1919
In veel opzichten was de periode van na de Eerste Wereldoorlog tot midden jaren twintig ongeëvenaard. Hoewel er toen veel minder werknemers waren dan tegenwoordig, gingen er nooit zoveel werkdagen door stakingen verloren als toen. De top lag in 1924. Ook het aantal geschillen in deze periode ligt nog altijd op recordhoogte. Op één en twee staan respectievelijk 1919 en 1920. Ook als men het aantal stakers deelt door de werkzame beroepsbevolking, staan deze twee jaren nog bijna bovenaan. Alleen 2019 ligt hoger.
De arbeidsconflicten speelden zich af in een tijd van ongekende economische groei, die pas aan het einde van de jaren twintig stagneerde. Er werd onder meer gestreden om betere cao-afspraken en de invoering van de achturige werkdag: deze zou uiteindelijk op 11 juli 1919 worden ingevoerd. In 1920 werd er massaal gestaakt door arbeiders in de transportsector. In 1923 en 1924 waren er omvangrijke stakingen in de Twentse textielsector Textielstakingen. In de eerste helft van de jaren dertig kromp de economie. Zoals vaker bij conjuncturele neergang werd er toen aanmerkelijk minder gestaakt, behalve in 1932.
Relevante links
- Externe link Vakbondshistorie.nl - De Transportarbeidersstaking van 1920
- Externe link Canon van Nederland - De grote textielstaking
- Externe link Onvoltooidverleden - Stakingen in Nederland