4. Conclusie
In alle vergelijkingen zijn er substantiële verschillen per AZW-branche tussen de aantallen unieke werknemers en werkgevers die CBS en PFZW meten. Naarmate de definities tussen beide partijen dichter bij elkaar worden gebracht resulteert dit over het algemeen in grotere afwijkingen.
Er is geen herkenbaar patroon in de afwijkingen. Het CBS telt over het algemeen lagere aantallen unieke werknemers per branche dan PFZW (zie vergelijking 2), maar binnen de geestelijke gezondheidszorg (GGZ) telt het CBS juist weer een hoger aantal unieke werknemers.
Ook het aantal werkgevers dat het CBS beschrijft lijkt kleiner (zie vergelijking 3), maar onduidelijk is of dit komt door verschillen in aggregatieniveau van de werkgevers (bedrijven bij het CBS versus juridische entiteiten bij PFZW) of door verschillen in aangesloten werkgevers.
Het resultaat van het excluderen van werknemers ouder dan 67 jaar, DGA’s, stagaires en de selectie van personen met bij PFZW aangesloten cao-codes maakt de vergelijking van CBS en PFZW aantallen niet beter maar juist slechter. Door het dichter bij elkaar brengen van de definities van de blijven de persoonsaantallen van PFZW bij vergelijking 1 en vergelijking 2 gelijk, terwijl de persoonsaantallen van de CBS branches kleiner worden. Dit maakt de verschillen tussen CBS en PFZW groter.
Samenvattend: de aantallen unieke werknemers en werkgevers die CBS en PFZW tellen komen niet overeen door verschillen in afbakening en definities. Het CBS stelt daarom vast dat het niet raadzaam is om de beroepeninformatie van PFZW en de randtotalen werknemers van het CBS te combineren. Nader onderzoek kan verricht worden naar de populatieverschillen tussen beide partijen. Kanttekeningen hierbij zijn:
- de huidige analyse waarin gekeken wordt naar een afbakening van de arbeidsmarkt zorg en welzijn op basis van cao’s en op basis van SBI (hoofdactiviteit van de werkgever) binnen de CBS bronnen toont aan dat er fundamentele populatie verschillen zullen bestaan tussen de CBS en PFZW werkwijze.
- een nader onderzoek is arbeidsintensief en het is niet ondenkbaar dat de populaties niet vergelijkbaar te maken zijn op basis van de huidige beschikbare data.
- wat beroepsinformatie betreft moet rekening worden gehouden met het feit dat beroepen door het CBS en PFZW verschillend worden waargenomen; het CBS vraagt via enquêtes aan werknemers om hun beroep of functie te omschrijven, terwijl PFZW uitgaat van de functieomschrijving zoals deze is vastgelegd in de administratie van de werkgevers waar de werknemers werken. Daarnaast hanteren CBS en PFZW verschillende methodes om vrije tekst om te zetten naar een beroep. Afstemmen van beroepen tussen CBS en PFZW zal dus niet eenvoudig zijn.
- uitwisseling van microdata is waarschijnlijk de enige manier om nader inzicht te verkrijgen in de onderliggende oorzaak van de gevonden populatieverschillen en de verschillen in de afbakening van beroepen; dit is helaas voor beide partijen op dit moment (nog) geen optie.