2. Palmolie
In 2020 was 90 procent van het verbruik van palmolie door de Nederlandse voedingsmiddelenindustrie als duurzaam gecertificeerd. De voedingsmiddelenindustrie verwerkte in 2020 in totaal 239,2 duizend ton palmolie (DASPO, 2021c), beduidend minder dan de 289,0 duizend ton in 2019 (DASPO, 2020). De groei van het aandeel duurzame palmolie ligt vooral in de jaren 2011 tot en met 2015. In die periode nam het aandeel toe van 30 procent naar 84 procent duurzaam gecertificeerd. Na 2015 stabiliseert het aandeel gebruik van duurzame palmolie voor voedingsmiddelen rond de 90 procent. De duurzame palmolie wordt wel vaker fysiek gescheiden van de reguliere handelsstroom verhandeld: het aandeel Segregated nam toe van 59 procent in 2015 naar 71 procent in 2019 tot 73 procent in 2020. Mass Balance maakte in 2020 19 procent uit van de handel in duurzame palmolie en Book & Claim 8 procent (DASPO, 2021c).
In Nederland is de omvang van Identity Preserved palmolie gering en samengevoegd met Segregated.
Jaar | Gecertificeerd (%) | Regulier (%) |
---|---|---|
2011 | 30 | 70 |
2012 | 53 | 47 |
2013 | 61 | 39 |
2014 | 72 | 28 |
2015 | 84 | 16 |
2016 | 90 | 10 |
2017 | 88 | 12 |
2018 | 89 | 11 |
2019 | 87 | 13 |
2020 | 90 | 10 |
Bron: MVO, DASPO |
Van de palmolie die de Nederlandse diervoederindustrie in 2020 gebruikte, was 61 procent duurzaam gecertificeerd. Bij de productie van diervoeder is 83 duizend ton palmolie gebruikt (bron: Nevedi). Bij de productie van voer voor gezelschapsdieren wordt nagenoeg geen palmolie gebruikt (bron: NVG).
In 2010 heeft de Nederlandse Task Force Duurzame Palmolie (Task Force Duurzame Palmolie, 2010) de doelstelling geformuleerd, dat uiterlijk eind 2015 alle voor de Nederlandse markt bestemde palmolie duurzaam geproduceerd is. Met ‘duurzame palmolie’ wordt bedoeld dat de palmolie is gecertificeerd volgens de principes en criteria van de Roundtable on Sustainable Palm Oil (RSPO) en dat de palmolie wordt verhandeld volgens één van de vier door de RSPO goedgekeurde handelssystemen: Segregated, Mass Balance, Book & Claim of Identity Preserved (RSPO, 2013). Het toezicht op de voortgang in het bereiken van de doelstellingen is met ingang van 2014 overgenomen door de private ketenorganisatie Margarine, Vetten en Oliën (MVO). Voor die tijd werd de voortgang gemonitord door het Productschap MVO.
De Task Force heeft besloten om vanaf 2013 de voortgang per sector te rapporteren, omdat de uitwerking van het initiatief in de verschillende sectoren op eigen wijze wordt ingevuld. De Task Force volgt hierbij de voortgang voor de voedingsmiddelenindustrie en Nevedi die voor de diervoederindustrie.Als opvolger van de Task Force is in 2016 de Dutch Alliance for Sustainable Palm Oil (DASPO) opgericht. Het is een samenwerkingsverband van de in Nederland gevestigde schakels in de palmolieketen (raffinadeurs, verwerkers en retail) en bestaat uit dezelfde leden als de Task Force. Deze partijen werken samen aan het stimuleren van meer fysiek gecertificeerde duurzame palmolie en de verbetering van de certificeringsstandaarden zoals de RSPO.
