Prognose: huishoudensgroei in de toekomst vooral door meer alleenstaanden

17-12-2024 06:30

Op 1 januari 2035 telt Nederland naar verwachting 9,0 miljoen huishoudens. Nu zijn dat er 8,4 miljoen. Er komen vooral meer eenpersoonshuishoudens bij; deze nemen tot 2035 met ruim 400 duizend toe tot 3,8 miljoen. Een steeds groter deel daarvan zijn alleenwonende ouderen. In 2070 zullen er naar verwachting bijna 10 miljoen huishoudens zijn. Dat meldt het CBS op basis van de Huishoudensprognose 2024-2070.

Huishoudens op 1 januari
	Waarneming	Prognose 2021-2070	Prognose 2024-2070	Prognose-interval (95%)	Prognose-interval (67%)
1970
1971	4,002
1972	4,105
1973	4,201
1974	4,295
1975	4,392
1976	4,497
1977	4,590
1978	4,689
1979	4,792
1980	4,904
1981	5,023
1982	5,132
1983	5,232
1984	5,330
1985	5,430
1986	5,539
1987	5,649
1988	5,763
1989	5,872
1990	5,978
1991	6,091
1992	6,198
1993	6,291
1994	6,378
1995	6,469
1996	6,518
1997	6,581
1998	6,656
1999	6,745
2000	6,801
2001	6,867
2002	6,934
2003	6,996
2004	7,049
2005	7,091
2006	7,146
2007	7,191
2008	7,242
2009	7,313
2010	7,386
2011	7,444
2012	7,513
2013	7,569
2014	7,590
2015	7,665
2016	7,721
2017	7,794
2018	7,858
2019	7,925
2020	7,998
2021	8,043
2022	8,139	8,121
2023	8,270	8,213
2024	8,374	8,296
2025	8,466	8,364	8,466	8,397 – 8,560	8,437 – 8,519
2026		8,429	8,546	8,421 – 8,700	8,490 – 8,631
2027		8,491	8,617	8,436 – 8,823	8,536 – 8,729
2028		8,550	8,681	8,450 – 8,929	8,578 – 8,815
2029		8,606	8,738	8,460 – 9,036	8,613 – 8,896
2030		8,659	8,793	8,469 – 9,130	8,644 – 8,976
2031		8,708	8,845	8,481 – 9,229	8,672 – 9,048
2032		8,755	8,895	8,489 – 9,332	8,700 – 9,120
2033		8,798	8,944	8,501 – 9,420	8,723 – 9,187
2034		8,839	8,990	8,518 – 9,509	8,752 – 9,257
2035		8,876	9,033	8,521 – 9,596	8,774 – 9,325
2036		8,911	9,074	8,519 – 9,663	8,797 – 9,377
2037		8,943	9,112	8,507 – 9,745	8,806 – 9,437
2038		8,973	9,148	8,495 – 9,839	8,826 – 9,487
2039		9,000	9,181	8,487 – 9,915	8,843 – 9,537
2040		9,026	9,213	8,482 – 9,994	8,853 – 9,583
2041		9,050	9,242	8,458 – 10,086	8,865 – 9,639
2042		9,073	9,269	8,453 – 10,144	8,873 – 9,683
2043		9,096	9,295	8,453 – 10,210	8,885 – 9,740
2044		9,118	9,319	8,439 – 10,259	8,891 – 9,783
2045		9,140	9,341	8,431 – 10,316	8,900 – 9,834
2046		9,162	9,362	8,424 – 10,372	8,897 – 9,863
2047		9,184	9,381	8,420 – 10,428	8,903 – 9,905
2048		9,207	9,400	8,393 – 10,471	8,898 – 9,939
2049		9,231	9,419	8,390 – 10,509	8,894 – 9,965
2050		9,254	9,437	8,384 – 10,574	8,894 – 9,994
2051		9,278	9,455	8,368 – 10,595	8,894 – 10,03
2052		9,302	9,473	8,348 – 10,644	8,889 – 10,063
2053		9,327	9,492	8,320 – 10,726	8,885 – 10,114
2054		9,351	9,512	8,289 – 10,781	8,894 – 10,139
2055		9,375	9,532	8,266 – 10,831	8,893 – 10,171
2056		9,400	9,554	8,264 – 10,876	8,898 – 10,209
2057		9,424	9,576	8,256 – 10,926	8,899 – 10,238
2058		9,449	9,600	8,252 – 10,990	8,902 – 10,279
2059		9,474	9,624	8,240 – 11,034	8,899 – 10,307
2060		9,499	9,650	8,223 – 11,128	8,906 – 10,355
2061		9,524	9,677	8,228 – 11,220	8,910 – 10,391
2062		9,550	9,705	8,245 – 11,252	8,914 – 10,438
2063		9,576	9,735	8,227 – 11,290	8,921 – 10,484
2064		9,603	9,765	8,218 – 11,367	8,930 – 10,534
2065		9,631	9,797	8,228 – 11,442	8,947 – 10,586
2066		9,660	9,830	8,234 – 11,502	8,963 – 10,627
2067		9,689	9,863	8,243 – 11,562	8,979 – 10,683
2068		9,719	9,898	8,247 – 11,624	8,988 – 10,733
2069		9,751	9,933	8,255 – 11,698	9,010 – 10,765
2070		9,782	9,968	8,272 – 11,783	9,025 – 10,819

