd met de gevolgen van de coronapandemie. Of de ontwikkelingen in zorg en welzijn een direct gevolg waren van de pandemie kon op basis van de beschikbare cijfers niet worden onderzocht.
Waar mogelijk wordt zorg en welzijn vergeleken met andere bedrijfstakken. Ook gaat het zoveel mogelijk over alle werkenden in de zorg, dus inclusief zelfstandigen. Maar sommige statistieken zijn er alleen over werknemers. Verder wordt zoveel mogelijk uitgesplitst naar tien branches die worden onderscheiden [7] binnen het onderzoeksprogramma Arbeidsmarkt zorg en welzijn [6]. In het onderzoeksprogramma AZW werken arbeidsmarktfondsen en het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS) samen aan de informatievoorziening over de bedrijfstak “Gezondheids- en welzijnszorg” (SBI-sectie Q). Deze bedrijfstak omvat: behandeling in algemene en gespecialiseerde ziekenhuizen; geestelijke gezondheidszorg en verslavingszorg, eventueel in combinatie met overnachting; behandeling door medische en paramedische praktijken; ondersteunende activiteiten voor de gezondheidszorg, door bijvoorbeeld laboratoria en ambulancediensten; verpleging, verzorging of begeleiding met huisvesting door bijvoorbeeld verpleeg- en verzorgingshuizen of via begeleid wonen; welzijnszorg, zoals thuiszorg, lokaal welzijnswerk en hulp aan gehandicapten en ouderen; kinderopvang.
Het CBS onderhoudt en actualiseert voor het programma een speciale AZW-versie van StatLine (AZW StatLine), een AZW Dashboard en een AZW Dossier. Ook houdt het CBS periodiek enquêtes onder werkgevers, werknemers en zelfstandigen in zorg en welzijn. De eerste zelfstandigenenquête is in 2023 uitgevoerd en wordt dus nog niet meegenomen in dit artikel. Voor meer technische informatie over het AZW onderzoeksprogramma, zie de Technische toelichting. Dit artikel is gebaseerd op de hierboven genoemde bronnen van het AZW programma.