5. Conclusies
Kernpunten
- De oversterfte in 2020-2022 hangt samen met sterfte aan COVID-19. De oversterfte in 2020-2022 was 45,8 duizend. In deze periode overleden 48 duizend personen aan COVID-19. In de derde en vierde periode van oversterfte was de oversterfte hoger dan de COVID-19 sterfte.
- Het aantal overlijdens aan COVID-19 nam af in 2022. In 2022 is voornamelijk het aantal overledenen aan niet-natuurlijke doodsoorzaken (vooral accidentele vallen) boven het verwachte niveau en eind 2022 ziekten van de ademhalingsorganen. Trends in individuele doodsoorzaken of hoofdgroepen zijn niet meegenomen bij het schatten van het verwachte niveau.
- COVID-19 stond in de jaren 2020-2022 hoog in de top tien van meest voorkomende doodsoorzaken. Bij mannen was COVID-19 in 2020 en 2021 de meest voorkomende doodsoorzaak. Bij vrouwen was COVID-19 na dementie in 2020 en 2021 de meest voorkomende doodsoorzaak. In 2022 daalde COVID-19 in de lijst van meest voorkomende doodsoorzaken.
- De actualisatie van het oversterfterapport versterkt het beeld dat bij mensen die aan COVID-19 overlijden dementie, COPD, astma, diabetes mellitus en obesitas vaker voorkomen als bijkomende doodsoorzaak dan bij mensen die aan een andere aandoening dan COVID-19 overlijden. Mogelijk kan dit worden verklaard door een verminderde immunologische afweer bij ouderen of door infectie bevorderende factoren bij een alreeds aanwezige longziekte of metabole afwijkingen.
- Bijna 90 procent van de diagnoses “COVID-19” op doodsoorzakenverklaringen kunnen worden gelinkt aan een recente positieve testuitslag en/of ziekenhuisopname met een gelijkluidende hoofddiagnose.
- COVID-19-vaccinatie is geassocieerd met een verminderde kans op overlijden aan COVID-19.
- In 8 gevallen werd door artsen in 2022 op de doodsoorzaakverklaring vermeld dat vaccinatie tegen COVID-19 mogelijk het startpunt van de causale keten zou kunnen zijn. Hierbij werden zowel bekende bijwerkingen als nog niet als bijwerking bekende aandoeningen vermeld. In 2021 bedroeg dit aantal 11.