7. Conclusies
• Dit is het eerste multivariate kwantitatieve onderzoek waarin de kenmerken van gedupeerden van de toeslagenaffaire onderzocht zijn. Dit onderzoek bevestigt het beeld dat personen die zelf en/of van wie hun ouders niet in Nederland geboren zijn een grotere kans hebben om gedupeerd te raken. Van personen die niet gedupeerd zijn geraakt door de toeslagenaffaire is 78 procent zelf in Nederland geboren en de beide ouders ook. Bij gedupeerden van de toeslagenaffaire is dit 29 procent.
• De groep gedupeerden was ook voor dupering al kwetsbaar. Zo zijn gedupeerden sterk oververtegenwoordigd in de laagste inkomensklassen: 44 procent van de gedupeerden heeft een huishoudinkomen dat behoort tot de laagste 20 procent van Nederland en bij niet-gedupeerde aanvragers van kinderopvangtoeslag is dit 11 procent.
• Ook voor dupering hebben gedupeerden vaker te maken met kinderbeschermingsmaatregelen dan niet gedupeerden. In het jaar voor dupering heeft ongeveer 3 procent van de gedupeerden een kinderbeschermingsmaatregel in het gezin en bij niet-gedupeerden is dat minder dan 1 procent.
• Er is in dit onderzoek geen bewijs gevonden dat gedupeerden als gevolg van dupering extra vaak kinderbeschermingsmaatregelen opgelegd hebben gekregen in het gezin. Er is geen significante stijging in kinderbeschermingsmaatregelen waar te nemen na dupering én gedupeerden hebben na dupering niet vaker kinderbeschermingsmaatregelen in vergelijking met een groep niet-gedupeerden die dezelfde kenmerken heeft.
• Gemiddeld genomen heeft de dupering dus niet gezorgd voor extra kinderbeschermingsmaatregelen bij gedupeerden. Er is in dit onderzoek ook geen bewijs gevonden dat bepaalde subgroepen gedupeerden (bijvoorbeeld personen met een laag huishoudinkomen, alleenstaande ouders of personen met een migratieachtergrond) als gevolg van dupering wel disproportioneel in aanraking gekomen zijn met kinderbeschermingsmaatregelen na dupering. Dit betekent niet dat het uitgesloten kan worden dat er individuele gedupeerden zijn die als gevolg van de toeslagenaffaire dermate in de problemen zijn gekomen dat er kinderbeschermingsmaatregelen ingezet moesten worden.
• Op dit moment is voor het CBS enkel informatie beschikbaar over of een persoon geregistreerd is als gedupeerde van de toeslagenaffaire of niet. Er is bijvoorbeeld geen informatie beschikbaar over de mate waarin personen gedupeerd zijn geraakt. Mogelijk zijn personen die een zeer hoge “schuld” hadden bij de Belastingdienst wel dermate in de problemen geraakt dat zij na dupering vaker te maken hebben gekregen met kinderbeschermingsmaatregelen. Enkel indien aanvullende informatie beschikbaar komt, zou het CBS dit kunnen onderzoeken.
• Het CBS beschikt niet over de dossiers die ten grondslag liggen aan de kinderbeschermingsmaatregelen. Het CBS weet dan ook niet wat de reden voor dergelijke maatregelen zijn.
• In dit onderzoek is enkel gekeken naar de relatie tussen gedupeerdheid en kinderbeschermingsmaatregelen. In vervolgonderzoek zou ook aandacht besteed kunnen worden aan andere problemen die het gevolg kunnen zijn van slachtoffer worden van de toeslagenaffaire. Denk hierbij aan financiële problemen die gedupeerde gezinnen ondervonden kunnen hebben.