1. Inleiding
In dit document wordt verslag gedaan van het geschatte watergebruik van personen en huishoudens in Nederland. Het aan consumenten geleverde drinkwater is op basis van de Vewin drinkwaterstatistieken al goed in beeld, wat ontbreekt is het inzicht in de doeleinden waarvoor het water gebruikt wordt. Het gaat daarom in het onderzoek Watergebruik Thuis 2021 en dit document met name om het bepalen van het hoofdelijk watergebruik opgesplitst naar verschillende componenten zoals douche, toilet, wasmachine, vaatwasmachine en buitenkraan. Die informatie biedt vervolgens de basis voor het opstellen van prognoses van de watervraag. Het onderzoek wordt uitgevoerd in samenwerking met Vewin en de betrokken waterbedrijven.
Voor de schattingen van het watergebruik wordt gebruik gemaakt van het onderzoek Watergebruik Thuis 2021. In de vragenlijst die voor dit onderzoek ontwikkeld is, wordt de respondent voor verschillende componenten gevraagd aan te geven wat hun situatie was op de invuldag. Zo wordt bijvoorbeeld gevraagd naar het watergebruik benodigd voor het toilet. Vraag is hoeveel toiletten in de woning aanwezig zijn, hoe vaak het toilet (of de toiletten) op de meetdag is gebruikt en of gebruik is gemaakt van een waterbesparende knop. Naast het watergebruik voor het toilet is ook gevraagd naar het watergebruik in de badkamer (bad en douche), voor de wasmachine, de vaatwasser, voor consumptie, het watergebruik voor buiten en het overige watergebruik.
Om te komen tot het gebruikte aantal liters per persoon en huishouden per dag moet per component een schatting worden gemaakt van de presentiegraad, de frequentie en het aantal liters water per keer. Dit bepaalt het aantal gebruikte liters per persoon en huishouden per dag voor elke component. Vervolgens volgt op basis van deze schattingen per component een schatting van het totale watergebruik per persoon en per huishouden.
Op basis van alleen de vragenlijst is het echter niet mogelijk om deze schattingen samen te stellen. Dat is aan de ene kant omdat in de vragenlijst de informatie per huishouden wordt verzameld en dus niet per persoon beschikbaar is. Aan de andere kant is de massa ook niet altijd toereikend om betrouwbare uitspraken te kunnen doen over het watergebruik per component naar persoons- en huishoudenskenmerken. Vandaar dat een modelmatige methode is ontwikkeld waarmee dat wel mogelijk is. In het model wordt zowel gebruik gemaakt van de informatie op basis van de vragenlijst als van informatie op basis van bestaande registerdata. Die informatie heeft betrekking op persoons- én huishoudenskenmerken.
Deze methode maakt het mogelijk om opsplitsingen van huishoudens naar personen te maken. Wel moet er daarbij rekening mee worden gehouden dat er systematische verschillen in het watergebruik kunnen zijn tussen type huishoudens. Als alle volwassenen met een kind een ander watergebruik hebben dan alle volwassenen zonder kind, dan wordt dit verschil nu toegekend aan het kind.
Onderhavig document doet in hoofdstuk 2 op hoofdlijnen verslag van de dataverzameling van het onderzoek Watergebruik Thuis 2021. Dit onderzoek vormt de basis voor dit resultatenrapport. Hoofdstuk 3 gaat in op de voor de schattingen gebruikte methode. Vervolgens beschrijft hoofdstuk 4 de schattingen van het totale watergebruik van personen en komen in de hoofdstukken 5 tot en met 12 de schattingen van het watergebruik per component aan de orde.
Het gaat in dit rapport om de landelijke schattingen van het watergebruik. Voor vier waterbedrijven is een extra steekproef getrokken, voor deze bedrijven worden rapporten samengesteld met de schattingen specifiek voor hun afzetgebied.