Waardering voor zorgverleners

Technische toelichting

De vraagstellingen die ten grondslag liggen aan de uitkomsten van dit artikel, worden hieronder beschreven.

Contact en tevredenheid huisarts en tandarts

Contact met de huisarts in de afgelopen twaalf maanden is gebaseerd op cijfers van de jaarlijkse Gezondheidsenquête van het CBS. In 2018 werd gevraagd: ‘Wanneer heeft u voor het laatst voor uzelf contact gehad met de huisarts?’ De antwoordopties hierbij waren: 1. Minder dan 12 maanden geleden, 2. 12 maanden geleden of langer en 3. Nog nooit. Hierbij telden bezoeken aan de huisartspraktijk, huisbezoeken, telefonische consulten, contacten met een vervangende huisarts of met de huisartsenpost ook mee. Contacten met de praktijkondersteuner en de praktijkverpleegkundige telden niet mee.
Voor contact met de tandarts werd in de Gezondheidsenquête een gelijkaardige vraag gesteld: Wanneer bent u voor het laatst voor uzelf naar de tandarts geweest? Hierbij waren de antwoordopties: 1. Minder dan 6 maanden geleden, 2. 6 tot 12 maanden geleden, 3. 12 maanden of langer geleden en 4. Nog nooit. Contacten met de mondhygiënist, orthodontist en kaakchirurg telden niet mee. 
Tevredenheid over de huisarts is afkomstig uit het onderzoek Belevingen. Aan respondenten is gevraagd of zij in de afgelopen twaalf maanden voor zichzelf contact hebben gehad met hun huisarts. Telefonische contacten telden hierbij niet mee. Aan degenen die deze vraag met ‘ja’ beantwoordden werd vervolgens gevraagd om hun huisarts een rapportcijfer te geven van 1 tot en met 10, waarbij 1 staat voor ‘heel erg slecht’ en 10 voor ‘heel erg goed’. Als de respondent met meerdere huisartsen contact had in de afgelopen twaalf maanden, werd gevraagd om een rapportcijfer te geven voor de huisarts met wie hij/zij het vaakst contact heeft gehad in deze periode. Bij een onvoldoende (5 of lager) is gevraagd of de respondent het rapportcijfer in een open antwoordmogelijkheid kon toelichten. Dezelfde vragen werden in het onderzoek Belevingen ook gesteld voor de tandarts. Hierbij werd aangegeven dat telefonische contacten en contacten met de orthodontist of mondhygiënist niet meetellen.

Contact en tevredenheid fysiotherapeut of oefentherapeut

Het percentage mensen dat in de afgelopen twaalf maanden contact had met de fysiotherapeut of oefentherapeut is gebaseerd op de vraag in de Gezondheidsenquête: ‘Heeft u in de afgelopen 12 maanden, dus sinds <huidige datum –12 maanden>, gebruik gemaakt van fysiotherapie of oefentherapie?’ Fysiotherapie of oefentherapie tijdens ziekenhuis- of dagopname worden hierbij niet meegerekend.
De tevredenheid met de fysiotherapeut of oefentherapeut is afkomstig uit het onderzoek Belevingen. Aan respondenten is gevraagd of zij in de afgelopen twaalf maanden voor zichzelf contact hebben gehad met een fysiotherapeut of een oefentherapeut Cesar of Mensendieck. Telefonische contacten telden hierbij niet mee. De mogelijke antwoordopties waren: ‘ja, met een fysiotherapeut’, ‘ja, met een oefentherapeut Cesar of Mensendieck’ en ‘nee, geen van deze’. Respondenten hadden de mogelijkheid om zowel de eerste antwoordoptie als de tweede antwoordoptie te kiezen. Degenen die beide antwoorden gaven, kregen vervolgens de vraag met wie ze het vaakst contact hebben gehad. Aan respondenten die (het vaakst) contact hadden met de fysiotherapeut is vervolgens gevraagd om hun fysiotherapeut een rapportcijfer te geven van 1 tot en met 10, waarbij 1 staat voor ‘heel erg slecht’ en 10 voor ‘heel erg goed’. Bij een rapportcijfer van 5 of lager is vervolgens gevraagd om een toelichting. Dezelfde vragen zijn gesteld aan degenen die in de afgelopen twaalf maanden (het vaakst) contact hadden met een oefentherapeut Cesar of Mensendieck. Uit het onderzoek Belevingen 2018 blijkt dat de overgrote meerderheid enkel een fysiotherapeut heeft geraadpleegd. Vanwege het beperkte aantal mensen dat gebruik heeft gemaakt van oefentherapie Cesar of Mensendieck (n = 54), kan in dit artikel niet de tevredenheid over de oefentherapeut afzonderlijk worden vastgesteld. Deze is samengenomen en meegeteld in één categorie, te weten fysio- en oefentherapie.

