Arbeidsmarktmobiliteit

Mensen kunnen werkloos raken doordat ze hun baan verliezen. Maar er zijn ook mensen die zich tevoren niet aanboden op de arbeidsmarkt en op zoek zijn gegaan naar werk. Als ze niet meteen werk vinden, worden ze deel van de werkloze beroepsbevolking. Voorbeelden hiervan zijn schoolverlaters en herintreders. Tegelijkertijd zijn er werklozen die een baan vinden, of werklozen die de arbeidsmarkt verlaten, bijvoorbeeld omdat ze geen resultaat verwachten van hun zoektocht naar werk.

Stromen tussen arbeidsposities resulteren in stijging werkloosheid

In het eerste kwartaal van 2024 steeg het aantal werklozen (seizoengecorrigeerd) naar 373 duizend, 13 duizend meer dan het kwartaal ervoor. De stijging van het aantal werklozen is het resultaat van verschillende stromen op de arbeidsmarkt. Zo zijn er mensen die nog niet actief waren op de arbeidsmarkt en op zoek gaan naar werk. Vanuit de niet-beroepsbevolking worden zij onderdeel van de werkloze beroepsbevolking. In het eerste kwartaal van 2024 waren dit er 131 duizend. Daartegenover staan werklozen die zich terugtrekken van de arbeidsmarkt. Dat waren er 92 duizend. Het aantal werklozen nam hierdoor toe met 39 duizend.

Er zijn nog twee andere stromen in en uit de werkloze beroepsbevolking. Een stroom is die van de werklozen die een baan vinden. In het eerste kwartaal van 2024 waren dat er 139 duizend. De tweede stroom is die van mensen die hun baan verliezen en werkloos worden (113 duizend). Per saldo daalde de werkloosheid door deze twee stromen met 26 duizend.