9 van 10 gevaarlijkste beroepen gedomineerd door mannen

Kraanmachinist bovenin kraan aan het werk boven nieuwbouw woningproject
© Hollandse Hoogte / Bert Beelen
Mannen geven vaker dan vrouwen aan gevaarlijk werk te doen. In 9 van de 10 beroepen waarin werknemers het vaakst aangeven gevaarlijk werk te verrichten, werken overwegend mannen, hun aandeel varieert van 67 tot bijna 100 procent. Hiertoe behoren onder meer beveiligingswerkers, bestuurders van voertuigen, en machinebedieners. Ook zijn mannen vaker betrokken bij een arbeidsongeval met verzuim. Dit blijkt uit de Nationale Enquête Arbeidsomstandigheden (NEA), die door het CBS en TNO wordt uitgevoerd.

[video: https://www.cbs.nl/nl-nl/video/e90b06b287cd4557b310c8c1eb6475ac]
In 2018 gaf 15,5 procent van de werknemers (15 tot 75 jaar) aan vaak of altijd gevaarlijk werk te doen. Dit is bij mannen twee keer zo vaak het geval als bij vrouwen: 20,5 procent, tegen 9,9 procent. Mannen hebben ook iets vaker dan vrouwen een arbeidsongeval: in 2018 had 1,7 procent van de mannelijke werknemers een ongeluk tijdens het werk dat tot verzuim leidde. Onder vrouwelijke werknemers was dit 1,2 procent.

Bestuurders en machinebedieners vaakst gevaarlijk werk

Ruim de helft van de werknemers die als beroep een voertuig besturen (bijvoorbeeld vrachtwagen- en buschauffeurs), of een mobiele machine bedienen, gaf in 2018 aan vaak of altijd gevaarlijk werk te doen. Mobiele machines zijn bijvoorbeeld hijskranen en heftrucks. Ook beveiligingswerkers (waaronder politie, brandweer, beveiligingspersoneel en militairen), bouwarbeiders, elektriciens en elektronicamonteurs doen relatief vaak gevaarlijk werk.
Het soort gevaar dat werknemers lopen verschilt per beroep. Bij bestuurders en machinebedieners gaat het vaak om werk met risico op botsingen of aanrijdingen (42,6 procent van de werknemers). Bij beveiligingswerkers gaat het relatief vaak om werk met een verhoogde kans op een confrontatie met geweld (30,7 procent).

Beroepen met vaakst gevaarlijk werk, 2018
 Aandeel gevaarlijk werk (% werknemers (15 tot 75 jaar))Aandeel mannen (% werknemers (15 tot 75 jaar))
Beroepssegment
Bestuurders voertuigen en bedieners mobiele machines50,893,4
Beveiligingswerkers4576,7
Bouwarbeiders41,698,2
Elektriciens en elektronicamonteurs41,397,5
Metaalarbeiders, machinemonteurs34,697,5
Voedselverwerkende beroepen en overige ambachten33,867,3
Productiemachinebedieners en assemblagemedewerkers33,582,2
Vakspecialisten natuur en techniek30,287,9
Tuinders, akkerbouwers en veetelers28,283,8
Medewerkers persoonlijke dienstverlening25,440,4
Bron: CBS, TNO

Vooral mannen in gevaarlijkste beroepen

In 9 van de 10 beroepen waarin werknemers het vaakst aangeven gevaarlijk werk te verrichten, werken meer mannen dan vrouwen. Als bouwarbeider, elektricien of elektronicamonteur, metaalarbeider of machinemonteur zijn vrijwel alleen maar mannen werkzaam. Alleen in beroepen in de persoonlijke dienstverlening werken meer vrouwen dan mannen. Hiertoe behoren onder andere koks, kelners en kappers. Hiervan zeggen met name de koks vaak gevaarlijk werk te doen (64,3 procent). Van de werknemers die werkzaam zijn als kok is drie kwart man.

Relatief vaak arbeidsongeval onder beveiligingswerkers

Bijna alle beroepen waarin werknemers het vaakst aangeven gevaarlijk werk te verrichten, behoren ook tot de top tien beroepen waarin het vaakst een arbeidsongeval met verzuim voorkomt. In 2018 had 1,5 procent van de werknemers een arbeidsongeval waarbij minstens één dag werd verzuimd. Dit aandeel was met 4,3 procent het hoogst onder beveiligingswerkers. Andere beroepen waarin werknemers relatief vaak slachtoffer zijn van een arbeidsongeval, en dan een of meer dagen niet kunnen werken, zijn bestuurders van voertuigen en machinebedieners, metaalarbeiders en machinemonteurs, en bouwarbeiders.

Hoogste aandeel arbeidsongevallen met verzuim, 2018
 Ongeval met verzuim (% werknemers (15 tot 75 jaar) met arbeidsongeval met verzuim)
Beroepssegment
Beveiligingswerkers4,3
Bestuurders voertuigen en bedieners mobiele machines3,6
Metaalarbeiders, machinemonteurs3,2
Bouwarbeiders3,1
Productiemachinebedieners en assemblagemedewerkers2,9
Tuinders, akkerbouwers en veetelers2,9
Hulpkrachten bouw en industrie2,8
Medewerkers persoonlijke dienstverlening2,6
Voedselverwerkende beroepen en overige ambachten2,5
Elektriciens en elektronicamonteurs2,4
Bron: CBS, TNO