Vertekening personenauto’s naar gemeente, 1-1-2023

3. Onderzoek selectiviteit bij auto’s van rechtspersonen

Voor personenauto’s die in het kentekenregister van RDW op naam van een natuurlijk persoon staan, wordt verondersteld dat de geregistreerde locatie ook de locatie van de eindgebruiker is. Daarmee is de gemeentelocatie voor de groep van natuurlijke personen bekend.

Van de groep auto’s van rechtspersonen kon een deel, via de methode zoals beschreven in hoofdstuk 2, aan een eindgebruiker worden toegewezen. Voor deze gekoppelde groep rechtspersonen is ook de gemeentelocatie bekend. Maar voor de resterende groep rechtspersonen is de gemeentelocatie niet bekend. De regioverdeling van de groep waarbij de eindgebruiker bekend is, kan niet zomaar worden ingezet voor de toedeling van het totale aantal voertuigen naar gemeente, omdat er sprake is van selectiviteit. De selectiviteit van de gekoppelde groep rechtspersonen en de restgroep rechtspersonen wordt in dit hoofdstuk onderzocht aan de hand van voertuigkenmerken en bedrijfskenmerken. Ook wordt aandacht besteed aan selectiviteit van de brondata, die doorwerkt in de koppeling en daarmee de toewijzing naar locatie. Met deze informatie in het achterhoofd kan de gebruiker dan weloverwogen gebruik maken van de gemeentecijfers voor zover bekend.

3.1 Selectiviteit wat betreft voertuigkenmerken

De bronnen die worden gebruikt om de auto’s van rechtspersonen toe te wijzen aan een locatie zijn met name geschikt voor het toewijzen van leasevoertuigen. Als gevolg hiervan zijn leaseauto’s in de gekoppelde groep oververtegenwoordigd. Zo’n 61 procent van de voertuigen van rechtspersonen bestaat uit leaseauto’s, maar in de gekoppelde groep hebben ze een aandeel van 72 procent. Zakelijke personenauto’s zijn ondervertegenwoordigd in de gekoppelde groep. 

3.1.1 Brandstofsoort

Ook wanneer wordt gekeken naar brandstofsoort is er sprake van selectiviteit in de gekoppelde groep. Volledig elektrische auto’s (FEVs) zijn wat oververtegenwoordigd in de gekoppelde groep: 20 procent van de hele populatie van rechtspersonen is een FEV en bij de gekoppelde groep is dat 25 procent. Het aandeel van de plug-in hybride auto’s (PHEVs) is in alle groepen gelijk (6 procent in zowel de gekoppelde groep, als in de restgroep en in de populatie). De overige brandstoffen zijn juist ondervertegenwoordigd in de gekoppelde groep (74 procent van de populatie, 69 procent van de gekoppelde groep).

3.1.1.1 Personenauto's rechtspersonen naar brandstofsoort, 1-1-2023
BrandstofsoortFEV (%)PHEV (%)Overige brandstof (%)
Gekoppelde groep (rechtspersonen)24,75,869,5
Restgroep (rechtspersonen)18,15,976
Populatie (rechtspersonen)20,45,973,8

3.1.2 Leeftijd voertuig

De personenauto’s in de gekoppelde groep zijn gemiddeld jonger (3,2 jaar) dan de personenauto’s in de restgroep (4,7 jaar). Dit heeft waarschijnlijk te maken met het feit dat de gebruikte bronnen vooral geschikt zijn voor het toewijzen van leaseauto’s, en leaseauto’s zijn gemiddeld jonger dan auto’s van de zaak (2,5 jaar ten opzichte van 6,9 jaar). Zoals in grafiek 3.1.2.1 hieronder te zien is, neemt het percentage gekoppelde personenauto’s af met het toenemen van de leeftijd van het voertuig. Bij 0-jarige voertuigen is het gekoppelde percentage lager. Een mogelijke verklaring zou kunnen zijn dat deze nieuwe voertuigen nog bij een leasebedrijf staan en nog niet in gebruik zijn door een leaserijder. Een andere mogelijkheid is dat deze voertuigen zo nieuw zijn dat ze wellicht nog niet goed in alle administratieve data zitten. Deze mogelijke verklaringen zijn echter niet onderzocht. Het gekoppelde percentage valt terug nadat voertuigen de leeftijd van 4 jaar bereiken. Een leasecontract loopt zelden langer dan 5 jaar. Na 5 jaar verandert ook het bijtellingspercentage van een auto, en dit betekent vaak dat een leaserijder wordt geconfronteerd met hogere kosten. Dit kan een moment zijn waarop de leasemaatschappij een auto doorverkoopt, al dan niet voor privégebruik.

