De Nederlandse import- en exportafhankelijkheid van China, Rusland en de Verenigde Staten
Analyse van de bilaterale investerings- en handelsrelaties in goederen en dienstenOver deze publicatie
Dit onderzoek beschrijft naar aanleiding van (geopolitieke) onzekerheden in de wereldeconomie, zoals de spanningen tussen China en de Verenigde Staten, hoe en in welke mate Nederland, in het bijzonder het Nederlandse bedrijfsleven, afhankelijk is van verhandelde producten en diensten met China, Rusland en de Verenigde Staten.
1. Inleiding
Geopolitieke spanningen vormen de laatste jaren een centraal thema op het wereldtoneel, denk hierbij bijvoorbeeld aan het aanhoudende handelsconflict tussen China en de Verenigde Staten dat sinds 2018 aan de gang is. Uit recente cijfers van de OESO (2019) blijkt dat de onzekerheid door Brexit en bovengenoemde Amerikaans-Chinese handelsoorlog verantwoordelijk waren voor een verlaging van economische activiteiten in de grootste economieën in de wereld – in termen van zowel handel als investeringen. Daarnaast brengt de recente uitbraak van het coronavirus (Covid-19) de koers van de wereldeconomie verder uit balans (OESO, 2020a). De zogenaamde coronacrisis heeft immers niet alleen schadelijke gevolgen op het gebied van gezondheid en maatschappij, maar ook op economisch vlak. Een eerste onderzoek van de OESO (2020b) naar de economische impact van de coronacrisis geeft aan dat de productiekrimp in China geleid heeft tot hevige ontwrichtingen in de mondiale waardeketen, vooral voor landen die sterk in verbinding staan met de Chinese maakindustrie zouden de gevolgen fors merkbaar zijn. Nederlandse bedrijven, die relatief zwaar leunen op internationale handel en buitenlandse investeringen (zie bijvoorbeeld CBS, 2019; CBS, 2020a), ondervinden ook de gevolgen van zulke mondiale schokken, zowel in hun handel met deze landen als via de (mondiale) waardeketen waar ze mee verbonden zijn.
Eind 2019 heeft het CBS in opdracht van het Ministerie van Buitenlandse Zaken een eerste onderzoek gedaan naar de Nederlandse import- en exportafhankelijkheden van China, Rusland en de Verenigde Staten (Cremers et al., 2019). Het heeft nieuwe inzichten opgeleverd over de relatie tussen Nederland en een groot veelvoud van producten uit/naar China, Rusland en de Verenigde Staten. Zo is nu bijvoorbeeld bekend dat Nederland in 2018 ruim 39 miljard euro aan goederen uit China importeerde, waarvan het merendeel – zo’n twee derde – rechtstreeks bestemd was voor wederuitvoer. Een ander gedeelte (7,6 miljard) werd ingezet door Nederlandse bedrijven voor de productie van goederen en diensten. Het was vooral de industrie die gebruik maakte van Chinese producten, en in het bijzonder medium-high-tech goederen zoals ledlampen, lithium-ion-batterijen en telefoonladers. Deze inputs bleken uiteindelijk grotendeels verwerkt te zijn in de export van goederen en diensten uit eigen makelij.
In dit rapport borduren we voort op het bovengenoemde onderzoek naar de import- en exportafhankelijkheden van Nederlandse bedrijven met China, Rusland en de Verenigde Staten, waarbij we toespitsen op de internationale handel in diensten en directe buitenlandse investeringen. De trend in de afgelopen decennia die is ingezet door o.a. digitalisering en de opkomst van de zogenaamde ‘verdienstelijking’ zorgt immers voor een toegenomen belang van de internationale handel in diensten in de wereldwijde economie, ook in vergelijking met de goederenhandel (Bohn et al., 2018; Ramaekers, 2017). Zo is de Nederlandse industrie niet alleen steeds intensiever gebruik gaan maken van binnenlandse diensten in haar productieproces (DNB, 2014; Lemmers, 2015), maar krijgt de dienstverlening uit het buitenland – denk bijvoorbeeld aan ondersteunende en aanvullende diensten zoals onderhoud, reparatie en software¬ondersteuning, maar ook leasing – een steeds grotere rol in het productieproces van (industriële) bedrijven. In 2019 exporteerden Nederlandse bedrijven bijna evenveel diensten – met 184 miljard euro – als goederen van Nederlandse makelij (232 miljard). Tegelijkertijd importeerde Nederland met 157 miljard euro ook een aanzienlijk bedrag aan diensten. Door de aanvulling van diensten wordt de reikwijdte van dit onderzoek dus sterk verbreed ten opzichte van het vorige rapport. De focus op de dienstenhandel komt ook op een goed moment, aangezien de internationale handel in diensten niet alleen in Nederland maar ook wereldwijd erg zwaar getroffen wordt door de coronacrisis, aanzienlijk meer dan de goederenhandel (CBS, 2020b; OESO, 2020c). Het is dus belangrijk om te weten hoeveel diensten werden geïmporteerd van China, Rusland en de Verenigde Staten, welk soort diensten dat zijn, en in welke mate ze in de waardeketen door bedrijfstakken worden gebruikt en voor Nederlandse export nodig zijn.
Voor beleid is het relevant om zicht te krijgen op de mate waarin Nederland, in het bijzonder het Nederlandse bedrijfsleven, afhankelijk is – direct of indirect – van een breed scala aan geïmporteerde producten én diensten uit China, Rusland en de Verenigde Staten. De economische belangen verbonden aan zulke importstromen zijn het meest omvangrijk voor Nederland. De bundel met producten én diensten die Nederlandse bedrijven uit het buitenland importeren, fungeert namelijk als cruciale inputs in de productieprocessen van deze bedrijven. Een vollediger beeld over de import- en exportafhankelijkheid van het buitenland – verkregen dankzij de aanvulling van de dienstenstroom op de goederenhandel – stelt ons dan in staat om vast te stellen hoe het ‘importpakket’ van een Nederlandse sector (bijvoorbeeld de machine-industrie) eruitziet om te kunnen produceren: Wat is het aandeel van een bepaalde buitenlandse dienst (bijvoorbeeld zakelijke diensten uit de Verenigde Staten) en welk deel van het pakket betreft goederen (bijvoorbeeld lithium-ion-batterijen uit China)? Op dezelfde wijze wordt ook het exportpakket van een sector (bijvoorbeeld export van machines en machineonderdelen naar China) bepaald.
Eerdere CBS-onderzoeken (bijvoorbeeld CBS, 2017; CBS, 2018) hebben aangetoond dat de Nederlandse positie in de wereldhandel blijft toenemen, mede door de opkomst van grote afzetmarkten zoals China, de toenemende Europese integratie en de aanhoudende fragmentatie van wereldwijde productieprocessen. Nederlandse bedrijven importeren doorgaans veel goederen en diensten die (efficiënter) in het buitenland worden geproduceerd of ze niet zelf kunnen produceren. Een aanzienlijk deel van deze goederen en diensten is essentieel om concurrerend te kunnen exporteren. Door het bovengenoemde ‘importpakket’ aan het ‘exportpakket’ te relateren schetsen we in dit rapport het stuk van de Nederlandse waardeketen dat raakvlakken heeft met het buitenland. Welke inputs blijken onmisbaar te zijn om bepaalde exportproducten te kunnen maken, of om Nederlandse diensten in het buitenland te kunnen verlenen? En welke bestemming heeft deze export? Onze analyse geeft een beter beeld van het belang van een product uit China dat ingezet wordt in de productie van een bepaald product van Nederlandse makelij dat bijvoorbeeld voornamelijk Duitsland als afzetmarkt blijkt te hebben.
Leeswijzer
De rest van dit rapport is als volgt opgebouwd. In hoofdstuk 2 worden verschillende aspecten van de bilaterale handel tussen Nederland en de landen China, Rusland en de Verenigde Staten besproken. In hoofdstukken 2.2 en 2.3 beschrijven we de ontwikkeling van de bilaterale goederenhandel tussen Nederland en China, Rusland en de Verenigde Staten, en de samenstelling van deze goederenhandel. Hoofdstukken 2.4 en 2.5 bekijken dit voor de internationale handel in diensten. In hoofdstuk 3 wordt het import- en exportpakket van Nederlandse bedrijfstakken vastgesteld. Concreter wordt onderzocht welke goederen en diensten Nederlandse sectoren naar China, Rusland en de Verenigde Staten exporteren. En hoe zit het met de import door de Nederlandse bedrijven in de waardeketen; welke bedrijfstakken importeren (en dus gebruiken) goederen en diensten direct én indirect (via de waardeketen)? Daarna worden de resultaten in hoofdstuk 4 bekeken vanuit een dynamisch perspectief waarbij gekeken wordt naar wat er gebeurt nadat een product of dienst is geïmporteerd door de Nederlandse bedrijfstakken: welk deel blijft in Nederland, en welk deel stroomt via de keten door naar het buitenland? In hoofdstuk 5 beschrijven we vervolgens de Nederlandse investeringsrelatie met de landen China, Rusland en de Verenigde Staten. Hierbij wordt beschreven hoeveel er vanuit Nederland in China, Rusland en de Verenigde Staten geïnvesteerd wordt, en vice versa. Hoofdstuk 6 vat samen en concludeert.
Literatuur
Bohn, T., Brakman, S. & Dietzenbacher, E. (2018). The role of services in globalisation. The World Economy, 41(10), 2732-2749.
CBS (2017). CBS Internationaliseringsmonitor 2017, vierde kwartaal: Waardeketens. Den Haag/Heerlen/Bonaire: Centraal Bureau voor de Statistiek.
CBS (2018). Internationaliseringsmonitor 2018, eerste kwartaal: De positie van Nederland. Den Haag/Heerlen/Bonaire: Centraal Bureau voor de Statistiek.
CBS (2019). Nederland Handelsland: Export, investeringen en werkgelegenheid 2019. Den Haag/Heerlen/Bonaire: Centraal Bureau voor de Statistiek.
CBS (2020a). Nederland Handelsland: Export, investeringen en werkgelegenheid 2020. Den Haag/Heerlen/Bonaire: Centraal Bureau voor de Statistiek.
CBS (2020b). Economie krimpt met 8,5 procent in tweede kwartaal 2020. Den Haag/Heerlen/Bonaire: Centraal Bureau voor de Statistiek.
Cremers, D., Loog, B., Notten, T., Prenen, L. & Wong, K.F. (2019). De Nederlandse importafhankelijkheid van China, Rusland en de VS. Den Haag/Heerlen/Bonaire: Centraal Bureau voor de Statistiek.
DNB (2014). De dienstensector als exportmotor van Nederland. Geraadpleegd van https://www.dnb.nl/nieuws/nieuwsoverzicht-en-archief/dnbulletin-2014/dnb309403.jsp.
Lemmers, O. (2015). Waarom diensten de dienst uitmaken in export. Internationaliseringsmonitor 2015, eerste kwartaal: Waardeketens. Den Haag/Heerlen/Bonaire: Centraal Bureau voor de Statistiek.
OESO (2019). Economic Outlook: Weak trade and investment threaten long-term growth. Geraadpleegd van https://www.oecd.org/economy/economic-outlook-weak-trade-and-investment-threaten-long-term-growth.htm.
OESO (2020a). OECD Economic Outlook, Interim Report March 2020. Geraadpleegd van https://doi.org/10.1787/7969896b-en.
