Lichte krimp areaal akkerbouw
Jaartal | Totaal akkerbouw (2000=100) | Zaaiuien (2000=100) | Aardappelen, totaal (2000=100) | Gerst, totaal (2000=100) | Tarwe, totaal (2000=100) | Suikerbieten (2000=100) |
---|---|---|---|---|---|---|
2000 | 100,00 | 100,00 | 100,00 | 100,00 | 100,00 | 100,00 |
2001 | 99,52 | 101,57 | 90,96 | 141,70 | 91,17 | 98,35 |
2002 | 99,14 | 106,65 | 91,67 | 121,04 | 99,38 | 98,14 |
2003 | 97,09 | 117,08 | 88,04 | 116,89 | 95,01 | 92,64 |
2004 | 96,70 | 142,17 | 90,95 | 101,85 | 100,97 | 88,08 |
2005 | 95,21 | 119,94 | 86,47 | 107,47 | 99,95 | 82,30 |
2006 | 91,40 | 132,17 | 86,87 | 94,85 | 103,28 | 74,61 |
2007 | 90,35 | 144,03 | 87,24 | 97,85 | 103,43 | 73,93 |
2008 | 88,81 | 145,10 | 84,30 | 106,87 | 114,54 | 65,10 |
2009 | 87,33 | 139,60 | 86,16 | 94,60 | 110,49 | 65,53 |
2010 | 85,44 | 158,83 | 87,85 | 71,15 | 112,72 | 63,61 |
2011 | 84,33 | 166,55 | 88,64 | 72,57 | 110,89 | 66,09 |
2012 | 82,09 | 150,04 | 83,22 | 63,49 | 110,96 | 65,54 |
2013 | 83,92 | 157,11 | 86,49 | 63,02 | 111,79 | 65,97 |
2014 | 81,53 | 159,76 | 86,73 | 58,74 | 104,08 | 67,68 |
2015 | 79,70 | 170,76 | 86,87 | 69,83 | 104,27 | 52,67 |
2016 | 79,39 | 179,27 | 87,64 | 74,04 | 93,72 | 63,74 |
2017 | 80,25 | 190,71 | 90,29 | 64,26 | 85,21 | 76,93 |
2018 | 81,32 | 181,27 | 91,57 | 76,91 | 82,00 | 76,78 |
2019 | 83,84 | 197,14 | 92,98 | 71,70 | 88,60 | 71,37 |
2020* | 83,58 | 195,88 | 92,50 | 82,69 | 80,93 | 73,85 |
*Voorlopige cijfers |
Volgens de laatste landbouwtelling wordt er in Nederland op ruim 530 duizend hectare akkerbouwgewassen geteeld. Dat is 1,6 duizend hectare (0,3 procent) minder dan een jaar eerder. Het areaal akkerbouwgewassen krimpt al sinds 2000. Sinds die tijds is er meer dan 100 duizend hectare (16 procent) verdwenen. Wel is het areaal sinds 2016 niet verder afgenomen.
Daling oppervlakte consumptieaardappelen
De teeltoppervlakte consumptieaardappelen is in 2020 met bijna 1,8 duizend hectare gedaald tot 77 duizend hectare (-2,3 procent). De arealen poot- en zetmeelaardappelen zijn het laatste jaar iets gestegen, beide ongeveer met 1 procent. Het aandeel pootaardappelen op het totale areaal aardappelen nam het laatste jaar weer iets verder toe. Meer dan een kwart (26,5 procent) van het aardappelareaal, ruim 44 duizend hectare, bestaat in 2020 uit pootaardappelen. Op een bijna even groot deel (27 procent) staan zetmeelaardappelen. Het grootste deel van het areaal aardappelen bestaat uit consumptieaardappelen (46,2 procent).
Sinds het jaar 2000 groeide het areaal pootaardappelen met 2,4 duizend hectare (5,7 procent), terwijl het areaal met consumptieaardappelen met 10 duizend hectare (12 procent) en het areaal zetmeelaardappelen met 5,6 duizend hectare (11 procent) is gekrompen.
Areaal zaaiuien iets afgenomen
Het areaal zaaiuien besloeg in 2020 ongeveer ruim 27 duizend hectare. Dat is 180 hectare minder dan een jaar eerder en een daling van ongeveer 0,7 procent. In 2019 nam de oppervlakte uien nog met bijna 10 procent toe. Wel laat het areaal zaaiuien over de lange termijn een groei zien. Ten opzichte van het jaar 2000 is sprake van een areaalverdubbeling.
Jaartal | Areaal (1 000 ha) |
---|---|
2000 | 13,99 |
2001 | 14,21 |
2002 | 14,92 |
2003 | 16,38 |
2004 | 19,89 |
2005 | 16,78 |
2006 | 18,49 |
2007 | 20,15 |
2008 | 20,30 |
2009 | 19,53 |
2010 | 22,22 |
2011 | 23,30 |
2012 | 20,99 |
2013 | 21,98 |
2014 | 22,35 |
2015 | 23,89 |
2016 | 25,08 |
2017 | 26,68 |
2018 | 25,36 |
2019 | 27,58 |
2020* | 27,40 |
*Voorlopige cijfers |
Tarwe opnieuw in de min
Het areaal tarwe is in 2020 weer afgenomen, na een stijging van het areaal in 2019. Het areaal tarwe besloeg tijdens de laatste landbouwtelling ruim 110 duizend hectare, ongeveer 10 duizend hectare (8,7 procent) minder dan een jaar eerder. In 2019 was nog sprake van groei van 8,9 procent en was het areaal tot 121 duizend hectare toegenomen.
Van de wintertarwe daalde het areaal in 2020 vergeleken met een jaar eerder met bijna 19 duizend hectare (16,5 procent). Het areaal zomertarwe verdubbelde. Dit jaar wordt op ongeveer 17 duizend hectare zomertarwe geteeld. Het areaal zomertarwe fluctueert van jaar op jaar. Ongeveer 15 procent van de tarwe bestaat nu uit zomertarwe. Het aandeel zomertarwe was het hoogst in 2011. Toen bestond ongeveer een kwart van het areaal tarwe uit zomertarwe.
Gewas | % verandering t.o.v. een jaar eerder (% verandering t.o.v. een jaar eerder) |
---|---|
Totaal | -0,31 |
Gerst | 15,30 |
Suikerbieten | 3,50 |
Zetmeelaardappelen | 0,98 |
Pootaardappelen | 1,17 |
Zaaiuien | -0,65 |
Consumptieaardappelen | -2,31 |
Tarwe | -8,66 |
*Voorlopige cijfers. |