Auteur: Ellen Webbink, Monica Deschinger, Mathilde Herbschleb, Elles van Timmeren, Jeremy Weidum
Vermogensonderzoeken in het buitenland 2022

Samenvatting

Het doel van dit onderzoek is in kaart te brengen hoe vaak gemeenten in 2022 een vermogensonderzoek in het buitenland zijn gestart en hoe vaak dit heeft geleid tot een vordering en boete wegens schending van de inlichtingenplicht in de bijstand.

Om deze informatie te achterhalen is naar alle gemeenten in Nederland een enquête gestuurd. In 2022 waren er in Nederland 344 gemeenten, daarvan hebben er 269 gerespondeerd (78 procent). Voor de gemeenten die niet hebben gerespondeerd zijn door middel van imputatie de aantallen geschat op basis van gemeenten die wel hebben gerespondeerd. Op deze manier is voor alle gemeenten in Nederland tezamen een schatting gemaakt van het aantal gemeenten dat vermogensonderzoeken is gestart in 2022, het aantal gestarte vermogensonderzoeken in het buitenland, constateringen, vorderingen en boetes.

Uit de analyses blijkt dat met 95 procent zekerheid kan worden gezegd dat er in 2022 door 60 tot 100 gemeenten vermogensonderzoeken in het buitenland zijn gestart. Samen zijn deze gemeenten 520 tot 690 onderzoeken gestart. Dit betekent dat in 2022 minder vermogensonderzoeken in het buitenland zijn gestart dan in 2020 en 2021. 

Naar aanleiding van vermogensonderzoeken in het buitenland zijn in 2022 in totaal 100 tot 130 overtredingen van de inlichtingenplicht geconstateerd. Er zijn 25 tot 30 vorderingen en 15 tot 20 boetes opgelegd met een datum besluit in 2022 (met 95 procent zekerheid). Van de beginschulden van deze vorderingen en boetes kon geen betrouwbaar model voor ophoging worden bepaald. Voor deze variabelen zijn daarom in deze publicatie alleen de gegevens van de responderende gemeenten beschreven. De totale beginschuld van de vorderingen van responderende gemeenten in 2022 was ruim 403 duizend euro en de beginschuld van de boetes was bijna 28 duizend euro.