OESO (2020b). Evaluating the initial impact of COVID-19 containment measures on economic activity. Geraadpleegd van https://read.oecd-ilibrary.org/view/?ref=126_126496-evgsi2gmqj&title=Evaluating_the_initial_impact_of_COVID-19_containment_measures_on_economic_activity.
OESO (2020c). Merchandise trade growth beginning to stabilize but services trade remains weak. Geraadpleegd van https://www.oecd.org/sdd/its/international-trade-pulse-oecd-updated-october-2020.htm.
Ramaekers, P. (2017). Internationale diensten in het kort. Internationaliseringsmonitor 2017, tweede kwartaal: Internationale handel in diensten. Den Haag/Heerlen/Bonaire: Centraal Bureau voor de Statistiek.
2. Trends in de goederen- en dienstenhandel
2.1 Inleiding
Dit hoofdstuk beschrijft de handelsrelatie van Nederland met China, Rusland en de Verenigde Staten. Het eerste deel van dit hoofdstuk geeft een overzicht van de trends in de Nederlandse goederenhandel met China, Rusland en de Verenigde Staten. Daarbij wordt ingegaan op de volgende onderzoeksvragen:
- Hoeveel exporteert Nederland aan goederen naar China, Rusland en de Verenigde Staten? En hoe heeft zich de goederenuitvoer naar deze drie landen de laatste jaren ontwikkeld? Welke goederen worden er naar deze drie landen geëxporteerd? Bestaat deze export uit goederen die geproduceerd zijn in Nederland of uit wederuitvoer?
- Hoeveel bedroeg de goederenimport uit China, Rusland en de Verenigde Staten? Hoe heeft de goedereninvoer zich de laatste jaren ontwikkeld? Wat is de samenstelling van de geïmporteerde goederen? Is de invoer uit deze drie landen bestemd voor binnenlands verbruik of voor wederuitvoer?
Nederlandse bedrijven exporteren en importeren niet alleen goederen maar in toenemende mate ook diensten. De dienstenhandel is in de laatste jaren belangrijker geworden en speelt een steeds grotere rol vergeleken met de goederenhandel – zowel voor Nederland (Cremers & Jaarsma, 2019) als wereldwijd (Bohn et al., 2018). In het tweede deel van dit hoofdstuk wordt een overzicht gegeven van de dienstenhandel met China, Rusland en de Verenigde Staten, waarbij de volgende onderzoeksvragen centraal staan:
- Zien we ook in de Nederlands handelsrelaties met China, Rusland en de Verenigde Staten dat de handel in diensten belangrijker is geworden?
- Hoeveel bedraagt de dienstenexport naar China, Rusland en de Verenigde Staten? Welke type diensten exporteert Nederland het meest naar deze drie landen? Welke dienstensoorten zijn in de loop van de tijd meer of minder belangrijk geworden in absolute en relatieve zin in de dienstenexport naar de drie landen?
- Voor welk bedrag werd er aan diensten uit deze drie landen ingevoerd? Welke diensten werden er de afgelopen jaren met name geïmporteerd uit China, Rusland en de Verenigde Staten? Hebben er de laatste jaren verschuivingen plaatsgevonden in de samenstelling van de dienstenimport uit deze drie landen?
Leeswijzer
In paragraaf 2.2 worden eerst de trends in de uitvoer van goederen besproken. Paragraaf 2.3 gaat dieper in op trends in de goedereninvoer, waarbij ook gekeken wordt naar de bestemming van de goedereninvoer. In paragraaf 2.4 worden de trends in de dienstenexport onder de loep genomen. Tot slot worden in paragraaf 2.5 de trends in de dienstenimport beschreven.
2.2 Export van goederen
In deze paragraaf worden de algemene trends in de uitvoer van goederen naar China, Rusland en de Verenigde Staten geschetst vanuit een macroperspectief. Er wordt een overzicht gegeven van de totale export, maar ook van het relatieve belang van deze landen op de totale export. Daarnaast worden de belangrijkste exportproducten per land gekenschetst. De uitvoer wordt uitgesplitst naar uitvoer van Nederlandse makelij en wederuitvoer. Dit laatste zijn goederen die ingevoerd worden, tijdelijk in Nederland verblijven en vrijwel onbehandeld weer uitgevoerd worden.
Nederland exporteerde in 2019 voor ruim 494 miljard euro aan goederen naar het buitenland.1) Daarvan bestond 47 procent (232 miljard euro) uit goederen van Nederlandse makelij en het resterende 53 procent (261 miljard euro) betrof wederuitvoer. Wederuitvoer droeg dus iets meer bij aan de waarde van de goederenexport dan de export van eigen makelij. Een aantal onderzoeken (bijvoorbeeld Aerts et al., 2020; Jaarsma & Wong, 2020) liet zelfs zien dat deze verhouding in de meest recente jaren verder aan het verschuiven is in het voordeel van de wederuitvoer. In figuur 2.2.1 zoomen we in op de goederenexport naar China, Rusland en de Verenigde Staten in de periode 2015-2019. Uit deze figuur kunnen we opmaken dat het hierboven geschetste patroon niet helemaal strookt met die van de goederenexport naar China, Rusland en de Verenigde Staten. Het overgrote deel van de Nederlandse goederenexport naar die drie landen bestaat immers uit de uitvoer van goederen van eigen makelij. Dit is met name zichtbaar voor China en de Verenigde Staten.
Van deze drie landen exporteerde Nederland het meest aan goederen naar de Verenigde Staten, gevolgd door China en Rusland. In 2019 bedroeg de totale goederenexport naar de Verenigde Staten 21 miljard euro. Dat is 6,2 miljard euro meer dan in 2015, oftewel een toename van ruim 42 procent. Circa twee derde van de goederenuitvoer bestond in 2019 uit de export van Nederlandse makelij (14,2 miljard euro). Ook is deze export tussen 2015 en 2019 – met ruim 45 procent – harder gegroeid dan de wederuitvoer naar de Verenigde Staten (36 procent). Het relatieve belang van de Verenigde Staten voor de Nederlandse goederenexport – het aandeel Verenigde Staten in de totale Nederlandse goederenexport – blijkt ook toe te nemen. In 2019 was dit aandeel 4,3 procent. Dit was 0,7 procentpunt hoger dan in 2015 (3,6 procent). Het toenemende belang van de Verenigde Staten is vooral toe te schrijven aan de sterke groei die de export van goederen van Nederlandse makelij doormaakt; in 2015 was 4,6 procent van de Nederlandse goederenuitvoer bestemd voor de Verenigde Staten, in 2019 is dit aandeel opgelopen tot 6,1 procent. Daarmee bleef de Verenigde Staten tussen 2015 en 2019 de vijfde belangrijkste bestemming voor Nederlandse exportproducten.
De goederenuitvoer naar China bestond ook vooral uit de export van goederen van Nederlandse makelij. In 2019 bedroeg de waarde van deze export bijna 8 miljard euro, 3 miljard meer dan in 2015. Sinds de toetreding van China tot de Wereldhandelsorganisatie kende de Chinese import uit Nederland een gestage groei (Creemers et al., 2020). Zowel de export van eigen makelij als de wederuitvoer naar China namen tussen 2015 en 2019 toe met ruim 60 procent. Bovendien verstevigde China in de laatste jaren haar positie in de top tien landen van grootste exportbestemmingen van Nederland. In 2019 ging zo’n 3,4 procent van de totale uitvoer van in Nederland geproduceerde goederen naar China, in 2015 was dit aandeel lager (2,3 procent). Daarmee was China in 2019 de zesde belangrijkste bestemming voor de export van eigen makelij, één plek hoger dan in de periode van 2015 tot en met 2018.
Nederland exporteerde 5,3 miljard euro aan goederen naar Rusland, goed voor 1 procent van de totale goederenexport. De uitvoer naar Rusland is redelijk evenredig verdeeld over de export van Nederlands product en wederuitvoer met respectievelijk 2,9 miljard en 2,4 miljard euro. In tegenstelling tot China en de Verenigde Staten groeide de wederuitvoer naar Rusland wel harder dan de export van goederen van Nederlandse makelij. Het feit dat de groei van de export van Nederlands makelij iets achterblijft komt deels voor rekening van de Russische boycot op Europese landbouw- en voedselproducten (Cremers et al., 2019).
Uitvoer van Nederlandse makelij (miljard euro) | Wederuitvoer (miljard euro) | ||
---|---|---|---|
China | 2015 | 5,0 | 1,9 |
China | 2016 | 6,2 | 2,0 |
China | 2017 | 6,7 | 2,5 |
China | 2018 | 7,2 | 2,6 |
China | 2019 | 8,0 | 3,1 |
Rusland | 2015 | 2,0 | 1,4 |
Rusland | 2016 | 2,0 | 1,6 |
Rusland | 2017 | 2,3 | 1,9 |
Rusland | 2018 | 2,4 | 2,1 |
Rusland | 2019 | 2,9 | 2,4 |
Verenigde Staten | 2015 | 9,8 | 5,1 |
Verenigde Staten | 2016 | 9,5 | 4,9 |
Verenigde Staten | 2017 | 11,0 | 5,7 |
Verenigde Staten | 2018 | 13,2 | 5,8 |
Verenigde Staten | 2019 | 14,2 | 7,0 |
China
Om een beter beeld te krijgen hoe de goederenexport naar China, Rusland en de Verenigde Staten precies is opgebouwd, wordt de goederenstroom naar ieder land verder ingedeeld in vijf type goederen. We beginnen met de export naar China, zie figuur 2.2.2. De export van eigen makelij naar China kenmerkt zich door een omvangrijke export van machines en vervoermaterieel (2,9 miljard euro in 2019) en voeding en dranken (2,4 miljard), goed voor een gezamenlijk aandeel van 67 procent van de totale export van eigen makelij naar China. Ten opzichte van 2015 is de export van deze twee goederencategorieën in waarde nagenoeg verdubbeld. De export van machines en vervoermaterieel steeg van 1,7 miljard in 2015 tot 2,9 miljard in 2019. De exportwaarde van voeding en dranken bedroeg in 2015 1,1 miljard euro en is meer dan verdubbeld naar 2,4 miljard in 2019. Binnen de eerste goederencategorie met China als land van bestemming staan producten als (chip)machines en onderdelen (1,3 miljard) en elektronische onderdelen voor de (hightech) industrie (0,5 miljard) hoog genoteerd. Onder voeding en dranken naar China vallen met name babymelkpoeder (1,3 miljard) en vlees (0,7 miljard). De groei van de export van babymelkpoeder en vlees blijkt hoofdzakelijk verantwoordelijk te zijn voor de sterke toename van de uitvoer van voeding en dranken. De Chinese run op varkensvlees heeft te maken met de in China en andere landen toegeslagen Afrikaanse varkenspest (Ramaekers, 2020). Daarnaast is China traditioneel een grootgebruiker van Nederlands babymelkpoeder en de vraag hiernaar groeit continu (CBS, 2018; Ramaekers, 2020). Na machines en vervoermaterieel en voeding en dranken stond de export van chemische en industriële producten naar China met respectievelijk 1 en 0,9 miljard hoog genoteerd. Onder chemische producten ging het met name om optische, medische en fotografische precisie- en meetinstrumenten (0,4 miljard). In Nederland geproduceerde industriële producten uitgevoerd naar China bestonden voor het grootste gedeelte uit kunststof (0,4 miljard) en farmaceutische producten en medicijnen (0,2 miljard). De export van grondstoffen en minerale brandstoffen naar China daalde in tegenstelling tot de voorgaande goederencategorieën, mede door een flinke afname van de Nederlandse export van afvalproducten (CBS, 2018).