Huishoudens op 1 januari
	Waarneming	Prognose 2021-2070	Prognose 2024-2070	Prognose-interval (95%)	Prognose-interval (67%)
1970
1971	4,002
1972	4,105
1973	4,201
1974	4,295
1975	4,392
1976	4,497
1977	4,590
1978	4,689
1979	4,792
1980	4,904
1981	5,023
1982	5,132
1983	5,232
1984	5,330
1985	5,430
1986	5,539
1987	5,649
1988	5,763
1989	5,872
1990	5,978
1991	6,091
1992	6,198
1993	6,291
1994	6,378
1995	6,469
1996	6,518
1997	6,581
1998	6,656
1999	6,745
2000	6,801
2001	6,867
2002	6,934
2003	6,996
2004	7,049
2005	7,091
2006	7,146
2007	7,191
2008	7,242
2009	7,313
2010	7,386
2011	7,444
2012	7,513
2013	7,569
2014	7,590
2015	7,665
2016	7,721
2017	7,794
2018	7,858
2019	7,925
2020	7,998
2021	8,043
2022	8,139	8,121
2023	8,270	8,213
2024	8,374	8,296
2025	8,466	8,364	8,466	8,397 – 8,560	8,437 – 8,519
2026		8,429	8,546	8,421 – 8,700	8,490 – 8,631
2027		8,491	8,617	8,436 – 8,823	8,536 – 8,729
2028		8,550	8,681	8,450 – 8,929	8,578 – 8,815
2029		8,606	8,738	8,460 – 9,036	8,613 – 8,896
2030		8,659	8,793	8,469 – 9,130	8,644 – 8,976
2031		8,708	8,845	8,481 – 9,229	8,672 – 9,048
2032		8,755	8,895	8,489 – 9,332	8,700 – 9,120
2033		8,798	8,944	8,501 – 9,420	8,723 – 9,187
2034		8,839	8,990	8,518 – 9,509	8,752 – 9,257
2035		8,876	9,033	8,521 – 9,596	8,774 – 9,325
2036		8,911	9,074	8,519 – 9,663	8,797 – 9,377
2037		8,943	9,112	8,507 – 9,745	8,806 – 9,437
2038		8,973	9,148	8,495 – 9,839	8,826 – 9,487
2039		9,000	9,181	8,487 – 9,915	8,843 – 9,537
2040		9,026	9,213	8,482 – 9,994	8,853 – 9,583
2041		9,050	9,242	8,458 – 10,086	8,865 – 9,639
2042		9,073	9,269	8,453 – 10,144	8,873 – 9,683
2043		9,096	9,295	8,453 – 10,210	8,885 – 9,740
2044		9,118	9,319	8,439 – 10,259	8,891 – 9,783
2045		9,140	9,341	8,431 – 10,316	8,900 – 9,834
2046		9,162	9,362	8,424 – 10,372	8,897 – 9,863
2047		9,184	9,381	8,420 – 10,428	8,903 – 9,905
2048		9,207	9,400	8,393 – 10,471	8,898 – 9,939
2049		9,231	9,419	8,390 – 10,509	8,894 – 9,965
2050		9,254	9,437	8,384 – 10,574	8,894 – 9,994
2051		9,278	9,455	8,368 – 10,595	8,894 – 10,03
2052		9,302	9,473	8,348 – 10,644	8,889 – 10,063
2053		9,327	9,492	8,320 – 10,726	8,885 – 10,114
2054		9,351	9,512	8,289 – 10,781	8,894 – 10,139
2055		9,375	9,532	8,266 – 10,831	8,893 – 10,171
2056		9,400	9,554	8,264 – 10,876	8,898 – 10,209
2057		9,424	9,576	8,256 – 10,926	8,899 – 10,238
2058		9,449	9,600	8,252 – 10,990	8,902 – 10,279
2059		9,474	9,624	8,240 – 11,034	8,899 – 10,307
2060		9,499	9,650	8,223 – 11,128	8,906 – 10,355
2061		9,524	9,677	8,228 – 11,220	8,910 – 10,391
2062		9,550	9,705	8,245 – 11,252	8,914 – 10,438
2063		9,576	9,735	8,227 – 11,290	8,921 – 10,484
2064		9,603	9,765	8,218 – 11,367	8,930 – 10,534
2065		9,631	9,797	8,228 – 11,442	8,947 – 10,586
2066		9,660	9,830	8,234 – 11,502	8,963 – 10,627
2067		9,689	9,863	8,243 – 11,562	8,979 – 10,683
2068		9,719	9,898	8,247 – 11,624	8,988 – 10,733
2069		9,751	9,933	8,255 – 11,698	9,010 – 10,765
2070		9,782	9,968	8,272 – 11,783	9,025 – 10,819

