Samenvatting
De stikstofexcretie in dierlijke mest is gedaald van 467,1 miljoen kilogram in 2022 tot 463,5 miljoen kg in 2023. Dit is 5,3 procent onder het productieplafond voor 2023 van 489,4 miljoen kilogram. De fosfaatexcretie in dierlijke mest is gedaald van 150,4 miljoen kilogram in 2022 tot 147,5 miljoen kilogram in 2023, 2,2 procent onder het productieplafond van 150,7 miljoen kilogram.
Rundvee (miljoen kg stikstof) | Varkens (miljoen kg stikstof) | Pluimvee (miljoen kg stikstof) | Overig vee (miljoen kg stikstof) | |
---|---|---|---|---|
1990 | 451,8 | 149,7 | 64,9 | 24,7 |
2000 | 339,2 | 120,6 | 62,6 | 26,6 |
2010 | 298,5 | 105,5 | 64,5 | 21,2 |
2020 | 320,1 | 91,8 | 54,7 | 22,8 |
2022 | 302,4 | 88,6 | 53,9 | 22,3 |
2023 | 307,1 | 81,7 | 52,6 | 22,2 |
Rundvee (miljoen kg fosfaat) | Varkens (miljoen kg fosfaat) | Pluimvee (miljoen kg fosfaat) | Overig vee (miljoen kg fosfaat) | |
---|---|---|---|---|
1990 | 120,8 | 69,0 | 33,0 | 6,2 |
2000 | 102,1 | 48,2 | 32,1 | 8,5 |
2010 | 96,2 | 45,5 | 29,1 | 8,1 |
2020 | 82,7 | 36,7 | 24,1 | 7,3 |
2022 | 86,3 | 34,4 | 22,5 | 7,2 |
2023 | 84,4 | 32,8 | 23,0 | 7,3 |
Rundvee
De stikstofexcretie in de melkveehouderij steeg van 269,2 miljoen kilogram in 2022 tot 273,8 miljoen kilogram in 2023 (1,7 procent), met name door een hoger stikstofgehalte van de gevoerde graskuil. Door een lager fosforgehalte van de gevoerde graskuil en een lagere fosforaanvoer via krachtvoer daalde de fosfaatexcretie van melkvee van 77,2 miljoen kilogram in 2022 tot 75,6 miljoen kilogram in 2023 (2,1 procent). De melkproductie per koe nam toe met 1,4 procent tot 9095 kilogram op jaarbasis.
De stikstofexcretie van vleesrundvee veranderde niet en bleef 33,2 miljoen kilogram. De fosfaatexcretie van vleesrundvee daalde van 9,1 naar 8,8 miljoen kilogram.
Het aantal runderen in de melkveehouderij is in de loop van 2023 gedaald en het aantal runderen voor de vleesproductie is toegenomen. Hierdoor zijn de aantallen op de peildatum van de landbouwtelling, 1 april, niet representatief zijn voor de gemiddelde aantallen in het jaar. Om die reden is een correctie toegepast op het aantal runderen waarbij gebruik is gemaakt van de aantallen op enkele peildata in het I&R-register rundvee.
Varkens
De stikstofexcretie van de varkenssector daalde van 88,6 miljoen kilogram in 2022 naar 81,7 miljoen kilogram in 2023 (7,8 procent). De fosfaatexcretie daalde van 34,4 naar 32,8 miljoen kilogram (4,8 procent). Het aantal vleesvarkens in de Landbouwtelling, zonder bijtellingen voor leegstand van stallen op de peildatum, daalde ten opzichte van 2022 met 235 duizend stuks (4,6 procent). Het aantal zeugen daalde met 34 duizend stuks (4,3 procent). Behalve een daling van het aantal dieren daalde ook de excretie per vleesvarken door lagere nutriëntengehalten van het krachtvoer.
Pluimvee
In de pluimveesector daalde de stikstofexcretie van 53,9 miljoen kilogram in 2022 tot 52,6 miljoen kilogram in 2023 (2,5 procent). De fosfaatexcretie steeg van 22,5 miljoen kilogram tot 23,0 (2,0 procent). Het aantal vleeskuikens en ouderdieren van vleeskuikens daalde in 2023 in vergelijking met 2022. Het aantal leghennen bleef vrijwel gelijk. Door hogere fosforgehalten van het voer voor vleeskuikens en leghennen nam per saldo de fosfaatexcretie toe.
Overig vee
Het overige vee bestaat uit schapen, geiten, paarden, pony’s en konijnen. De stikstofexcretie van deze groep daalde licht van 22,3 miljoen kilogram in 2022 naar 22,2 miljoen kilogram in 2023 (0,2 procent). De fosfaatexcretie nam toe van 7,2 naar 7,3 miljoen kilogram (2,2 procent). De excretie van overig vee draagt voor ongeveer 5 procent bij aan de totale excretie.
Vanaf het begin van de jaren negentig stelt de Werkgroep Uniformering berekening Mest- en mineralencijfers (WUM) jaarlijks standaardfactoren vast per diercategorie voor de excretie van stikstof, fosfaat en kali en voor de hoeveelheid drijfmest en vaste mest. De totale excretie van stikstof en fosfaat en de productie van drijfmest en vaste mest berekent het CBS door de standaardfactoren per diercategorie te vermenigvuldigen met het aantal dieren in de Landbouwtelling, zonder bijtellingen voor leegstand van stallen op de peildatum.
Dit rapport geeft een kort overzicht van de rekenmethodiek, de uitgangspunten en de resultaten voor 2023 en enkele voorgaande jaren.