Recordaantal verloren arbeidsdagen in 2019 door stakingen onderwijs en zorg
In 2017 was er een piek in het aantal stakingen. In dat jaar werd 32 keer gestaakt, het hoogste aantal sinds de jaren tachtig. Ook 2018 was een jaar met bovengemiddeld veel stakingen, namelijk 28. In 2019 werd iets minder vaak gestaakt en bovendien minder lang. Er waren meer stakingen die minder dan vijf dagen duurden en minder stakingen van meer dan vijf dagen.
Jaar | Werkstakingen |
---|---|
1999 | 24 |
2000 | 23 |
2001 | 16 |
2002 | 16 |
2003 | 14 |
2004 | 12 |
2005 | 28 |
2006 | 31 |
2007 | 20 |
2008 | 21 |
2009 | 25 |
2010 | 21 |
2011 | 17 |
2012 | 18 |
2013 | 24 |
2014 | 25 |
2015 | 27 |
2016 | 25 |
2017 | 32 |
2018 | 28 |
2019 | 26 |
Recordaantal werknemers bij stakingen betrokken
Toch gingen meer arbeidsdagen verloren dan in de voorbije jaren. In totaal waren dat er 391 duizend, tegen 239 duizend in 2018. Dat grote aantal hangt samen met het gegeven dat een recordaantal werknemers betrokken was bij de werkstakingen, namelijk 319 duizend. Tot nu toe was het hoogst gemeten aantal stakende werknemers 147 duizend in 2017.
9 op de 10 stakers uit zorg en onderwijs
Historisch gezien wordt in de bedrijfstakken industrie en vervoer en opslag het vaakst gestaakt. Ook in 2019 was dat het geval, met 12 van de 26 stakingen bij bedrijven in de industrie en 7 in de bedrijfstak vervoer en opslag. Toch zorgden de stakingen in deze bedrijfstakken niet voor de meeste verloren arbeidstijd. De meeste arbeidsdagen gingen verloren in het onderwijs en de gezondheidszorg. De werknemers in deze bedrijfstakken maakten 90 procent uit van de stakende werknemers. Ook was er in 2019 een grote landelijke pensioenstaking, waarbij werknemers van verschillende bedrijfstakken betrokken waren.
Jaar | Betrokken werknemers (x 1 000) | Verloren arbeidsdagen (x 1 000) |
---|---|---|
2003 | 10,8 | 15 |
2004 | 104,2 | 62,2 |
2005 | 29 | 41,7 |
2006 | 11,3 | 15,8 |
2007 | 20,7 | 26,4 |
2008 | 51,9 | 120,6 |
2009 | 3,6 | 4,6 |
2010 | 14,1 | 59,2 |
2011 | 47,1 | 22 |
2012 | 89,6 | 219,4 |
2013 | 4,5 | 19,4 |
2014 | 10,2 | 40,9 |
2015 | 42,4 | 47,6 |
2016 | 10,6 | 19,2 |
2017 | 146,9 | 306,3 |
2018 | 33,7 | 239,1 |
2019 | 318,7 | 391 |
Overgrote deel stakingen uitgeroepen door vakbond
De meeste stakingen werden uitgeroepen door de vakbonden, namelijk 24 van de 26. Bij 70 procent van de stakingen was een cao-conflict de aanleiding om het werk neer te leggen, en bij 15 procent van de stakingen ging het om loonkwesties.
Leerkrachten basisonderwijs vaakst ontevreden over salaris
Leerkrachten in het basisonderwijs waren in 2019 het vaakst ontevreden over hun salaris. Volgens de Nationale Enquête Arbeidsomstandigheden (NEA) 2019, uitgevoerd door CBS en TNO, was bijna de helft van de werknemers uit deze beroepsgroep niet tevreden over hun beloning. Bij verpleegkundigen en chauffeurs van auto’s, taxi’s en bestelwagens was 44 procent hierover niet tevreden. Naar verhouding waren vooral werknemers in dienstverlenende, pedagogische en zorg- en welzijnsberoepen in 2019 vaak ontevreden over hun salaris.
Niet tevreden (%) | Tevreden (%) | Heel tevreden (%) | |
---|---|---|---|
Top tien beroepsgroepen met minste tevredenheid over salaris | |||
Leerkrachten basisonderwijs | 49,5 | 46,5 | 4,0 |
Verpleegkundigen (mbo) | 44,2 | 48,5 | 7,3 |
Chauffeurs auto's, taxi's en bestelwagens | 43,9 | 49,5 | 6,6 |
Gespecialiseerd verpleegkundigen | 41,5 | 52,2 | 6,3 |
Verzorgenden | 39,1 | 53,3 | 7,6 |
Koks | 38,9 | 47,8 | 13,3 |
Verkoopmedewerkers detailhandel | 38,2 | 52,4 | 9,4 |
Sociaal werkers, groeps- en woonbegeleiders | 37,4 | 54,4 | 8,3 |
Kelners en barpersoneel | 36,6 | 49,0 | 14,5 |
Schoonmakers | 36,5 | 55,4 | 8,1 |
Bron: CBS, TNO |
Bronnen
- StatLine - Werkstakingen bedrijfstak
- StatLine - Werkstakingen naar diverse kenmerken
- StatLine - Werkstakingen historische reeks