2. Sociale cohesie in de buurt
De inwoners van Heerlen zijn nogal verdeeld over diverse aspecten van de buurtcohesie. Een meerderheid van zo’n 6 op de 10 Heerlenaren vindt dat de mensen prettig met elkaar omgaan in de buurt, is tevreden over de bevolkingssamenstelling in de buurt, en durft de sleutel aan de buren te geven wanneer ze op vakantie zouden gaan of langere tijd afwezig zijn. Ruim de helft vindt dat ze in een gezellige buurt wonen waar men elkaar helpt, en voelt zich thuis bij de mensen in de buurt. En iets meer dan een kwart onderschrijft de stelling dat de mensen elkaar nauwelijks kennen in de buurt. Over andere aspecten van de buurtcohesie is men minder te spreken. Zo zegt een minderheid van zo’n 4 op de 10 inwoners van Heerlen dat de mensen elkaar in de buurt durven aanspreken op onwenselijk gedrag en 3 op de 10 geven aan veel contact met andere buurtbewoners te hebben.
Het percentage Heerlenaren dat het (helemaal) eens is met deze stellingen over de sociale cohesie in de buurt is vergelijkbaar met de percentages van de inwoners van de G4 (Amsterdam, Rotterdam, Den Haag en Utrecht samen). Maar de vergelijking met de 51 andere gemeenten met meer dan zeventig duizend inwoners leert dat de sociale cohesie in Heerlen beduidend achter blijft. Op de meeste aspecten is het gemiddelde van die grote gemeenten zo’n 10 procentpunt hoger dan in Heerlen. Alleen bij de stelling dat de mensen elkaar nauwelijks kennen in de buurt is er weinig verschil, en wordt dit in Heerlen positiever beoordeeld dan in de G4.
Onderwerp | Heerlen (% (helemaal) eens) | G4 (% (helemaal) eens) | 70 000+-gemeenten (% (helemaal) eens) |
---|---|---|---|
Mensen gaan prettig met elkaar om | 63,9 | 66,0 | 75,8 |
Tevreden met samenstelling bevolking | 57,2 | 58,2 | 68,5 |
Durf mijn huissleutel te geven | 56,9 | 59,1 | 72,8 |
Gezellige buurt waar men elkaar helpt | 52,2 | 49,3 | 61,3 |
Voel mij thuis bij mensen in deze buurt | 52,0 | 53,3 | 63,5 |
Mensen spreken elkaar aan op gedrag | 39,5 | 40,0 | 49,5 |
Veel contact met andere buurtbewoners | 31,0 | 31,4 | 37,4 |
Mensen kennen elkaar nauwelijks | 27,3 | 37,0 | 24,6 |
Dit beeld wordt bevestigd door de samenvattende score op de acht stellingen, in de vorm van een rapportcijfer van 0 (= laag) tot en met 10 (= hoog). Heerlen scoort een 5,9 (zie tabel 2.2). Deze is vergelijkbaar met die van de G4 (5,8) en lager dan die van 52 grote gemeenten (6,1). Eerder is in de essays aangetoond dat Heerlen ook onderaan staat ten opzichte van andere gemeenten in het meedoen, het vertrouwen en het welzijn. Dit past in het patroon van de buurtcohesie waar Heerlen in de top-6 staat van de gemeenten met de laagste scores, na Schiedam, Rotterdam, Den Haag, Amsterdam en Vlaardingen. Dit samenvattende cijfer voor de buurtcohesie loopt uiteen van 5,6 in Schiedam tot 6,9 in Hoeksche waard.