Grafiek 3.1.2.1 toont naast de totaalgroep ook het aandeel gekoppelde personenauto’s van rechtspersonen specifiek voor FEVs en PHEVs. Bij deze groep is het aandeel gekoppelde voertuigen met 39,8 procent hoger dan bij de totaalgroep (34,2 procent). Het aandeel gekoppelde voertuigen per leeftijdsgroep vertoont een vergelijkbaar patroon ten opzichte van de totaalgroep. Alleen bij de oudere voertuigen is het aandeel gekoppelde voertuigen lager. Hierbij dient te worden opgemerkt dat FEVs en PHEVs van 10 jaar of ouder weinig voorkomen.

3.1.2.1 Aandeel gekoppelde personenauto's van rechtspersonen naar leeftijd voertuig, 1-1-2023
 Leeftijd voertuigGekoppelde groep (%)Restgroep (%)
Totaal (alle brandstofsoorten)Totaal34,265,8
Totaal (alle brandstofsoorten)0 jaar26,873,2
Totaal (alle brandstofsoorten)1 jaar39,360,7
Totaal (alle brandstofsoorten)2 jaar44,955,1
Totaal (alle brandstofsoorten)3 jaar43,456,6
Totaal (alle brandstofsoorten)4 jaar38,661,4
Totaal (alle brandstofsoorten)5 jaar27,272,8
Totaal (alle brandstofsoorten)6 tot 10 jaar13,786,3
Totaal (alle brandstofsoorten)10 jaar of ouder12,187,9
FEV en PHEVTotaal39,860,2
FEV en PHEV0 jaar25,874,2
FEV en PHEV1 jaar40,959,1
FEV en PHEV2 jaar46,353,7
FEV en PHEV3 jaar48,751,3
FEV en PHEV4 jaar47,252,8
FEV en PHEV5 jaar18,681,4
FEV en PHEV6 tot 10 jaar16,783,3
FEV en PHEV10 jaar of ouder5,694,4

3.2 Selectiviteit wat betreft bedrijfskenmerken

Naast de selectiviteit van voertuigkenmerken is ook onderzocht of er sprake is van selectiviteit die samenhangt met bepaalde bedrijfskenmerken zoals de grootte van een bedrijf, en de branche waarin  het bedrijf zich bevindt.

3.2.1 Bedrijfstak (branche)

Bedrijfstak of branche zijn gangbare termen voor groepen van bedrijven met dezelfde hoofdactiviteit. Het CBS hanteert voor de indeling van bedrijven naar hoofdactiviteit de zogenoemde Standaard Bedrijfsindeling (SBI). Bedrijven in een bedrijfstak of branche kunnen naast deze activiteit ook andere activiteiten (nevenactiviteiten) uitoefenen. 

De toedeling van bedrijven in Nederland wordt gebruikt om onder andere de economische structuur van gebieden te kenschetsen. De bedrijfstakken zijn geclusterd in 21 hoofdgroepen benoemd met hoofdletters. Daarbinnen zijn weer nadere onderverdelingen mogelijk met cijfers. Meer informatie hierover staat op de website van het CBS bij het thema over de Standaard Bedrijfsindeling (SBI) (cbs.nl)

Om de verschillen tussen de gekoppelde groep en de restgroep (en daarmee de mate van vertekening) verder uit te werken wordt in tabel 3.2.1.1 eerst een overzicht met aantallen personenauto’s van rechtspersonen per bedrijfstak weergegeven. Voor de restgroep is de bedrijfstak ‘Verhuur en overige zakelijke diensten (N)’ de meest omvangrijke, terwijl dit voor de gekoppelde groep de bedrijfstak ‘Handel (G)’ is. Bij de elektrische auto’s (FEV en PHEV) van rechtspersonen is voor de restgroep ook de bedrijfstak ‘Verhuur en overige zakelijke diensten (N)’ de omvangrijkste, terwijl dit voor de gekoppelde groep de bedrijfstak ‘Specialistische zakelijke diensten (M)’ is.

