Gemeenten begroten ruim 9 procent meer lasten voor 2024
Doorgaans liggen zowel de begrote baten als de begrote lasten iets lager dan de werkelijke baten en lasten in de jaarrekeningen. Bij de baten is dit verschil meestal groter dan bij de lasten. In 2022 werd door de Nederlandse gemeenten gezamenlijk 69,5 miljard euro aan lasten uitgegeven. Dit was lager dan de baten, die 73,2 miljard euro bedroegen. Het exploitatieoverschot voor bestemming kwam daarmee uit op ruim 3,7 miljard euro.
Jaar | Baten begroting (mld euro) | Lasten begroting (mld euro) | Baten realisatie (mld euro) | Lasten realisatie (mld euro) |
---|---|---|---|---|
2017 | 52,734 | 54,076 | 57,535 | 57,271 |
2018 | 53,867 | 55,383 | 58,793 | 58,990 |
2019 | 56,485 | 57,648 | 59,804 | 60,543 |
2020 | 58,868 | 59,879 | 69,528 | 64,944 |
2021 | 60,457 | 61,738 | 67,471 | 65,711 |
2022 | 62,852 | 63,780 | 73,236 | 69,490 |
2023 | 67,990 | 68,342 | ||
2024 | 73,993 | 74,663 | ||
1)Exclusief toevoegingen en onttrekkingen aan/uit het eigen vermogen. |
Gemeenten begroten hogere lasten voor vrijwel alle beleidsterreinen
Op bijna alle beleidsterreinen stegen de begrote lasten ten opzichte van de begroting voor 2023. Bij zes van de tien beleidsterreinen bedroeg de toename 10 procent of meer.
Een kwart van de totale begrote lasten van de Nederlandse gemeenten kwam voor rekening van het beleidsterrein Sociaal domein overig. De begrote lasten stegen van 16,6 miljard naar 18,4 miljard euro; een toename van 11,2 procent. Hieronder vallen kosten die te maken hebben met onder meer de Wet Maatschappelijke Ondersteuning (WMO), jeugdhulp, maatschappelijk werk, de aanpak van huiselijk geweld en vluchtelingenopvang.
Op het beleidsterrein Bestuur en ondersteuning stegen de begrote lasten met 10 procent, van 11,8 miljard tot 12,9 miljard euro. Dit betreft onder meer de overhead, burgerzaken, de kosten van gebouwen van de gemeente, rentekosten over leningen, en stelposten. Mede als gevolg van hogere lonen en prijzen stegen de kosten van de post overhead ( d.w.z. alle kosten die samenhangen met de sturing en ondersteuning van medewerkers in het primaire proces) met 13,1 procent, tot 8,8 miljard euro. Het totale aandeel van de post overhead komt hiermee uit op twee derde van de totale uitgaven voor dit beleidsterrein.
Op het beleidsterrein Inkomensregelingen en participatie stegen de begrote lasten met 5,8 procent. Op deze post worden verschillende kosten begroot. Bijvoorbeeld kosten voor bijstand, bijzondere bijstand, de IOAW, de IOAZ en de sociale werkvoorziening, en tot en met 2023 de energietoeslag. Ook de kwijtschelding van gemeentelijke belastingen en heffingen staat op deze post. Ondanks de afschaffing van de energietoeslag begroten gemeenten 0,5 miljard meer dan 2023 voor de inkomensregelingen.
