Auteur: Hermine Molnár-in 't Veld, Lolke Schakel, Coen van Heukelingen
ODiN 2020 Metropoolregio Rotterdam Den Haag

5. Deelname aan het verkeer

Andere belangrijke indicatoren zijn de verkeersdeelname in het algemeen en de deelname aan het openbaar vervoer in het bijzonder. Het eerste wordt berekend met verplaatsingsinformatie en voor het tweede wordt ritinformatie gebruikt. 

5.1 Verkeersdeelname

Volgens de gehanteerde definitie bij ODiN neemt een persoon die één of meerdere reguliere verplaatsingen per dag maakt, deel aan het verkeer. Ook personen die enkel serieverplaatsingen of enkel vakantieverplaatsingen hebben gemaakt, tellen mee bij het bepalen van de verkeersdeelnemers. Uitzondering daarop vormen personen met uitsluitend (beroepsmatig) wegvervoer met een zwaar vrachtvoertuig; deze tellen niet mee voor de bepaling van verkeersdeelname. Ook geheel in het buitenland gemaakte verplaatsingen tellen niet mee voor het vaststellen van verkeersdeelname. 

In tabel 5.1.1 is te zien dat de verkeersdeelname van inwoners van de metropoolregio Rotterdam Den Haag van 6 jaar of ouder in ODiN 2020 significant lager is dan in ODiN 2019. In 2020 nam 69 procent van de inwoners van de metropoolregio deel aan het verkeer. In 2019 was dat nog 81 procent. De verkeersdeelname is zowel onder mannen als vrouwen significant gewijzigd. Van de mannen van 6 jaar of ouder woonachtig in de metropoolregio nam gemiddeld 70 procent op een dag deel aan het verkeer, van de vrouwen 68 procent. Mannen namen in 2020 significant vaker deel aan het verkeer dan vrouwen.

5.1.1 Verkeersdeelname van inwoners van MRDH van 6 jaar of ouder in procenten naar geslacht per jaar1)
20192020verschil 2020
t.o.v. 2019 (%)
Totaal80,969,1*-15
Mannen81,370,5*-13
Vrouwen80,567,8*-16
* Cijfer wijkt significant af van het cijfer van het voorgaande jaar.
1) Verkeersdeelname behelst minimaal één reguliere verplaatsing of serieverplaatsing per dag. Daarbij tellen personen met uitsluitend (beroepsmatig) wegvervoer met een zwaar vrachtvoertuig niet mee.

In tabel 5.1.2 is de verkeersdeelname (van uitsluitend reguliere verplaatsingen) weergegeven naar werkdagen en weekend- en feestdagen. 

5.1.2 Verkeersdeelname van inwoners van MRDH van 6 jaar of ouder in procenten naar type dag per jaar1)
20192020verschil 2020
t.o.v. 2019 (%)
Totaal80,969,1*-15
Totaal doordeweekse dagen exclusief feestdagen83,671,4*-15
Totaal weekenddagen plus doordeweekse feestdagen74,364,0*-14
* Cijfer wijkt significant af van het cijfer van het voorgaande jaar.
1) Verkeersdeelname behelst minimaal één reguliere verplaatsing of serieverplaatsing per dag. Daarbij tellen personen met uitsluitend (beroepsmatig) wegvervoer met een zwaar vrachtvoertuig niet mee.

Uit tabel 5.1.2 blijkt dat er in 2020 op elk type dag een significant verschil is in verkeersdeelname (-15 procent) vergeleken met ODiN 2019. Uit beide onderzoeken volgt dat het percentage inwoners dat deelneemt aan het verkeer op werkdagen hoger is dan op weekend- en feestdagen.

5.2 Deelname openbaar vervoer

In tabel 5.2.1 is de deelname aan het openbaar vervoer weergegeven. De deelname aan het openbaar vervoer in ODiN houdt in dat er minstens één reguliere rit of minstens één serieverplaatsing in Nederland gemaakt is met een rit in het openbaar vervoer op de invuldag.

5.2.1 Deelname aan het openbaar vervoer van inwoners van MRDH van 6 jaar of ouder in procenten naar geslacht per jaar1)
20192020verschil 2020
t.o.v. 2019 (%)
Totaal14,56,2*-57
Mannen13,15,4*-59
Vrouwen15,87,0*-56
* Cijfer wijkt significant af van het cijfer van het voorgaande jaar.
1) Deelname aan het openbaar vervoer behelst minimaal één reguliere verplaatsing of serieverplaatsing per dag met trein, bus, tram of metro.

Uit tabel 5.2.1 blijkt dat de deelname aan het openbaar vervoer door inwoners van de metropoolregio Rotterdam Den Haag van 6 jaar of ouder ruim gehalveerd is in 2020 (-57 procent) ten opzichte van 2019. Op een gemiddelde dag in 2020 nam zes procent van de inwoners van de metropoolregio van 6 jaar of ouder deel aan het openbaar vervoer. Van de mannen daalde de deelname aan trein en bus, tram en metro met 59 procent en bij vrouwen met 56 procent. Het verschil in verkeersdeelname aan het openbaar vervoer tussen mannen en vrouwen in 2020 is niet significant.