4. Conclusie
Van de binnengekomen arbeidsmigranten had ruim 1 op de 5 de Poolse nationaliteit. De meeste kennismigranten kwamen uit India, Polen en het Verenigd Koninkrijk, terwijl overige arbeidsmigranten vooral afkomstig waren uit Polen en in mindere mate uit China.Met name kennismigranten van buiten de EU vertrokken weer tussen 2011 en 2016.Overige arbeidsmigranten van binnen de EU bleven het vaakst in Nederland.
Tussen 2011 en 2016 veranderde de samenstelling van het huishouden van kennismigranten meer dan bij overige arbeidsmigranten. Ook werkte een groter deel van de kennismigranten en woonden ze vaker in een koopwoning dan overige arbeidsmigranten.
Blijvers onder kennismigranten kwamen wat vaker als alleenstaande naar Nederland dan overige arbeidsmigranten. Bij beide groepen is het aandeel paren met kinderen sterk toegenomen. Dit geldt met name voor kennismigranten. Bij kennismigranten was het aandeel werknemers zowel in 2016 als in 2012 ongeveer anderhalf keer zo groot als bij de overige arbeidsmigranten. Het aandeel zelfstandig ondernemers is met name onder kennismigranten gegroeid, maar nog altijd aanzienlijk kleiner dan bij overige arbeidsmigranten. Het aandeel dat niet actief was op de arbeidsmarkt bedroeg onder kennismigranten een derde van dat onder overige arbeidsmigranten. Wel nam dit aandeel onder kennismigranten toe. Kennismigranten waren verhoudingsgewijs vaak actief in de specialistische zakelijke diensten, nijverheid en ICT; overige arbeidsmigranten werkten vooral in verhuur en overige zakelijke diensten (waaronder de uitzendbranche) en de horeca.
Kennismigranten waren na vijf jaar vaker in een koopwoning te vinden dan overige arbeidsmigranten. Ook is de WOZ-waarde van de woning waarin een kennismigrant verblijft, doorgaans hoger. Daarnaast woont een kennismigrant gemiddeld genomen ineen woning met een groter oppervlak. Per 10 duizend inwoners kwamen kenniswerkers bij binnenkomst in 2011 het meest voor in COROP-regio Groot-Amsterdam, gevolgd door de agglomeratie ’s-Gravenhage. Overige arbeidsmigranten waren vooral te vinden in Delft en Westland en in mindere mate in Groot-Amsterdam.