Wereldwijde productie van duurzaam gecertificeerde palmolie
Circa 20 procent van de wereldwijd geproduceerde palmolie is in oktober 2021 RSPO-gecertificeerd (DASPO, 2021a). In de afgelopen jaren werd meer palmolie volgens de RSPO-criteria geproduceerd, dan uiteindelijk als RSPO-gecertificeerde palmolie werd verkocht. De vraag naar fysiek duurzame palmolie is dus kleiner dan het aanbod. Een bedrijf dat palmolie koopt met certficaten van het Book & Claim systeem, koopt niet noodzakelijk duurzaam gecertificeerde palmolie. Wel staat elk certificaat garant voor een ton duurzame palmolie, die werd geproduceerd op een RSPO-gecertificeerde plantage. Op deze manier bevordert Book & Claim de productie van duurzame palmolie. Alleen bij de aankoop van Segregated of Identity Preserved palmolie, wordt volledig duurzaam geproduceerde palmolie gekocht.
Jaar | Mass Balance (miljoen ton) | Identity Preserved (miljoen ton) |
---|---|---|
2015 | 5,06 | 6,86 |
2016 | 5,71 | 6,35 |
2017 | 5,24 | 6,62 |
2018 | 6,33 | 6,96 |
2019 | 6,95 | 7,4 |
2020 | 8,28 | 7,85 |
Bron: RSPO |
Jaar | Book & Claim (miljoen ton) | Mass Balance (miljoen ton) | Segregated (miljoen ton) | Identity Preserved (miljoen ton) |
---|---|---|---|---|
2015 | 3,4 | 0,4 | 2,1 | 0,3 |
2016 | 2 | 0,6 | 1,8 | 1,2 |
2017 | 1,2 | 1,2 | 1,6 | 1,8 |
2018 | 1,9 | 0,9 | 1,4 | 2,1 |
2019 | 1,8 | 1,4 | 1,1 | 2,7 |
2020 | 1,8 | 2,3 | 1,2 | 2,7 |
Bron: RSPO |
2.1 Achtergrondinformatie en handelsstromen
Palmolie is plantaardige olie die wordt gewonnen uit de vruchten van de oliepalm. Palmolie wordt gebruikt in veel voedingsmiddelen, zoals margarine, frituurolie, chips, soepen, sauzen en koekjes. Palmolie wordt ook gebruikt als grondstof bij de productie van diervoeders, zeep en biodiesel. Ook wordt palmolie gebruikt als brandstof voor de opwekking van groene stroom.
Voor het gebruik in de voedingsmiddelenindustrie wordt de gele tot donkerrode ruwe palmolie gezuiverd, ontkleurd en ontgeurd tot RBD-olie (refined, bleeched, deodorized). De geraffineerde palmolie kan op zijn beurt worden gefractioneerd, waarbij de vloeibare en vaste fracties van elkaar worden gescheiden.
De vrucht van de oliepalm bevat ook palmpitten. Deze worden geplet en geperst, wat palmpittenolie, palmpittenmeel en palmpittenschilfers oplevert. De palmpittenolie wordt gebruikt voor onder andere margarine en het produceren van gebak, zeep en zeeppoeder. Het palmpittenmeel en de schilfers worden verwerkt in diervoeders.
Productie
In 2020 werd wereldwijd naar schatting 74,2 miljoen ton palmolie geproduceerd, een daling van 2,5 procent ten opzichte van de 76,1 miljoen ton in 2019 (Oil World & DASPO, 2021c). Gedetailleerde cijfers van de FAO zijn tot 2018 beschikbaar en laten zien dat in 2018 wereldwijd 71,7 miljoen ton palmolie werd geproduceerd (FAOSTAT, 2021b). Indonesië en Maleisië zijn de belangrijkste producenten en zorgen voor 84 procent van de wereldproductie aan palmolie. Naast palmolie wordt ook palmpitolie geproduceerd. In 2020 bedroeg de productie 7,8 miljoen ton (Oil World & DASPO, 2021c).
