AI-monitor 2024

5. Uitstroom vanuit AI-onderwijs naar arbeidsmarkt

In Hoofdstuk 4 wordt het AI-onderwijs beschreven aan de hand van de aantallen ingeschreven studenten. Van de studenten die het AI-onderwijs verlaten (al dan niet gediplomeerd) wordt hieronder beschreven hoe het hen in de jaren daarna vergaat. Er wordt gekeken naar uitstroom vanuit de studiejaren 2018/’19 tot en met 2022/’23.

De jaarlijkse uitstroom uit AI-breed30) uit studiejaren 2018/’19 t/m 2022/’23 lag tussen ruim 15 duizend (studiejaar 2019/’20) en bijna 22 duizend (studiejaar 2022/’23) studenten. AI-breed betrof een selectie26) van alle opleidingen, namelijk alle opleidingen met een AI-component. Over deze jaren heen ging het in totaal om ruim 91 duizend studenten. De uitstroom uit AI-smal was in deze periode kleiner, in totaal over alle jaren betrof het 4.250 studenten. AI-smal bestaat uit opleidingen waarbij AI de kern vormt van de opleidingen. AI-smal maakt deel uit van AI-breed.

De cijfers in dit hoofdstuk gaan veelal over uitgestroomde studenten uit AI-breed (inclusief AI-smal). Waar mogelijk wordt uitstroom uit AI-smal apart besproken. In de tabellenset bij dit hoofdstuk staan meer gegevens dan waar we hier aandacht aan kunnen geven. De belangrijkste bevindingen worden in dit hoofdstuk gepresenteerd.

5.1 Twee derde stroomde AI-onderwijs uit met diploma

Ongeveer twee derde (67 procent) van de studenten vertrok uit het AI-onderwijs met een AI-diploma31), een derde verliet dit onderwijs zonder bijpassend diploma. Over alle jaren had 73 procent van de studenten die AI-smal verlieten een diploma bij uitstroom. Dat aandeel lag dus iets hoger voor AI-smal dan voor AI-breed.

Het aandeel studenten dat AI-onderwijs met een AI-diploma verliet is betrekkelijk stabiel (figuur 5.1.1). Het hoogste aandeel met diploma (70 procent) was in studiejaar 2019/’20, het laagste aandeel was 64 procent in studiejaar 2021/’22 (tijdens de coronacrisis).

5.1.1 Aandeel uitstroom uit AI-onderwijs met AI-diploma naar studiejaar, 2018/'19 - 2022/'23*
jaaraandeel AI-uitstroom met diploma (%)
2018/'1965,7
2019/'2070,3
2020/'2168,7
2021/'2263,6
2022/'2365,7
* Voorlopige cijfers

Vrouwen stroomden vaker uit met een AI-diploma uit AI-onderwijs (77 procent) dan mannen (63 procent). Ook bij andere (niet-AI) opleidingen verlieten vrouwen het onderwijs vaker gediplomeerd dan mannen, zowel in het mbo als in het ho.

Of studenten het AI-onderwijs met een AI-diploma verlieten was afhankelijk van de onderwijssoort (figuur 5.1.2): het aandeel dat uitstroomde met diploma was het laagst in het mbo, en het hoogst in het wetenschappelijk onderwijs (wo).

5.1.2 Aandeel uitstroom uit AI-onderwijs met AI-diploma naar onderwijssoort, 2018/’19 - 2022/’23*
onderwijssoortAandeel met diploma (%)
mbo51,7
hbo60
wo78,1
* Voorlopige cijfers

Dit verschil werd voor een deel veroorzaakt doordat binnen het mbo in studiejaar 2019/’20 een nieuwe AI-opleiding startte van ‘software developer’ in de rubriek ‘applicatiebouw en programmeren’. Uitstroom uit deze opleiding betrof vooral nog ongediplomeerde uitstroom, omdat de periode waarbinnen uitstroom onderzocht is, vrij kort was om een diploma te halen.

