Overheidsfinanciën, 2019

2. Inkomsten groeien stevig door

De inkomsten van de overheid stegen in 2019 naar ruim 354 miljard euro. Dit is bijna 5 procent meer dan in 2018, waarmee de ontwikkeling in lijn is met de voorgaande drie jaren. De toename komt volledig voor rekening van de opbrengsten uit belastingen en sociale premies. Aangejaagd door de economische hoogconjunctuur namen deze inkomsten met ruim 18 miljard euro toe. Daar staat tegenover staat dat de groei van de overheidsinkomsten wordt geremd door dalende aardgasbaten. Door het terugschroeven van de gaswinning in het Groninger gasveld daalden de overheidsinkomsten uit de winning van aardgas naar 1,1 miljard euro. In 2018 bedroegen de aardgasbaten nog 2,7 miljard euro. Ter vergelijking, in het recordjaar 2013 leverde de winning van aardgas de schatkist ruim 15 miljard euro op. Door deze ontwikkelingen vormen de belastingen en sociale premies een steeds groter deel van de overheidsinkomsten. Waar dit aandeel jarenlang rond de 85 procent schommelde, lag dit in 2019 op 90 procent. Ten slotte had ook een schikking met ING uit 2018 een dempend effect op de toename van de overheidsinkomsten. Destijds incasseerde het Rijk eenmalig 0,8 miljard euro.

2.0.1 Overheidsinkomsten (in mld euro)
20152016201720182019*
Belastingen en sociale premies 255,5272,5286,1300,6319,0
Inkomsten uit productieactiviteiten 23,724,224,525,225,4
Overige lopende inkomsten 13,911,511,311,59,4
waarvan winstuitkeringen3,02,62,42,72,8
waarvan inkomen uit natuurlijke hulpbronnen5,83,84,03,31,8
waarvan overig5,05,25,05,44,9
Investeringsbijdragen en overige kapitaaloverdrachten 0,70,60,70,70,6
Totaal293,9308,8322,6338,0354,4
* Voorlopige cijfers

2.1 Collectievelastendruk naar recordhoogte

In 2019 bedroegen de overheidsinkomsten uit belastingen en sociale premies 319 miljard euro 2, ruim 6 procent meer dan in het voorgaande jaar. Om de ontwikkeling in perspectief te plaatsen worden de inkomsten uit belastingen en sociale premies vaak uitgedrukt als percentage van het bbp. De uitkomst hiervan is de zogenoemde collectievelastendruk. Aangezien de inkomsten uit belastingen en sociale premies harder stegen dan het bbp, nam de collectievelastendruk verder toe naar 38,9 procent. Dit is het hoogste niveau sinds het begin van de huidige meetmethode in 1995. In het eerste decennium van deze eeuw schommelde de collectievelastendruk rond de 35 procent. Sindsdien nam deze gestaag toe. De toename is groter dan in de meeste andere landen van de Europese Unie. Wel ligt de collectievelastendruk in Nederland nog onder het gemiddelde van de Europese Unie.

De toename van de belasting- en premieopbrengsten in 2019 wordt voor een groot deel gestuwd door de economische groei, waarbij in sommige gevallen ook gewijzigde tarieven de ontwikkeling kleuren. Zo steeg de opbrengst van de belasting op toegevoegde waarde (btw) tot boven de 58 miljard euro, een toename van ruim 10 procent. Dit komt door een combinatie van toegenomen consumptie en een verhoging van het lage btw-tarief van 6 naar 9 procent. Daar staat tegenover dat de tarieven voor loon- en inkomstenheffing (loon- en inkomstenbelasting plus premies volksverzekering) voor veel mensen zijn verlaagd. Door de economische groei namen de inkomsten uit de loon- en inkomstenheffing desondanks toe, van ruim 103 miljard euro in 2018 naar 106 miljard euro in 2019.

2.1.1 Belastingen en sociale premies
 2019* (mld euro)2018 (mld euro)
Loon- en inkomstenheffing106,0103,2
Btw58,152,7
Premies zorgverzekeringsfonds42,540,2
Vennootschapsbelasting25,923,6
Premies arbeidsongeschiktheidsfonds15,314,2
Accijnzen12,112,2
Premies algemeen werkloosheidsfonds6,95,2
Dividendbelasting6,34,5
Motorrijtuigenbelasting5,95,8
Energiebelasting5,14,7
Overige belastingen en premies34,934,3


Ook de toegenomen winsten van bedrijven zorgden voor hogere belastinginkomsten. Ondanks een daling van het tarief van de eerste schijf nam de opbrengst van de vennootschapsbelasting met bijna 10 procent toe. Hogere dividenduitkeringen zorgden voor een record van 6,3 miljard euro aan ontvangen dividendbelasting, bijna 2 miljard euro meer dan in het voorgaande jaar. Deze flinke stijging komt deels doordat in 2020 het belastingtarief voor inkomen uit aanmerkelijk belang (Box 2) is verhoogd, waardoor relatief veel directeur-grootaandeelhouders (DGA) in 2019 dividend aan zichzelf hebben uitgekeerd. De Opslag duurzame energie (ODE) kende relatief gezien een nog grotere stijging. Door een verhoging van de tarieven groeide de opbrengst met bijna 60 procent naar 1,6 miljard euro. Met de inkomsten uit deze belasting wordt de productie van duurzame energie gestimuleerd.

Na de loon- en inkomstenheffing en de btw is de premie voor het Zorgverzekeringsfonds de grootste inkomstenbron van de overheid. De opbrengst van deze premie kwam in 2019 uit op 42,5 miljard euro, tegenover ruim 40 miljard euro in 2018. Ten slotte droegen ook de sociale premies voor werknemersverzekeringen stevig bij aan de stijging van de overheidsinkomsten. Deze namen met ruim 8 procent toe tot zo’n 27 miljard euro, onder andere door een premiestijging voor het Algemeen Werkloosheidsfonds.

2 Zie bijlage 1 voor een overzicht van de belastingen en sociale premies.