3.2.1.1 Aantal personenauto's rechtspersonen voor verschillende bedrijfstakken, 1-1-2023
BedrijfstakGekoppelde groep (rechtspersonen)Restgroep (rechtspersonen)Gekoppelde groep FEV en PHEV (rechtspersonen)Restgroep FEV en PHEV (rechtspersonen)
Totaal 366 003 705 726 111 802 169 392
ALandbouw, bosbouw en visserij 2 530 5 993 841 1 256
BDelfstoffenwinning 424 353 154 95
CIndustrie 33 260 32 043 10 082 7 924
DEnergievoorziening 2 028 4 128 1 331 2 829
EWaterbedrijven en afvalbeheer 1 669 2 556 518 1 001
FBouwnijverheid 27 714 54 539 7 176 12 284
GHandel 76 701 138 151 21 089 28 509
HVervoer en opslag 11 847 38 934 3 417 7 739
IHoreca 3 794 13 988 1 277 2 782
JInformatie en communicatie 46 713 36 775 15 669 13 127
KFinanciële dienstverlening 27 335 32 415 12 764 12 810
LVerhuur en handel van onroerend goed 7 209 10 741 2 677 3 345
MSpecialistische zakelijke diensten 60 546 83 278 22 220 28 589
NVerhuur en overige zakelijke diensten 43 954 157 731 6 382 31 283
OOpenbaar bestuur en overheidsdiensten 542 21 941 192 4 510
POnderwijs 3 329 8 786 976 1 410
QGezondheidszorg- en welzijnszorg 9 368 29 028 3 061 4 282
RCultuur, sport en recreatie 3 030 6 094 860 1 185
SOverige dienstverlening 3 499 7 579 1 063 1 384
THuishoudens 0 0 0 0
UExtraterritoriale organisaties en lichamen 2 0 1 0
Onbekend 509 20 673 52 3 048

In de volgende twee grafieken zijn per bedrijfstak de percentages van personenauto’s die aan een eindgebruiker gekoppeld werden ten opzichte van de personenauto’s in de restgroep weergegeven. In grafiek 3.2.1.2 staan de aandelen voor het totaal van alle brandstoffen en in grafiek 3.2.1.3 voor de elektrische auto’s (FEV en PHEV).

Er valt op dat er verschillen zijn in de koppelpercentages tussen de bedrijfstakken. Voor de personenauto’s (alle brandstoffen) werd bij de bedrijfstak ‘Informatie en communicatie’ relatief succesvol een eindgebruiker gevonden. Aan de andere kant werd er bij de bedrijfstak ‘Openbaar bestuur en overheidsdiensten’ relatief matig een eindgebruiker gevonden.

3.2.1.2 Aandeel gekoppelde personenauto's van rechtspersonen naar bedrijfstak, totaal (alle brandstoffen), 1-1-2023
BedrijfstakGekoppelde groep (%)Restgroep (%)
Totaal34,265,8
A Landbouw, bosbouw en visserij29,770,3
B Delfstoffenwinning54,645,4
C Industrie50,949,1
D Energievoorziening32,967,1
E Waterbedrijven en afvalbeheer39,560,5
F Bouwnijverheid33,766,3
G Handel35,764,3
H Vervoer en opslag23,376,7
I Horeca21,378,7
J Informatie en communicatie5644
K Financiële dienstverlening45,754,3
L Verhuur en handel van onroerend goed40,259,8
M Specialistische zakelijke diensten42,157,9
N Verhuur en overige zakelijke diensten21,878,2
O Openbaar bestuur en overheidsdiensten2,497,6
P Onderwijs27,572,5
Q Gezondheidszorg- en welzijnszorg24,475,6
R Cultuur, sport en recreatie33,266,8
S Overige dienstverlening31,668,4
Bedrijfstak onbekend2,497,6
Exclusief de bedrijfstakken 'T Huishoudens' en 'U Extraterritoriale organisaties en lichamen' vanwege te geringe vulling

Bij de elektrische auto’s (FEV en PHEV) is de bedrijfstak ‘Delfstoffenwinning’ leidend in het koppelpercentage: 61,8 procent van de auto’s konden aan een eindgebruiker gekoppeld worden. Het gaat hier wel om een klein aantal auto’s: 154 in de gekoppelde groep ten opzichte van 95 auto’s in de restgroep. Bij de bedrijfstak ‘Openbaar bestuur en overheidsdiensten’ is het koppelpercentage van de auto’s het laagst, met 4,1 procent. 

