Auteur: Rik van der Vliet, Sabrina de Regt en Frank Linder
Invloed van sociale situaties op het aantal dienstjaren

3. 21 dienstjaren op basis van alleen werk

Dit hoofdstuk geeft de aantallen personen met 21 dienstjaren (van 1999 t/m 2019) op basis van alleen werk. Deze aantallen vormen de referentiewaarden voor de cijfers in het volgende hoofdstuk. Die cijfers geven namelijk de aandelen extra personen met 21 dienstjaren ten opzichte van deze referentiewaarden als ook rekening gehouden wordt met dienstjaren door een gelijkstelling. In de grafieken gaat het altijd om de leeftijd aan het begin van het jaar.

3.1. Totaal

De aantallen personen met 21 dienstjaren op basis van alleen werk grijpen terug op de ‘Bijlage Bronnen en methode’ van het Verkennend Onderzoek 45 dienstjaren . De variant gebruikt in het huidige onderzoek is de populatie Werk204. Voor de mensen in deze populatie geldt dat zij elk jaar van 1999 t/m 2019 tenminste een half jaar voor tenminste 204 uur als werknemer werkten en/of zelfstandige waren. Zij vormen de groep personen met 21 dienstjaren op basis van alleen werk. De aantallen komen niet helemaal overeen met het eerdere verkennende onderzoek. Er is namelijk een kleine wijziging in afbakening geweest, die rekening houdt met dienstverbanden die niet het hele jaar duurden. De uren van iemand die geen heel jaar gewerkt heeft zijn in het huidige onderzoek teruggerekend naar de uren die deze persoon gewerkt zou hebben als de baan wel een heel jaar had geduurd. Hierdoor kan iemand die net geen 204 uur heeft gewerkt op jaarbasis toch op 204 uur of hoger uitkomen en zo in een jaar toch een dienstjaar vanwege werk hebben. Uiteraard blijft wel gelden dat er minstens een half jaar gewerkt moet zijn. Deze aanpassing in afbakening heeft geleid tot 4 200 extra personen met 21 dienstjaren op basis van alleen werk. De totale populatie mensen met 21 dienstjaren op basis van alleen werk (alle leeftijden) bestaat dan uit 3 161 600 personen.

3.2. Leeftijd

Het aantal mensen met 21 dienstjaren door alleen werk is het grootst tussen 46 en 56 jaar (zie Grafiek 3.2.1). Vaak heeft dan ook meer dan de helft van de bevolking 21 dienstjaren (zie Grafiek 3.2.2). Op jongere leeftijd zal nog niet iedereen 21 dienstjaren door werk hebben vanwege bijvoorbeeld studiejaren. Vanaf 65 jaar neemt het aantal mensen met 21 dienstjaren sterk af. Dan hebben velen de arbeidsmarkt verlaten door pensionering.

3.2.1 Personen met 21 dienstjaren door werk naar leeftijd, 2019
LeeftijdWerk
3540000
3653000
3762600
3868200
3974300
4078900
4185500
4291200
4399800
44107400
45118800
46125700
47131400
48134600
49128200
50127600
51127100
52128300
53130600
54128000
55124100
56122700
57116600
58114700
59107800
60101200
6192600
6281100
6367900
6450400
6520800
6615600
6712800
6810400
699100

3.2.2 Aandeel personen in de bevolking met 21 dienstjaren door werk naar leeftijd, 2019
LeeftijdAandeel (%)
3519,6
3625,9
3730,1
3832,3
3936,4
4038,7
4142,6
4245,0
4348,8
4450,3
4553,8
4652,7
4752,6
4851,7
4948,2
5050,1
5150,4
5250,7
5351,0
5449,1
5548,5
5649,0
5747,1
5847,8
5945,4
6044,0
6141,2
6236,9
6331,8
6424,1
6510,2
667,6
676,6
685,4
694,6

3.3. Geslacht

Mannen hebben vaker 21 dienstjaren door werk dan vrouwen (zie Grafiek 3.3.1). Hun aandeel binnen de groep mensen met 21 dienstjaren wordt naarmate de leeftijd stijgt ook steeds hoger. Rond de leeftijd van 47 jaar hebben mannen ongeveer anderhalf keer zo vaak 21 dienstjaren dan vrouwen. Rond 64 jaar is dit ongeveer twee keer zo vaak en vanaf 65 jaar ongeveer drie keer zo vaak. Blijkbaar werken mannen na hun pensioenleeftijd vaker door dan vrouwen.

