1947
Het grote probleem bij een volkstelling is ongetwijfeld de vertrouwelijkheid van de gegevens. Bij de Volkstelling 1947 werd dit opgelost door de formulieren die men moest invullen. Aan de bovenkant ervan bevond zich een strookje met daarop de familienaam, eerste voornaam en verdere voorletters, de geboortedatum en het adres van de invuller. De formulieren van mannen en vrouwen verschilden van kleur. Kennelijk zijn dit voldoende gegevens om na te gaan of iedereen zijn formulier had ingevuld.
Na inlevering werd dit strookje van het formulier geknipt en zodoende werd het formulier dus verder anoniem verwerkt.
Deze strookjes (zie hieronder) zijn bewaard gebleven en een deel wordt bewaard in het Meertens Instituut te Amsterdam.
Buigzaam en bewegelijk
Die moderne organisatie was de verdienste van de nieuwe directeur-generaal, dr. Ph. Idenburg, in 1939 de opvolger van H. Methorst. Kort na de oorlog heeft hij de organisatie en de procedures laten doorlichten door het organisatiebureau van ir. E. Hijmans. Idenburg vond het belangrijk dat het CBS de maatschappelijke ontwikkeling op de voet volgde en dan had het zich ’met buigzaamheid en bewegelijkheid’ aan te passen aan nieuwe behoeften. De organisatie moest aan snelheid en efficiency winnen.
Hijmans pakte de reorganisatie grondig aan. Alle bewerkingen die bijvoorbeeld het statistische materiaal ondergingen werden minutieus geregeld met de zogeheten order-enveloppe. Daarin stond het routeschema van de te gebruiken machines en de te verrichten handelingen en hoeveel tijd deze handelingen mochten kosten. Voorts werd het machinepark gemoderniseerd. Er kwamen nieuwe sorteer-, tabelleer-, reproduceer- en totaalkaartenmachines en enkele collators, machines die stapels gesorteerde kaarten samenvoegden. De handpons- en handrekenmachines werden vervangen door elektrische machines.
Niets meer te beleven
Met het gedwongen ontslag van 129 mensen in 1948 zou de reorganisatie het CBS overigens ook pijn doen. De mensen die mochten blijven, mokten. Het werk had inmiddels ‘een zo monotoon karakter gekregen en liet de werker zo weinig speelruimte om iets van zichzelf in het werk te leggen, dat een redelijke identificatie met het werk niet meer kan worden verwacht en dat de mensen in hun werk niets meer wisten te beleven.’
Volkstellingles
De werkzaamheden voor de volkstelling werden voortvarend aangepakt. Er was een progagandaprogramma ontwikkeld. De Nederlandsche Stichting voor Statistiek, het commerciële zusje van het CBS, ontwierp een affiche met de tekst: 'Wij moeten weten hoe sterk wij zijn. Helpt daarom allen mee tot het slagen van de Volkstelling zaterdag 31 mei 1947'. De Stichting had op de Jaarbeurs in Utrecht een stand over de volkstelling ingericht. De landelijke pers werd op het CBS uitgenodigd om de grote machines te komen zien, in bioscopen draaide een voorlichtingsfilm in het journaal. In zeker dertig radioprogramma’s is aandacht besteed aan de volkstelling. Op de dag van de volkstelling, zaterdag 31 mei, gaf de bekende hoorspelacteur en radiocolumnist Koos Koen, die tussen 1946 en 1958 furore maakte met zijn programma 'De gewone man zegt er het zijne van...', op de beide radiozenders een volkstellingles.
Voor tellers was geen geld. Die waren dus lastig te krijgen. Gemeenten hadden de mogelijkheid om tellers aan te moedigen door ‘een extra verstrekking van distributiebonnen voor versnaperingen of tabaksprodukten te beloven. Op het platteland werd een aankoopvergunning voor nieuwe fietsbanden in het vooruitzicht gesteld. Maar de animo was te verwaarlozen en het gros van de tellers was gemeenteambtenaar.
Streepjes zetten
Als bewerkingsmethode was gekozen voor mark sensing, waarbij medewerkers de op de ponskaarten voorkomende aanduidingen aanstreepten. Deze streepjes konden daarna door een machine (een optische lezer) worden gelezen. Het CBS was, andermaal, de eerste in Europa die met deze methode pionierde. Honderden mensen waren bij de bewerking ingeschakeld, een kwart was vrouw. De bewerking vergde concentratie. In de instructie voor de medewerkers stond dan ook: ‘Geen onnodig geloop. Niet fluiten, zingen of gesprekken voeren tijdens het werk.’ Ook niet de sectiechef bij het constateren van een fout in het materiaal, hoe futiel ook, aan zijn jas trekken, maar wachten tot hij bij zijn rondgang door de zaal in de buurt is.
[video: https://www.cbs.nl/nl-nl/video/f831e9e151c4446cacb0b99778ffe709]Veertigduizend transparanten
Om de uitkomsten snel ter beschikking te hebben is niet gewacht tot het publiceren van de tabellen in boekdrukvorm. Gekozen is voor het vastleggen van de uitkomsten op transparantpapier (A4). Zodra de transparanten klaar waren, konden de gewenste bladen worden besteld. In totaal zijn van de twaalfde volkstelling 40 duizend transparanten geproduceerd, inclusief 672 transparanten met topografische bladen. Nieuw was dat per gemeente een standaardboekje werd samengesteld en topografische afdrukken van de wijk- en buurtindelingen.
Kachel op 16 graden
Huisvestingsproblemen waren de reden dat de bewerking van de volkstelling zowel in Den Haag gebeurde, als in Amsterdam en Rotterdam. Spartaans waren de werkomstandigheden in Den Haag. De minister had in oktober 1947 bepaald dat de verwarming niet hoger mocht dan 15,7 graden Celsius. Dat was in alle Rijksgebouwen voorgeschreven vanwege brandstofschaarste. In de ruimten waar niet regelmatig werd gewerkt, mocht de kachel het niet warmer maken dan 10 graden Celsius. Klagen mocht niet: ‘Zolang de temperatuur niet beneden deze normen komt, heeft het dus geen zin zich met de afdeling H.D. hierover in verbinding te stellen.’ Bijverwarmen met een straalkacheltje was verboden.
Woningtekort
De woningnood was enorm. Vele woningen waren verwoest in de oorlog, de bouwproductie had sinds 1940 stilgelegen en de woningbehoefte was groot door de sterke toename van het aantal huwelijken. Ramingen van het woningtekort liepen van 271 duizend woningen tot 357 duizend woningen, ca. 13 tot 17 procent van de woningvoorraad. In één op de zes woningen woonden twee of meer gezinnen.
Bronnen
- Link StatLine - Bevolking naar leeftijd, burgerlijke staat, nationaliteit (1 januari)
- Link StatLine - Woningvoorraad, stand en mutatie (1921, 1930, 1947)
- Link StatLine - Huwelijkssluitingen en –ontbindingen (periode 1921–1947)