3.2.1.3 Aandeel gekoppelde personenauto's van rechtspersonen naar bedrijfstak, FEV en PHEV, 1-1-2023
BedrijfstakGekoppelde groep (%)Restgroep (%)
Totaal39,860,2
A Landbouw, bosbouw en visserij40,159,9
B Delfstoffenwinning61,838,2
C Industrie5644
D Energievoorziening3268
E Waterbedrijven en afvalbeheer34,165,9
F Bouwnijverheid36,963,1
G Handel42,557,5
H Vervoer en opslag30,669,4
I Horeca31,568,5
J Informatie en communicatie54,445,6
K Financiële dienstverlening49,950,1
L Verhuur en handel van onroerend goed44,555,5
M Specialistische zakelijke diensten43,756,3
N Verhuur en overige zakelijke diensten16,983,1
O Openbaar bestuur en overheidsdiensten4,195,9
P Onderwijs40,959,1
Q Gezondheidszorg- en welzijnszorg41,758,3
R Cultuur, sport en recreatie42,157,9
S Overige dienstverlening43,456,6
Bedrijfstak onbekend1,798,3
Exclusief de bedrijfstakken 'T Huishoudens' en 'U Extraterritoriale organisaties en lichamen' vanwege te geringe vulling

In de volgende grafieken wordt voor de drie bedrijfstakken met het grootste aantal kentekens binnen de gekoppelde groep (dus niet het hoogst gekoppelde aandeel), ‘Handel’, ‘Specialistische zakelijke diensten’, ‘Informatie en communicatie’, een nadere onderverdeling weergegeven. Dit geeft inzicht in de koppelverschillen van de personenauto’s binnen een bedrijfstak.

Bij de bedrijfstak ‘Handel’ hebben de auto’s van bedrijven die horen bij ‘Groothandel en handelsbemiddeling (niet in auto’s en motorfietsen)’ een relatief goed koppelresultaat: 56,2 procent van de auto’s konden aan een eindgebruiker gekoppeld worden. Bij ‘Detailhandel (niet in auto’s)’ is dit 32,6 procent. Relatief slecht koppelen de auto’s van de bedrijven die horen bij ‘Handel in en reparatie van auto’s, motorfietsen en aanhangers’; hier werd 9,9 procent van de auto’s aan een eindgebruiker toegewezen.

3.2.1.4 Aandeel gekoppelde personenauto's van rechtspersonen in bedrijfstak 'handel', 1-1-2023
BedrijfstakGekoppelde groep (%)Restgroep (%)
Totaal handel (G)35,764,3
Groothandel en handelsbemiddeling (niet in auto's en motorfietsen)56,243,8
Detailhandel (niet in auto's)32,667,4
Handel in en reparatie van auto's, motorfietsen en aanhangers9,990,1

Binnen de bedrijfstak ‘Specialistische zakelijke diensten’ is het beste koppelresultaat bij bedrijven die horen bij ‘Industrieel ontwerp en vormgeving, fotografie, vertaling en overige consultancy’; hier kon 55,8 procent van de auto’s aan een eindgebruiker gekoppeld worden. Het slechtst koppelen de auto’s van bedrijven die horen bij ‘Speur- en ontwikkelingswerk’ (37,2 procent).

3.2.1.5 Aandeel gekoppelde personenauto's van rechtspersonen in bedrijfstak 'specialistische zakelijke diensten', 1-1-2023
BedrijfstakGekoppelde groep (%)Restgroep (%)
Totaal specialistische zakelijke diensten (M)42,157,9
Industrieel ontwerp en vormgeving, fotografie, vertaling en overige consultancy55,844,2
Architecten, ingenieurs en technisch ontwerp en advies, keuring en controle51,148,9
Veterinaire dienstverlening45,554,5
Holdings (geen financiële), concerndiensten binnen eigen concern en managementadvisering43,456,6
Reclame en marktonderzoek41,658,4
Rechtskundige dienstverlening, accountancy, belastingadvisering en administratie39,160,9
Speur- en ontwikkelingswerk37,262,8

Binnen de bedrijfstak ‘Informatie en communicatie’ hebben de auto’s van bedrijven die horen bij ‘Telecommunicatie’ een relatief goed koppelresultaat (61,3 procent). Ook auto’s van bedrijven behorend bij ‘Uitgeverijen’ koppelen relatief goed (57,1 procent). De auto’s van bedrijven die horen bij ‘Verzorgen en uitzenden van radio- en televisieprogramma's’ hebben het laagste koppelpercentage (37,9 procent).