Jaar | Indonesië (miljoen ton) | Maleisië (miljoen ton) | Thailand (miljoen ton) | Colombia (miljoen ton) | Nigeria (miljoen ton) | Overig (miljoen ton) |
---|---|---|---|---|---|---|
2010 | 22 | 17 | 1,3 | 0,8 | 1 | 3,8 |
2011 | 23,1 | 18,9 | 1,7 | 0,8 | 0,9 | 4,1 |
2012 | 26 | 18,8 | 1,8 | 1 | 0,9 | 4,2 |
2013 | 26,9 | 19,2 | 2 | 1 | 0,9 | 4,4 |
2014 | 29,3 | 19,7 | 2 | 1,1 | 0,9 | 4,4 |
2015 | 31,1 | 20 | 2,1 | 1,3 | 0,9 | 4,8 |
2016 | 31,7 | 17,3 | 1,8 | 1,1 | 1 | 5,4 |
2017 | 38 | 19,9 | 2,6 | 1,6 | 1 | 5,5 |
2018 | 40,6 | 19,5 | 2,8 | 1,6 | 1,1 | 5,8 |
Bron: FAOSTAT, 1 december 2021 |
Handelsstromen
Producerende landen exporteren zowel ruwe als verwerkte palmolie en palmpittenolie. Nederland is de grootste palmolie-importeur van Europa met Spanje en Italië op gepaste afstand (FAOSTAT, 2021a). In 2020 werd in Nederland 2,1 miljoen ton palmolie en 0,2 miljoen ton palmpittenolie ingevoerd, bestemd voor vervaardiging van producten voor menselijke consumptie (CBS, StatLine, palmolie). De invoer bestaat vooral uit ruwe palmolie en in mindere mate uit fracties van palmolie (palmoleïne en palmstearine). De invoer van palmolie is ten opzichte van 2019 met 10 procent gedaald. De invoer van palmpitolie is in dezelfde periode met 4 procent gedaald. In vergelijking met 2010 is er in 2020 14 procent meer palmolie (inclusief palmpittenolie) ingevoerd voor verwerking in de Nederlandse voedingsmiddelen- en diervoederindustrie.
De invoer van palm(pitten)olie voor non-food toepassingen is in 2020 verder gedaald tot nog geen 0,4 miljoen ton (een daling van 14 procent ten opzicht van 2019 en aanzienlijk minder dan de 2,1 miljoen ton in 2010. Daarmee is de geïmporteerde hoeveelheid bestemd voor non-food aanzienlijk kleiner dan die voor food.
Jaar | Ruwe palmolie (miljoen ton) | Fracties van palmolie (miljoen ton) | Palmpittenolie (incl. babassunotenolie) (miljoen ton) |
---|---|---|---|
2010 | 1,6 | 0,3 | 0,1 |
2011 | 1,3 | 0,3 | 0,1 |
2012 | 1,1 | 0,2 | 0,2 |
2013 | 1,3 | 0,2 | 0,1 |
2014 | 1 | 0,3 | 0,2 |
2015 | 1 | 0,2 | 0,2 |
2016 | 1,3 | 0,2 | 0,2 |
2017 | 1,7 | 0,3 | 0,2 |
2018 | 1,8 | 0,3 | 0,2 |
2019 | 2 | 0,3 | 0,2 |
2020 | 1,8 | 0,3 | 0,2 |
Bron: CBS |
Nederland voert ook veel palmolie uit: 1,1 miljoen ton palm(pitten)olie voor vervaardiging van producten voor menselijke consumptie in 2020 (CBS, StatLine, palmolie). Het volume is inclusief de wederuitvoer (geen bewerking, maar wel tijdelijk een Nederlandse eigenaar) en exclusief doorvoer (geen bewerking en een buitenlandse eigenaar) en betreft vooral vloeibare fracties. De belangrijkste bestemmingslanden zijn België, Duitsland, Frankrijk en Polen.