5.1.3 Aandeel uitstroom uit AI-onderwijs met AI-diploma naar rubriek, 2018/’19 - 2022/’23*
rubrieknaamAandeel met diploma (%)
technische industriële vormgeving87,5
econometrie81,9
bedrijfsinformatica75,7
kunstmatige intelligentie en kennistechnologie73,3
industriële procesautomatisering70,9
biochemie, biologische laboratoriumtechniek70,7
computertechniek en computer engineering69,2
marketing, commerciële economie68,9
wiskunde63,6
informatietechnologie algemeen60,3
applicatiebouw en programmeren29,6
* Voorlopige cijfers

5.2 Grootste deel AI-uitstromers werd werknemer

Van studenten die het AI-onderwijs verlaten hebben, is direct na uitstroom en in de jaren erna onderzocht of zij zijn gaan werken als werknemers of zelfstandige, of ze een uitkering ontvingen en of ze zijn teruggekeerd in onderwijs. Ook is bekeken of deze personen nog in Nederland stonden ingeschreven in de Basisregistratie Personen (BRP). Inschrijving in onderwijs en BRP zijn steeds bepaald op 1 oktober, werk- en uitkeringsstatus zijn steeds bepaald in de maand oktober.

Per jaar is bepaald of personen in dat jaar of eerder32) zijn teruggekeerd in onderwijs. Zo nee, dan is gekeken of zij nog steeds ingeschreven staan in de BRP op het peilmoment. Als personen niet zijn teruggekeerd in onderwijs en wel in de BRP ingeschreven staan op het peilmoment, worden zij gerekend tot de arbeidsmarktpopulatie. Binnen deze groep is een prioritering aangebracht, omdat iemand zowel werknemer als zelfstandige kan zijn en zowel kan werken als een uitkering ontvangen. Deze prioritering is als volgt: 1. werknemer, 2. zelfstandige, 3. ontvanger uitkering. Sommige personen horen wel tot de arbeidsmarktpopulatie, maar zij werken niet en zij ontvangen ook geen uitkering. Deze groep is in de presentatie van de resultaten samengenomen met de groep die op peilmoment niet in de BRP ingeschreven staat onder de noemer ‘overig: geen werk, geen uitkering, niet in BRP’.

In het studiejaar 2018/’19 stroomden er 15.800 studenten het onderwijs van AI-breed uit, zowel met als zonder diploma. De meesten van hen werden direct werknemer. Werken als zelfstandige of het ontvangen van een uitkering kwam nauwelijks voor, en dat bleef zo in de eerste vier jaren na uitstroom.

5.2.1 Arbeidsmarktstatus cohort 2018/’19 naar peilmoment*
jaar na uitstroomwerknemerzelfstandige**uitkeringonderwijsoverig: geen werk, geen uitkering, niet in BRP**
direct na uitstroom1094056023004070
11064055040014302790
21052063028017702610
31027073024019302630
49960025020303560
*Voorlopige cijfers ** 4 jaar na uitstroom zijn zelfstandigen te vinden in de categorie ‘overig’

Vooral studenten uit het mbo en hbo keerden terug in onderwijs, meestal nadat ze het onderwijs zonder diploma verlieten: van de uitstromers zonder diploma keerde ruim een kwart (28 procent) terug in onderwijs, van de uitstromers mét diploma was dat 5 procent. De overige cohorten laten een vergelijkbaar beeld zien. Deze bespreken we daarom hier niet.

De uitstroom uit AI-smal (in totaal 540 personen) kwam relatief vaak terecht in de categorie ‘overig: geen werk, geen uitkering, niet in BRP’. Dit kwam waarschijnlijk doordat opleidingen binnen AI-smal relatief vaak gevolgd werden door internationale studenten. Deze groep vertrok na uitstroom vaker uit Nederland, waarbij ze zich niet altijd uit de BRP uitschreven. Hierdoor leek het alsof deze personen niet werken en ook geen uitkering ontvangen, terwijl zij in werkelijkheid Nederland al verlaten hadden. Een deel van de internationale studenten schreef zich wel uit de BRP uit. Ook zij kwamen terecht in deze categorie (zie ook paragraaf 5.4).