3.2.1.6 Aandeel gekoppelde personenauto's van rechtspersonen in bedrijfstak 'informatie en communicatie', 1-1-2023
BedrijfstakGekoppelde groep (%)Restgroep (%)
Totaal Informatie en communicatie (J)5644
Telecommunicatie61,338,7
Uitgeverijen57,142,9
Dienstverlenende activiteiten op het gebied van informatie54,145,9
Dienstverlenende activiteiten op het gebied van informatietechnologie46,253,8
Productie en distributie van films en televisieprogramma's, maken en uitgeven van geluidsopnamen43,456,6
Verzorgen en uitzenden van radio- en televisieprogramma's37,962,1

Uit bovenstaande analyses blijkt dat de aantallen personenauto’s als ook de koppelresultaten op bedrijfstakniveau zeer heterogeen zijn en dus van invloed zijn op de vertekening tussen de gekoppelde groep en restgroep. Bij de bedrijfstak ‘Delfstoffenwinning’ is het koppelpercentage relatief hoog met 54,6 procent, vooral bij de elektrische auto’s (FEV en PHEV) met 61,8 procent, maar het aantal auto’s binnen deze bedrijfstak is gering ten opzichte van andere bedrijfstakken.

3.2.2 Bedrijfsgrootte (aantal werkzame personen)

Voor het aantal werkzame personen per bedrijf is een grootteklasse-indeling gemaakt die bestaat uit 9 klassen en een categorie ‘onbekend’. In de onderstaande tabel is een overzicht met de aantallen personenauto’s van rechtspersonen voor de verschillende grootteklassen voor de gekoppelde groep en voor de restgroep weergegeven.

3.2.2.1 Aantal personenauto’s rechtspersonen voor de verschillende bedrijfsgrootten, 1-1-2023
Bedrijfsgrootte, aantal werkzame personenGekoppelde groep (rechts-
personen)
Restgroep (rechts-
personen)
Gekoppelde groep FEV en PHEV (rechts-
personen)
Restgroep FEV en PHEV (rechts-
personen)
Totaal 366 003 705 726 111 802 169 392
0 tot 5 62 340 148 561 26 663 37 128
5 tot 20 55 703 96 682 17 191 19 261
20 tot 50 48 543 59 486 14 506 12 605
50 tot 100 38 057 57 089 10 919 12 193
100 tot 250 47 137 78 266 13 288 24 412
250 tot 500 42 175 66 539 9 224 14 950
500 tot 1 000 30 988 62 341 7 019 12 998
1 000 tot 2 000 16 612 43 084 4 412 10 285
2 000 of meer 23 939 73 005 8 528 22 512
Onbekend 509 20 673 52 3 048

Uit bovenstaande tabel blijkt dat zowel binnen de groep personenauto’s van rechtspersonen die aan een eindgebruiker gekoppeld kon worden als binnen de restgroep, het aantal auto’s bij kleine bedrijven met 0 tot 5 medewerkers het grootst is, gevolgd door bedrijven met 5 tot 20 medewerkers. Voor grote bedrijven met 1000 tot 2000 medewerkers is het aantal auto’s binnen beide groepen het kleinst (afgezien van de categorie ‘onbekend’). Bij de gekoppelde groep bevindt zich 55,9 procent van de kentekens bij bedrijven met minder dan 100 medewerkers, bij de restgroep is 62,4 procent van de kentekens bij bedrijven met minder dan 250 medewerkers.

In grafiek 3.2.2.2 zijn per grootteklasse de percentages van personenauto’s die aan een eindgebruiker gekoppeld werden ten opzichte van de personenauto’s in de restgroep weergegeven. Er valt op dat bij bedrijven met 20 tot 50 medewerkers relatief goed een eindgebruiker gevonden werd. Bij grotere bedrijven met 250 tot 500 medewerkers bevindt zich ruim 61 procent van de kentekens in de restgroep; dit percentage is nog hoger bij bedrijven met meer dan 500 medewerkers. Bij bedrijven met 2000 of meer medewerkers is het aandeel in de restgroep het grootst met ruim 75 procent (afgezien van de categorie ‘onbekend’).

Bij de stekkerauto’s (FEV en PHEV) valt op dat bij bedrijven met 20 tot 50 medewerkers 53,5 procent van de kentekens aan een eindgebruiker gekoppeld kon worden. Het koppelpercentage is daarmee hoger dan bij kleinere bedrijven met 5 tot 20 medewerkers (47,2 procent) en iets grotere bedrijven met 50 tot 100 medewerkers (47,2 procent). Ook binnen de restgroep zijn er verschillen tussen de grootteklassen. Bij grotere bedrijven met 500 tot 1000 medewerkers bevindt zich bijna 65 procent van de kentekens in de restgroep; dit percentage is nog hoger bij bedrijven met meer dan 1000 medewerkers. Bij bedrijven met 2000 of meer medewerkers is het aandeel in de restgroep het grootst (afgezien van de categorie ‘onbekend’).