2.2 Convenant en certificering
Doelstelling, deelnemers en indicator
Door de Nederlandse Task Force Duurzame Palmolie is in 2010 de doelstelling geformuleerd, dat uiterlijk eind 2015 alle voor de Nederlandse markt bestemde palmolie duurzaam geproduceerd is. Binnen de Task Force hebben de raffinadeurs van palmolie, de sectoren die palmolie gebruiken en de detailhandel zich indertijd in een convenant verbonden aan deze doelstelling.
De Task Force is in 2016 opgevolgd door de Dutch Alliance for Sustainable Palm Oil (DASPO). Dit is een samenwerkingsverband van de in Nederland gevestigde schakels in de palmolieketen, bestaande uit raffinadeurs, verwerkers en retail en bestaat uit dezelfde leden als de Task Force. Het doel van de Alliance is wel uitgebreider dan dat van de Task Force. Richtte de Task force zich vooral op dat de in Nederland verhandelde palmolie duurzaam was, de Alliance richt zich ook op ‘de stimulering van ‘Mass Balance’ en ‘Segregated’ gecertificeerde duurzame palmolie en de continue verbetering van de certificeringsstandaarden voor duurzame palmolie.’ Dit is vastgelegd in een commitment. (DASPO, 2016)
De scope van het commitment richt zich op alle voor de Nederlandse markt bestemde palmolie. Dit betekent dat palmolie die wordt geïmporteerd maar die, na eventuele bewerking, weer wordt geëxporteerd buiten beschouwing blijft. Palmolie in Nederland verwerkt in producten die daarna worden geëxporteerd maakt wel onderdeel uit van het convenant.
In de monitoring door MVO blijft palm- en palmpittenolie die gebruikt wordt voor het opwekken van energie en voor non-food toepassingen, zoals zeep en cosmetica, buiten beschouwing. DASPO is wel in gesprek met de non-food sector om het gebruik van duurzame palmolie naar de sectoren Out-of-Home, Foodservice en Personal Care uit te breiden.
Voor energetische toepassing van palmolie moet deze, evenals andere plantaardige oliën, voldoen aan de duurzaamheidseisen uit de Europese Richtlijn Hernieuwbare Energie (RED). Dat betekent dat de grondstoffen niet afkomstig mogen zijn van plantages waarvoor na 2008 ontbossing heeft plaatsgevonden. De RED dicteert dat lidstaten tussen 2023 en 2030 biobrandstoffen op basis van grondstoffen met een hoog risico op indirecte veranderingen in landgebruik (ILUC) uitfaseren. Omdat Nederland het gebruik van biobrandstoffen uit afvalstoffen en residuen succesvol stimuleert, wordt in Nederland geen biobrandstof op basis van palmolie gebruikt.
Certificering
Onder duurzame palmolie wordt door DASPO de palmolie verstaan die is gecertificeerd volgens de principes en criteria van de Roundtable on Sustainable Palm Oil (RSPO). RSPO is het internationale platform waarbinnen maatschappelijke organisaties, industrie en detailhandel de wereldwijde palmolieproductie en -handel verduurzamen. De palmolie moet worden verhandeld volgens één van de vier door de RSPO goedgekeurde handelssystemen:
- Book & Claim (B&C):
Book & Claim is een model waarbij verwerkers van palmolie en palmpittenolie die RSPO lid zijn RSPO credits kunnen kopen voor duurzaam geproduceerde palmolie of palmpitolie. Het IT platform RSPO PalmTrace faciliteert deze online handel in de certificaten voor verkopers die RSPO-gecertificeerd zijn, kopers hoeven niet RSPO-gecertificeerd te zijn. Een desktop audit wordt wel verplicht zodra een koper meer dan 500 RSPO credits claimt. Een RSPO Credit staat voor een ton duurzaam geproduceerde palmolie. Indien de duurzame palmolie als RSPO Credit verkocht wordt gaat de duurzame palmolie als conventionele palmolie de keten in, aangezien de claim maar een keer gemaakt kan worden. Dit model is vergelijkbaar met het systeem van groene stroom waarvoor in Europa in zogenoemde Garanties van Oorsprong gehandeld word. - Mass Balance (MB):
Duurzame palmolie van gecertificeerde bronnen wordt administratief gevolgd in de keten, maar kan vermengd worden met reguliere palmolie. - Segregated (SG):
Duurzame palmolie van verschillende gecertificeerde plantages wordt door de hele keten apart gehouden van reguliere palmolie. - Identity Preserved (IP):
Duurzame palmolie van één enkele gecertificeerde oliemolen wordt door de hele keten apart gehouden van reguliere palmolie.