Het aantal huishoudens neemt tussen 2025 en 2035 naar verwachting toe met 567 duizend. 72 procent van de toename bestaat uit eenpersoonshuishoudens. Momenteel bestaat 40 procent van de huishoudens uit één persoon, in 2035 is dit 42 procent. In 2070 is het aandeel eenpersoonshuishoudens naar verwachting gegroeid tot 44 procent. Ook het aantal paren (met en zonder kinderen) en het aantal eenouderhuishoudens neemt naar verwachting toe, maar deze groei is kleiner.

Particuliere huishoudens, 1 januari
Type huishouden	2070 (x mln)	2035 (x mln)	2025 (x mln)
Eenpersoons- huishouden	4,346	3,822	3,415
Paar zonder kinderen	2,434	2,405	2,348
Paar met kinderen	2,341	2,086	2,032
Eenouder- huishouden	0,796	0,672	0,624

Particuliere huishoudens, 1 januari
Type huishouden	2070 (x mln)	2035 (x mln)	2025 (x mln)
Eenpersoons- huishouden	4,346	3,822	3,415
Paar zonder kinderen	2,434	2,405	2,348
Paar met kinderen	2,341	2,086	2,032
Eenouder- huishouden	0,796	0,672	0,624

Groei huishoudens vooral door ouderen

De voorziene groei van het aantal huishoudens komt voornamelijk voor rekening van 65-plussers. Momenteel zijn er 2,5 miljoen huishoudens met een referentiepersoon van 65 jaar of ouder, in 2035 zijn dat er 3,0 miljoen en in 2070 is dit toegenomen tot 3,6 miljoen. Binnen deze leeftijdsgroep zal het aantal huishoudens van 80 jaar of ouder naar verwachting ruim verdubbelen tussen 2025 en 2070.

De huishoudensgroei van 65-plussers komt niet alleen doordat het aantal ouderen toeneemt, maar ook doordat ze relatief vaak alleen wonen na scheiding of verweduwing. Van de ruim 500 duizend extra huishoudens van 65 jaar of ouder tot 2035, bestaan er ruim 300 duizend uit één persoon. Ook het aantal huishoudens met een referentiepersoon tot 45 jaar neemt volgens de prognose tot 2035 toe. Dit komt doordat het aantal inwoners tussen de 20 en 45 jaar in deze periode stijgt. Na 2035 neemt het aantal huishoudens met een referentiepersoon tot 45 jaar weer af.

De komende jaren worden juist minder huishoudens met 45- tot 65-jarigen verwacht. Er zijn relatief weinig mensen in deze leeftijdscategorie, omdat zij zijn geboren in de periode nadat het geboortecijfer begin jaren zeventig daalde. Na 2037 neemt het aantal 45- tot 65-jarigen weer toe.