3.2.2.2 Aandeel gekoppelde personenauto's van rechtspersonen naar grootteklasse bedrijf, 1-1-2023
 Bedrijfsgrootte, aantal werkzame personenGekoppelde groep (%)Restgroep (%)
Totaal (alle brandstoffen)Totaal34,265,8
Totaal (alle brandstoffen)0 tot 529,670,4
Totaal (alle brandstoffen)5 tot 2036,663,4
Totaal (alle brandstoffen)20 tot 5044,955,1
Totaal (alle brandstoffen)50 tot 1004060
Totaal (alle brandstoffen)100 tot 25037,662,4
Totaal (alle brandstoffen)250 tot 50038,861,2
Totaal (alle brandstoffen)500 tot 100033,266,8
Totaal (alle brandstoffen)1000 tot 200027,872,2
Totaal (alle brandstoffen)2000 of meer24,775,3
Totaal (alle brandstoffen)Onbekend2,497,6
FEV en PHEVTotaal39,860,2
FEV en PHEV0 tot 541,858,2
FEV en PHEV5 tot 2047,252,8
FEV en PHEV20 tot 5053,546,5
FEV en PHEV50 tot 10047,252,8
FEV en PHEV100 tot 25035,264,8
FEV en PHEV250 tot 50038,261,8
FEV en PHEV500 tot 100035,164,9
FEV en PHEV1000 tot 20003070
FEV en PHEV2000 of meer27,572,5
FEV en PHEVOnbekend1,798,3

Uit bovenstaande analyses blijkt dat het aantal werkzame personen bij een bedrijf van invloed is op de vertekening tussen de gekoppelde groep en restgroep. Bij bedrijven met 20 tot 50 medewerkers kunnen auto’s beter aan een eindgebruiker gekoppeld worden. FEVs en PHEVs koppelen bij bedrijven met minder dan 100 medewerkers relatief goed, maar bij bedrijven met meer dan 100 medewerkers relatief matig.

3.3 Selectiviteit in de brondata

In paragraaf 3.1 en 3.2 is ingegaan op selectiviteit van de gemeentecijfers. Paragraaf 3.3 gaat in op een meer indirecte vorm van selectiviteit, die echter wel invloed heeft gehad op het eindresultaat, namelijk selectiviteit in de brondata van het onderzoek. 

De ‘wagenparkopgaven’ van de Belastingdienst bevatten data over nagenoeg alle autolease- en autoverhuurbedrijven met 25 of meer voertuigen; deze zijn verplicht om informatie aan de Belastingdienst te leveren. Kleine bedrijven met minder dan 25 voertuigen leveren vrijwillig informatie aan en zijn slechts voor een klein deel vertegenwoordigd in deze bron, wat een nadelig effect heeft op de koppeling van de voertuigen van deze groep bedrijven. 

Een belangrijke koppelvariabele om voertuigen aan een eindgebruiker te koppelen via de polisadministratie is de ‘waarde privégebruik’ van het voertuig. In de polisdata is deze variabele aanwezig, bij het motorvoertuigenpark van RDW moet deze variabele worden afgeleid. Deze afleiding maakt gebruik van variabelen zoals bouwjaar, uitstoot en catalogusprijs. De variabele catalogusprijs is echter niet altijd gevuld in de basisregistratie voertuigen. Bij 4,9 procent van alle kentekens van rechtspersonen is deze variabele niet gevuld. Daarnaast komen onrealistisch hoge en lage waardes voor in de data. Er is sprake van selectiviteit omdat de catalogusprijs bij nieuwe voertuigen goed is gevuld, maar niet bij oude voertuigen. Leasevoertuigen zijn gemiddeld jonge voertuigen, waarvoor de catalogusprijs doorgaans beschikbaar is. Auto’s van de zaak zijn gemiddeld wat ouder. Voor deze groep zal relatief vaker geen catalogusprijs bekend zijn, wat betekent dat er geen waarde privégebruik kan worden afgeleid en dus ook geen koppeling aan een hoofdgebruiker via de polisadministratie tot stand kan komen.