Uitvoer Nederlandse makelij (miljoen euro) | Wederuitvoer (miljoen euro) | ||
---|---|---|---|
Voeding en dranken | 2019 | 2421,5 | 203,1 |
Voeding en dranken | 2018 | 1870,9 | 155,3 |
Voeding en dranken | 2015 | 1089,6 | 132,4 |
Grondstoffen en minerale brandstoffen | 2019 | 626,4 | 207,5 |
Grondstoffen en minerale brandstoffen | 2018 | 565,7 | 295,3 |
Grondstoffen en minerale brandstoffen | 2015 | 800,4 | 548,8 |
Chemische producten | 2019 | 1073,3 | 574,0 |
Chemische producten | 2018 | 930,5 | 589,3 |
Chemische producten | 2015 | 909,6 | 201,4 |
Industriële producten | 2019 | 912,0 | 905,1 |
Industriële producten | 2018 | 757,1 | 591,4 |
Industriële producten | 2015 | 425,4 | 336,1 |
Machines en vervoermaterieel | 2019 | 2945,1 | 1178,4 |
Machines en vervoermaterieel | 2018 | 3082,4 | 979,7 |
Machines en vervoermaterieel | 2015 | 1736,9 | 686,4 |
Wederuitvoer naar China spitste zich vooral toe op machines en vervoermaterieel (1,2 miljard in 2019), en industriële (0,9 miljard) en chemische producten (0,6 miljard). De wederuitvoer van industriële producten valt op; qua omvang is de wederuitvoer in 2019 nagenoeg gelijk aan de export van eigen makelij. De wederuitvoer van industriële producten bestond in dat jaar voor het overgrote deel uit optische, medische en fotografische precisie- en meetinstrumenten (0,5 miljard). De wederuitvoer van dit soort producten is ook verantwoordelijk voor de sterke toename van de wederuitvoer van industriële producten. Machines en vervoermaterieel vormden de grootste categorie in de wederuitvoer naar China, daarbij ging het vooral om elektronische onderdelen voor de (hightech) industrie (0,4 miljard) en generatoren en motoren (0,2 miljard). Chemische producten als organische chemische producten (0,2 miljard), en farmaceutische producten en medicijnen (0,1 miljard) gingen via Nederlandse wederuitvoer naar China.
Rusland
In de uitvoer van goederen naar Rusland zijn machines en vervoermaterieel en chemische en industriële producten het talrijkst, zie figuur 2.2.3. Over het algemeen is in alle goederencategorieën een exportgroei te zien. Verder gaat het bij de export van machines en vervoermaterieel en industriële producten om veel wederuitvoer. Als er wordt gecorrigeerd voor wederuitvoer staan de machines en vervoermaterieel (0,9 miljard) en chemische producten (0,7 miljard) nog steeds hoog genoteerd in 2019. De industriële producten (0,4 miljard) werden echter wel voorbijgestreefd door voeding en dranken (0,5 miljard), en grondstoffen en minerale brandstoffen (0,4 miljard). Typische producten van Nederlandse makelij die onder machines en vervoermaterieel vallen, zijn landbouwmachines en machines voor de voedingsmiddelenindustrie (samen goed voor 0,2 miljard euro) en auto’s en auto-onderdelen (0,2 miljard). De wederuitvoer binnen dezelfde goederencategorie bestond vooral uit computers en onderdelen daarvan (0,5 miljard) en communicatieapparatuur (0,2 miljard). Bij zowel de export van chemische producten uit eigen productie en de wederuitvoer van dit type product ging het vooral om medicijnen en andere farmaceutische producten. Bij de industriële producten zijn de optische, medische en fotografische precisie- en meetinstrumenten dominant. Binnen de export van Nederlandse voeding en dranken naar Rusland zijn bereide voedingsmiddelen, groenten en fruit, en veevoer de grootste subcategorieën.
categorie | InvoerLand | invoerNL (miljard euro) | wederuitvoer (miljard euro) |
---|---|---|---|
Chemische Producten | China | 1,079 | 1,178 |
Chemische Producten | Rusland | 0,116 | 0,100 |
Chemische Producten | Verenigde Staten | 1,767 | 3,801 |
Grondstoffen en minerale brandstoffen | China | 0,189 | 0,434 |
Grondstoffen en minerale brandstoffen | Rusland | 8,331 | 2,584 |
Grondstoffen en minerale brandstoffen | Verenigde Staten | 3,883 | 1,213 |
Industriële producten | China | 5,717 | 8,024 |
Industriële producten | Rusland | 0,148 | 0,751 |
Industriële producten | Verenigde Staten | 1,903 | 6,802 |
Machines en Vervoermaterieel | China | 8,009 | 16,690 |
Machines en Vervoermaterieel | Rusland | 0,025 | 0,037 |
Machines en Vervoermaterieel | Verenigde Staten | 6,312 | 7,543 |
Voeding en dranken | China | 0,507 | 0,485 |
Voeding en dranken | Rusland | 0,058 | 0,049 |
Voeding en dranken | Verenigde Staten | 0,655 | 0,664 |
Verenigde Staten
De uitvoer van goederen van Nederlandse makelij naar de Verenigde Staten wordt gedomineerd door machines en vervoermaterieel, zie figuur 2.2.4. In 2019 werd voor meer dan 6 miljard euro van deze producten naar de Verenigde Staten geëxporteerd, dit was 10,7 procent van de totale export van Nederlandse machines en vervoermaterieel. Onder de categorie machines en vervoermaterieel ging het in 2019 met name om (chip)machines en onderdelen daarvan (28 miljard), op ruime afstand gevolgd door elektronische onderdelen voor de (hightech) industrie (1 miljard) – met name elektromedische en radiologische apparaten – en auto’s en auto-onderdelen (0,9 miljard).
Ook wat betreft wederuitvoer naar de Verenigde Staten voerden machines en vervoermaterieel de lijst aan in de periode 2015-2019. Typische wederuitvoergoederen in deze categorie waren computers en onderdelen daarvan (0,6 miljard), elektrische apparaten (0,6 miljard euro) – ook hierbij vooral elektromedische en radiologische apparaten – en generatoren en motors (0,6 miljard euro). Na machines en vervoermaterieel speelden industriële producten een belangrijke rol in zowel de uitvoer van eigen makelij als wederuitvoer naar de Verenigde Staten. De uitvoer van goederen van Nederlandse makelij betrof vooral diverse gefabriceerde goederen (0,6 miljard), ijzer en staal (0,5 miljard) en optische, medische en fotografische precisie- en meetinstrumenten (0,4 miljard). De wederuitvoer van industriële producten naar de Verenigde Staten bestaat grotendeels uit fotografische precisie- en meetinstrumenten (0,9 miljard) en diverse gefabriceerde goederen (0,4 miljard). De export van in Nederland geproduceerde grondstoffen en minerale brandstoffen naar de Verenigde Staten verdubbelde bijna in waarde tussen 2015 en 2019. Daarbij ging het met name om ruwe aardolie en aardolieproducten (1,8 miljard). De uitvoer van chemische producten bestond vooral uit organische chemische producten (0,4 miljard), farmaceutische producten en medicijnen (0,3 miljard), en kunststof (0,3 miljard). Uitvoer van Nederlandse voeding en drank naar de Verenigde Staten betrof voornamelijk bier (0,7 miljard), levende dieren (0,2 miljard), en groenten en fruit (0,2 miljard).
Uitvoer Nederlandse makelij (miljoen euro) | Wederuitvoer (miljoen euro) | ||
---|---|---|---|
Voeding en dranken | 2019 | 1686,1 | 163,3 |
Voeding en dranken | 2018 | 1595,4 | 170,2 |
Voeding en dranken | 2015 | 1546,7 | 125,6 |
Grondstoffen en minerale brandstoffen | 2019 | 2204,9 | 863,3 |
Grondstoffen en minerale brandstoffen | 2018 | 1928,2 | 587,5 |
Grondstoffen en minerale brandstoffen | 2015 | 1197,7 | 629,2 |
Chemische producten | 2019 | 1727,5 | 982,3 |
Chemische producten | 2018 | 1584,5 | 933,4 |
Chemische producten | 2015 | 1565,6 | 1100,6 |
Industriële producten | 2019 | 2394,8 | 1664,5 |
Industriële producten | 2018 | 2232,2 | 1353,1 |
Industriële producten | 2015 | 1595,2 | 889,3 |
Machines en vervoermaterieel | 2019 | 6143,3 | 3276,8 |
Machines en vervoermaterieel | 2018 | 5893,4 | 2707,1 |
Machines en vervoermaterieel | 2015 | 3860,5 | 2347,4 |
Technologische intensiteit
Figuur 2.2.5 geeft een andere manier om de exportstromen naar de drie landen te bekijken door ze in te delen naar diverse technologische intensiteiten. Uit figuur 2.2.5 zien we dat het aandeel medium-high-tech goederen het grootst is. Zo bedroeg de export van medium-high-tech goederen naar de Verenigde Staten (zonder wederuitvoer) in 2019 6,8 miljard euro, goed voor bijna de helft van de totale export van eigen makelij naar de Verenigde Staten. Voor de bestemmingen China en Rusland was dit aandeel respectievelijk 44 en 42 procent. Het hoge aandeel medium-high-tech goederen is logischerwijs te relateren aan de belangrijkste exportproducten die we eerder gemarkeerd hebben, zoals (chip)machines en machineonderdelen. Nederland exporteerde ook relatief veel medium-high-tech producten naar China en de Verenigde Staten, waarvan bijna de helft wel wederuitvoer betrof. High-tech goederen die in Nederland vervaardigd zijn, blijken voor China en de Verenigde Staten in relatieve zin even belangrijk. Circa 11,5 procent van de totale export van goederen uit eigen makelij naar China betrof high-tech producten, voor de Verenigde Staten was dit 11 procent. Uit figuur 2.2.5 is ook op te merken dat de Verenigde Staten in zowel absolute als relatieve zin meer afhankelijk zijn van Nederlandse medium-low-tech goederen, o.a. via grondstoffen en minerale brandstoffen en ijzer en staal, dan China en Rusland. In 2019 ging het om 2,9 miljard, oftewel 37 procent van de totale export naar de Verenigde Staten. China bleek voornamelijk relatief afhankelijk te zijn van Nederlandse low-tech goederen, vooral gedreven door de Nederlandse export van babymelkpoeder en vlees.
