Auteur: Koen van ’t Boveneind, Nienke Oude Steenhof
De Nederlandse industrie vanaf 2022

2. De industrie vanaf 2000

2.1 Omvang en ontwikkeling van de industrie

In 2023 was de toegevoegde waarde, voor prijsveranderingen gecorrigeerd, van de industrie 55 procent groter dan in 2000. Het aandeel van de industrie in de totale toegevoegde waarde in Nederland is in deze periode echter afgenomen, van ruim 14 procent in 2000 tot 12 procent in 2023. Na de handel is de industrie echter nog steeds de grootste bedrijfstak van Nederland.

De industrie is naast een van de grootste bedrijfstakken ook de grootste exporteur van Nederland. De helft van alle geëxporteerde goederen en diensten bestaat uit industriële producten. De industriële export bestaat voor 92 procent uit goederen. Het volume van de Nederlandse goederenexport is sinds 2000 meer dan verdubbeld. De jaren waarin de toegevoegde waarde van de industrie afnam, zijn ook de jaren waarin het volume van de goederenexport is gedaald.

Figuur 2.1 Toegevoegde waarde industrie (volume)
JaarToegevoegde waarde (2021=100)
200067
'0168,8
'0268,4
'0367,4
'0470
'0572,5
'0674,5
'0778,8
'0878,2
'0969,9
'1072,9
'1176,6
'1276,2
'1375,9
'1477,5
'1578,4
'1680,7
'1786,3
'1890,5
'1991,6
'2089,9
'21100
'22104,9
'23104

De machine-industrie was in 2023 de grootste industriële branche, gevolgd door de voedings- en genotmiddelenindustrie, en de chemie en farmacie. Het aandeel van de machine-industrie was in 2023 met 20,8 procent van de totale industrie meer dan 2,5 keer zo hoog als in 2000. In 2000 was de voedings- en genotmiddelenindustrie nog de grootste branche met een aandeel van ruim 17 procent. In 2023 was het aandeel van de voedings- en genotmiddelenindustrie 19,6 procent. Het aandeel van de basismetaal- en metaalproductenindustrie is gedaald van 12,2 procent in 2000 tot 10,3 procent in 2023.

De toegevoegde waarde van de machine-industrie was in 2023 ruim vijf keer zo groot als in 2000. Dat wordt met name veroorzaakt door de opkomst van enkele grote bedrijven in deze branche.

Figuur 2.2 Toegevoegde waarde branches industrie (waarde)
BrancheMachine (%)Voedings- en genotmiddelen (%)Chemie en farmacie (%)Basismetaal en metaalproductie (%)Elektrisch en elektrotechniek (%)Overige industrie en reparatie (%)Kunststof en bouwmateriaal (%)Transportmiddelen (%)Hout, papier en grafisch (%)Aardolie (%)Textiel-, kleding- en leder (%)
20232403022649157401193411380901963575836527621271392
200046661009887006985837948983982303549735301233

Het belang van de industrie strekt verder dan alleen de eigen productie. De industrie is een belangrijke afnemer van en toeleverancier aan andere bedrijfstakken. In 2023 gebruikte de Nederlandse voedingsmiddelenindustrie bijvoorbeeld 14,6 miljard euro aan goederen en diensten van de Nederlandse landbouw. Dat is iets minder dan de landbouw naar het buitenland uitvoerde. Van de meeste branches in de industrie zijn bedrijven uit de eigen of andere industriële branches de grootste afnemers. In 2015 was een vijfde van de Nederlandse economie direct of indirect te relateren aan activiteiten van de industrie (CBS, 2017).

2.2 Productiviteit

Als de toegevoegde waarde sterker toeneemt dan het aantal gewerkte uren, dan neemt de arbeidsproductiviteit toe. Vanaf 2000 is de arbeidsproductiviteit in de industrie met bijna 75 procent toegenomen. De arbeidsproductiviteit steeg vooral in de eerste jaren van deze eeuw. Ter vergelijking: in de totale commerciële sector nam de arbeidsproductiviteit vanaf 2000 met bijna 24 procent toe. De arbeidsproductiviteitsgroei in de industrie was dus groter dan in de rest van de commerciële sector in Nederland.

De stijging van de arbeidsproductiviteit in de industrie vond met name plaats in de machine-industrie, de elektrische apparatenindustrie, de aardolie-industrie, de farmacie en de chemie. Vooral de productiviteitsgroei van de machine-industrie zorgde ervoor dat er na 2013 een groei was van de arbeidsproductiviteit in de industrie (CBS, 2024). In paragraaf 3 wordt de ontwikkeling in de laatste jaren uitgelicht.

Figuur 2.3 Arbeidsproductiviteit, 2023 t.o.v. 2000
BrancheArbeidsproductiviteit (% verandering t.o.v. 2000)
Industrie74,6
Machine212,7
Chemie en farmacie121,6
Elektrisch en elektrotechniek99,2
Aardolie70,8
Hout, papier en grafisch63
Transportmiddelen61,1
Basismetaal en metaalproductie43,2
Kunststof en bouwmateriaal31,2
Textiel-, kleding- en leder30,2
Voedings- en genotmiddelen11,7
Overige industrie en reparatie-3,4

De toename van de arbeidsproductiviteit kan liggen in een hogere kwaliteit van arbeid, meer gebruik van kapitaal of een efficiënter productieproces (multifactorproductiviteit). De arbeidsproductiviteit van de Nederlandse industrie nam in de periode 2000-2023 nauwelijks toe door de inzet van meer kapitaal.

Het gedeelte van de arbeidsproductiviteitsgroei dat niet kan worden verklaard door de verbetering van de kwaliteit van arbeid of de inzet van kapitaal, is toe te schrijven aan de multifactorproductiviteit. Dat is het deel dat wordt veroorzaakt door veranderingen in het productieproces in de industrie. Mogelijke verklaringen voor dit deel van de groei zijn technologische vooruitgang, schaalvoordelen, en veranderingen in bezettingsgraden.

De multifactorproductiviteit speelt ook een grote rol in de ontwikkeling van de industrie. In 2023 droegen bijvoorbeeld zowel de inzet van arbeid als de inzet van kapitaal positief bij aan de groei van de toegevoegde waarde van de industrie. Desondanks was er wel sprake van een krimp van de toegevoegde waarde. Dit wordt dus verklaard door de negatieve bijdrage van de multifactorproductiviteit. De redenen hiervoor kunnen uitlopend zijn. Paragraaf 3 behandelt mogelijke verklaringen voor de stagnatie van de toegevoegde waarde van de industrie.

Samengevat nam de arbeidsproductiviteit in de industrie sterker toe dan in de hele commerciële sector. Dit kan voor een groot deel worden verklaard door de multifactorproductiviteit, zoals technologische vooruitgang, schaalvoordelen, en veranderingen in de bezettingsgraad.

Figuur 2.4 Bijdrage aan groei toegevoegde waarde industrie
JaarArbeid (%-punt)Kapitaal (%-punt)Multifactorproductiviteit (%-punt)
2000-0,70,75,6
'011,30,50,8
'02-1,30,40,3
'03-1,80,10,1
'04-1,105,1
'05-1-0,14,6
'06-0,303
'070,20,15,5
'0800,3-0,9
'09-2,90,1-7,9
'100,2-0,34,5
'11-0,4-0,15,6
'12-0,3-0,20
'130,4-0,4-0,4
'140,301,8
'150,30,10,8
'161,80,11
'171,10,35,7
'181,80,22,9
'192,30,3-1,5
'20-2,10,30
'213,208,1
'221,10,13,7
'231,60,3-2,8