Huishoudens op 1 januari naar leeftijd¹⁾
	Tot 45 jaar (x mln)	45 tot 65 jaar (x mln)	65 tot 80 jaar (x mln)	80 jaar en ouder (x mln)	Opmerkingen (x mln)
1995	3,097	2,038	1,035	0,299
1996	3,081	2,082	1,050	0,304
1997	3,079	2,125	1,064	0,313
1998	3,085	2,173	1,078	0,319
1999	3,106	2,223	1,092	0,325
2000	3,098	2,268	1,103	0,331
2001	3,096	2,319	1,107	0,346
2002	3,089	2,373	1,113	0,359
2003	3,081	2,426	1,119	0,371
2004	3,065	2,473	1,128	0,383
2005	3,033	2,521	1,141	0,396
2006	3,011	2,569	1,158	0,408
2007	2,976	2,621	1,172	0,421
2008	2,947	2,670	1,191	0,434
2009	2,932	2,718	1,216	0,447
2010	2,915	2,765	1,247	0,459
2011	2,887	2,813	1,27	0,474
2012	2,869	2,821	1,333	0,489
2013	2,844	2,831	1,39	0,504
2014	2,807	2,841	1,437	0,505
2015	2,789	2,870	1,482	0,524
2016	2,762	2,899	1,523	0,537
2017	2,751	2,926	1,563	0,554
2018	2,754	2,939	1,603	0,562
2019	2,764	2,945	1,638	0,578
2020	2,788	2,945	1,672	0,592
2021	2,793	2,940	1,705	0,606
2022	2,850	2,931	1,741	0,616
2023	2,933	2,931	1,779	0,628
2024	2,999	2,920	1,810	0,646
2025	3,057	2,906	1,839	0,663	Prognose
2026	3,099	2,894	1,876	0,677	Prognose
2027	3,133	2,876	1,883	0,724	Prognose
2028	3,163	2,855	1,896	0,767	Prognose
2029	3,187	2,830	1,919	0,802	Prognose
2030	3,206	2,807	1,948	0,832	Prognose
2031	3,221	2,788	1,976	0,860	Prognose
2032	3,232	2,776	2,002	0,886	Prognose
2033	3,241	2,766	2,024	0,912	Prognose
2034	3,249	2,756	2,048	0,937	Prognose
2035	3,255	2,741	2,077	0,961	Prognose
2036	3,254	2,736	2,100	0,984	Prognose
2037	3,252	2,736	2,115	1,009	Prognose
2038	3,250	2,744	2,121	1,034	Prognose
2039	3,247	2,761	2,114	1,059	Prognose
2040	3,243	2,783	2,101	1,086	Prognose
2041	3,240	2,808	2,081	1,113	Prognose
2042	3,237	2,833	2,058	1,141	Prognose
2043	3,231	2,861	2,033	1,170	Prognose
2044	3,220	2,891	2,008	1,200	Prognose
2045	3,207	2,922	1,981	1,231	Prognose
2046	3,191	2,951	1,961	1,258	Prognose
2047	3,177	2,980	1,942	1,282	Prognose
2048	3,163	3,011	1,921	1,305	Prognose
2049	3,150	3,041	1,900	1,328	Prognose
2050	3,141	3,064	1,876	1,355	Prognose
2051	3,136	3,082	1,859	1,378	Prognose
2052	3,133	3,096	1,850	1,395	Prognose
2053	3,133	3,105	1,849	1,404	Prognose
2054	3,133	3,116	1,859	1,404	Prognose
2055	3,134	3,125	1,874	1,400	Prognose
2056	3,137	3,128	1,898	1,391	Prognose
2057	3,143	3,128	1,924	1,381	Prognose
2058	3,153	3,126	1,949	1,372	Prognose
2059	3,166	3,122	1,973	1,364	Prognose
2060	3,177	3,119	1,997	1,357	Prognose
2061	3,191	3,115	2,015	1,356	Prognose
2062	3,204	3,113	2,035	1,354	Prognose
2063	3,220	3,107	2,057	1,351	Prognose
2064	3,235	3,095	2,085	1,350	Prognose
2065	3,251	3,083	2,110	1,353	Prognose
2066	3,267	3,067	2,136	1,360	Prognose
2067	3,276	3,058	2,157	1,372	Prognose
2068	3,293	3,043	2,175	1,387	Prognose
2069	3,310	3,027	2,193	1,403	Prognose
2070	3,327	3,014	2,205	1,423	Prognose

