Auteur: Rianne Kloosterman, Math Akkermans
Pesten

6. Conclusie

Twee procent van de Nederlanders van 15 jaar en ouder zei in 2021 dat zij in de afgelopen twaalf maanden weleens zijn gepest. Dat zijn naar schatting bijna 240 duizend personen. Vrouwen zijn vrijwel even vaak slachtoffer als mannen. Jongeren komen hier vaker mee in aanraking dan ouderen, en lhb’ers vaker dan hetero’s. Het grootste deel van de slachtoffers krijgt uitsluitend met traditioneel pesten te maken. Een vijfde is de dupe van zowel traditionele als online pesterijen. Jongeren krijgen vaker met online pesten te maken dan ouderen.

Bijna 60 procent van de slachtoffers gaf aan dat het pesten heeft geleid tot emotionele of psychische problemen. Vijf procent heeft door het pesten lichamelijke verwondingen of letsel opgelopen en 7 procent heeft er financiële problemen door gekregen. 
Een meerderheid van de slachtoffers van pesten (57 procent) gaf aan dat ze door hun pestervaring minder vertrouwen in mensen hebben. Veertig procent zei zich hierdoor minder veilig te voelen. Bij ongeveer een kwart heeft het pesten geleid tot depressieve klachten of slaapproblemen. Ongeveer 20 procent zei door het pesten last van angstklachten en/of paniekaanvallen te hebben (gehad) of het voorval steeds opnieuw te beleven (17 procent).

De hoek waaruit de daders van de pesterijen komen, verschilt naar leeftijd. Ruim de helft van de 65-plus slachtoffers geeft aan dat zij gepest worden door buurtgenoten. Slachtoffers tussen de 15 en 25 jaar krijgen relatief vaak met pesterijen van medestudenten of -scholieren te maken en met pesterijen van vrienden. Pesterijen van collega’s en leidinggevenden spelen vooral bij 25- tot 65-jarigen.

Bijna zeven op de tien slachtoffers van pesten hebben het pesten gemeld. De meesten (41 procent) doen er melding van bij familie of vrienden, 22 procent meldt het bij de politie. Van alle slachtoffers doet 16 procent aangifte bij de politie van wat hen is overkomen.

Hoe het pesten wordt ervaren verschilt tussen slachtoffers. Ruim de helft van de slachtoffers heeft  het pesten als verkeerd ervaren, maar ziet het niet als een misdrijf. Bijna een kwart vindt wat hen overkomen is wel een misdrijf en daarmee ook strafbaar. Zeven procent ziet het pesten als iets dat toevallig gebeurde. Twee procent vindt dat het hun eigen schuld was.
 
Een eerste kanttekening bij dit onderzoek is dat geen onderscheid gemaakt kan worden tussen incidenteel pesten en structureel, stelselmatig pesten. Het is de overweging waard om bij de volgende editie van de Veiligheidsmonitor in 2023 een vraag op te nemen over de intensiteit en de frequentie van het pesten. Een tweede kanttekening is dat de Veiligheidsmonitor wordt gehouden onder de bevolking van 15 jaar en ouder. Jongere leeftijdsgroepen waar pestgedrag relatief vaak voorkomt blijven daarmee buiten beschouwing.