2. Arbeidsparticipatie
Meeste 15- tot 75-jarigen op de eilanden aan het werk
Op alle zes de eilanden heeft het merendeel van de bevolking van 15 tot 75 jaar betaald werk. De netto arbeidsparticipatie loopt wel sterk uiteen. Deze is op Bonaire het hoogst met 70 procent, gevolgd door Sint-Maarten en Sint-Eustatius (beide 66 procent) en Aruba en Saba (beide 62 procent). Het laagst is deze op Curaçao waar iets meer dan de helft (53 procent) van de 15- tot 75-jarigen aan de slag is. Ter vergelijking: in 2017 had in Nederland 67 procent van de 15- tot 75-jarigen betaald werk, in de Verenigde Staten 65 procent en in de 28 landen van de Europese Unie was dat gemiddeld 60 procent (OECD, 2018-a).Op Curaçao gaat de relatief lage arbeidsparticipatie gepaard met een hoge werkloosheid. Deze is er met 14 procent van de beroepsbevolking aanzienlijk groter dan die op de andere eilanden. Maar ook zijn betrekkelijk veel mensen niet actief op de arbeidsmarkt: 38 procent behoort tot de niet-beroepsbevolking.
De in vergelijking met de meeste andere eilanden lage arbeidsdeelname op Saba kan voor een belangrijk deel verklaard worden doordat er een Amerikaanse medische universiteit, de Saba University School of Medicine, gevestigd is. Een relatief groot deel van de bevolking van dit kleine eiland bestaat daardoor uit (buitenlandse) studenten (CBS, 2017, 21 juli 2018).
Eenheid | Aruba | Bonaire | Curaçao (2017) | Saba | Sint-Eustatius | Sint-Maarten (2017) | |
---|---|---|---|---|---|---|---|
Totale bevolking 15 tot 75 jaar | aantal | 84 660 | 15 300 | 118 030 | 1 580 | 2 430 | 31 500 |
Beroepsbevolking | aantal | 56 780 | 11 480 | 72 770 | 1 010 | 1 730 | 22 290 |
Werkzame beroepsbevolking | aantal | 52 400 | 10 700 | 62 480 | 970 | 1 610 | 20 900 |
Werkloze beroepsbevolking | aantal | 4 380 | 770 | 10 290 | 30 | 120 | 1 390 |
Niet-beroepsbevolking | aantal | 33 030 | 3 830 | 45 220 | 580 | 700 | 9 210 |
Nettoarbeidsparticipatie | % van bevolking | 61,9 | 69,9 | 52,9 | 61,6 | 66,2 | 66,3 |
Werkloosheid | % van beroepsbevolking | 7,7 | 6,7 | 14, 1 | 3,3 | 7,1 | 6, 2 |
Jeugdwerkloosheid (15 tot 25 jaar)1) | % van beroepsbevolking | 17,9 | 20,2 | 32,8 | . | . | 23,8 |
Nettoarbeidsparticipatie (bevolking 15 jaar en ouder) | % van bevolking | 58,4 | 66,7 | 49,1 | 59,2 | 63,3 | 65,1 |
Werkloosheid (bevolking 15 jaar en ouder) | % van beroepsbevolking | 7,7 | 6,7 | 14,1 | 3,3 | 7,1 | 6,2 |
1) Vanwege te kleine aantallen zijn de jeugdwerkloosheidscijfers voor Saba en Sint-Eustatius niet beschikbaar. |
Meer mannen dan vrouwen met betaald werk
Mannen zijn op alle eilanden vaker aan het werk dan vrouwen. Het verschil is het grootst op Sint-Maarten waar 71 procent van de mannen en 63 procent van de vrouwen betaald werk heeft en vergelijkbaar met het man-vrouwverschil in Nederland, de Verenigde Staten en de Europese Unie in 2017 (OECD, 2018-a). Op Aruba, Bonaire, Curaçao en Saba is het verschil met 5 à 6 procentpunten kleiner, terwijl op Sint-Eustatius maar weinig onderscheid is in de arbeidsdeelname tussen mannen en vrouwen.