Contact en tevredenheid psycholoog, psychiater of psychotherapeut

Contact met de psycholoog, psychiater of psychotherapeut in de afgelopen twaalf maanden is gebaseerd op de volgende vraag in de Gezondheidsenquête: ‘Heeft u in de afgelopen 12 maanden contact gehad met een psycholoog, psychiater of psychotherapeut?’. Tevredenheid met de psycholoog, psychiater of psychotherapeut is vastgesteld aan de hand van het onderzoek Belevingen. Aan respondenten is gevraagd of zij in de afgelopen twaalf maanden voor zichzelf contact hebben gehad met een psycholoog, psychiater of psychotherapeut. Telefonische contacten telden hierbij niet mee. De antwoordopties hierbij waren:
1. Ja, met een psycholoog
2. Ja, met een psychiater
3. Ja, met een psychotherapeut
4. Nee, geen van deze

De respondenten die met meer dan één zorgverlener binnen de geestelijke gezondheidszorg contact hadden, kregen vervolgens de vraag: ‘’Met wie heeft u in de afgelopen twaalf maanden het vaakst contact gehad?’. Hierbij werden de volgende antwoordopties gegeven:
1. Psycholoog
2. Psychiater
3. Psychotherapeut

Indien respondenten (het vaakst) contact hebben gehad met een psycholoog, is gevraagd om hun psycholoog een rapportcijfer te geven van 1 tot en met 10, waarbij 1 staat voor‘heel erg slecht’ en 10 voor ‘heel erg goed’. Bij een onvoldoende (5 of lager) werd hun gevraagd een toelichting te geven. Vergelijkbare vragen zijn gesteld als de respondent aangaf (het vaakst) contact te hebben gehad met een psychiater, of als er (het vaakst)contact was met een psychotherapeut. Net als bij oefentherapie, is het aantal mensen dat contact heeft gehad met een psychiater(n = 80) of psychotherapeut (n = 61) beperkt in Belevingen. Daarom is in dit artikel geen onderscheid gemaakt in de tevredenheid met verschillende soorten zorgverleners binnen de geestelijke gezondheidszorg. 

Gezondheid

Ervaren gezondheid

Aan respondenten is in de Gezondheidsenquête de vraag gesteld: ‘Hoe is over het algemeen uw gezondheid?’ met als antwoordopties: 1. Zeer goed, 2. Goed, 3. Gaat wel, 4. Slecht en 5. Zeer slecht. In dit onderzoek zijn de opties ‘zeer goed’ en ‘goed’ samengenomen.

Beperkingen

Voor het bepalen of mensen een langdurige beperking hebben, is aan respondenten in de Gezondheidsenquête gevraagd: ‘In welk mate bent u vanwege problemen met uw gezondheid sinds 6 maanden of langer beperkt in activiteiten die mensen gewoonlijk doen?’. De antwoordopties waren: 1. Ernstig beperkt, 2. Wel beperkt maar niet ernstig en 3. Helemaal niet beperkt. Mensen die antwoordoptie 1 of 2 hebben geantwoord, vormen de groep mensen met een langdurige beperking.