¹⁾ Leeftijd van de referentiepersoon van het huishouden

Huishoudens op 1 januari naar leeftijd¹⁾
	Tot 45 jaar (x mln)	45 tot 65 jaar (x mln)	65 tot 80 jaar (x mln)	80 jaar en ouder (x mln)	Opmerkingen (x mln)
1995	3,097	2,038	1,035	0,299
1996	3,081	2,082	1,050	0,304
1997	3,079	2,125	1,064	0,313
1998	3,085	2,173	1,078	0,319
1999	3,106	2,223	1,092	0,325
2000	3,098	2,268	1,103	0,331
2001	3,096	2,319	1,107	0,346
2002	3,089	2,373	1,113	0,359
2003	3,081	2,426	1,119	0,371
2004	3,065	2,473	1,128	0,383
2005	3,033	2,521	1,141	0,396
2006	3,011	2,569	1,158	0,408
2007	2,976	2,621	1,172	0,421
2008	2,947	2,670	1,191	0,434
2009	2,932	2,718	1,216	0,447
2010	2,915	2,765	1,247	0,459
2011	2,887	2,813	1,27	0,474
2012	2,869	2,821	1,333	0,489
2013	2,844	2,831	1,39	0,504
2014	2,807	2,841	1,437	0,505
2015	2,789	2,870	1,482	0,524
2016	2,762	2,899	1,523	0,537
2017	2,751	2,926	1,563	0,554
2018	2,754	2,939	1,603	0,562
2019	2,764	2,945	1,638	0,578
2020	2,788	2,945	1,672	0,592
2021	2,793	2,940	1,705	0,606
2022	2,850	2,931	1,741	0,616
2023	2,933	2,931	1,779	0,628
2024	2,999	2,920	1,810	0,646
2025	3,057	2,906	1,839	0,663	Prognose
2026	3,099	2,894	1,876	0,677	Prognose
2027	3,133	2,876	1,883	0,724	Prognose
2028	3,163	2,855	1,896	0,767	Prognose
2029	3,187	2,830	1,919	0,802	Prognose
2030	3,206	2,807	1,948	0,832	Prognose
2031	3,221	2,788	1,976	0,860	Prognose
2032	3,232	2,776	2,002	0,886	Prognose
2033	3,241	2,766	2,024	0,912	Prognose
2034	3,249	2,756	2,048	0,937	Prognose
2035	3,255	2,741	2,077	0,961	Prognose
2036	3,254	2,736	2,100	0,984	Prognose
2037	3,252	2,736	2,115	1,009	Prognose
2038	3,250	2,744	2,121	1,034	Prognose
2039	3,247	2,761	2,114	1,059	Prognose
2040	3,243	2,783	2,101	1,086	Prognose
2041	3,240	2,808	2,081	1,113	Prognose
2042	3,237	2,833	2,058	1,141	Prognose
2043	3,231	2,861	2,033	1,170	Prognose
2044	3,220	2,891	2,008	1,200	Prognose
2045	3,207	2,922	1,981	1,231	Prognose
2046	3,191	2,951	1,961	1,258	Prognose
2047	3,177	2,980	1,942	1,282	Prognose
2048	3,163	3,011	1,921	1,305	Prognose
2049	3,150	3,041	1,900	1,328	Prognose
2050	3,141	3,064	1,876	1,355	Prognose
2051	3,136	3,082	1,859	1,378	Prognose
2052	3,133	3,096	1,850	1,395	Prognose
2053	3,133	3,105	1,849	1,404	Prognose
2054	3,133	3,116	1,859	1,404	Prognose
2055	3,134	3,125	1,874	1,400	Prognose
2056	3,137	3,128	1,898	1,391	Prognose
2057	3,143	3,128	1,924	1,381	Prognose
2058	3,153	3,126	1,949	1,372	Prognose
2059	3,166	3,122	1,973	1,364	Prognose
2060	3,177	3,119	1,997	1,357	Prognose
2061	3,191	3,115	2,015	1,356	Prognose
2062	3,204	3,113	2,035	1,354	Prognose
2063	3,220	3,107	2,057	1,351	Prognose
2064	3,235	3,095	2,085	1,350	Prognose
2065	3,251	3,083	2,110	1,353	Prognose
2066	3,267	3,067	2,136	1,360	Prognose
2067	3,276	3,058	2,157	1,372	Prognose
2068	3,293	3,043	2,175	1,387	Prognose
2069	3,310	3,027	2,193	1,403	Prognose
2070	3,327	3,014	2,205	1,423	Prognose

¹⁾ Leeftijd van de referentiepersoon van het huishouden

Meeste mensen wonen samen

De toename van het aantal eenpersoonshuishoudens kan de indruk wekken dat Nederland op weg is een land van alleenwonenden te worden. De meeste mensen wonen echter samen met een partner, kinderen, ouders of andere huisgenoten. In 2025 maakt 79 procent van de inwoners deel uit van een meerpersoonshuishouden, 19 procent woont alleen. In 2035 zal volgens de prognose 21 procent van de inwoners alleen wonen, en in 2070 22 procent.

