3. Overzicht van wijzigingen
3.1 Uitbreiding van de reeks 4212 Spoorwegen
Zoals in paragraaf 1 al is omschreven is met ingang van deze basisverlegging het aantal onderscheiden deelgebieden uitgebreid van acht naar tien.
Nieuw zijn de reeksen:
3.1.1 4212a Spoorwegen; Aanleg
Deze nieuwe reeks betreft de aanleg van heavy rail. Hieronder wordt het aanleggen van nieuwe spoorinfrastructuur verstaan. De werkzaamheden bestaan onder andere uit baan- en spoorbouw, tractie- en energievoorziening, beveiliging en kunstwerken. Transfer/stations en ICT vallen hier niet onder.
3.1.2 4212b Spoorwegen; Exploitatie/onderhoud
Deze nieuwe reeks betreft de exploitatie en het onderhoud van heavy rail. Dit betreft het exploiteren, beheren, onderhouden en vervangen van bestaande spoorinfrastructuur, inclusief transfer/stations en ICT.
3.2 Nieuwe wegingen
Bij de basisverlegging naar 2010=100 was besloten dat de bestaande modellen van de GWW-deelgebieden nog voldoende representatief waren om ook bij de nieuwe basis te gebruiken. Bij de basisverlegging naar 2015=100 die nu plaatsvindt, is besloten om voor alle deelgebieden nieuwe representatieve projecten te selecteren die qua materiaalgebruik en uitvoering beter aansluiten op de ontwikkelingen in de huidige markt.
Dit betekent dat alle brongegevens -zoals de begrotingen van de verschillende deelgebieden van de GWW- voor het bepalen van de gewichten opnieuw zijn bepaald.
Voor de berekening van de prijsindices van de GWW gebruiken we wegingsschema’s op drie niveaus. Allereerst worden de prijsindexcijfers van de kostenposten arbeid, de materialen en het materieel samen gewogen tot één prijsindexcijfer van een bepaalde werksoort binnen een deelgebied van de GWW. Vervolgens worden de verschillende werksoorten samen gewogen tot een van de gepubliceerde deelgebieden van de GWW. Tot slot worden de prijsindices van de deelgebieden van de GWW tot één prijsindexcijfer voor de gehele GWW samengewogen.
3.2.1 Wegingsschema’s kostenposten binnen een werksoort
Voor de bepaling van de nieuwe gewichten zijn de kosten van alle materialen, materieel, diensten en arbeid binnen een werksoort gekoppeld aan een reeks prijsindexcijfers die het prijs- of kostenverloop van die betreffende kostenpost vertegenwoordigt. Voor het prijsverloop van de verschillende kostenposten wordt gebruik gemaakt van de Producentenprijsindexcijfers (PPI), de Dienstenprijsindexcijfers (DPI), de Consumentenprijsindexcijfers (CPI) en tot slot de cao-loonindexcijfers reeks contractuele loonkosten per gewerkt uur, inclusief bijzondere beloning.
3.2.2 Wegingsschema’s werksoorten binnen een deelgebied GWW
Allereerst worden de gewichten van de verschillende kostenposten vastgesteld. Deze zijn gebaseerd op de kosten die voor iedere kostenpost in de begroting is opgenomen. Nadat de gewichten van de individuele kostenposten zijn berekend, worden de gewichten van de verschillende werksoorten binnen de deelgebieden bepaald. Dit gewicht is gelijk aan de som van de gewichten (kosten) van alle kostenposten binnen de werksoort. Op deze wijze wordt het aandeel van iedere werksoort binnen een deelgebied van de GWW bepaald.
3.2.3 Wegingsschema deelgebieden GWW binnen totaal GWW
Om tot een prijsindexcijfer voor de gehele GWW te komen worden de prijsindices per deelgebied vervolgens gewogen samengesteld op basis van gegevens van Nationale rekeningen (NR). Deze gegevens omvatten omzetgegevens per deelgebied. Daarmee is bepaald hoe groot het aandeel van ieder deelgebied is in de totale omzet van de GWW-sector. De meest recente gegevens van NR stammen op dit moment uit 2016. Omdat het prijsniveau van de kostenposten is vastgesteld op 2018, worden ook de omzetgegevens uit NR met behulp van de prijsindexcijfers GWW per deelgebied opgehoogd naar het prijsniveau van 2018.
3.3 Inputgegevens
Ingaande deze basisverlegging worden er, behoudens prijsindexcijfers van de producentenprijzen, ook prijsindexcijfers gebruikt van diensten en consumenten. Een voorbeeld hiervan is de prijsindex voor vervoer over de weg. Door het gebruik van deze prijsindexcijfers kan een ander verloop ontstaan dan met de eerder gebruikte producentenprijsindexcijfers. Ook het gebruik van meer gedifferentieerde loonindexen kan een verschil geven met de eerder uitsluitend gebruikte loon indexcijfers van de bouwnijverheid.