Uitvoer Nederlandse makelij (miljard euro) | Wederuitvoer (miljard euro) | ||
---|---|---|---|
High-tech | China | 0,9 | 0,8 |
High-tech | Rusland | 0,5 | 1,1 |
High-tech | Verenigde Staten | 1,6 | 1,9 |
Medium-high-tech | China | 3,5 | 1,2 |
Medium-high-tech | Rusland | 1,2 | 0,7 |
Medium-high-tech | Verenigde Staten | 6,8 | 2,7 |
Medium-low-tech | China | 0,4 | 0,2 |
Medium-low-tech | Rusland | 0,2 | 0,1 |
Medium-low-tech | Verenigde Staten | 2,9 | 1,0 |
Low-tech | China | 2,8 | 0,8 |
Low-tech | Rusland | 0,5 | 0,4 |
Low-tech | Verenigde Staten | 2,3 | 1,1 |
Niet-technologisch | China | 0,3 | 0,1 |
Niet-technologisch | Rusland | 0,4 | 0,1 |
Niet-technologisch | Verenigde Staten | 0,6 | 0,2 |
2.3 Import van goederen
In dit hoofdstuk wordt de goederenimport uit China, Rusland en de Verenigde Staten onderzocht. In essentie bouwt deze paragraaf voort op de eerdere inzichten van Cremers et al. (2019) waar een aantal aspecten van de Nederlandse goederenimport al werd belicht voor het jaar 2018. In figuur 2.3.1 is de Nederlandse import uit China, Rusland en de Verenigde Staten in miljarden euro’s afgebeeld voor de jaren 2015-2019. Zoals eerder aangegeven door o.a. Cremers et al. (2019) kan een geïmporteerd product bestemd zijn voor Nederlands gebruik of voor wederuitvoer. Een dergelijke splitsing is ook terug te vinden in figuur 2.3.1. Nederland importeerde in 2019 voor bijna 90 miljard euro aan goederen uit China, Rusland en de Verenigde Staten, goed voor meer dan 20 procent van de totale goederenimport. Van deze drie landen werd de grootste bijdrage aan de import geleverd door China met 42,3 miljard euro, deze import vertegenwoordigde daarmee bijna 10 procent van de Nederlandse goederenimport.
Op totaalniveau zien we dat de goederenimport uit China en de Verenigde Staten in de periode 2015-2019 toegenomen is. Wanneer we net als in Cremers et al. (2019) inzoomen op het gebruik (of de bestemming) van de import, dan zien we wel een verandering. In 2019 bleek dat Nederland voor 26,8 miljard euro aan goederen uit China importeerde voor wederuitvoer, 5 miljard meer dan in 2015, oftewel een stijging van 23 procent. De invoer voor de Nederlandse markt steeg in die periode iets harder met bijna 40 procent. Invoer uit China lijkt in de laatste jaren dus relatief vaker bestemd voor de Nederlandse markt, hoewel het merendeel van de goederen uit China nog steeds bestemd is voor wederuitvoer. Een identiek patroon is zichtbaar voor de import uit de Verenigde Staten. Een andere interessante observatie is dat Nederland vaker producten uit China dan de Verenigde Staten importeert voor het binnenlands gebruik, waar dat in 2015 nog andersom was. De import voor wederuitvoer is voor de Verenigde Staten harder gestegen dan China. Goederenimport uit Rusland was in 2019 licht afgenomen tot 12,2 miljard euro. Dit komt met name door een sterke daling van de import voor Nederlands gebruik. Overigens is het verschil in de importwaarde niet noodzakelijkerwijs toe te schrijven aan een lager volume, dit kan ook verklaard worden door een prijsdaling van de ingevoerde producten. Uit Rusland worden veel minerale brandstoffen geïmporteerd die in prijs sterk kunnen fluctueren.
Land | Jaar | Invoer voor wederuitvoer (miljard euro) | Invoer voor Nederlands gebruik (miljard euro) |
---|---|---|---|
China | 2015 | 21,8 | 11,1 |
China | 2016 | 21,9 | 11,9 |
China | 2017 | 25,3 | 11,9 |
China | 2018 | 26,3 | 12,9 |
China | 2019 | 26,8 | 15,5 |
Rusland | 2015 | 4 | 7,4 |
Rusland | 2016 | 3,6 | 7,7 |
Rusland | 2017 | 3,5 | 8,7 |
Rusland | 2018 | 3,7 | 10 |
Rusland | 2019 | 3,5 | 8,7 |
Verenigde Staten | 2015 | 16,1 | 11,9 |
Verenigde Staten | 2016 | 16,6 | 12,7 |
Verenigde Staten | 2017 | 17,6 | 12,4 |
Verenigde Staten | 2018 | 18,8 | 12,4 |
Verenigde Staten | 2019 | 20 | 14,5 |
Invoer uitgesplitst naar goederencategorie
De invoerstromen kunnen vervolgens ingedeeld worden in vijf goederencategorieën. Deze uitsplitsing is voor het jaar 2019 weergegeven in figuur 2.3.2. Invoerproducten uit Rusland vallen voornamelijk in de categorie grondstoffen en minerale brandstoffen. Eerder in dit hoofdstuk is beschreven dat de invoerwaarde uit Rusland licht gedaald is ten opzichte van 2018. Deze daling is zowel te zien bij de invoer van aardolie (8,5 miljard euro in 2019) als gas (1,8 miljard). Voor gas is de totale invoerwaarde in 2019 gedaald ten opzichte van 2018, voor aardolie is dit niet het geval. Tegenover de lichte daling van de invoerwaarde van aardolie uit Rusland (van 8,7 naar 8,5 miljard euro) staat een stijging van de invoerwaarde van aardolie uit de Verenigde Staten (van 2,4 naar 3,6 miljard euro) – dit betreft de invoer van ruwe aardolie. Wel is het nog steeds zo dat het grootste deel van de invoer van grondstoffen en minerale brandstoffen voor Nederlands gebruik is.
countryname | jaar | Invoer voor Nederlands gebruik (%) | Invoer voor wederuitvoer (%) |
---|---|---|---|
China | 2015 | 0,339 | 0,661 |
China | 2016 | 0,352 | 0,648 |
China | 2017 | 0,320 | 0,680 |
China | 2018 | 0,330 | 0,670 |
China | 2019 | 0,366 | 0,634 |
Rusland | 2015 | 0,650 | 0,350 |
Rusland | 2016 | 0,682 | 0,318 |
Rusland | 2017 | 0,711 | 0,289 |
Rusland | 2018 | 0,728 | 0,272 |
Rusland | 2019 | 0,711 | 0,289 |
Verenigde Staten | 2015 | 0,426 | 0,574 |
Verenigde Staten | 2016 | 0,434 | 0,566 |
Verenigde Staten | 2017 | 0,414 | 0,586 |
Verenigde Staten | 2018 | 0,398 | 0,602 |
Verenigde Staten | 2019 | 0,420 | 0,580 |
Machines en vervoermaterieel
Uit China en de Verenigde Staten werden in 2019 bij uitstek producten geïmporteerd die onder machines en vervoermaterieel vallen, daar behelsde de invoer uit de Verenigde Staten en China samen bijna 39 miljard euro. In totaal voerde Nederland in deze categorie voor ongeveer 139 miljard euro in, waarvan meer dan een kwart dus afkomstig is uit China en de Verenigde Staten. Van deze invoer uit China en de Verenigde Staten was respectievelijk 16,7 en 7,5 miljard euro bestemd voor wederuitvoer, een kleine stijging ten opzichte van 2018. De invoer voor Nederlands gebruik is harder gestegen tussen 2018 en 2019: de import van goederen uit China steeg van 6,3 miljard naar 8 miljard euro, voor de Verenigde Staten ging het om een toename van 5,4 miljard naar 6,3 miljard euro.
Binnen de categorie machines en vervoermaterieel uit China vormden toestellen voor telecommunicatie (7,6 miljard euro invoer, waarvan 5,7 miljard voor wederuitvoer), computers (5,4 miljard euro invoer, waarvan 2,8 miljard wederuitvoer) en televisies (1,6 miljard euro invoer, waarvan 1,4 miljard wederuitvoer) het grootste aandeel. De stijging van de invoerwaarde van telecommunicatieapparatuur tussen 2018 en 2019 is bijna volledig toe te schrijven aan de stijging van invoer voor binnenlandse consumptie. Waar bij kantoormachines en televisieontvangers een dalende trend ingezet is, heeft er bij de invoer van computers uit China juist een omgekeerde kanteling plaatsgevonden: in 2018 was de invoer voor Nederlandse consumptie al gestegen van 2,0 naar 2,2 miljard en in 2019 steeg de invoer voor Nederlands gebruik door naar 2,6 miljard. De invoer voor wederuitvoer steeg van 2,3 miljard in 2018 tot 2,8 miljard in 2019.
Van machines en vervoermaterieel heeft de categorie luchtvaartuigen en onderdelen de grootste invoerwaarde uit de Verenigde Staten in 2019, namelijk 2,8 miljard euro, waarvan 2,3 miljard euro bestemd bleek voor binnenlands verbruik. Binnen deze categorie zitten begrijpelijkerwijs grote investeringen die niet ieder jaar plaatsvinden en de waarde fluctueerde de laatste jaren tussen de 1 en 3 miljard euro De belangrijkste goederen in deze categorie die afkomstig uit de Verenigde Staten en bestemd zijn voor wederuitvoer betreffen toestellen voor telecommunicatie (1,9 miljard), computeronderdelen (0,8 miljard) en niet-elektrische motoren (0,7 miljard euro).
Industriële producten
Ook de invoer van industriële producten is in 2019 gestegen ten opzichte van 2018. De invoer uit China bestemd voor wederuitvoer is gestegen van 7,6 miljard naar 8 miljard euro en de invoer voor binnenlands gebruik van 5 miljard naar 5,7 miljard. Voor wederuitvoer bestond de top drie in 2019 uit kleding (1,7 miljard), speelgoed- en sportartikelen (0,9 miljard) en schoenen (0,5 miljard). Voor binnenlands gebruik staat ook kleding op één met een invoerwaarde van 0,7 miljard euro, daarna volgen meubels (0,6 miljard) en speelgoed- en sportartikelen (0,5 miljard).
De invoer voor wederuitvoer uit de Verenigde Staten is van 6 miljard in 2018 naar 6,8 miljard gestegen in 2019. De invoer voor binnenlands gebruik is licht gedaald van 2,0 miljard in 2018 naar 1,9 miljard euro in 2019. De invoer bestemd voor wederuitvoer bestond voornamelijk uit medische instrumenten en apparaten (3,4 miljard), implantaten en orthopedische artikelen (1,5 miljard) en meetinstrumenten (0,6 miljard). De resterende 1,9 miljard euro aan industriële producten uit de Verenigde Staten, waaronder meettoestellen (0,4 miljard) en optische instrumenten en apparaten (0,2 miljard euro) was bestemd voor verbruik binnen de Nederlandse economie.
De invoer van industriële producten uit Rusland is gedaald, in 2019 was 0,8 miljard euro invoer bestemd voor wederuitvoer (in 2018 ging het nog om 0,9 miljard) en 0,1 miljard euro voor Nederlands gebruik (in 2018 nog 0,4 miljard).
Chemische producten
Ook met de invoer van chemische producten zijn aanzienlijke bedragen gemoeid, met name vanuit de Verenigde Staten. In totaal behelsde deze invoerstroom zo’n 53 miljard euro in 2019, waarvan iets meer dan 10 procent uit de Verenigde Staten kwam (5,6 miljard euro). Van deze 53 miljard euro was 17,3 miljard euro voor binnenlands gebruik en 25,6 miljard euro voor wederuitvoer. Van de invoer uit de Verenigde Staten was 3,8 miljard euro bestemd voor wederuitvoer en 1,8 miljard euro voor binnenlands gebruik. Waar het totaal van 2018 naar 2019 met meer dan 7 procent steeg (49,4 miljard in 2018) bleef het stijgingspercentage van de invoer uit de Verenigde Staten onder de 1 procent hangen.