5.3 Meeste werknemers komen terecht in bedrijfstak Informatie en communicatie

Voor de uitstromende AI-studenten die zijn gaan werken als werknemers, is de bedrijfstak van de werkgever bepaald. Enkele bedrijfstakken ontvingen maar heel weinig werkenden vanuit het AI-onderwijs. Om te voorkomen dat gegevens herleidbaar zijn naar individuen, worden enkele bedrijfstakken niet weergegeven in dit hoofdstuk. Dit zijn bijvoorbeeld de bedrijfstakken Landbouw, bosbouw en visserij, Delfstoffenwinning en Verhuur en handel van onroerend goed.

Voor het bepalen van de bedrijfstak is het peilmoment van oktober 2023 gebruikt. Er is hierbij gekeken naar alle cohorten. Dit betekent dat het aantal jaren dat personen werkzaam zijn varieert: voor cohort 2022/’23 gaat het om werknemers direct na uitstroom, terwijl het voor cohort 2018/’19 gaat om werknemers die 4 jaar geleden zijn uitgestroomd. De meeste personen werken in oktober 2023 in de bedrijfstak Informatie en communicatie.

Er waren verschillen tussen de bedrijfstakken van de bedrijven van werknemers die het AI-onderwijs met of zonder AI-diploma verlaten hebben. Met een diploma werkten de meesten in de bedrijfstakken Informatie en communicatie, Specialistische zakelijke diensten en Handel. Zonder behaald diploma waren de grootste aantallen werkzaam in de bedrijfstakken Handel (vooral bij supermarkten) en Verhuur en overige zakelijke diensten (vooral bij uitzendbureaus). Uitstromers werkten direct na uitstroom vaker in deze bedrijfstakken dan een aantal jaren later. Ook zonder diploma werkten uitstromers in 2023 vaak in de bedrijfstak Informatie en communicatie.

5.3.1 AI-uitstroom naar bedrijfstak en behaald diploma, 2023*
SBI21labelDiploma behaaldGeen diploma behaald
C Industrie42001100
D Energievoorziening41070
F Bouwnijverheid690360
G Handel58603160
H Vervoer en opslag940620
I Horeca500980
J Informatie en communicatie123202440
K Financiële dienstverlening3120420
M Specialistische zakelijke diensten69701030
N Verhuur en overige zakelijke diensten42502490
O Openbaar bestuur en overheidsdiensten2190650
P Onderwijs2120310
Q Gezondheids- en welzijnszorg810400
R Cultuur, sport en recreatie490340
S Overige dienstverlening270130
* Voorlopige cijfers

De bedrijfstakken waar werknemers gaan werken verschilt hier en daar tussen AI-breed en AI-smal. Deze verschillen worden geïllustreerd aan de hand van cohort 2018/’19 vier jaar na uitstroom in oktober 2023, waarbij uitstromers met en zonder diploma worden meegeteld.
Vergeleken met uitstromers uit AI-breed werkten uitstromers uit AI-smal ongeveer even vaak in de bedrijfstak Informatie en communicatie. Wel werkten zij duidelijk vaker in onderwijs, en dan vooral in het universitaire onderwijs. Mogelijk zijn dit personen die na het afronden van hun studie als promovendus gingen werken bij een universiteit. Dit sluit ook aan bij de relatief grote aantallen AI-vacatures in het onderwijs (zie hoofdstuk 6). Uitstromers uit AI-smal kwamen minder vaak dan uitstromers uit AI-breed terecht in de bedrijfstakken Industrie en Handel.

5.3.2 Aandeel werknemers uit cohort 2018'/19 naar bedrijfstak, naar AI-breed / AI-smal, 2023*
BedrijfstakAI-breed (%)AI-smal (%)
C Industrie9,80
D Energievoorziening0,80
E Waterbedrijven en afvalbeheer0,30
F Bouwnijverheid2,10
G Handel13,94,3
H Vervoer en opslag2,72,9
I Horeca1,20
J Informatie en communicatie25,628,6
K Financiële dienstverlening7,512
M Specialistische zakelijke diensten12,916,7
N Verhuur en overige zakelijke diensten8,25,1
O Openbaar bestuur en overheidsdiensten6,57,6
P Onderwijs3,710,9
Q Gezondheids- en welzijnszorg1,96,2
R Cultuur, sport en recreatie1,10
S Overige dienstverlening0,60
* Voorlopige cijfers AI-smal kleiner dan 2 procent is op 0 gesteld ivm geheimhouding

5.4 Meeste internationale AI-studenten vertrokken uit Nederland

Internationale studenten worden alleen onderscheiden binnen het hoger onderwijs. De volgende bevindingen hebben dus uitsluitend betrekking op AI-opleidingen binnen het hbo en wo.