Naar verwachting zullen in 2070 456 duizend mensen in een instelling wonen (2,2 procent van de bevolking). In 2025 zijn dat er 300 duizend (1,7 procent van de bevolking).

Personen in huishoudens, 1 januari
type huishouden	2070 (x mln)	2035 (x mln)	2025 (x mln)
Samenwonend	9,550	8,981	8,760
Thuiswonend kind	5,162	4,701	4,664
Alleenstaand	4,346	3,822	3,415
Ouder in eenouder- huishouden	0,796	0,673	0,624
Instellings- bewoner	0,456	0,374	0,300

Personen in huishoudens, 1 januari
type huishouden	2070 (x mln)	2035 (x mln)	2025 (x mln)
Samenwonend	9,550	8,981	8,760
Thuiswonend kind	5,162	4,701	4,664
Alleenstaand	4,346	3,822	3,415
Ouder in eenouder- huishouden	0,796	0,673	0,624
Instellings- bewoner	0,456	0,374	0,300

Meer huishoudens dan volgens vorige prognose

De Huishoudensprognose wordt eens in de drie jaar bijgesteld, waarbij rekening wordt gehouden met de meest recente ontwikkelingen en nieuwste inzichten. In de jaren sinds de vorige Huishoudensprognose (2022 tot en met 2024) is de bevolking met bijna een half miljoen mensen gegroeid, het aantal huishoudens nam toe met ruim 300 duizend. Vooral de immigratie, onder andere van Oekraïense ontheemden, droeg hieraan bij. In de Huishoudensprognose 2021-2070 werd het aantal huishoudens in 2070 geraamd op 9,8 miljoen, in de huidige prognose is dat 186 duizend hoger. Dit verschil valt ruim binnen het 67-procent prognose-interval.

Meest waarschijnlijke ontwikkeling en onzekerheden

Om de toekomstige ontwikkeling van aantal en soort huishoudens te kunnen berekenen, gebruikt het CBS een simulatiemodel, waarbij op onderzoek gebaseerde veronderstellingen over het gedrag op het gebied van onder andere uit huis gaan, gaan samenwonen, scheiden en trouwen als basis dienen. Ook geboorte, sterfte en migratie spelen in het model een rol. De veronderstellingen hierover komen uit de Kernprognose 2024-2070.

De prognose is de meest waarschijnlijke uitkomst op basis van huidige inzichten. Door onvoorziene veranderingen in het gedrag van bijvoorbeeld uit huis gaan, samenwonen en uit elkaar gaan, kan het aantal huishoudens hoger of lager uitkomen. Ook onzekerheid in de demografische ontwikkelingen, bijvoorbeeld op het gebied van immigratie, werkt door in het aantal huishoudens en de samenstelling daarvan. Om inzicht te geven in de mate van onzekerheid van de cijfers zijn prognose-intervallen bepaald. Hoe verder in de toekomst, hoe groter de onzekerheid. In 2070 ligt het aantal huishoudens waarschijnlijk tussen 9,0 miljoen en 10,8 miljoen.

Bronnen

Statline - Prognose huishoudens op 1 januari; kerncijfers 2025-2070
Statline - Prognose huishoudens naar type; leeftijd, burgerlijke staat, 2025-2070
Statline - Prognose personen in huishoudens; leeftijd, burgerlijke staat, 2025-2070
Statistische Trends – Huishoudensprognose 2024–2070: bijna 10 miljoen huishoudens verwacht in 2070

Relevante links

Nieuwsbericht – Prognose: 19 miljoenste inwoner verwacht in 2037
Statistische Trends – Kernprognose 2024–2070: een miljoen inwoners erbij in 2037
Nieuwsbericht – Prognose: 9 miljoen huishoudens in 2038
Onderzoeksbeschrijving – Prognose
Dashboard – Bevolking
Dashboard – Bevolkingsprognose