4. Conclusie
De tweede generatie emigreert relatief vaak ten opzichte van personen met een Nederlandse achtergrond. Wanneer geen onderscheid wordt gemaakt naar leeftijd op het moment van emigratie, is het aandeel emigranten het hoogst voor personen van de tweede generatie met een Somalische achtergrond en het laagst voor de Marokkaanse,Turkse en Surinaamse tweede generatie. Wanneer er wel onderscheid wordt gemaakt naar leeftijd, blijkt dat de tweede generatie met een Somalische achtergrond vrijwel zonder uitzondering emigreert vóór hun 18 e levensjaar. De Marokkaanse, Turkse en Surinaamse tweede generatie emigreert juist relatief vaak wanneer ze 18 jaar of ouder zijn. Dit wijst erop dat emigratie voor deze groepen vaker een eigen beslissing is, en niet zozeer de keuze van hun ouders.
Vaak wordt verondersteld dat de tweede generatie Nederland verlaat voor het herkomstland van hun ouders. Dit blijkt echter vooral het geval bij emigranten die als kind met hun ouders emigreren, met uitzondering van de Somalische tweede generatie.Laatstgenoemde groep emigreert vaak naar het Verenigd Koninkrijk. Volwassen emigranten van de tweede generatie vertrekken echter vaak naar andere landen dan het herkomstland van hun ouders, waarbij met name onze buurlanden populaire bestemmingen blijken te zijn. Dit komt overeen met de meest gekozen bestemmingen van emigranten met een Nederlandse achtergrond.
Minstens de helft van de volwassen emigranten keert binnen vijf jaar weer terug naar Nederland. De meeste emigranten in onze onderzoekspopulatie verlieten Nederland slechts één keer tussen 1995 en 2017. Het aandeel personen dat meerdere malen vanuit Nederland emigreerde, lag het hoogst onder personen van de Antilliaanse, Surinaamse en Marokkaanse tweede generatie.