Internationale studenten verlieten het AI-onderwijs even vaak met een AI-diploma (67 procent) als niet-internationale studenten (68 procent). Dat is zo in alle cohorten. Het waren de internationale studenten die vooral, en meestal al direct na uitstroom, terecht kwamen in de categorie ‘overig: geen werk, geen uitkering, niet in BRP’. Zoals aangegeven in paragraaf 5.2 ging het grotendeels om personen die niet meer in Nederland verbleven, maar zich niet hadden uitgeschreven uit de BRP. 
Ruim een kwart van de internationale AI-studenten (26 tot 29 procent over alle cohorten) werd werknemer in Nederland. Dit aandeel lag in de buurt van het gemiddelde van internationale studenten in Nederland. Een enkeling keerde terug in onderwijs. Internationale AI-studenten gingen net zoals de niet-internationale AI-studenten zelden als zelfstandige werken en ze ontvingen bijna nooit een uitkering.

5.4.1 Arbeidsmarktstatus internationale studenten cohort 2018/'19 naar peilmoment*
jaar na uitstroomwerknemerzelfstandige**uitkeringonderwijsoverig: geen werk, geen uitkering, niet in BRP*
direct na uitstroom690201001840
17502010801700
273020101001700
370020101101720
46700101201760
* Voorlopige cijfers ** 4 jaar na uitstroom zijn zelfstandigen te vinden in de categorie 'overig'

Internationale AI-studenten uit alle cohorten kozen vaker dan niet-internationale AI-studenten voor opleidingen in de rubrieken34) Computertechniek en computer engineering en Kunstmatige intelligentie en kennistechnologie (i.e. AI-smal). Ze kozen minder vaak voor opleidingen in de rubrieken Marketing, commerciële economie en Informatietechnologie algemeen. De voorkeur van internationale studenten voor specifieke opleidingen kan bepalend zijn geweest voor de specifieke bedrijfstakken waarin zij na uitstroom kwamen te werken.

Internationale AI-studenten die in Nederland als werknemer gingen werken, waren in oktober 2023 even vaak in de bedrijfstak Informatie en communicatie werkzaam als niet-internationale AI-studenten. Hierbij is gekeken naar alle cohorten op dit peilmoment. Internationale studenten werkten in 2023 vaker dan niet-internationale studenten in de bedrijfstakken Industrie, Specialistische zakelijke diensten, Financiële dienstverlening en Onderwijs. In de laatste bedrijfstak werkten zij waarschijnlijk vaak als promovendus. Naar verhouding kwamen internationale studenten iets minder vaak terecht in de bedrijfstakken Openbaar bestuur en overheidsdiensten en Handel.

5.4.2 Aandeel werknemers naar bedrijfstak en wel/niet internationale student, 2023*
SBI21labelniet-internationaal (%)internationaal (%)
C Industrie6,79,4
F Bouwnijverheid1,60
G Handel15,110,1
H Vervoer en opslag2,31,6
I Horeca2,31,7
J Informatie en communicatie26,124,4
K Financiele dienstverlening5,911,1
M Specialistische zakelijke diensten13,618,5
N Verhuur en overige zakelijke diensten11,29,2
O Openbaar bestuur en overheidsdiensten4,90
P Onderwijs3,89,1
Q Gezondheids- en welzijnszorg2,21,7
R Cultuur, sport en recreatie1,50
* Voorlopige cijfers

5.5 Meeste AI-uitstromers werkten minimaal 35 uur per week

De arbeidsduur per week was over het algemeen gelijk voor de werknemers van de verschillende cohorten. Daarom wordt hieronder de uitstroom uit AI-onderwijs van cohort 2018/’19 besproken, omdat voor dit cohort de meeste peilmomenten beschikbaar zijn.