Met name de categorie medicinale en farmaceutische producten bleek een sterke daler: de invoer uit de Verenigde Staten voor binnenlands gebruik is sinds 2015 behoorlijk afgeremd. In 2015 werd er nog voor 1,9 miljard euro aan medicinale en farmaceutische producten ingevoerd voor binnenlands gebruik, in 2019 was dit gedaald tot slechts 0,3 miljard. Dit is te relateren aan het feit dat in de periode 2013–2015 het patent van een groot deel van de bestverkopende medicijnen zijn verlopen (Lammertsma, 2019), waardoor de prijzen sterk zijn gedaald. Terwijl er sprake is van een forse daling in de import van farmaceutische producten en medicijnen uit de Verenigde Staten, zien we dat de invoer van medicinale en farmaceutische producten uit overige landen al sinds 2016 aanzienlijk stijgt. Farmaceutische producten en medicijnen uit de Verenigde Staten lijken vervangen te worden door hetzelfde soort producten uit andere landen, met name vanuit Duitsland, Ierland en Israël steeg deze invoer hard.
Grondstoffen en minerale brandstoffen
Invoer uit Rusland valt voornamelijk in de categorie grondstoffen en minerale brandstoffen. Eerder in dit hoofdstuk is beschreven dat de invoerwaarde uit Rusland licht gedaald is ten opzichte van 2018. Vanwege geheimhouding kan geen gedetailleerde uitsplitsing worden gegeven van deze goedereninvoer uit Rusland. Wel kan worden vermeld dat het merendeel van de goedereninvoer uit Rusland bestaande uit minerale brandstoffen zoals aardolie, aardgas en steenkool bestemd was voor binnenlands verbruik.
Technologische intensiteit
Analoog aan paragraaf 2.2 wordt de goederenimport uit China, Rusland en de Verenigde Staten verbijzonderd naar de mate van technologische intensiteit. Zo kunnen invoerstromen van verschillende technologische intensiteit met elkaar vergeleken worden. Deze uitsplitsing is voor het jaar 2019 weergegeven in figuur 2.3.3.
categorie | InvoerLand | Invoer voor Nederlands gebruik (miljard euro) | Invoer voor wederuitvoer (miljard euro) |
---|---|---|---|
Chemische producten | China | 1,079 | 1,178 |
Chemische producten | Rusland | 0,116 | 0,100 |
Chemische producten | Verenigde Staten | 1,767 | 3,801 |
Grondstoffen en minerale brandstoffen | China | 0,189 | 0,434 |
Grondstoffen en minerale brandstoffen | Rusland | 8,331 | 2,584 |
Grondstoffen en minerale brandstoffen | Verenigde Staten | 3,883 | 1,213 |
Industriële producten | China | 5,717 | 8,024 |
Industriële producten | Rusland | 0,148 | 0,751 |
Industriële producten | Verenigde Staten | 1,903 | 6,802 |
Machines en vervoermaterieel | China | 8,009 | 16,690 |
Machines en vervoermaterieel | Rusland | 0,025 | 0,037 |
Machines en vervoermaterieel | Verenigde Staten | 6,312 | 7,543 |
Voeding en dranken | China | 0,507 | 0,485 |
Voeding en dranken | Rusland | 0,058 | 0,049 |
Voeding en dranken | Verenigde Staten | 0,655 | 0,664 |
High-technology
In 2019 werden er relatief veel high-tech producten geïmporteerd uit China en de Verenigde Staten. Van 76,6 miljard euro aan totale invoer van high-tech goederen kwam meer dan 34 procent uit China of de Verenigde Staten (26,2 miljard euro). Van de invoer van high-tech goederen uit China (18,9 miljard euro) was het overgrote deel - meer dan 70 procent - bestemd voor wederuitvoer (13,3 miljard). High-tech goederen lijken geleidelijk vaker bestemd te zijn voor de Nederlandse markt. Ten opzichte van de totale invoer blijkt dat het aandeel high-tech goederen vanuit China bestemd voor binnenlands gebruik groter wordt (van 16 procent in 2015 naar 22 procent in 2019), terwijl het aandeel voor wederuitvoer slinkt (van 30 procent in 2015 naar 26 procent in 2019). Daarnaast lijkt het aandeel invoer van high-tech goederen uit China voor wederuitvoer te stagneren of zelfs licht te dalen sinds 2017. De invoer voor binnenlands verbruik blijft daarentegen wel groeien, van 4,2 miljard euro in 2018 naar 5,6 miljard euro in 2019. De high-tech producten vallen met name in de categorie machines en vervoermaterieel.
De invoer van high-tech producten uit de Verenigde Staten bedroeg 7,3 miljard euro in 2019. Daarvan was ook het grootste deel bedoeld voor wederuitvoer, namelijk 5,4 miljard euro. Het relatieve belang van high-tech goederen uit de Verenigde Staten daalde gestaag, dit was met name zichtbaar in de invoer bestemd voor binnenlands gebruik (van 15 procent in 2015 naar 7 procent in 2019). Hierin speelde farmaceutische producten en medicijnen een grote rol. De ingevoerde high-tech producten uit de Verenigde Staten zijn met name chemische producten en machines en vervoermaterieel. Zoals reeds beschreven daalde de invoer van chemische producten (met name de medicinale en farmaceutische producten) vanuit de Verenigde Staten, en draagt daarmee sterk bij aan de daling van de high-tech invoer.
Medium high-technology
Ingevoerde producten die als medium-high-tech bestempeld worden, waren minder vaak afkomstig uit China en de Verenigde Staten dan high-tech producten. In totaal importeerde Nederland in 2019 voor 127 miljard euro aan medium-high-tech producten, daarvan was 67,9 miljard euro bestemd voor binnenlands gebruik en het resterende deel, 59,2 miljard, voor wederuitvoer. Minder dan 10 procent kwam uit China. Deze invoer had een waarde van 10,2 miljard euro, waarvan wel de meerderheid voor wederuitvoer bestemd was (6,1 miljard). Uit de Verenigde Staten werd voor 13,4 miljard euro aan medium-high-tech goederen geïmporteerd, waarvan een nipte meerderheid voor binnenlands gebruik (6,8 miljard). De medium-high-tech invoer uit de Verenigde Staten valt voor het grootste deel in de categorie machines en vervoermaterieel: 5,3 miljard euro was bestemd voor binnenlands gebruik en 3,8 miljard euro voor wederuitvoer. De tweede grootste categorie was chemische producten en daarvan werd 1,3 miljard euro ingevoerd voor binnenlands gebruik en 2,7 miljard voor wederuitvoer.
Medium-low-tech, low-tech en niet-technologische producten
Van de 64,9 miljard euro invoer aan medium-low-tech producten was slechts 8,8 miljard in 2019 afkomstig uit China, Rusland en de Verenigde Staten. Zowel voor de Verenigde Staten als voor Rusland daalde dit aandeel tussen 2015 en 2019. Uit de Verenigde Staten kwam in 2019 voor bijna 1 miljard euro aan medium-low-tech producten voor binnenlands gebruik binnen en 1,2 miljard euro voor wederuitvoer. Het gros hiervan behoort tot de categorie industriële producten. Vanuit Rusland waren dat grondstoffen en minerale brandstoffen en in totaal werd er voor 0,7 miljard euro en 1,9 miljard euro ingevoerd, voor respectievelijk binnenlands gebruik en wederuitvoer.
De invoer van medium-low-tech goederen uit China is wel gestegen: voor de binnenlandse productie of consumptie werd 2,2 miljard euro geïmporteerd en voor wederuitvoer was dat 1,8 miljard, beide hoger dan de afgelopen jaren. Het gros hiervan behoort ook tot de categorie industriële producten.
De invoer voor wederuitvoer van low-tech producten nam de laatste jaren sterk toe met ruim 36 procent, van 36 miljard in 2015 tot bijna 49 miljard euro in 2019. De invoer van low-tech producten voor binnenlands gebruik steeg wel minder hard: van 38 miljard in 2015 naar 43 miljard euro in 2019, oftewel 13 procent. De totale invoer van low-tech producten – met name industriële producten – uit China is in de periode 2015-2019 gestegen, zowel de import voor binnenlands gebruik (van 2,8 miljard in 2015 naar 3,4 miljard euro in 2019) als de import voor wederuitvoer (van 3,9 miljard naar 5,3 miljard euro) namen toe. De invoer voor binnenlands gebruik uit de Verenigde Staten schommelde al jaren rond de 1 miljard euro, maar de invoer voor wederuitvoer bleef gestaag groeien. In 2019 bedroeg deze invoer 5,8 miljard euro, zo’n 1,8 miljard meer dan in 2015.
Van de producten die niet technisch geïndiceerd zijn, betreft een aanzienlijk deel grondstoffen en minerale brandstoffen. Dit is dan ook de categorie waar Rusland een groter aandeel van de invoer leverde dan de Verenigde Staten en China. Uit Rusland werd in 2019 voor 7,4 miljard euro ingevoerd voor Nederlands gebruik, goed voor bijna 16 procent van de totale invoer in deze categorie, en voor 1,5 miljard euro voor wederuitvoer, oftewel bijna 7 procent van de totale invoer voor wederuitvoer.
2.4 Export van diensten
Figuur 2.4.1 geeft per jaar de totale dienstenuitvoer naar China, Rusland en de Verenigde Staten weer. De Nederlandse dienstenuitvoer naar de Verenigde Staten bedroeg 14,2 miljard euro in 2019 – goed voor een wereldwijd aandeel van ruim 8,0 procent. De dienstenuitvoer naar China bedroeg 2,4 miljard euro en de uitvoer naar Rusland bedroeg 1,5 miljard euro. China vertegenwoordigde slechts 1,4 procent van de Nederlandse dienstenuitvoer in 2019 en Rusland had een aandeel van 0,8 procent.
In zowel absolute alsook relatieve zin was de uitvoerafhankelijkheid van de diensten van de Verenigde Staten dus veel groter dan die van China en Rusland. Dit patroon is echter anders bij de goederenuitvoer. Hoewel de goederenuitvoer naar China bijna evenveel was als de goederenuitvoer naar de Verenigde Staten, hadden de Verenigde Staten een veel groter belang voor de Nederlandse uitvoer vanuit het perspectief van diensten. Ook was de afhankelijkheid van Rusland voor de Nederlandse goederenuitvoer (2,1 procent van de totale goederenuitvoer) meer dan twee keer zo hoog als de afhankelijkheid voor de dienstenexport. De hoge omvang van de dienstenexport naar de Verenigde Staten weerspiegelt de ‘verdienstelijking’ van de twee economieën (Lemmers, 2015).