Beleidsterrein | 2024 (mld euro) | 2023 (mld euro) |
---|---|---|
Sociaal domein overig | 18,439 | 16,586 |
Sociaal domein: Inkomensregelingen en participatie | 12,522 | 11,835 |
Bestuur en ondersteuning 1) | 12,940 | 11,767 |
Volksgezondheid en milieu | 6,511 | 5,791 |
Cultuur, sport en recreatie | 6,248 | 5,628 |
Volkshuisvesting, ruimtelijke ordening en stedelijke vernieuwing | 5,716 | 5,352 |
Verkeer, vervoer en waterstaat | 4,861 | 4,341 |
Onderwijs | 3,210 | 3,067 |
Veiligheid | 2,635 | 2,326 |
Economie | 1,581 | 1,648 |
1) Exclusief toevoegingen en onttrekkingen aan/uit het eigen vermogen. |
Gemeenten begroten hogere inkomsten uit gemeentefonds, heffingen en overige baten
De inkomsten van gemeenten bestaan uit gemeentefondsuitkeringen, opbrengsten uit gemeentelijke heffingen en overige baten. De overige baten bestaan uit onder meer specifieke Rijksuitkeringen, huren en pachten, boekwinsten bij de verkoop van aandelen, rente- en dividendopbrengsten en overdrachten van andere overheden dan het Rijk.
Voor 2024 begroten gemeenten 42,3 miljard euro aan baten uit het gemeentefonds, 13,3 miljard aan opbrengsten uit gemeentelijke heffingen en 18,4 miljard euro aan overige baten. De toename van de begrote baten uit het gemeentefonds was met 9,0 procent iets hoger dan de toename uit de overige baten (8,7 procent) en de heffingsopbrengsten (8,5 procent).
Het gemeentefonds is de grootste inkomstenbron van de gemeenten. Binnen het gemeentefonds is de algemene uitkering de grootste component. Naast de algemene uitkering krijgen gemeenten ook de decentralisatie- en integratie-uitkeringen uit het gemeentefonds. De omvang van het gemeentefonds is gekoppeld aan de hoogte van de uitgaven van het Rijk.
Het aandeel van het gemeentefonds in de inkomsten van gemeenten is de afgelopen achttien jaar vrijwel onafgebroken gegroeid. Sinds 2015 komt ongeveer de helft van de inkomsten van de Nederlandse gemeenten uit het gemeentefonds. In 2015 werden er een aantal taken in het sociaal domein gedecentraliseerd. Gemeenten zijn sinds 2015 ook verantwoordelijk voor onder meer jeugdzorg, jeugdreclassering, en meer zorgtaken. Het budget voor deze taken wordt verstrekt via het gemeentefonds. Inmiddels is het aandeel van het gemeentefonds in de begrote inkomsten opgelopen tot 57,2 procent in 2024, iets hoger dan in 2023. Mede door het afschaffen van de energietoeslag in 2024, daalden de decentralisatie- en integratie-uitkeringen met ongeveer 1,4 miljard euro. De algemene uitkering steeg met ruim 2,8 miljard euro.
Jaar | Begroting (%) | Realisatie (%) |
---|---|---|
2004 | 29,5 | 25,2 |
2005 | 28,0 | 23,8 |
2006 | 30,3 | 26,4 |
2007 | 33,3 | 28,8 |
2008 | 33,8 | 29,7 |
2009 | 34,3 | 29,0 |
2010 | 35,0 | 33,9 |
2011 | 35,7 | 33,8 |
2012 | 37,0 | 34,7 |
2013 | 37,1 | 34,7 |
2014 | 38,1 | 35,7 |
2015 | 50,8 | 47,3 |
2016 | 50,8 | 48,5 |
2017 | 51,3 | 48,3 |
2018 | 52,7 | 49,8 |
2019 | 53,3 | 51,9 |
2020 | 53,6 | 48,2 |
2021 | 53,8 | 52,3 |
2022 | 55,3 | 54,9 |
2023 | 57,1 | |
2024 | 57,2 | |
1)Exclusief toevoegingen en onttrekkingen aan/uit het eigen vermogen. |
Bronnen
Relevante links
- Nieuwsbericht - Gemeenten begroten 13,3 miljard euro aan heffingsopbrengsten in 2024
- Nieuwsbericht - Gemeenten boeken een overschot van 3,7 miljard euro voor 2022
- Visualisatie - Dashboard Overheidsfinanciën