Eilanden | Mannen (% personen van 15 tot 75 jaar) | Vrouwen (% personen van 15 tot 75 jaar) |
---|---|---|
Aruba | 65,3 | 58,9 |
Bonaire | 72,1 | 67,6 |
Curaçao (2017) | 56,4 | 50,2 |
Saba | 64,2 | 58,9 |
Sint-Eustatius | 66,8 | 65,5 |
Sint-Maarten (2017) | 70,5 | 62,8 |
Hoogste arbeidsdeelname onder 25- tot 55-jarigen
Op alle eilanden is de arbeidsdeelname het hoogst in de leeftijd van 25 tot 55 jaar. Op Aruba, Bonaire, Curaçao en Sint-Eustatius is meer dan 80 procent van de 25- tot 55-jarigen aan het werk, op Saba en Sint-Maarten ligt dit percentage net hieronder. Wat opvalt bij Saba is dat 25- tot 35-jarigen daar met 63 procent minder vaak aan het werk zijn dan op de andere eilanden. Bijna een kwart van de mensen in deze leeftijdsgroep zegt niet te kunnen of willen werken vanwege studie of opleiding. Het gaat vooral om studenten van de medische universiteit.Minderheid jongeren aan het werk
Onder jongeren van 15 tot 25 jaar is de arbeidsparticipatie op alle eilanden betrekkelijk laag. Jongeren op Sint-Eustatius werken met 15 procent het minst vaak, terwijl ze op Bonaire met 39 procent het vaakst betaald werk hebben. Op Aruba, Curaçao, Saba en Sint-Maarten is rond de 30 procent van de 15- tot 25-jarigen aan het werk. Veel jongeren op de eilanden volgen een studie of opleiding en om daarnaast nog een baantje te hebben is niet gebruikelijk. Maar er is ook sprake van een hoge jeugdwerkloosheid. Op Curaçao is een derde van de jongeren in de beroepsbevolking werkloos, op Sint-Maarten bijna een kwart en op Aruba en Bonaire rond een vijfde. Voor Saba en Sint-Eustatius zijn vanwege te kleine aantallen geen cijfers over de jeugdwerkloosheid (%) beschikbaar.Afname arbeidsparticipatie na 55 jaar
Hoewel op alle eilanden de meeste 55- tot 65-jarigen aan het werk zijn, ligt de
arbeidsdeelname in deze leeftijdsgroep een stuk lager dan bij mensen van 45 tot 55 jaar.
Vooral op Curaçao is dit verschil groot: van de 45- tot 55-jarigen is nog 84 procent aan de
slag, van de 55- tot 65-jarigen is dat 54 procent. Op de andere eilanden varieert de
arbeidsdeelname in de leeftijd van 55 tot 65 jaar van 59 procent op Aruba tot 68 procent
op Bonaire.
Bij de ouderen van 65 tot 75 jaar is de arbeidsparticipatie een stuk lager. Op Aruba is
13 procent aan het werk, op Bonaire, Curaçao en Saba is dat 17 à 18 procent. Een
uitschieter is Sint-Maarten waar 35 procent van de 65- tot 75-jarigen betaald werk verricht.
In vergelijking met bijvoorbeeld Europees Nederland werken op de eilanden nog relatief
veel ouderen door na de pensioengerechtigde leeftijd.
Aruba | Bonaire | Curaçao (2017) | Saba | Sint-Eustatius | Sint-Maarten (2017) | |
---|---|---|---|---|---|---|
15 tot 25 jaar | 29,4 | 39,2 | 30,2 | 28,4 | 15,4 | 31,4 |
25 tot 35 jaar | 80,1 | 84,8 | 86,6 | 63,0 | 80,6 | 73,7 |
35 tot 45 jaar | 82,7 | 86,1 | 86,9 | 93,3 | 86,5 | 79,4 |
45 tot 55 jaar | 82,8 | 85,8 | 84,0 | 85,6 | 82,5 | 83,4 |
55 tot 65 jaar | 58,9 | 68,4 | 53,6 | 63,7 | 65,5 | 66,1 |
65 tot 75 jaar | 13,3 | 18,1 | 14,4 | 18,4 | 17,2 | 35,1 |
Laagopgeleiden werken het minst, behalve op Saba
Op alle eilanden, uitgezonderd Saba, neemt de arbeidsdeelname toe met het
onderwijsniveau. Zo werkt op Curaçao bijna een derde van de laagopgeleiden, 51 procent
van de middelbaar opgeleiden en 73 procent van de hoogopgeleiden. Iets meer dan de
helft van de laagopgeleide bevolking van 15 tot 75 jaar bestaat uit 55-plussers.
Op Saba is de arbeidsparticipatie van de hoogopgeleiden juist lager dan die van mensen
met een laag en middelbaar onderwijsniveau. Vier op de tien hoogopgeleiden zijn 15- tot
35-jarigen die niet kunnen of willen werken, omdat ze een opleiding of studie volgen.
Op Aruba werken laagopgeleiden beduidend minder vaak dan middelbaar opgeleiden:
36 tegen 68 procent. Dit kan deels verklaard worden doordat meer dan de helft van de
laagopgeleiden op dit eiland uit jongeren van 15 tot 25 jaar en 65-plussers bestaat. Beide
groepen kennen een lage arbeidsdeelname: de jongeren, omdat ze veelal nog onderwijs
volgen, de 65-plussers vanwege pensioen.
Eilanden | Hoog (% personen van 15 tot 75 jaar) | Middelbaar (% personen van 15 tot 75 jaar) | Laag (% personen van 15 tot 75 jaar) |
---|---|---|---|
Aruba | 79,9 | 67,6 | 36,2 |
Bonaire | 91 | 73,2 | 59,8 |
Curaçao (2017) | 72,8 | 50,5 | 32,1 |
Saba | 49,8 | 75,8 | 63,3 |
Sint-Eustatius | 76,9 | 71,8 | 61 |
Sint-Maarten (2017) | 77,7 | 67,7 | 50,2 |