In geen van de drie landen was er een sterke opwaartse of neerwaartse trend in de dienstenuitvoer zichtbaar in de periode 2015-2019. De Nederlandse uitvoer van diensten nam tussen 2015 en 2019 gemiddeld 3,7 procent per jaar toe. De gemiddelde jaarlijkse groei van de uitvoer naar Rusland was met 4,1 procent iets hoger dan de gemiddelde groei. De gemiddelde jaarlijkse groei naar China was iets minder met 1,9 procent en in het geval van de Verenigde Staten was de groei zelfs negatief met -1,2 procent. De relatief beperkte groei in de dienstenexport hangt samen met de sterk toenemende export van diensten binnen Europa (+21 procent tussen 2015 en 2019) in vergelijking met buiten Europa (-5 procent tussen 2015 en 2019).
land | jaar | Export van land (miljard euro) |
---|---|---|
China | 2015 | 2,2 |
China | 2016 | 1,8 |
China | 2017 | 1,9 |
China | 2018 | 1,9 |
China | 2019 | 2,4 |
Rusland | 2015 | 1,2 |
Rusland | 2016 | 1,0 |
Rusland | 2017 | 1,7 |
Rusland | 2018 | 1,6 |
Rusland | 2019 | 1,5 |
Verenigde Staten | 2015 | 15,0 |
Verenigde Staten | 2016 | 13,3 |
Verenigde Staten | 2017 | 13,1 |
Verenigde Staten | 2018 | 14,0 |
Verenigde Staten | 2019 | 14,2 |
Voor elk van die drie landen nam de dienstenuitvoer een aanzienlijk aandeel van de totale uitvoer voor zijn rekening. Van de totale uitvoerstroom naar China in 2019 - waaronder ook goederen zijn inbegrepen - was bijna een kwart (23,2 procent) aan diensten toe te schrijven. Het aandeel van diensten in de totale uitvoer naar Rusland was iets hoger met ongeveer een derde (33,8 procent). Maar het aandeel van diensten in de totale uitvoer naar de Verenigde Staten was met 50,2 procent het hoogste van de drie landen. Terwijl de aandelen van diensten in de totale uitvoer naar China en Rusland door de jaren heen relatief stabiel zijn gebleven, is het aandeel dienstenexport naar de Verenigde Staten vanaf 2015 – toen nog 60,5 procent – geleidelijk afgenomen.
China
Welke type diensten worden het meest geëxporteerd? Nu gaan we dieper in op het belang van verschillende dienstensoorten in de totale dienstenuitvoer naar China, Rusland en de Verenigde Staten. We kijken allereerst naar de export van diensten naar China. Figuur 2.4.2 toont de top vijf geëxporteerde dienstencategorieën naar China in 2019 samen met de exportwaarden van genoemde categorieën in 2015, 2018 en 2019. De uitvoer van telecommunicatie- en computerdiensten (ICT) naar China - de grootste categorie - bedroeg 1,0 miljard euro in 2019, wat in relatieve zin op 4,2 procent van de totale uitvoer van deze dienstencategorie neerkwam. Dit bedrag was een verdubbeling in de uitvoer ten opzichte van een jaar eerder. Meer dan 90 procent van de ICT-uitvoer in 2019 (93,8 procent) was toe te schrijven aan de uitvoer van computerdiensten. De uitvoer van computerdiensten was ook verantwoordelijk voor de recente snelle groei van de ICT-uitvoer, aangezien deze meer dan verdubbelde; van 440 miljoen euro in 2018 naar 976 miljoen euro in 2019.
De op één na grootste uitvoercategorie naar China in 2019 waren zakelijke diensten met 385 miljoen euro. Deze uitvoer bevat vooral R&D, en technische en aan de handel verbonden diensten met 268 miljoen euro en professionele en managementadviesdiensten met 117 miljoen euro (waarvan 17 miljoen euro voor de wederuitvoer van diensten bestemd was). Er is in de uitvoer van zakelijke diensten naar China een opvallende dalende trend te zien: in 2015 werd met een bedrag van 611 miljoen euro fors meer zakelijke diensten naar China geëxporteerd. Dit blijkt met name samen te hangen met een daling van de categorie aan de handel verbonden diensten en R&D diensten. Verdere belangrijke dienstencategorieën in de uitvoer naar China in 2019 waren vervoersdiensten met 377 miljoen euro, reisverkeer met 185 miljoen euro (d.w.z. de uitgaven van Chinese toeristen en zakenreizigers in Nederland) en financiële diensten met 46 miljoen euro. Ook vergoedingen voor het gebruik van intellectueel eigendom stonden hoog genoteerd. In 2018 waren zij de vierde belangrijkste dienstencategorie die naar China werd geëxporteerd. Vanwege geheimhouding die van toepassing is in een aantal jaren is deze uitvoer niet in figuur 2.4.2 weergegeven..
Dienst | 2019 (miljoen euro) | 2018 (miljoen euro) | 2015 (miljoen euro) |
---|---|---|---|
ICT-diensten | 1040,5 | 503,5 | 599,0 |
Zakelijke diensten | 385,3 | 447,7 | 611,3 |
Vervoersdiensten | 376,6 | 360,5 | 422,7 |
Reisverkeer | 185,2 | 163,1 | 141,0 |
Financiële diensten | 46,0 | 64,1 | 108,2 |
Rusland
Zakelijke diensten waren het type dienst met de grootste uitvoerwaarde naar Rusland met 552 miljoen euro in 2019. Tegelijkertijd is de zakelijke dienstenuitvoer naar Rusland bijna gehalveerd vergeleken met 2018 toen er nog 914 miljoen euro werd geëxporteerd (hoewel de uitvoerwaarde nog steeds hoger was in 2019 dan in 2015). De op één na grootste uitvoercategorie was vergoedingen voor het gebruik van intellectueel eigendom waarvan in 2018 192 miljoen euro naar Rusland werd geëxporteerd. Net zoals voor China wordt deze uitvoer niet in figuur 2.4.3 getoond vanwege geheimhouding. De derde grootste categorie bestond uit telecommunicatie- en computerdiensten met 200 miljoen euro in 2019, hoewel de uitvoer sinds 2015 gehalveerd is. In relatieve zin was voor geen enkele type dienst de exportafhankelijkheid van Rusland substantieel. De hoogste relatieve afhankelijkheid gold voor de bouwdiensten: 2,3 procent van de totale uitvoer van bouwdiensten hiervan had in 2019 Rusland als bestemming. De bouwdiensten waren een kleine maar snelgroeiende dienstencategorie in de totale dienstenuitvoer naar Rusland.
Dienst | 2019 (miljoen euro) | 2018 (miljoen euro) | 2015 (miljoen euro) |
---|---|---|---|
Zakelijke diensten | 551,8 | 914,4 | 322,1 |
ICT-diensten | 200 | 151,2 | 407,8 |
Reisverkeer | 164,8 | 102,6 | 72,0 |
Vervoersdiensten | 106,2 | 111,4 | 102,3 |
Verzekeringsdiensten | 0,7 | 0,6 | 1,2 |
Verenigde Staten
De Nederlandse dienstenuitvoer naar de Verenigde Staten domineerde in vergelijking met China en Rusland. De grootste categorie in de dienstenuitvoer naar de Verenigde Staten was in 2019 zakelijke diensten, die met 5,7 miljard euro ruim 40 procent van de dienstenuitvoer naar de Verenigde Staten vertegenwoordigden. Dat betekent in relatieve zin 11,4 procent van de totale Nederlandse uitvoer van zakelijke diensten. Twee derde van de zakelijke diensten betrof technische, aan de handel verbonden en overige diensten. De uitvoer van zakelijke diensten is iets gedaald in 2019 vergeleken met de 6,4 miljard euro die in 2015 nog werd geëxporteerd. De daling is voornamelijk toe te schrijven aan een forse afname in de uitvoer van R&D diensten tussen 2015 en 2019. In tegenstelling tot R&D diensten is de uitvoer van professionele en managementadviesdiensten ieder jaar gestegen tussen 2015 en 2019.
De uitvoer van telecommunicatie- en computerdiensten naar de Verenigde Staten, de tweede grootste categorie in 2019, bedroeg ongeveer 2,2 miljard euro. Daarvan bestond ruim twee derde uit computerdiensten. De derde grootste categorie, vervoersdiensten (met name in de lucht- en zeevaart), bedroeg 2,1 miljard euro. Vergoedingen voor het gebruik van intellectueel eigendom stonden op de vierde plaats en bedroegen 1,4 miljard euro. De uitvoer van de vijfde grootste dienstensoort - financiële diensten - bedroeg 1,2 miljard euro. Net als de uitvoer van zakelijke diensten was er een opmerkelijke daling in de uitvoer van financiële diensten. Financiële diensten daalden fors van 2,3 miljard euro in 2015 naar slechts 1,2 miljard euro in 2019.
Dienst | 2019 (miljard euro) | 2018 (miljard euro) | 2015 (miljard euro) |
---|---|---|---|
Zakelijke diensten | 5,7 | 5,3 | 6,4 |
ICT-diensten | 2,2 | 2,4 | 1,6 |
Vervoersdiensten | 2,1 | 2,0 | 1,9 |
Gebruik intellectueel eigendom | 1,4 | 1,4 | 1,7 |
Financiële diensten | 1,2 | 1,3 | 2,3 |
De relatieve afhankelijkheid van de Verenigde Staten was het grootst voor de uitvoer van persoonlijke, culturele en recreatieve diensten met een aandeel van 27,4 procent van het totaal (in 2019) - zie figuur 2.4.5. Ook de uitvoer van de financiële dienstverlening is relatief afhankelijk van de Verenigde Staten. Een aandeel van 15,9 procent van de totale financiële dienstenuitvoer ging in 2019 naar de Verenigde Staten. Dit aandeel kende wel een forse daling ten opzichte van 2015, toen ging het nog 36,1 procent. Ook het relatieve belang van de Verenigde Staten was groot voor zakelijke diensten: 11,4 procent van de totale uitvoer van zakelijke diensten ging naar dat land. Voor de categorie telecommunicatie- en computerdiensten bedroeg het aandeel in het totaal 9,1 procent. Nederland was ook populair onder Amerikaanse toeristen en zakenreizigers, aangezien 4,6 procent van de totale uitvoer van reisverkeer in 2019 aan de Verenigde Staten toe te schrijven was.
Dienst | 2019 (%) | 2018 (%) | 2015 (%) |
---|---|---|---|
Persoonlijke, culturele en recreatieve diensten | 27,4 | 28,7 | 11,1 |
Financiële diensten | 15,9 | 18,0 | 36,1 |
Zakelijke diensten | 11,4 | 11,1 | 14,7 |
ICT-diensten | 9,1 | 10,3 | 7,0 |
Verzekeringsdiensten | 6,3 | 6,5 | 18,2 |
2.5 Import van diensten
Figuur 2.5.1 geeft per jaar de totale diensteninvoer uit China, Rusland en de Verenigde Staten weer. Net zoals aan de uitvoerkant importeerde Nederland veel meer diensten uit de Verenigde Staten dan uit China en Rusland. In 2019 importeerden Nederlandse bedrijven en consumenten 22,5 miljard euro aan diensten uit de Verenigde Staten, 1,9 miljard euro aan diensten uit China en 525 miljoen euro aan diensten uit Rusland. Maar de verschillen in aandelen van de totale dienstenimport die deze cijfers vertegenwoordigen, zijn iets groter dan aan de uitvoerkant: de Verenigde Staten, China en Rusland hadden een aandeel van respectievelijk 14,4 procent, 1,2 procent en 0,3 procent in de totale diensteninvoer in 2019 (de bijhorende aandelen van de totale dienstenuitvoer voor de Verenigde Staten, China en Rusland respectievelijk 8,0 procent, 1,4 procent, en 0,8 procent). De Verenigde Staten waren dus een nog belangrijkere handelspartner aan de invoerkant, terwijl China en Rusland minder belangrijk waren.
