1. Inleiding
De coronacrisis en de bijbehorende maatregelen hebben een duidelijk effect op het personenverkeer in Nederland. Zo daalde het aantal passagiers op de Nederlandse luchthavens als gevolg van de reisbeperkingen en nam het woon-werkverkeer af door het stimuleren van thuiswerken. Dit was onder andere terug te zien in de lagere verkeersintensiteit van het personenverkeer op de weg. Onderwijs op afstand zorgde daarnaast voor minder reizende scholieren en studenten. Mede hierdoor nam het aantal reizigers in het openbaar vervoer af (CBS, mobiliteit in coronatijd).
Deze veranderingen zorgden voor een lagere vraag naar vervoersdiensten- en middelen. Op de eerste plaats had dit effect op de ontwikkeling van bedrijven in de transportsector die gericht zijn op het vervoeren van personen. De toegevoegde waarde van de transportsector daalde in het tweede kwartaal van 2020 met 23,6 procent ten opzichte van een jaar eerder. Ook in het derde kwartaal van 2021 was de sector nog niet terug op het niveau van het overeenkomstige kwartaal van 2019. Op de tweede plaats worden ook de producenten en handelaren van transportmiddelen geraakt door het gedeeltelijk wegvallen van de vraag.
Kwartaal | 2019 (eerste kwartaal 2019 = 100) | 2020 (eerste kwartaal 2019 = 100) | 2021 (eerste kwartaal 2019 = 100) |
---|---|---|---|
Eerste kwartaal | 100,0 | 96,3 | 88,4 |
Tweede kwartaal | 106,5 | 81,4 | 100,6 |
Derde kwartaal | 105,5 | 86,6 | 103,9 |
Vierde kwartaal | 107,4 | 94,0 |
In dit artikel wordt dieper ingegaan op de economische gevolgen van de coronamaatregelen voor de transportsector. De focus ligt daarbij vooral op de branches die zich bezighouden met het vervoer van personen. Allereerst wordt echter een blik geworpen op het belang van de gehele transportsector voor de Nederlandse economie zowel voor als tijdens de coronacrisis. Deze sector omvat bedrijven die diensten verlenen omtrent transport. Hierbij kan het gaan om het transporteren van goederen, zoals vrachtwagenbedrijven, maar ook om bedrijven die personen vervoeren, zoals spoorwegmaatschappijen. Bij het belang van de transportsector wordt ook gekeken naar hoe Nederland zich verhoudt ten opzichte van andere landen binnen de Europese Unie. Daarnaast wordt een analyse gemaakt van het belang van het passagiersvervoer binnen deze sector.
Vervolgens wordt dieper ingegaan op de luchtvaart, het openbaar vervoer en de taxibranche en wordt er gekeken naar bedrijfstakken die vervoermiddelen produceren, verhuren of verkopen. In deze laatste paragrafen worden met name de ontwikkelingen tijdens de coronacrisis (het eerste kwartaal van 2020 tot en met het derde kwartaal van 2021) behandeld.