2. Arbeidsongevallen in Nederland
2.1 Werknemers en zelfstandigen met arbeidsongeval
Bijna 200 duizend werknemers met arbeidsongeval
In 2021 rapporteerden 196 duizend werknemers van 15 tot 75 jaar in Nederland in de voorgaande twaalf maanden slachtoffer te zijn geweest van een of meerdere ongevallen tijdens het werk. Bij bijna de helft, 96 duizend personen, leidde het ongeval niet tot arbeidsverzuim. Bij de overige 100 duizend personen leidde het ongeval tot ten minste één dag verzuim. Het merendeel van hen - 74 duizend - gaf aan dat ze vier dagen of meer verzuimden.
Minder arbeidsongevallen tijdens coronajaren
In 2021 vormden de 196 duizend werknemers met een arbeidsongeval 2,6 procent van het totaal aantal werknemers van 15 tot 75 jaar. Dit aandeel is vergelijkbaar met dat in het eerste coronajaar 2020 (2,5 procent). In de jaren voor corona, van 2014 tot en met 2019, schommelde dit percentage steeds tussen de 3,0 en de 3,4 procent.
Van de werknemers die slachtoffer waren van een arbeidsongeval in 2021 gaf 1,3 procent aan dat het ongeval leidde tot een verzuim van minstens één dag; bij 1,0 procent was het verzuim vier dagen of meer.
Totaal werknemers met een ongeval (%) | Ongeval 1 dag of meer verzuim (%) | Ongeval 4 dagen of meer verzuim (%) | |
---|---|---|---|
2014 | 3,4 | 1,7 | 1,1 |
2015 | 3 | 1,4 | 0,9 |
2016 | 3 | 1,4 | 1 |
2017 | 3,4 | 1,6 | 1,2 |
2018 | 3,1 | 1,5 | 1,1 |
2019 | 3,3 | 1,5 | 1,1 |
2020 | 2,5 | 1,2 | 0,9 |
2021 | 2,6 | 1,3 | 1 |
Bron: CBS, TNO | |||
1) In de NEA wordt sinds 2015 een extra controle uitgevoerd of een gerapporteerd arbeidsongeval in de afgelopen twaalf maanden heeft plaatsgevonden. Hierdoor is het cijfer voor 2014 minder goed vergelijkbaar met recentere jaren. |
Zelfstandig ondernemers iets minder vaak slachtoffer
Voor zelfstandig ondernemers zijn cijfers beschikbaar voor 2015, 2017, 2019 en 2021. Van de zelfstandig ondernemers had 1,8 procent in 2021 een arbeidsongeval tijdens het werk. Daarmee was dit percentage iets lager dan in 2019 (2,1 procent). Ook het percentage dat een of meer dagen verzuimde als gevolg van een arbeidsongeval (1,1 procent) lag onder dat van twee jaar eerder (1,3 procent). In diezelfde periode nam bovendien het percentage dat vier dagen of meer verzuimde als gevolg van een arbeidsongeval enigszins af.
Onder werknemers was het percentage met een arbeidsongeval hoger (2,6 procent) dan onder zelfstandigen (1,8 procent). Dit geldt zowel voor ongevallen met minimaal één dag verzuim als voor ongevallen met ten minste vier dagen verzuim. Als alleen wordt gekeken naar de ongevallen met verzuim dan zijn de verschillen tussen werknemers en zelfstandig ondernemers kleiner.
