1. Inleiding
Het ministerie van Economische Zaken (EZ) heeft al jarenlang veel aandacht voor de internationalisering van R&D. Ze geven aan dat het een belangrijke factor kan zijn achter de gematigde ontwikkeling van de R&D-intensiteit van bedrijven in Nederland. EZ verwacht namelijk dat een steeds groter deel van de R&D-uitgaven van Nederlandse bedrijven in het buitenland plaats zal vinden, terwijl de R&D-uitgaven van buitenlandse bedrijven in Nederland in verhouding tot het bbp niet groter worden. Er is namelijk geen stijgende trend te zien in de ‘R&D expenditure by foreign affiliates’ tijdreeksen over de R&D-uitgaven van buitenlandse bedrijven in Nederland van de OECD (2018). EZ wil dan ook meer inzicht verkrijgen in de R&D-activiteiten van buitenlandse bedrijven in Nederland, ook wel Inward R&D genoemd; en de R&D-activiteiten van Nederlandse bedrijven in het buitenland, ook wel Outward R&D genoemd. Hiervoor heeft het ministerie een aantal datawensen opgesteld, die in hoofdstuk 2 verder worden omschreven. In hoofdstuk 2 wordt ook besproken in hoeverre het CBS deze datawensen kan vervullen. Hoofdstuk 3 zal beschrijven welke analyses vervolgens kunnen worden gemaakt met de data die het CBS beschikbaar heeft. In hoofdstuk 4 worden deze analyses verder uitgewerkt en worden de resultaten besproken. Als laatste bevat hoofdstuk 5 de conclusies.