Hoeveel brandstof wordt in Nederland afgezet aan vervoer over water?
Nederland heeft door zijn ligging aan de Noordzee en zijn vele waterwegen een grote scheepvaartsector. Brandstoffen worden afgezet aan schepen van Nederlandse en buitenlandse eigenaars. De schepen gebruiken voornamelijk brandstoffen op aardoliebasis. Om de emissie van zwaveldioxide terug te dringen zijn er limieten ingesteld voor het zwavelgehalte van scheepsbrandstoffen door de EU en de IMO (Internationale Maritieme Organisatie). De invloed van deze milieueisen is terug te zien in de scherpe daling van de afzet van hoogzwavelige stookolie en de dito stijging van het verbruik van laagzwavelige stookolie van 2009 op 2010. Per 2020 zijn de IMO regels verder aangescherpt.
Stookolie en gasolie
Zeeschepen bunkeren (tanken) gasolie; zwavelvrije ‘rode’ diesel waarover geen accijns geheven wordt, en stookolie; een stroperige goedkope brandstof voor zeer grote motoren. Stookolie is een ongezuiverde brandstof. Er zitten relatief veel zwavel en andere verontreinigingen in. Een fractie van de gebunkerde stookolie wordt in Nederland verbruikt, het merendeel op de internationale wateren.
Binnenvaartschepen gebruiken vooral gasolie vanwege de gestelde milieueisen
De zeegaande vissersschepen schakelen steeds vaker over op gasolie in plaats van stookolie. De reden is dat de emissie eisen van zwavel sinds 1 januari 2015 voor de zogeheten Emission Control Areas (ECAs) zijn aangescherpt. Grotere vissersschepen varen buiten het ECA gebied nog wel op stookolie, ze schakelen over op gasolie zodra ze de grens van het ECA passeren.