1. Inleiding
Straatintimidatie is een fenomeen dat de laatste jaren vooral in de grote steden aandacht krijgt en lokaal op de agenda is gezet. Vrouwen, en vooral jongere vrouwen hebben er het vaakst mee te maken. Uit recent onderzoek van de gemeente Amsterdam (Van der Beek en Smeets, 2020) blijkt dat in 2020 drie kwart van de jonge Amsterdamse vrouwen aangaven in de afgelopen twaalf maanden geconfronteerd te zijn met straatintimidatie. Het gaat dan om nafluiten, naroepen met beledigende of seksuele opmerkingen en nasissen. Ook mannen, en dan vooral jongere mannen hebben met straatintimidatie te maken maar bij hen komt dit veel minder vaak voor en gaat het vooral om nageroepen worden. Ook onderzoek in de andere grote steden Rotterdam, Den Haag en Utrecht laat zien dat straatintimidatie een veelvoorkomend probleem is dat vooral jongere vrouwen raakt (Fischer en Vanderveen, 2021; Janssen, Linssen, Naaktgeboren-Wijnands en Polman, 2019; Van Engeland en Samuels, 2021).
Landelijke cijfers over straatintimidatie ontbraken tot nu toe. In de Veiligheidsmonitor van het CBS wordt wel een aanverwant fenomeen gemeten, namelijk hoeveel personen respectloos, zonder goed fatsoen, door onbekenden op straat worden behandeld (CBS StatLine, 2020). In 2021 heeft het CBS voor het eerst een landelijk onderzoek naar straatintimidatie onder jongeren in de leeftijd van 12 tot 25 jaar gehouden. In dit artikel worden de uitkomsten van dit onderzoek gepresenteerd.
De volgende onderzoeksvragen worden beantwoord:
- Hoeveel jongeren hebben met straatintimidatie te maken? Welke vorm van intimidatie komt het meeste voor?
- Hoe voelen jongeren zich op het moment dat ze te maken krijgen met straatintimidatie?
- Wat is de reactie van de slachtoffers op straatintimidatie? Hoe gaan zij ermee om?
- In welke mate proberen jongeren te voorkomen dat ze met straatintimidatie geconfronteerd worden? Wat is hun vermijdingsgedrag?