Werknemers (x 1 000) | Zelfstandig ondernemers (x 1 000) | Werknemers (%) | Zelfstandig ondernemers (%) | |
---|---|---|---|---|
Totaal werkenden met een ongeval | 196 | 22 | 2,6 | 1,8 |
Ongeval 1 dag of meer verzuim | 100 | 13 | 1,3 | 1,1 |
Ongeval 4 dagen of meer verzuim | 74 | 9 | 1,0 | 0,7 |
Bron: CBS,TNO |
Laagopgeleide werknemer heeft het vaakst arbeidsongeval met verzuim
Onder werknemers waren mannen vaker slachtoffer van een arbeidsongeval met verzuim dan vrouwen: 1,6 tegenover 1,1 procent. Hetzelfde gold met respectievelijk 1,2 en 0,8 procent voor zelfstandig ondernemers. Laagopgeleide werknemers hebben naar verhouding het vaakst een arbeidsongeval op het werk waarbij moet worden verzuimd. Met 2,1 procent was dit aandeel bijna dubbel zo groot als onder laagopgeleide zelfstandig ondernemers (1,1 procent). Bij zelfstandigen kwam onder de middelbaar opgeleiden een arbeidsongeval met verzuim het meest voor (1,5 procent).
Werknemers (%) | Zelfstandig ondernemers (%) | |
---|---|---|
Totaal | 1,3 | 1,1 |
Geslacht | ||
Man | 1,6 | 1,2 |
Vrouw | 1,1 | 0,8 |
Leeftijd | ||
15 tot 25 jaar | 1,4 | |
25 tot 55 jaar | 1,3 | 1,1 |
55 tot 75 jaar | 1,3 | 1,0 |
Onderwijsniveau | ||
Laag | 2,1 | 1,1 |
Middelbaar | 1,6 | 1,5 |
Hoog | 0,6 | 0,7 |
Bron: CBS, TNO |
2.2 Dodelijke arbeidsongevallen
Afname dodelijke arbeidsongevallen tijdens coronapandemie
Arbeidsongevallen hebben in sommige gevallen helaas een dodelijke afloop. De meest recente cijfers over dodelijke arbeidsongevallen van werknemers hebben betrekking op 2020, het eerste coronajaar. Toen vonden er 23 dodelijke arbeidsongevallen plaats onder werknemers van 15 tot 75 jaar (CBS Doodsoorzakenstatistiek, 2020). Dit zijn er aanzienlijk minder dan in de pre-coronajaren. Tussen 2005 en 2019 schommelde het jaarlijkse aantal dodelijke slachtoffers ten gevolge van een arbeidsongeval tussen de 35 en 55. De Nederlandse Arbeidsinspectie rapporteerde een hoger aantal dodelijke arbeidsongevallen (54 in 2020) (zie kader Dodelijk arbeidsongeval). Op basis van het meest recente cijfer van de Nederlandse Arbeidsinspectie heeft er in 2021 een lichte stijging plaatsgevonden (62 dodelijke arbeidsongevallen).
Afgezet tegen het aantal werknemers waren er volgens de CBS-definitie in 2020 per 100 duizend werknemers 0,3 arbeidsongevallen met dodelijke afloop te betreuren. Tussen 2012 en 2019 was deze indicator vrijwel constant, variërend tussen 0,5 en 0,6. In de jaren daarvoor (2005-2011) waren er naar verhouding nog iets meer dodelijke ongevallen tijdens het werk en kwam deze indicator doorgaans uit op 0,7 of 0,8.
Aantal | Per 100 000 werknemers | |
---|---|---|
2005 | 48 | 0,7 |
2006 | 53 | 0,8 |
2007 | 50 | 0,7 |
2008 | 55 | 0,8 |
2009 | 47 | 0,7 |
2010 | 42 | 0,6 |
2011 | 48 | 0,7 |
2012 | 35 | 0,5 |
2013 | 42 | 0,6 |
2014 | 45 | 0,6 |
2015 | 35 | 0,5 |
2016 | 36 | 0,5 |
2017 | 43 | 0,6 |
2018 | 45 | 0,5 |
2019 | 37 | 0,5 |
2020 | 23 | 0,3 |
Bron: CBS |
2.3 Ernstige arbeidsongevallen in de EU
Nederland qua ernstige arbeidsongevallen onder EU-gemiddelde
In deze paragraaf worden de Nederlandse cijfers over ernstige arbeidsongevallen van werknemers van 15 tot 75 jaar vergeleken met die in andere EU-landen.