Dit patroon is ook heel anders vergeleken met dat van de invoer van goederen. Terwijl Nederland 18 procent minder goederen uit de Verenigde Staten importeerde dan uit China in 2019, importeerde Nederland tegelijkertijd 1100 procent meer diensten uit de Verenigde Staten dan uit China. De totale Nederlandse invoer van diensten was het hoogst in 2015, daalde vervolgens abrupt in 2016 (voornamelijk vanwege een lagere invoer van intellectueel eigendom) en nam daarna weer geleidelijk toe. Als 2015 buiten beschouwing wordt gelaten, het jaar dat verantwoordelijk was voor een afwijking van de algemene trend, was er een gemiddelde jaarlijkse groei van de diensteninvoer van 6,1 procent tussen 2016 en 2019. De gemiddelde jaarlijkse invoergroei uit China was met -16,7 procent veel lager dan de gemiddelde groei. De gemiddelde jaarlijkse groei van de dienstenimport uit de Verenigde Staten was met 9,4 procent wel hoger dan de gemiddelde groei over de vier jaren. Die diensteninvoer uit de Verenigde Staten is sinds 2016 geleidelijk toegenomen. Daarentegen is de diensteninvoer uit China sinds 2016 aan het afnemen.
Figuur 2.5.1 maakt een verder onderscheid tussen invoer voor de binnenlandse markt (bijvoorbeeld invoer voor verdere verwerking, inclusief diensten die nodig zijn voor de Nederlandse export of voor binnenlandse consumptie) en invoer direct voor de buitenlandse markt (voornamelijk wederuitvoer van diensten). Er is weinig wederuitvoer gerelateerd aan de invoer van diensten uit de drie landen en daar is door de jaren heen niet veel aan veranderd. Een uitzondering was in het jaar 2016 toen 12,2 procent van de diensteninvoer uit de Verenigde Staten voor de wederuitvoer bestemd was. Hiervan bestond 94 procent uit vergoedingen voor het gebruik van intellectueel eigendom die bestemd zijn voor wederuitvoer.
Invoer voor binnenlandse markt (miljard euro) | Invoer direct voor buitenlandse markt (miljard euro) | ||
---|---|---|---|
China | 2015 | 2,4 | 0,0 |
China | 2016 | 3,1 | 0,0 |
China | 2017 | 2,6 | 0,1 |
China | 2018 | 2,5 | 0,1 |
China | 2019 | 1,8 | 0,1 |
Rusland | 2015 | 0,4 | 0,0 |
Rusland | 2016 | 0,4 | 0,0 |
Rusland | 2017 | 0,7 | 0,0 |
Rusland | 2018 | 1,0 | 0,0 |
Rusland | 2019 | 0,5 | 0,0 |
Verenigde Staten | 2015 | 20,1 | 1,2 |
Verenigde Staten | 2016 | 16,6 | 2,3 |
Verenigde Staten | 2017 | 18,2 | 0,7 |
Verenigde Staten | 2018 | 19,1 | 0,7 |
Verenigde Staten | 2019 | 21,8 | 0,7 |
Als we naar de samenstelling van de totale invoer van goederen en diensten kijken, blijkt dat de invoer uit China en Rusland uit een beperkt gedeelte uit diensten bestond. Slechts 4,4 procent van de totale invoer uit China en 4,3 procent van Rusland bestonden in 2019 uit diensten. Zulke lage aandelen veranderden niet veel door de jaren heen. Voor de Verenigde Staten was dit anders: in 2019 bestond ruim 65 procent van de totale invoer uit de Verenigde Staten uit diensten. Dit aandeel is sinds 2016 ook relatief stabiel gebleven. Het aandeel diensten in de totale Nederlandse invoer uit de Verenigde Staten - ongeveer twee derde - valt dus iets hoger uit dan het aandeel diensten in de totale Nederlandse uitvoer naar de Verenigde Staten (ruim de helft). Samenvattend kunnen we stellen dat de invoer van diensten sterk afhankelijk is van de Verenigde Staten maar lager dan gemiddeld afhankelijk van China en van Rusland.
China
Startend met China zoomen we in op de invoer van diensten op land- en dienstniveau. Zoals eerder is gebleken, importeerde Nederland veel minder diensten uit China dan goederen. Figuur 2.5.2 laat zien dat het overgrote deel van de diensten die in 2019 uit China werden geïmporteerd – ruim 1,2 miljard euro (goed voor een aandeel van 63,8 procent) – uit zakelijke diensten bestond. Zakelijke diensten domineerden in een nog grotere mate in voorgaande jaren; in 2015 bedroeg de invoer van zakelijke diensten uit China 1,7 miljard euro, oftewel 70,3 procent van de totale diensteninvoer uit China. Het grootste gedeelte van de importwaarde van zakelijke diensten was tussen 2015 en 2019 technische, aan de handel verbonden en overige zakelijke diensten. Dit aandeel nam wel af sinds 2015. Het overige gedeelte van de totale import van diensten uit China betrof de invoer van R&D diensten en professionele en managementadviesdiensten. De invoer van zakelijke diensten uit China vertegenwoordigde 2,3 procent van de totale invoer van zakelijke diensten in 2019. Ongeveer 5,5 procent van de invoer van zakelijke diensten uit China was bestemd voor wederuitvoer.
De op één na grootste categorie vanuit China geïmporteerde diensten waren vervoersdiensten met 243 miljoen euro en vertegenwoordigde 1,3 procent van de totale invoer van vervoersdiensten in 2019. Bijna twee derde betrof de import van luchtvaartdiensten. Luchtvaartdiensten uit China bleken tussen 2015 en 2019 met zo’n 20 procent gegroeid te zijn. Daarna kwam het gebruik van intellectueel eigendom (niet getoond vanwege geheimhouding) en telecommunicatie- en computerdiensten met 99 miljoen euro (het gros hiervan betrof computerdiensten). De invoer van bouwdiensten was relatief klein met 66 miljoen euro in 2019, en vertegenwoordigde 2,4 procent van de totale invoer van bouwdiensten. Er bleek geen andere categorie van diensten afhankelijker van China in relatieve zin dan bouwdiensten.
Dienst | 2019 (miljoen euro) | 2018 (miljoen euro) | 2015 (miljoen euro) |
---|---|---|---|
Zakelijke diensten | 1195 | 1739,2 | 1694,4 |
Vervoersdiensten | 243 | 212,4 | 266,6 |
ICT-diensten | 99 | 229,2 | 156,8 |
Reisverkeer | 94 | 140,2 | 94,2 |
Financiële diensten | 25 | 26,7 | 50,3 |
Rusland
Ook uit Rusland waren zakelijke diensten verreweg de grootste categorie geïmporteerde diensten. Zakelijke diensten uit Rusland vertegenwoordigden 316 miljoen euro of 0,6 procent van de totale geïmporteerde diensten van deze categorie. Er was echter sprake van een enorme daling ten opzichte van de 771 miljoen euro die uit Rusland werd geïmporteerd in 2018 en toen het aandeel 1,5 procent bedroeg. Ongeveer 70 procent van de invoer van zakelijke diensten bestond uit technische, aan de handel verbonden en overige zakelijke diensten (in 2019) en bijna 30 procent betrof R&D diensten en professionele- en managementadviesdiensten.
Vervoersdiensten – vooral in de luchtvaart en zeevaart – waren de tweede grootste categorie die uit Rusland werd geïmporteerd in 2019, goed voor een invoerwaarde van 77 miljoen euro. Sinds 2015 was er wel een licht dalende trend te zien. Daarentegen groeide de import van reisverkeer snel en vervijfvoudigde van 15 miljoen euro in 2015 naar 76 miljoen euro in 2019. Dat was goed voor 0,4 procent van de totale invoer van reisverkeer in 2019. Dat betekent bijvoorbeeld dat Nederlandse toeristen steeds meer geld uitgaven in Rusland. De relatieve afhankelijkheid van Rusland was over het algemeen laag. Geen enkele categorie van uit Rusland geïmporteerde diensten vertegenwoordigde meer dan 1,0 procent van de totale invoer van dezelfde categorie in 2019.
Dienst | 2019 (miljoen euro) | 2018 (miljoen euro) | 2015 (miljoen euro) |
---|---|---|---|
Zakelijke diensten | 316,1 | 771,0 | 269,5 |
Vervoersdiensten | 77,4 | 91,3 | 102,1 |
Reisverkeer | 76 | 56 | 15 |
ICT-diensten | 17,8 | 47,9 | 26,6 |
Industriële diensten | 1,9 | 2,9 | 2,7 |
Verenigde Staten
Figuur 2.5.4 laat zien dat Nederland tussen 2015 en 2019 grote bedragen van meerdere categorieën aan diensten heeft geïmporteerd uit de Verenigde Staten. De invoer van het gebruik van intellectueel eigendom was van 4,1 miljard euro in 2015 naar ruim 8,7 miljard euro in 2019 gestegen. In 2018-2019 werd intellectueel eigendom de grootste categorie van geïmporteerde diensten uit de Verenigde Staten – goed voor 38,7 procent van de totale diensteninvoer uit dat land in 2019. Hier gaat het om bijvoorbeeld gebruikslicenties voor software, betalingen van royalty’s voor films en muziek en franchisevergoedingen in de handel en horeca. De Verenigde Staten speelden ook in relatieve zin een zeer grote rol: 28,2 procent van de totale invoer van intellectueel eigendom was afkomstig uit de Verenigde Staten. In 2015 was dit aandeel nog 8,3 procent. Het is ook vermeldenswaardig dat in 2019 een klein maar merkbaar aandeel – 6,4 procent – van deze invoer bestemd was voor wederuitvoer; in 2015 was dit aandeel fors hoger, namelijk 28,1 procent.
Zakelijke diensten waren de tweede belangrijkste invoercategorie in 2019 met 6,0 miljard euro. Hiervan waren professionele en managementadviesdiensten en de technische, aan de handel verbonden diensten de grootste subcategorieën. In 2015 was de invoer van zakelijke diensten met 7,1 miljard euro nog de belangrijkste importcategorie uit de Verenigde Staten. Dit bedrag is ondertussen iets afgenomen. De relatieve afhankelijkheid van de invoer van zakelijke diensten uit de Verenigde Staten was met een aandeel van 11,7 procent redelijk bescheiden: vergeleken met andere dienstencategorieën staan ze maar op de zevende plaats in 2019.
Verder importeerde Nederland 2,2 miljard euro aan telecommunicatie- en computerdiensten (ICT) uit de Verenigde Staten in 2019 – iets lager ten opzichte van 3,1 miljard euro in 2015. Binnen deze categorie daalde het aandeel van computerdiensten van 94,9 procent in 2015 naar 72,4 procent in 2019 terwijl het aandeel van telecommunicatiediensten van 2,8 procent naar 20,5 procent groeide. De relatieve afhankelijkheid van de invoer van ICT-diensten uit de Verenigde Staten is met ongeveer 14,6 procent (2019) door de jaren heen stabiel gebleven.
Financiële diensten waren de vierde grootste invoercategorie in 2019 met een bedrag van 2,0 miljard euro. De invoer van financiële diensten uit de Verenigde Staten was – net zoals de zakelijke en ICT-diensten – iets gedaald, in 2015 werd nog 3,1 miljard geïmporteerd. Echter – de relatieve afhankelijkheid van de invoer van financiële diensten uit de Verenigde Staten was hoog en stabiel gebleven met ruim een kwart (26,0 procent in 2019). Financiële diensten waren - behalve voor intellectueel eigendom in 2019 – in relatieve zin de belangrijkste categorie. Het hoge aandeel is niet verrassend, gezien de status van de Verenigde Staten als een wereldwijde financiële centrum.