De vier systemen hebben elke hun eigen eisen en vormen een soort groeimodel. Zo worden certificaten van het Book & Claim systeem vooral gebruikt door (kleinere) bedrijven die eerste stappen zetten in het gebruik van duurzame palmolie. Het is vaak een opstapje naar een van de andere vormen van certificering zoals Mass Balance of Segregated. Identity Preserved heeft binnen het RSPO model het certificaat met de strengste eisen. Sinds 2018 heeft RSPO de eisen aan de certificaten aangescherpt. Eén vijfde deel van de wereldproductie aan palmolie is RSPO gecertificeerd. (DASPO, 2021b)
Bedrijven die onderdeel worden van de handelsketen voor duurzame palmolie van de RSPO, moeten zelf ook worden gecertificeerd door een onafhankelijk certificeringsbureau. Zo waarborgt de RSPO dat alle schakels in de keten aan de vereisten voldoen.
In 2019 heeft het IUCN-NL een benchmark uitgevoerd voor zes veel gebruikte certificaten voor duurzame palmolie. Naast RSPO zijn de volgende duurzaamheidsstandaarden voor Palmolie onderzocht: Sustainable Agriculture Network (SAN), Malaysia Sustainable Palm Oil (MSPO), Indonesia Sustainable Palm Oil (ISPO) en twee varianten van International Sustainability and Carbon Certification, namelijk ISCC-EU en ISCC Plus. Uit het onderzoek bleek dat de nieuwe certificaten van RSPO op biodiversiteit en zekerheid beter scoort dan de andere vijf onderzochte certificeringssystemen: RSPO presteert zowel hoog op de bescherming van de biodiversiteit (70 procent van de totaal score) als op de zekerheid dat de eisen die worden gesteld aan de certificaten ook daadwerkelijk worden behaald (85 procent van de totaalscore) (IUCN-nl, 2019).
2.3 Palmolie – Monitoring van de doelstelling
De monitoring voor de voedingsmiddelenindustrie is uitgevoerd door de ketenorganisatie MVO en die voor de diervoederindustrie door de brancheorganisatie Nevedi. Beide organisaties richten zich op de hoeveelheid duurzame palmolie (en palmpittenolie) die door raffinadeurs in Nederland is verkocht voor verwerking door de voedingsmiddelen- en diervoederindustrie in Nederland. Ook voedingsmiddelen en diervoeders die in Nederland worden geproduceerd en vervolgens worden geëxporteerd vallen binnen de scope. In de monitoring door MVO blijft palm- en palmpittenolie die gebruikt wordt voor het opwekken van energie buiten beschouwing. Dat geldt nu ook nog voor non-food toepassingen, maar DASPO is in gesprek met de non-food sector om de samenwerking op dit gebied te versterken.
In 2011 was het aandeel duurzame palmolie in het totale palmolieverbruik door de voedingsmiddelenindustrie 30 procent. In 2016 is dit aandeel gestegen tot 90 procent. In 2020 is het aandeel duurzame palmolie gelijk aan het niveau van 2016 namelijk 90 procent. Het totale volume palmolie dat door de voedingsmiddelenindustrie in 2020 werd verwerkt, was 239 duizend ton. Dit verbruik is 21 procent lager dan 2019 toen 289,0 duizend ton is gebruikt. In de onderstaande figuur worden de aandelen duurzame palmolie in het totale palmolieverbruik per sector van de Nederlandse voedingsmiddelenindustrie weergegeven. De aardappelverwerkende industrie maakte net als voorgaande jaren in 2020 volledig gebruik van duurzame palmolie (bron: MVO).
