2. Samenvatting
- Voor sterftekansen wordt niet langer gewerkt met 5-jaarsklassen, maar worden kansen per individuele leeftijd geschat. Dit geldt voor de leeftijden tot en met 89 jaar. Daarboven worden er sterftekansen geschat voor de leeftijdsgroepen van 90 t/m 94 jaar en van 95 jaar of ouder.
- Bij het bepalen van de gezondheidsprevalenties is een leeftijdscategorie toegevoegd. Waar eerder als bovenste categorie de groep van 80 jaar of ouder werd genomen, worden er nu prevalenties geschat voor de leeftijdsgroepen van 80 t/m 84 jaar en van 85 jaar of ouder.
Omdat de omgang met de gezondheidsprevalenties maar beperkt is gewijzigd zijn de veranderingen in gezonde levensverwachting, ten opzichte van de methode van voor revisie, vooral een doorwerking van de veranderingen bij de levensverwachting.