Auteur: Hermine Molnár-in 't Veld, Lolke Schakel, Coen van Heukelingen
ODiN 2021 Metropoolregio Rotterdam Den Haag

6. Samenvatting

Deze nota bevat resultaten over het verplaatsingsgedrag van de personen van 6 jaar of ouder die wonen in het meerwerkgebied metropoolregio Rotterdam Den Haag. De cijfers in deze rapportage zijn gebaseerd op respondenten uit 23 gemeenten (indeling 2021) in de provincie Zuid-Holland (zie bijlage A). De resultaten zijn weergegeven voor het totale jaar en voor verschillende selecties van dagen voor zowel 2018, 2019, 2020 en 2021. In veel gevallen zijn uitsplitsingen gemaakt naar vervoerwijze en motief. De significantie van verschillen tussen ODiN 2020 en 2021, alsmede tussen ODiN 2019 en 2021 is getoetst.

Zowel in 2020 als in 2021 golden diverse maatregelen om verspreiding van het coronavirus de kop in te drukken. In januari 2021 startte Nederland met de eerste vaccinaties tegen het coronavirus. Afhankelijk van het aantal mensen dat in het ziekenhuis belandde, en met name op de intensive care, werden maatregelen verstevigd of versoepeld. Hoewel veel van de maatregelen die in 2020 van toepassing waren ook golden in 2021, waren deze soms van kortere duur of werden afgezwakt. Ook waren maatregelen soms van toepassing in een andere periode van het jaar in 2021 dan in 2020. Nieuw in 2021 was een maatregel als de avondklok. Deze gold bijvoorbeeld in de periode van 23 maart tot 28 april 2021. Ook nieuw was het gebruik van het coronatoegangsbewijs vanaf 13 jaar vanaf 25 september 2021, waardoor mensen in bezit van zo’n bewijs iets meer mogelijkheden kregen, zoals bijvoorbeeld toegang tot bioscoop, theater, of (een deel van) de horecagelegenheden.

ODiN 2021 laat een gewijzigd mobiliteitsbeeld zien in vergelijking met ODiN 2020 en ook met 2019 en 2018. Dit geldt in 2021 in vergelijking met 2020 voor de indicatoren reizigerskilometers, aantal verplaatsingen per 1 000 inwoners van de metropoolregio Rotterdam Den Haag en voor verkeersdeelname. Er zijn geen verschillen op het totaalniveau met betrekking tot de indicatoren afgelegde afstand per verplaatsing en deelname van inwoners van de metropoolregio Rotterdam Den Haag aan het openbaar vervoer. Als de gegevens van 2021 worden vergeleken met 2019 dan blijkt er tussen deze twee jaren op vele punten een significant gewijzigd mobiliteitsbeeld te zijn bij alle onderzochte indicatoren. Hieronder volgt nog informatie over de belangrijkste verschillen tussen met name 2021 en 2020.

Verkeersdeelname

De verkeersdeelname van inwoners van de metropoolregio Rotterdam Den Haag van 6 jaar of ouder is in 2021 significant hoger dan in 2020. In 2021 nam 75 procent van de inwoners van de metropoolregio Rotterdam Den Haag deel aan het verkeer tegen 69 procent in 2020. Een toename van de verkeersdeelname is ook te zien voor specifiek de doordeweekse dagen (exclusief feestdagen) en voor de weekend- en feestdagen. Er is ook een significant verschil in verkeersdeelname aan het openbaar vervoer tussen 2021 en 2020 (toename van 15 procent). De verkeersdeelname in 2021 vergeleken met 2019 laat zien dat deze 7 procent onder het niveau van 2019 zit. Voor de deelname aan het openbaar vervoer bedraagt het verschil tussen 2021 en 2019 -51 procent.

Totale vervoersprestatie

Het totale aantal reizigerskilometers in de metropoolregio Rotterdam Den Haag is in 2021 in vergelijking met ODiN 2020 met 16 procent significant toegenomen tot ruim 19,9 miljard reizigerskilometers. De vervoersprestatie nam in 2021 significant toe voor bijna alle vervoerwijzen, behalve voor: personenauto als bestuurder, ‘brom- en snorfiets’ en fiets. Ten opzichte van 2019 is de vervoersprestatie voor het openbaar vervoer in 2021 ruim 50 procent lager. In tegenstelling tot andere vervoerwijzen is de totale vervoersprestatie van lopen in 2021 in vergelijking met 2019 toegenomen. Die toename bedraagt 49 procent.

Reguliere reizigerskilometers

Het totale aantal reguliere reizigerskilometers afgelegd door inwoners van de metropoolregio Rotterdam Den Haag is in 2021 significant toegenomen met 13 procent tot bijna 19 miljard kilometer. Uit de verdeling naar vervoerwijze blijkt dat de toename van het aantal reizigerskilometers relatief het grootst is voor de trein en de overige vervoerwijzen (waaronder de bestelauto). Het totaal aantal reguliere reizigerskilometers in 2021 ten opzichte van 2019 is significant lager (-24 procent). Bekeken naar vervoerwijzen zijn de opvallendste verschuivingen in vergelijking met 2019 dezelfde als hierboven genoemd bij de totale vervoersprestatie.

Gemiddeld aantal verplaatsingen

In ODiN 2021 is het gemiddeld aantal reguliere verplaatsingen per 1 000 inwoners van de metropoolregio Rotterdam Den Haag op een gemiddelde dag significant hoger (9 procent) dan in ODiN 2020. Op werkdagen (doordeweekse dagen exclusief feestdagen) is het aantal verplaatsingen 7 procent hoger ten opzichte van 2020. Voor weekend- en feestdagen bedraagt de toename in 2021 ten opzichte van 2020 ruim 14 procent.

Uit een vergelijking van de resultaten tussen 2021 en 2019 blijkt dat op een gemiddelde dag het aantal verplaatsingen van de meeste modaliteiten significant verschilt. Voor lopen is het aantal verplaatsingen toegenomen met 36 procent ten opzichte van 2019. De overige wijzigingen betreffen dalingen in vergelijking met 2019.

Gemiddelde afstand per verplaatsing

De gemiddelde afstand per reguliere verplaatsing op een gemiddelde dag, een gemiddelde werkdag en op een gemiddelde weekend- en/of feestdag in 2021 verschilt niet significant van ODiN 2020. Gelet op de vervoerwijzen zijn er wel enkele verschillen. Voor een gemiddelde dag en een gemiddelde werkdag is er sprake van een significante toename van de verplaatsingsafstand bij de vervoermiddelen ‘bus/tram/metro’ en lopen. Per motief bekeken is alleen de afstand per verplaatsing voor ‘Onderwijs of cursus volgen’ in 2021 significant gewijzigd in vergelijking met 2020. Dit geldt voor zowel een gemiddelde dag als een gemiddelde werkdag.

Vergeleken met 2019 is de gemiddelde afstand per verplaatsing op ‘alle dagen’, op werkdagen en op weekend- en feestdagen in 2021 significant korter. Op ‘alle dagen’ was dit verschil -18 procent, op werkdagen -20 procent en op weekend- en feestdagen -15 procent.