Voedingsmiddelensector | Gecertificeerd (%) | Regulier (%) |
---|---|---|
Aardappelverwerking | 100 | 0 |
Bakkerij/zoetwaren | 83 | 17 |
Gemaksvoeding | 90 | 10 |
Zuivel/melkvervanger | 98 | 2 |
Overige voeding | 85 | 15 |
Margarine/sauzen | 89 | 11 |
Bron: DASPO |
Leden van de brancheorganisatie Nederlandse Vereniging voor de Diervoederindustrie (Nevedi) hebben in 2020 het volume aan palmolie dat via diervoeders gebruikt wordt voor de productie van vlees, zuivel en eieren voor 61 procent afgedekt met duurzame palmolie. De leden kopen de gecertificeerde palmolie via Palm Trace, het volgsysteem van RSPO voor aangeboden en verkochte gecertificeerde palmolieproducten. Werd in 2015 de gebruikte palmolie binnen diervoerderindustrie volledig afgedekt met de inkoop van Book & Claim-certificaten, in 2020 wordt ook gebruik gemaakt van Mass balance en Segregated gecertificeerde palmolie.
Voor de monitoring van het gebruik van duurzame palmolie ontvangt MVO van zes raffinadeurs de gegevens over de leveringen van (duurzame) palmolie aan de zeven onderscheiden sectoren binnen de Nederlandse voedingsmiddelenindustrie.
Voor de levering wordt sinds vorig jaar een template gebruikt. De raffinadeurs geven per sector van de voedingsmiddelenindustrie op hoeveel reguliere palmolie en duurzame palmolie is geleverd. Duurzame palmolie is opgedeeld in twee categorieën namelijk Mass Balance afzonderlijk en Segregation en Identity Preserved tezamen.
Door het gebruik van de template worden de cijfers op een geaggregeerd niveau aangeleverd. Dit levert minder detailgegevens op waardoor MVO minder controlemogelijkheden heeft dan voorheen. MVO controleert de cijfers op bedrijfsniveau. Zo wordt er bekeken in hoeverre de cijfers afwijken van voorgaande jaren. Als er opmerkelijke wijzigingen zijn of andere afwijkingen wordt er bij de betreffende raffinadeur gecheckt of dit klopt en wat de verklaring is.
Ook legt MVO elk jaar de cijfers naast de cijfers van het nationale initiatief voor duurzame palmolie in Engeland. Deze organisatie gebruikt voor de bepaling van de hoeveelheid duurzame palmolie dezelfde methode als MVO wat vergelijking mogelijk maakt. Er wordt contact gezocht om waarnemingen te checken.
Wat de certificaten volgens het Book & Claimsysteem betreft: het MVO controleert deze cijfers zelf. Dit gebeurt door het aantal via het platform van Palm Trace aangekochte certificaten te leggen naast het aantal ton verwerkte reguliere palmolie. Daarbij is een Book & Claim certificaat gelijk aan 1 ton reguliere palmolie. MVO ontvangt de cijfers aangaande de Book & Claim certificaten rechtstreeks van RSPO.
Jaarlijks moeten de leden van Nevedi de Mengvoederenquête invullen waarin ook gevraagd wordt naar informatie omtrent de gebruikte palmolie. Voor deze enquête is een template ontwikkeld. De leden worden steekproefsgewijs gecontroleerd door een onafhankelijk accountantskantoor voor de cijfers die zij aan Nevedi doorgeven en de invulling van collectieve afspraken zoals het gebruik van duurzame palmolie die voor het betreffende lid van toepassing zijn. Daarnaast worden de resultaten van de enquête gecontroleerd op afwijkende resultaten ten opzichte van cijfers uit voorgaande jaren.