Het overzicht van de gemeenten leert dat de andere grote gemeenten in Zuid-Limburg ook lage posities innemen op de ranglijst: Maastricht doet het met een 6,0 nauwelijks beter dan Heerlen, terwijl het met de buurtcohesie in Sittard-Geleen met een 6,2 al beter is gesteld. De score is met een 6,3 nog iets hoger in Venlo. De gemeenten verschillen qua samenstelling, zoals de man/vrouw verhouding, leeftijdsopbouw, opleidingsniveau en het huishoudensinkomen. Als met deze verschillen rekening wordt gehouden, dan verandert deze positie van Heerlen op de ranglijst niet. De buurtcohesie is sinds 2013 in Heerlen weinig veranderd: in 2013 was dit een 5,8, in 2021 een 5,9. Ook het verschil tussen Heerlen, de G4 en het gemiddelde van de grotere gemeenten is tussen 2013 en 2021 niet wezenlijk gewijzigd.
Sociale cohesie in buurt | Rapportcijfer leefbaarheid buurt | Ervaart veel overlast in buurt | |
---|---|---|---|
schaalscore (0 - 10) | rapportcijfer (1-10) | % veel overlast | |
G4 | 5,8 | 7,2 | 58,1 |
70 0000+-gemeenten | 6,1 | 7,4 | 51,0 |
Heerlen | 5,9 | 7,0 | 60,7 |
Alkmaar | 6,5 | 7,6 | 42,2 |
Almelo | 6,2 | 7,4 | 49,8 |
Almere | 6,0 | 7,4 | 51,1 |
Alphen aan den Rijn | 6,5 | 7,6 | 43,9 |
Amersfoort | 6,5 | 7,6 | 45,6 |
Amstelveen | 6,3 | 7,7 | 37,4 |
Amsterdam | 5,8 | 7,4 | 56,8 |
Apeldoorn | 6,4 | 7,6 | 43,3 |
Arnhem | 6,0 | 7,4 | 53,6 |
Breda | 6,3 | 7,6 | 51,2 |
Delft | 5,9 | 7,4 | 41,4 |
Deventer | 6,5 | 7,6 | 45,8 |
Dordrecht | 6,2 | 7,4 | 57,0 |
Ede | 6,8 | 7,7 | 42,5 |
Eindhoven | 6,0 | 7,5 | 50,3 |
Emmen | 6,5 | 7,6 | 43,2 |
Enschede | 5,9 | 7,3 | 52,5 |
Gouda | 6,3 | 7,4 | 51,1 |
s-Gravenhage | 5,7 | 7,2 | 58,3 |
Groningen | 6,1 | 7,5 | 40,8 |
Haarlem | 6,4 | 7,5 | 51,3 |
Haarlemmermeer | 6,5 | 7,7 | 44,5 |
Helmond | 6,1 | 7,5 | 53,4 |
Hengelo | 6,2 | 7,5 | 45,6 |
's-Hertogenbosch | 6,5 | 7,7 | 48,9 |
Hilversum | 6,3 | 7,6 | 52,5 |
Hoeksche Waard | 6,9 | 7,9 | 38,8 |
Hoorn | 6,2 | 7,5 | 45,5 |
Leeuwarden | 6,2 | 7,5 | 42,4 |
Leiden | 6,1 | 7,5 | 46,2 |
Leidschendam-Voorburg | 6,4 | 7,7 | 41,1 |
Lelystad | 6,1 | 7,5 | 45,9 |
Maastricht | 6,0 | 7,5 | 49,9 |
Meierijstad | 6,8 | 7,8 | 37,0 |
Nijmegen | 6,1 | 7,5 | 48,4 |
Nissewaard | 6,0 | 7,2 | 52,1 |
Oss | 6,3 | 7,7 | 43,2 |
Purmerend | 6,1 | 7,5 | 49,0 |
Roosendaal | 6,0 | 7,2 | 53,1 |
Rotterdam | 5,7 | 7,0 | 63,3 |
Schiedam | 5,6 | 6,9 | 65,7 |
Sittard-Geleen | 6,2 | 7,4 | 56,3 |
Súdwest-Fryslân | 6,8 | 7,8 | 40,0 |
Tilburg | 6,0 | 7,4 | 51,3 |
Utrecht | 6,1 | 7,5 | 51,6 |
Venlo | 6,3 | 7,5 | 52,2 |
Vlaardingen | 5,9 | 7,1 | 59,3 |
Westland | 6,7 | 7,7 | 41,0 |
Zaanstad | 6,2 | 7,3 | 56,0 |
Zoetermeer | 6,1 | 7,5 | 50,2 |