Direct na uitstroom uit het AI-onderwijs werd wat vaker gewerkt in kleinere banen, vooral door uitstromers zonder diploma. Dit kwam waarschijnlijk doordat voormalig AI-studenten relatief vaak kwamen te werken in de bedrijfstakken Handel (waaronder supermarkten) en Verhuur en overige zakelijke dienstverlening (waaronder uitzendbureaus). Deze bedrijfstakken worden gekenmerkt door flexibele en kleinere banen. Twee jaar na uitstroom hadden de uitstromers zonder diploma stabieler werk gevonden dan aan het begin bij de supermarkten of uitzendbureaus, of zij waren terug in het onderwijs. De uitstromers met diploma waren dan al iets langer actief op de arbeidsmarkt. Om een beeld te schetsen van de arbeidsduur die wat stabieler is, wordt hieronder de arbeidsduur per bedrijfstak genomen op vier jaar na uitstroom uit AI-onderwijs.

De meeste werknemers werkten 35 uur per week of meer. In de Horeca waren er wat meer kleinere banen, maar vier jaar na uitstroom werkten daar niet zoveel AI-werknemers meer. In de bedrijfstakken Onderwijs en Gezondheids- en welzijnszorg kwam een grotere deeltijdbaan (20 tot 35 uur) wat vaker voor. Een kortere arbeidsduur was meer gebruikelijk in deze bedrijfstakken.

Van de uitstromers uit AI-smal werkte na vier jaar 79 procent 35 uur per week of meer. Het aantal personen in deze groep is te klein om een uitsplitsing te maken naar afzonderlijke bedrijfstakken.

5.5.1. Arbeidsduur werknemers van cohort 2018/'19, 2023*
SBI21labelminder dan 12 uur per week (%)12 tot 20 uur per week (%)20 tot 35 uur per week (%)35 uur per week of meer (%)
C Industrie0,21,19,189,6
D Energievoorziening01,211,187,7
F Bouwnijverheid00,911,387,8
G Handel0,81,412,285,6
H Vervoer en opslag0,73,310,785,3
I Horeca12,24,117,166,7
J Informatie en communicatie0,30,410,788,6
K Financiele dienstverlening0,70,91088,4
M Specialistische zakelijke diensten0,30,310,988,5
N Verhuur en overige zakelijke diensten2,31,81679,8
O Openbaar bestuur en overheidsdiensten0,81,611,786
P Onderwijs1,10,824,773,5
Q Gezondheids- en welzijnszorg1,11,128,169,7
R Cultuur, sport en recreatie3,85,717,173,3
S Overige dienstverlening0025,974,1
* Voorlopige cijfers

30) De indeling in AI-breed en AI-smal is voor studenten die een AI-diploma behaald hebben gebaseerd op de opleiding waarvoor het diploma behaald is. Voor studenten die geen diploma behaald hebben is deze indeling gebaseerd op de opleiding waarvoor de student stond ingeschreven in het laatste studiejaar voor het verlaten van het onderwijs.
31) Voor meer informatie over de indeling in AI-breed en AI-smal, zie hoofdstuk 4 AI-Onderwijs. De procedure van de huidige voorlopige selectie van rubrieken van opleidingen voor AI-breed en AI-smal staat beschreven in paragraaf 4.2.1.
32) Er is gekeken naar diploma’s behaald in het laatste studiejaar voor het verlaten van het onderwijs. Uitstromers vanuit AI-onderwijs die geen AI-diploma, maar een ander diploma behaald hebben, worden beschouwd als ‘uitstroom zonder diploma’.
33) Als uitgestroomde studenten weer terugkeren in het onderwijs, blijft de status voor de gehele volgende periode ‘terug in het onderwijs’. Een eventuele volgende uitstroom van deze studenten naar de arbeidsmarkt wordt opnieuw in de cijfers opgenomen bij een later cohort.
34) Zie hoofdstuk 4 AI-onderwijs.