Digitalisering en kenniseconomie 2024

Samenvatting

Hoofdstuk 1 Inleiding

In deze eerste editie van de publicatie Digitalisering en kenniseconomie geeft het CBS de actuele stand van zaken op het terrein van digitalisering en de kenniseconomie aan de hand van een selectie kernindicatoren. Waar mogelijk worden trends over de afgelopen jaren gepresenteerd. De publicatie vormt samen met het Dossier Digitalisering en kenniseconomie en het Dashboard Digitalisering en kenniseconomie de opvolger van de CBS publicatie ICT, kennis en economie.

Hoofdstuk 2 ICT en economie

  • In het vierde kwartaal van 2023 bestond de Nederlandse ICT-sector uit 99,8 duizend bedrijven. Van deze bedrijven waren er 93,5 duizend actief als ICT-dienstverlener, 5 335 bedrijven waren een ICT-groothandelsbedrijf en 1010 bedrijven waren actief in de ICT-industrie.
  • Tussen 2011 en 2023 groeide het aantal ICT-bedrijven in Nederland in deze periode met gemiddeld 4,6 procent per jaar.
  • De productiewaarde van de ICT-sector als geheel nam in 2022 toe met 8,1 procent (volumemutatie t.o.v. voorgaand jaar).
  • De bruto toegevoegde waarde van de ICT-sector groeide in 2022 met 11,3 procent (volumemutatie t.o.v. voorgaand jaar). Daarmee is de ICT-sector harder gegroeid dan de gehele Nederlandse economie die een groei van 5,7 procent kende.
  • In 2023 waren 603 duizend ICT’ers werkzaam in diverse bedrijfstakken van de Nederlandse economie. Tien jaar eerder, in 2013, waren dit er nog 334 duizend.
  • In 2022 gaven bedrijven, overheden en consumenten samen ruim 75,3 miljard euro uit aan ICT-goederen en -diensten.

Hoofdstuk 3 ICT-gebruik bij bedrijven

  • In 2024 gebruikte 82 procent van het personeel bij bedrijven met 10 of meer werkzame personen geregeld een computer met internet voor het werk. Twintig jaar geleden, in 2004, werkte nog maar 40 procent van de werkzame personen met een computer met internet. Tien jaar geleden, in 2014, was dit aandeel 65 procent.
  • In 2024 ondersteunde 85 procent van de bedrijven telewerken. In 2004 bood nog slechts een kwart van de bedrijven telewerken aan (26 procent). In 2014 was dat aandeel al opgelopen tot bijna 70 procent.
  • Van alle Nederlandse bedrijven had 28 procent elektronische verkopen via een website of app en/of EDI in 2023. Het aandeel bedrijven met elektronische verkopen is sinds 2013 niet sterk veranderd.
  • In 2024 gebruikte 23 procent van de bedrijven één of meer van zeven specifieke AI-technologieën, zoals spraakherkenning, machine learning en patroon- of gezichtsherkenning. In 2023 was dit nog 14 procent.
  • Van de uitgevraagde technologieën werden text mining en natural language generation het vaakst gebruikt (14 en 12 procent).

Hoofdstuk 4 ICT-gebruik bij personen

  • In 2023 was 95 procent van de Nederlanders van 12 jaar of ouder dagelijks online. Tien jaar eerder was het dagelijks internetgebruik nog 78 procent. Binnen de EU behoort Nederland, samen met Zweden en Denemarken tot de landen met het hoogste aandeel inwoners dat dagelijks online is.
  • Ruim 90 procent van de bevolking van 12 jaar of ouder e-mailde of verstuurde tekstberichten in 2023.
  • In 2023 belde 81 procent van de Nederlanders via internet. In 2013 was dit nog 28 procent.
  • In 2013 maakte 53 procent van de Nederlandse bevolking gebruik van sociale netwerken. Dit aandeel nam toe tot 72 procent in 2023. De laatste jaren zijn ook steeds meer ouderen op sociale netwerken actief geworden.
  • In de eerste helft van 2023 zei 78 procent van de bevolking van 12 jaar of ouder iets online gekocht te hebben. Tien jaar eerder, in 2013, was dat nog 50 procent.

Hoofdstuk 5 Research & Development

  • De totale uitgaven voor R&D door bedrijven en instellingen zijn tussen 2013 en 2022 toegenomen met 52 procent.
  • In 2022 gaven Nederlandse bedrijven en instellingen meer dan 21,6 miljard euro uit aan Research & Development. Twee derde van deze uitgaven werden gedaan door het Nederlandse bedrijfsleven, 27 procent door hoger onderwijsinstellingen en 5 procent door overheidsinstellingen en private non-profitinstellingen.
  • Tussen 2013 en 2022 is het R&D-personeel met 36 procent toegenomen.
  • In 2022 besteedden Nederlandse bedrijven en instellingen samen ruim 184 duizend arbeidsjaren aan R&D. Bedrijven waren goed voor 73 procent van deze arbeidsjaren, het hoger onderwijs voor 22 procent en overheidsinstellingen en private non-profit instellingen voor 5 procent.
  • De R&D-intensiteit (R&D uitgaven gedeeld door het bruto binnenlands product) was 2,18 procent in 2022.
  • Vanaf 2013 is de R&D-intensiteit in Nederland relatief weinig veranderd (variatie tussen 2,10 en 2,27 procent). Dat betekent dat de R&D-uitgaven gelijke tred hielden met de Nederlandse economie.

Hoofdstuk 6 Innovatie

  • In de periode 2020-‍2022 was 45 procent van de bedrijven innovatief. Het merendeel van deze bedrijven (93 procent) kon de innovatie in die periode ook succesvol afronden.
  • Het aandeel bedrijven dat succesvol innoveerde in 2020-‍2022 was groter in de industrie dan onder dienstverleners (54 tegen 42 procent).
  • Grote bedrijven houden zich vaker bezig met het ontwikkelen van innovaties dan kleine. Het aandeel afgeronde innovaties was 53 procent bij bedrijven met 250 of meer werkzame personen. Bij bedrijven met 10 tot 50 werkzame personen was dit 41 procent.
  • Van alle bedrijven die succesvolle innovaties hebben doorgevoerd in de periode 2020-‍2022 deed 9,5 procent uitsluitend aan productinnovatie. De helft van deze bedrijven deed alleen aan procesinnovatie en 38,2 procent combineerde procesinnovatie met productinnovatie.