1. Inleiding
Tot de inval van Rusland in Oekraïne bestond er een levendige goederenhandel tussen deze twee landen en Nederland. Deze stromen raakten echter vanaf de inval op 24 februari 2022 verstoord door de effecten van de oorlog in Oekraïne, de reactie van de Westerse wereld in de vorm van steeds zwaardere economische sancties tegen Rusland en de reactie daarop van Rusland. Dit leidde in grote delen van Europa tot problemen in de aanvoer van fossiele brandstoffen, en wereldwijd in de aanvoer van grondstoffen en landbouwproducten, met wereldwijd grote prijsstijgingen tot gevolg. Het CBS (25 mei 2022) meldde voor maart 2022 een daling van het importgewicht uit Oekraïne met 31 procent en een stabilisatie van het importgewicht uit Rusland. De waarde van de import uit Rusland onderging tegelijkertijd meer dan een verdubbeling als gevolg van de forse prijsstijgingen van vooral minerale brandstoffen.
Dit artikel beschrijft verschillende kenmerken van de handels- en doorvoerstromen tussen Nederland en Rusland en tussen Nederland en Oekraïne zoals deze vóór de oorlog bestonden. Daarmee wordt inzicht verkregen in het belang van deze twee landen voor de Nederlandse goederenhandel en de doorvoer van goederen naar andere landen. Dat inzicht is een belangrijk ingrediënt voor verdere schattingen van de effecten van deze oorlog voor de Nederlandse economie. Deze publicatie is gebaseerd op de in-, uit- en doorvoerstatistiek die mede tot stand is gekomen met financiering van het Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat.
Bij goederenstromen tussen landen hoeven de producten niet per se in het land van ontvangst te blijven. Voor een deel betreffen ze wederuitvoer en doorvoer. Hoe zit dit in het geval van de goederenstromen tussen enerzijds Rusland of Oekraïne en anderzijds Nederland? Om hoeveel gewicht gaat het per stroom en om wat voor soort producten? Wat is het aandeel van de diverse stromen in het totaal van vergelijkbare goederenstromen? Op welke manier (schip, vrachtwagen, trein, pijpleiding) worden de goederen vervoerd? En waar verdient Nederland het meeste geld aan?
Bij de beschrijving van goederenstromen wordt onderscheid gemaakt naar het land van herkomst van de goederen, het land van lading, het land van lossing en het bestemmingsland. De herkomst is het land waarvandaan de goederen zijn verzonden. Dit hoeft niet per se het land te zijn waar de goederen zijn gemaakt. Het land van lading is het land waar de goederen zijn geladen op het vervoermiddel waarmee ze Nederland binnenkomen. Vergelijkbaar is het land van lossing het land waar de goederen gelost worden van het vervoermiddel waarmee ze Nederland hebben verlaten. Ten slotte, de bestemming is het land waar de goederen uiteindelijk worden afgeleverd. Dit hoeft niet gelijk te zijn aan het land van lossing. Naast de aldus gemeten stromen wordt ook aandacht besteed aan goederen die niet rechtstreeks van Rusland naar Nederland zijn gekomen, maar via een tussenland. Dit is niet onderzocht voor Oekraïne.
In 2.1 worden de hoofdstromen besproken: hoeveel kwam er vanuit Rusland of Oekraïne naar Nederland en hoeveel ging de omgekeerde weg. In 2.2 worden de goederenstromen onderverdeeld naar invoer voor binnenlands gebruik, uitvoer van Nederlands product, wederuitvoer en doorvoer. Per type uitgaande stroom kunnen de verdiensten worden geraamd. Dit komt aan de orde in 2.3. In 2.4 worden de goederen besproken die tussen de twee landen en Nederland werden vervoerd. In 2.5 wordt de wijze van vervoer behandeld. De rol van Rusland als overslaglocatie voor goederen met bestemming Nederland is het onderwerp van 2.6. In 2.7 staat de doorvoer uit Rusland centraal: in welke Nederlandse havens wordt de doorvoer afgehandeld, welke vervoerwijzen zijn erbij betrokken en waar gaan deze goederen naartoe. In paragraaf 3 volgen de conclusies.