2. Gemiddeld aantal verplaatsingen per persoon per dag
Deze paragraaf bevat cijfers over het gemiddeld aantal verplaatsingen per persoon per dag naar klassen van vervoerwijzen. Deze indicator is gebaseerd op verplaatsingsinformatie en daarmee op de hoofdvervoerwijze van een verplaatsing2). De personen betreffen alle inwoners van Nederland van 6 jaar of ouder in particuliere huishoudens.
In tabel 2.1 wordt het gemiddeld aantal reguliere verplaatsingen per persoon per dag gepresenteerd binnen het meerwerkgebied van de provincie Utrecht naar vervoerwijzeklasse.
2020 | 2021 | 2022 | verschil 2022 t.o.v. 2021 (%) | |
---|---|---|---|---|
Totaal | 161,9 | 169,6* | 185,2* | +9 |
Personenauto (bestuurder en passagier) | 55,3 | 56,3 | 60,9* | +8 |
Openbaar vervoer (trein, bus, tram, metro) | 3,2 | 3,3 | 5,0* | +53 |
Fiets (elektrisch en niet-elektrisch)1) | 54,9 | 55,7 | 67,8* | +22 |
Lopen | 43,7 | 49,2* | 46,7 | -5 |
Overig (incl. bestelauto en brom- en snorfiets) | 4,8 | 5,1 | 4,8 | -6 |
* Cijfer wijkt significant af van het cijfer van het voorgaande jaar. 1) 'Fiets' omvat ook de speedpedelec. |
Uit de gegevens van tabel 2.1 volgt dat in 2022 per dag per duizend personen 185,2 verplaatsingen zijn gemaakt die volledig binnen het meerwerkgebied van de provincie Utrecht vielen. Ten opzichte van 2021 is dat een significante toename van 9 procent. De vervoerwijzeklassen personenauto, openbaar vervoer en fiets zijn significant toegenomen. Bij openbaar vervoer is de procentuele toename het grootst: 53 procent. Van de verplaatsingen die geheel binnen de provincie Utrecht worden gemaakt, wordt het meest gebruik gemaakt van de personenauto en de fiets. Uit de verdeling van het aantal verplaatsingen per duizend personen van 6 jaar of ouder per dag in 2022 blijkt dat binnen het meerwerkgebied Utrecht 34 procent van alle verplaatsingen zijn gemaakt met de auto (als bestuurder of passagier), maar ook 34 procent met de fiets. Ook lopen nam met een aandeel van 27 procent in de modal split een belangrijke plaats in. Het openbaar vervoer had een aandeel van 2 procent in het aantal verplaatsingen dat binnen het meerwerkgebied plaatsvond. Het aantal verplaatsingen met ‘Overige vervoerwijzen’ waaronder de bestelauto, brom- en snorfiets had een aandeel van 3 procent.
In tabel 2.2 wordt het gemiddeld aantal reguliere verplaatsingen per persoon per dag gepresenteerd vanuit het meerwerkgebied van de provincie Utrecht naar vervoerwijzeklasse.
2020 | 2021 | 2022 | verschil 2022 t.o.v. 2021 (%) | |
---|---|---|---|---|
Totaal | 24,8 | 26,3 | 31,3* | +19 |
Personenauto (bestuurder en passagier) | 18,1 | 19,6 | 22,4* | +15 |
Openbaar vervoer (trein, bus, tram, metro) | 3,7 | 3,3 | 5,1* | +55 |
Fiets (elektrisch en niet-elektrisch)1) | 1,4 | 1,6 | 1,8 | +11 |
Lopen | . | . | . | . |
Overig (incl. bestelauto en brom- en snorfiets) | 1,4 | 1,7 | 1,8 | +5 |
* Cijfer wijkt significant af van het cijfer van het voorgaande jaar. 1) 'Fiets' omvat ook de speedpedelec. |
Uit de cijfers in tabel 2.2 is af te leiden dat er in 2022 ten opzichte van 2021 een significante stijging is van het gemiddeld aantal reguliere verplaatsingen per duizend personen per dag vanuit de provincie Utrecht. Dit geldt niet alleen voor het totaal, maar ook voor de vervoerwijzeklassen personenauto en openbaar vervoer. Het totaal steeg met 19 procent naar 31,3 verplaatsingen per 1.000 personen per dag. Openbaar vervoer steeg met 55 procent en personenauto steeg met 15 procent ten opzichte van het voorgaande jaar. Bijna 72 procent van de verplaatsingen die beginnen in het meerwerkgebied Utrecht en eindigen op een bestemming buiten het meerwerkgebied in 2022 werden gemaakt met de auto als bestuurder of als passagier. Ongeveer 16 procent van de verplaatsingen met een eindpunt buiten het meerwerkgebied werden gemaakt met bus, tram, metro of de trein. Voor de fiets gaat het om bijna 6 procent. In tabel 2.2 is de waarde voor lopen vervangen door een punt omdat er te weinig waarnemingen waren.
In tabel 2.3 wordt het gemiddeld aantal reguliere verplaatsingen per persoon per dag gepresenteerd naar het meerwerkgebied van de provincie Utrecht naar vervoerwijzeklasse.
2020 | 2021 | 2022 | verschil 2022 t.o.v. 2021 (%) | |
---|---|---|---|---|
Totaal | 25,5 | 26,8 | 32,5* | +21 |
Personenauto (bestuurder en passagier) | 18,7 | 20,0 | 23,2* | +16 |
Openbaar vervoer (trein, bus, tram, metro) | 3,7 | 3,2 | 5,3* | +64 |
Fiets (elektrisch en niet-elektrisch)1) | 1,4 | 1,6 | 1,8 | +9 |
Lopen | . | . | . | . |
Overig (incl. bestelauto en brom- en snorfiets) | 1,4 | 1,7 | 2,0 | +16 |
* Cijfer wijkt significant af van het cijfer van het voorgaande jaar. 1) 'Fiets' omvat ook de speedpedelec. |
Voor verplaatsingen die beginnen buiten het meerwerkgebied Utrecht en eindigen op een bestemming binnen het meerwerkgebied zien we een eenzelfde patroon ten opzichte van 2021 als bij de verplaatsingen vanuit het meerwerkgebied. Uit de gegevens in tabel 2.3 volgt ook dat de personenauto de boventoon voert. We zien hier vrijwel dezelfde percentages terug als bij de modal split van het aantal reguliere verplaatsingen vanuit het meerwerkgebied.
Van alle verplaatsingen die een relatie hebben met het meerwerkgebied Utrecht, vond 74 procent plaats binnen het meerwerkgebied, 13 procent startte binnen het meerwerkgebied en eindigde erbuiten en 13 procent startte buiten het meerwerkgebied en eindigde binnen het meerwerkgebied Utrecht.