Samenvatting
Het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (BZK) heeft het Kadaster en CBS gevraagd onderzoek te doen naar de Verenigingen van Eigenaren (VvE’s) in Nederland. In het licht van de verduurzamingsopgave van woningen in Nederland is informatie over VvE’s nodig om tot een effectieve aanpak te komen. Het gevraagde onderzoek is deels een update van de publicatie over VvE’s die het CBS en Kadaster in 2016 voor het ministerie hebben opgesteld.1) Om inzicht te krijgen in het aantal VvE’s is gebruik gemaakt van een op maat gemaakt basisbestand van het Kadaster met informatie uit de Basisregistratie Kadaster (BRK) en (indien er een verblijfsobject bij hoort) het id-nummer van het verblijfsobject uit de Basisregistratie Adressen en Gebouwen (BAG) op peildatum 1 januari 2022.
Op 1 januari 2022 zijn er in Nederland ruim 135 duizend VvE’s met minimaal één woning. De meeste VvE’s zijn te vinden in de provincies Zuid- en Noord-Holland, 65 procent van de VvE’s zijn hier gevestigd. VvE’s kunnen bestaan uit of alleen koopwoningen, of alleen huurwoningen (indien er meerdere eigenaren zijn), of een mix van koop- en huurwoningen. Dit laatste noemen we een gemengde VvE. Bijna de helft van de VvE’s is een gemengde VvE.
De 135 duizend VvE’s beheren in totaal bijna 1,6 miljoen verblijfsobjecten, waarvan ruim 1,4 miljoen woningen. Van deze woningen in VvE’s is 48 procent een koopwoning, 20 procent een huurwoning in bezit van een corporatie en 32 procent een huurwoning in bezit van een overige verhuurder. Van de koopwoningen die deel uitmaken van een VvE is 81 procent onderdeel van een gemengde VvE. Bij de huurwoningen ligt dit percentage op 57 procent.
Bij bijna de helft van de woningen waarbij het energielabel bekend en geldig is, is het meest voorkomende label A of B. Energielabel C of D komt bij 34 procent van de woningen voor en ongeveer 17 procent van de woningen heeft het minst energiezuinige label E, F of G. Van 37 procent van de woningen binnen een VvE is het energielabel onbekend of de woning heeft geen geldig energie-label. De meeste woningen die bij een VvE horen worden verwarmd door het gebruik van een individuele Centrale verwarming (69%). Daarnaast komen ook verwarmingsmethoden zoals blokverwarming (12%) en stadsverwarming zonder gas (11%) voor. Gemiddeld wordt het meeste aardgas verbruikt in woningen in Groningen, gevolgd door Drenthe en Gelderland. Het minste aardgas wordt verbruikt in woningen in Flevoland. Hoeveel aardgas er wordt verbruikt hangt samen met woningkenmerken zoals energetische kwaliteit (energielabel, bouwjaar), de verwarmingsinstallatie en oppervlakte.
Van de ruim 1,4 miljoen woningen binnen een VvE wordt 90 procent bewoond door één huishouden. Van alle woningen in een VvE die worden bewoond door één huishouden wordt meer dan de helft bewoond door alleenstaanden. In 30 procent van de woningen wonen paren zonder kinderen. Een derde van de referentiepersonen valt in de leeftijdsklasse van 30 t/m 49 jaar, evenals in de leeftijdsklasse van 65 jaar en ouder . Bijna 21 procent van de huishoudens heeft een referentiepersoon van middelbare leeftijd (50 t/m 64 jaar) en 15 procent is jonger dan 30 jaar.
De betaalreserve van een huishouden geeft aan wat het vermogen van een huishouden is exclusief de waarde van de eigen woning. Om aan te geven in hoeverre een huishouden in staat is om duurzaamheidsinvesteringen te doen in de woning kan betaalreserve een goede indicator zijn. Huishoudens die wonen in een koopwoning binnen een VvE hebben gemiddeld een hogere betaalreserve dan alle huishoudens in Nederland: het derde, vierde en vijfde kwintiel zijn oververtegenwoordigd.