Zwolle | 6,5 | 7,7 | 41,9 |
Bron: CBS |
Het geschetste beeld over de buurtcohesie in Heerlen past in het patroon van de vergelijkingen op andere terreinen van de participatie, het vertrouwen en het welzijn. Heerlen staat meestal onderaan (zie Schmeets, 2022 voor een overzicht). Uit deze statistieken blijkt tevens dat er een, vaak grote, tegenstelling is tussen Heerlen-noord en Heerlen-zuid. Waar Heerlen-zuid op veel aspecten niet veel onderdoet ten opzichte van het gemiddelde van de andere grotere steden, is voor in het noordelijke stadsgebied de achterstand groot. Het is dus te verwachten dat er ook bij de buurtcohesie in Heerlen sprake is van een tweedeling. En dit is ook het geval: in Heerlen-zuid is het rapportcijfer 6,4, in Heerlen-noord 5,6 (zie figuur 2.3). Ook wanneer rekening worden gehouden met demografische en sociaaleconomische verschillen tussen beide stadsdelen verandert dit beeld nauwelijks. Plaatsen we dit in het perspectief van de scores van de gemeenten, dan komt de buurtcohesie in Heerlen-zuid vrijwel overeen met het landelijke beeld. In Heerlen-noord daarentegen is de buurtcohesie gelijk aan die van Schiedam: de laagst scorende gemeente.
Onderwerp | Schaalscore (Schaalscore (0-10)) | |
---|---|---|
Heerlen | Heerlen totaal* | 5,9 |
Heerlen | Heerlen-noord | 5,6 |
Heerlen | Heerlen-zuid | 6,4 |
G4 | 5,8 | |
70 000+-gemeenten | 6,1 | |
* In het cijfer van Heerlen totaal zijn ook personen meegeteld van wie niet bekend is of ze in Heerlen-noord of Heerlen-zuid wonen. |
De sociale cohesie die Heerlenaren in hun buurt ervaren verschilt weinig naar geslacht en leeftijd. Jongeren voelen iets minder samenhang in de buurt dan oudere leeftijdsgroepen. Hoogopgeleiden oordelen iets positiever dan laag- of middelbaar opgeleiden. De mate waarin buurtcohesie wordt ervaren verschilt relatief fors naar huishoudensinkomen. De schaalscore bij personen in huishoudens met de hoogste inkomens bedraagt een 6,3; bij personen in huishoudens met de laagste inkomens een 5,1.
2021 (Schaalscore (0-10)) | ||
---|---|---|
Totaal | 5,9 | |
Geslacht | Mannen | 5,9 |
Geslacht | Vrouwen | 5,8 |
Leeftijd | 15 tot 25 jaar | 5,6 |
Leeftijd | 25 tot 45 jaar | 6,0 |
Leeftijd | 45 tot 65 jaar | 5,9 |
Leeftijd | 65 jaar of ouder | 5,8 |
Onderwijsniveau | Laag | 5,8 |
Onderwijsniveau | Middelbaar | 5,8 |
Onderwijsniveau | Hoog | 6,1 |
Huishoudensinkomen | Eerste 20 procent (laag inkomen) | 5,1 |
Huishoudensinkomen | Tweede 20 procent | 5,8 |
Huishoudensinkomen | Derde 20 procent | 6,2 |
Huishoudensinkomen | Vierde 20 procent | 6,2 |
Huishoudensinkomen | Vijfde 20 procent (hoog inkomen) | 6,3 |