Per 100 duizend werknemers deden zich in 2020 in de lidstaten van de EU gemiddeld 1 470 ernstige arbeidsongevallen voor met vier of meer dagen verzuim. Nederland zit met 1 140 arbeidsongevallen onder het gemiddelde van de EU. De positie van Nederland ten opzichte van het EU-gemiddelde is ten opzichte van 2014 iets verbeterd. Het EU-gemiddelde was 1 660 per 100 duizend werknemers in 2014 en liep terug naar 1 470 arbeidsongevallen in 2020. In Nederland daalde dit aantal van 1 390 in 2014 naar 1 300 in 2016, en 1 140 in 2020.
2020 (per 100 000 werknemers) | |
---|---|
Portugal | 2814 |
Frankijk | 2598 |
Spanje | 2384 |
Denemarken | 1902 |
Duitsland | 1782 |
Luxemburg | 1748 |
Oostenrijk | 1532 |
België | 1503 |
EU-27 | 1466 |
Finland | 1393 |
Slovenië | 1294 |
Nederland | 1140 |
Italië | 1037 |
Estland | 1032 |
Zweden | 842 |
Malta | 829 |
Tsjechië | 720 |
Hongarije | 639 |
Cyprus | 585 |
Kroatië | 564 |
Ierland | 534 |
Slowakije | 433 |
Polen | 424 |
Litouwen | 369 |
Letland | 285 |
Griekenland | 157 |
Roemenië | 81 |
Bulgarije | 77 |
Bron: ESAW 2020 N.B. In verband met de internationale vergelijkbaarheid worden hier alleen arbeidsongevallen meegenomen in de bedrijfstakken Landbouw, bosbouw en visserij, Industrie, Energievoorziening, Waterbedrijven en afvalbeheer, Bouwnijverheid, Handel, Vervoer en opslag, Horeca, Informatie en communicatie, Financiële dienstverlening, Verhuur en handel van onroerend goed, Specialistische zakelijke diensten en Verhuur en overige zakelijke diensten. |
Aantal dodelijke arbeidsongevallen in Nederland het laagst
Het gestandaardiseerd aantal dodelijke arbeidsongevallen per 100 duizend werknemers is in Nederland in 2020 het laagste van Europa. In de EU waren er gemiddeld 2,11 dodelijke ongevallen per 100 duizend werknemers, terwijl dit aantal in Nederland uitkwam op 0,42. Zowel het Nederlandse als het EU-aantal zijn lager geworden. In 2014 ging het nog om respectievelijk 2,33 en 1,01 per 100 werknemers. Het is onduidelijk of deze dalingen in 2020 een gevolg zijn van de coronapandemie.
2020 (per 100 000 werknemers) | |
---|---|
Cyprus | 5,12 |
Bulgarije | 4,52 |
Malta | 3,99 |
Roemenië | 3,96 |
Litouwen | 3,84 |
Portugal | 3,62 |
Letland | 3,21 |
Frankrijk | 3,16 |
Kroatië | 3,13 |
Italië | 3,03 |
Oostenrijk | 2,89 |
Spanje | 2,76 |
Tsjechië | 2,52 |
Ierland | 2,38 |
Slovenië | 2,32 |
Luxemburg | 2,31 |
Slowakijke | 2,21 |
Hongarije | 2,16 |
Europese Unie (EU-27) | 2,11 |
Estland | 2,09 |
België | 2,07 |
Denemarken | 2,01 |
Polen | 1,48 |
Griekenland | 1,36 |
Finland | 1,26 |
Duitsland | 0,96 |
Zweden | 0,77 |
Nederland | 0,42 |
Bron: ESAW 2020 N.B. In verband met de internationale vergelijkbaarheid worden hier alleen arbeidsongevallen meegenomen in de bedrijfstakken Landbouw, bosbouw en visserij, Industrie, Energievoorziening, Waterbedrijven en afvalbeheer, Bouwnijverheid, Handel, Vervoer en opslag, Horeca, Informatie en communicatie, Financiële dienstverlening, Verhuur en handel van onroerend goed, Specialistische zakelijke diensten en Verhuur en overige zakelijke diensten. |