3.3.1 Personen met 21 dienstjaren door werk naar geslacht en leeftijd, 2019
LeeftijdMannenVrouwen
352230017700
362960023300
373540027200
383850029700
394180032500
404440034600
414810037400
425140039800
435660043200
446160045800
456880050000
467410051600
477810053300
488110053500
497800050200
507820049400
517790049100
527930049000
538060050000
547960048400
557680047300
567610046600
577250044100
587100043800
596720040600
606320038000
615850034100
625200029100
634450023400
643370016800
65153005500
66118003800
6798003000
6879002500
6970002100
 

3.4. Opleidingsniveau

Op elke leeftijd zijn er meer middelbaar opgeleiden met 21 dienstjaren dan hoger en lager opgeleiden (zie Grafiek 3.4.1). Lager opgeleiden zijn het kleinst in aantal; dat is ook zo in de totale bevolking van 35 tot 65 jaar (zie deze tabel op StatLine).

3.4.1 Personen met 21 dienstjaren door werk naar opleidingsniveau en leeftijd, 2019
LeeftijdLager opgeleidMiddelbaar opgeleidHoger opgeleid
3553002090013800
3683002730018100
3791003170021200
38102003460023200
39108003800025500
40109003940027900
41121004320031300
42127004370035100
43134004760038900
44150004910042400
45181005340046400
46192005740048200
47209006200049700
48225006270049400
49220006090045800
50218006000044600
51227006060044000
52246006090042700
53262006010044400
54261006020042000
55260005690041100
56257005470042100
57250005230040000
58250005210040200
59240004520036700
60228004280034900
61219003950032400
62196003350027700
63184002700022200
64137002000015600
65580088007300
66400059005200
67370050004000
68310041003100
69250033002700
 

3.5. Migratieachtergrond

Het grootste deel van de mensen met 21 dienstjaren heeft een Nederlandse achtergrond (zie Grafiek 3.5.1). Ongeveer een op de negen heeft een migratieachtergrond. Tot 45 jaar is het aantal mensen met 21 dienstjaren met een westerse of niet-westerse migratieachtergrond ongeveer gelijk aan elkaar (zie Grafiek 3.5.2). Op latere leeftijd ligt het aantal mensen met een westerse migratieachtergrond hoger.

3.5.1 Personen met 21 dienstjaren door werk naar achtergrond en leeftijd, 2019
LeeftijdNederlandsMigratieachtergrond
35362003800
36474005500
37558006800
38607007600
39659008400
40699009000
41761009500
428090010300
438820011500
449500012300
4510490013900
4611080014800
4711600015500
4811840016100
4911260015600
5011230015300
5111180015300
5211260015700
5311500015700
5411290015000
5510950014600
5610900013600
5710320013400
5810200012800
599590011900
608990011300
618220010300
62717009400
63597008200
64441006300
65185002300
66139001700
67114001400
6893001100
6981001000

3.5.2 Personen met 21 dienstjaren door werk naar migratieachtergrond en leeftijd, 2019
LeeftijdWestersNiet-westers
3518002000
3627002800
3734003500
3837003900
3941004300
4044004600
4149004600
4253005000
4360005500
4465005900
4575006300
4682006700
4787006700
4893006800
4990006500
5092006200
5189006400
5292006500
5392006400
5491006000
5589005700
5684005200
5782005200
5882004600
5977004200
6074003800
6169003500
6265003000
6355002600
6444002000
651800500
661300400
671100300
68900200
69800200