5. Discussie
5.1 Bestaande toepassing downstreammethode
De downstream voetafdrukmethode is eerder gebruikt in een internationale context om de verantwoordelijkheid van wereldwijde emissies te bepalen, ook wel bekend als 'income-based responsibilities' (Marques et al., 2012; Liang et al., 2017). Het achterliggende idee is dat een land geld verdient met de productie van goederen en diensten (inkomen), maar dat er elders bij het gebruik van die goederen en diensten emissies plaatsvinden. In combinatie met de andere perspectieven, zoals de directe emissies en de upstream consumptie- en productievoetafdruk, maakt de downstreammethode volgens deze eerdere studies onderscheid tussen landen. Bijvoorbeeld:
- Nederland heeft een relatief hoge consumption based responsibility (= upstream voetafdruk), omdat er relatief veel emissies plaatsvinden in het buitenland door productie ten behoeve van de Nederlandse consumptie.
- China heeft een relatief hoge production based responsibility (productie-emissies), omdat er in China veel uitstoot plaatsvindt bij de productie van goederen, een groot deel hiervan is bestemd voor de export.
- Noorwegen heeft een relatief hoge income based responsibility (= downstreamvoetafdruk), omdat Noorwegen zelf relatief weinig uitstoot maar wel veel verdient aan de export aan industrieën waar veel uitstoot plaatsvindt. Bijvoorbeeld door de export van fossiele brandstoffen.
Zoals beschreven door Liang et al. (2017) heeft deze benadering het volgende nut voor beleidsontwikkeling:
- Het resultaat kan worden ingezet om 'omgekeerde' due diligence te stimuleren. Het kan ervoor zorgen dat producenten grondig onderzoek doen naar de emitterende activiteiten van hun afnemers en een weloverwogen keuze maken bij het selecteren van deze afnemers. Anderzijds kan het producenten aanmoedigen om hun afnemers te stimuleren tot het produceren of consumeren met een lage koolstofuitstoot.
- Bovendien spoort het industrieën die relatief 'vooraan' staan in de keten aan om hun afnemers te helpen met het verminderen van hun uitstoot downstream in de keten, bijvoorbeeld via samenwerking of emissiehandel.
- De benadering kan ook worden gebruikt om subsidies, belastingen en leningen aan te passen met als doel om de uitstoot te verminderen.
5.2 Uitdagingen duiding downstreammethode
Om de rekenvoorbeelden te vereenvoudigen, zijn in de eerdere voorbeelden lineaire waardeketens gebruikt, maar dergelijke eenvoudige modellen zijn niet realistisch. Bijvoorbeeld, in het gegeven voorbeeld heeft de boer geen inputs nodig om goederen te produceren, wat een vertekend beeld geeft van realistischere voetafdrukresultaten. In werkelijkheid vereisen alle bedrijfstakken inputs van andere bedrijfstakken voor hun productieactiviteiten. Bovendien maakt input-output analyse gebruik van monetaire waarden voor handelsstromen, waardoor geen onderscheid wordt gemaakt tussen verschillende typen producten, zoals brandstoffen of financiële diensten. Dit kan de interpretatie van de resultaten bemoeilijken en vereist extra aandacht en context.
Hoewel dit een nadeel kan zijn, is het tegelijkertijd ook een kracht van de analyse, omdat het de mogelijkheid biedt om bedrijfstakken die vervuilende activiteiten faciliteren in kaart te brengen, iets wat doorgaans niet gebeurt in milieu-economische analyses. Dit maakt het echter complexer om de resultaten van complexere economische ketens te interpreteren.
Als een bedrijfstak een relatief grote downstreamvoetafdruk heeft in vergelijking met andere bedrijfstakken, kan dit wijzen op een of beide situaties: ten eerste kan de bedrijfstak vooraan in de keten staan, zoals bij grondstoffenwinning of landbouw, waardoor er meer downstream emissies aan de bedrijfstak worden toegewezen. Ten tweede kan de bedrijfstak een grote toeleverancier zijn, direct of indirect, aan bedrijfstakken met hoge uitstoot, wat aangeeft dat de toeleverancier relatief belangrijk is voor activiteiten met veel uitstoot.
Een van de grootste uitdagingen van dit onderzoek is dat er nog geen studie bestaat op nationaal niveau waarbij de downstream emissies worden geanalyseerd op bedrijfstakniveau. Aangezien we hiermee pionieren, is er ook geen referentie- of validatiemateriaal beschikbaar.