Naast de bovengenoemde diensten waren aan de invoerkant ook vervoersdiensten met 1,3 miljard euro en reisverkeer met 1,1 miljard euro belangrijke categorieën. De invoerwaarden van deze diensten waren stabiel in de tijd. Er waren ook enkele diensten uit de Verenigde Staten die niet zo belangrijk waren in absolute zin maar wel belangrijk in de zin van relatief belang - met name onderhoud en reparatie, overheidsdiensten (beide niet getoond vanwege geheimhouding) en persoonlijke, culturele en recreatieve diensten.
Dienst | 2019 (miljard euro) | 2018 (miljard euro) | 2015 (miljard euro) |
---|---|---|---|
Gebruik intellectueel eigendom | 8,7 | 6,0 | 4,1 |
Zakelijke diensten | 6,0 | 5,9 | 7,1 |
ICT-diensten | 2,2 | 2,3 | 3,1 |
Financiële diensten | 2,0 | 2,1 | 2,4 |
Vervoersdiensten | 1,3 | 1,4 | 1,4 |
Dienst | 2019 (%) | 2018 (%) | 2015 (%) |
---|---|---|---|
Gebruik intellectueel eigendom | 28,2 | 19,6 | 8,3 |
Financiële diensten | 26,0 | 26,4 | 25,9 |
Persoonlijke, culturele en recreatieve diensten | 14,9 | 8,9 | 34,8 |
ICT-diensten | 14,6 | 15,8 | 14,4 |
Zakelijke diensten | 11,4 | 11,9 | 18,3 |
Literatuur
Aerts, N., Notten, T., Prenen, L., Rooyakkers, J. & Wong, K.F. (2020). Nederlandse verdiensten aan internationale handel. Nederland Handelsland: Export, investeringen en werkgelegenheid 2020. Den Haag/Heerlen/Bonaire: Centraal Bureau voor de Statistiek.
Bohn, T., Brakman, S., & Dietzenbacher, E. (2018). The role of services in globalisation. The World Economy, 41(10), 2732-2749.
CBS (2018). Minder industrieel afval naar China. Den Haag/Heerlen/Bonaire: Centraal Bureau voor de Statistiek.
Creemers, S., Jaarsma, M., Notten, T. & Rooyakkers, J. (2020). De handels- en investeringsrelatie tussen Nederland en China. Internationaliseringsmonitor 2020, tweede kwartaal: China. Den Haag/Heerlen/Bonaire: Centraal Bureau voor de Statistiek.
Cremers, D., & Jaarsma, M. (2020). Dienstenhandel en zwaartekracht; anders dan goederenhandel? Internationaliseringsmonitor 2019, derde kwartaal: Internationale handel in diensten en R&D. Den Haag/Heerlen/Bonaire: Centraal Bureau voor de Statistiek.
Jaarsma, M. & Wong, K.F. (2020). Nederlandse in internationale waardeketens. Nederland Handelsland: Export, investeringen en werkgelegenheid 2020. Den Haag/Heerlen/Bonaire: Centraal Bureau voor de Statistiek.
Lammertsma, A. (2019). Samenstelling van de Nederlandse handel. Nederland Handelsland: Export, investeringen en werkgelegenheid 2019. Den Haag/Heerlen/Bonaire: Centraal Bureau voor de Statistiek.
Lemmers, O. (2015), Waarom diensten de dienst uitmaken in export. In CBS Internationaliseringsmonitor 2015, eerste kwartaal. Den Haag/Heerlen/Bonaire: Centraal Bureau voor de Statistiek.
Ramaekers, P. (2020). Geografische dimensie van de Nederlandse handel in landbouwgoederen. De Nederlandse agrarische sector in internationaal verband. Wageningen/Den Haag/Heerlen/Bonaire: Wageningen Economic Research en Centraal Bureau voor de Statistiek.
3. Import- en exportpakket van Nederlandse bedrijven
3.1 Inleiding
Nederlandse bedrijven exporteren een groot deel van hun productie naar het buitenland. Zoals we in het vorige hoofdstuk hebben gezien, wordt een aanzienlijk deel van de buitenlandse omzet van Nederlandse bedrijven gegenereerd in China, Rusland en de Verenigde Staten. In dit hoofdstuk wordt naar de afhankelijkheid van Nederlandse bedrijfstakken van de export naar deze drie landen gekeken, zowel voor goederen als voor diensten. Daarbij wordt getracht de volgende onderzoeksvragen te beantwoorden:
- Welke bedrijfstakken exporteren voornamelijk goederen naar China, Rusland en de Verenigde Staten? Om welke goederen gaat het? Wat is het aandeel van deze export in de totale export van goederen van deze bedrijfstakken? Welke bedrijfstakken zijn – absoluut en relatief gezien – het meest afhankelijk van goederenexport naar China, Rusland en de Verenigde Staten?
- Vanuit welke bedrijfstakken vindt de dienstenexport naar China, Rusland en de Verenigde Staten voornamelijk plaats? In welke dienstencategorieën kan de dienstenexport naar deze drie landen worden uitgesplitst? Wat is het aandeel van deze export in de totale dienstenexport van deze bedrijfstakken? Welke bedrijfstakken zijn – absoluut en relatief gezien – het meest afhankelijk van dienstenexport naar China, Rusland en de Verenigde Staten?
Bedrijven importeren niet alleen grondstoffen en halffabricaten maar ook ondersteunende diensten uit het buitenland om hun productie te realiseren. Het tweede deel van dit hoofdstuk zal focussen op de directe en indirecte afhankelijkheid van Nederlandse bedrijven van ingevoerde goederen en diensten die worden gebruikt in productieprocessen in Nederland. Specifiek de afhankelijkheid van Nederlandse bedrijfstakken van geïmporteerde goederen en diensten uit China, Rusland en de Verenigde Staten zal in dit hoofdstuk in kaart gebracht worden. Daarbij wordt getracht de volgende onderzoeksvragen te beantwoorden:
- In welke bedrijfstakken importeren bedrijven voornamelijk direct zelf goederen uit China, Rusland en de Verenigde Staten? Welke goederencategorieën of specifieke producten worden door deze bedrijven vooral uit deze drie landen ingekocht? Wat is het aandeel van deze directe import in de totale directe import van deze goederen door bedrijven in deze bedrijfstakken? Welke bedrijfstakken zijn absoluut en relatief gezien het meest afhankelijk van directe import van goederen uit China, Rusland en de Verenigde Staten?
- Wat is de indirecte afhankelijkheid van Nederlandse bedrijfstakken van import van goederen uit China, Rusland en de Verenigde Staten? Welke ingevoerde productcategorieën of specifieke producten uit deze landen komen indirect bij specifieke bedrijfstakken terecht? Zijn er ook goederen die vooral indirect geïmporteerd worden in plaats van direct? Welke bedrijfstakken zijn absoluut en relatief gezien het meest afhankelijk van indirecte goederenimport uit China, Rusland en de Verenigde Staten?
- In welke bedrijfstakken importeren bedrijven voornamelijk direct zelf diensten uit China, Rusland en de Verenigde Staten? Welke dienstencategorieën worden door deze bedrijven vooral uit deze drie landen afgenomen? Wat is het aandeel van deze directe import in de totale directe dienstenimport door bedrijven in deze bedrijfstakken? Welke bedrijfstakken zijn absoluut en relatief gezien het meest afhankelijk van directe import van diensten uit China, Rusland en de Verenigde Staten?
- Wat is de indirecte afhankelijkheid van Nederlandse bedrijfstakken van import van diensten uit China, Rusland en de Verenigde Staten? Welke ingevoerde dienstencategorieën uit deze landen komen indirect bij specifieke bedrijfstakken terecht? Zijn er ook diensten die vooral indirect geïmporteerd worden in plaats van direct? Welke bedrijfstakken zijn absoluut en relatief gezien het meest afhankelijk van indirecte dienstenimport uit China, Rusland en de Verenigde Staten?
Dit hoofdstuk is als volgt opgebouwd: paragraaf 3.2 geeft een overzicht op macroniveau van de afhankelijkheid van China, Rusland en de Verenigde Staten voor wat betreft de Nederlandse goederenexport en de dienstenexport. Paragraaf 3.3 geeft een vergelijkbaar macro-economisch overzicht van de directe en indirecte afhankelijkheid van import uit China, Rusland en de Verenigde Staten voor zowel de goederenexport als de dienstenexport. Paragraaf 3.4 beschrijft de exportstromen naar, en de directe en indirecte importstromen uit China, zowel voor goederen als voor diensten. Daarbij wordt dieper ingegaan op bedrijfstakniveau en productniveau. Paragraaf 3.5 doet dit voor Rusland en paragraaf 3.6 doet dit voor de Verenigde Staten.
3.2 Export van goederen en diensten
Goederenuitvoer
De uitvoer van Nederlandse makelij betreft de uitvoer na productie in Nederland dan wel uitvoer na significante bewerking van buitenlandse makelij. Samen met wederuitvoer vormt de uitvoer van eigen makelij de totale Nederlandse goederenuitvoer. Wederuitvoer betreft invoer van goederen van buitenlandse makelij die na aankomst in Nederland niet of nauwelijks een bewerking ondergaan en daarna weer worden uitgevoerd naar het buitenland. Wederuitvoer wordt hier buiten beschouwing gelaten.
Als we kijken naar het belang van China, de Verenigde Staten en Rusland in de export van Nederlandse makelij, dan zien we in figuur 3.2.1 dat van de drie genoemde landen de Verenigde Staten de belangrijkste exportpartner is. In 2019 exporteerden Nederlandse bedrijven voor ruim 14,2 miljard euro aan goederen van Nederlandse makelij naar de Verenigde Staten. Naar China werd in datzelfde jaar voor een bedrag van bijna 8 miljard euro geëxporteerd en naar Rusland voor bijna 2,9 miljard euro.
De uitvoer naar China groeide tussen 2015 en 2019 ieder jaar. De groeicijfers naar Rusland en de Verenigde Staten zijn meer volatiel. Zo zien we dat de Nederlandse export van eigen makelij naar beide landen in 2016 afnam. Voor Rusland is dat te verklaren door minder vraag naar Nederlandse goederen als gevolg van de handelsboycot en de Russische financiële crisis die van 2014 tot 2017 duurde (CBS, 2017). De afname van de export van Nederlandse makelij naar de Verenigde Staten is mogelijk te verklaren door lagere grondstofprijzen, aangezien een aanzienlijk deel van de Nederlandse export naar de Verenigde Staten bestaat uit aardolieproducten.
Vanwege deze volatiliteit is het nuttiger te kijken naar de exportgroei op een wat langere termijn. De gemiddelde jaarlijkse groei van de totale export van Nederlandse makelij tussen 2015 en 2019 bedroeg 2,3 procent per jaar. Wat betreft de export naar alle drie de landen geldt dat de gemiddelde jaarlijkse groeivoet beduidend hoger was dan die voor de totale goederenexport van Nederlandse makelij. De uitvoer van Nederlandse makelij naar China rapporteerde de gemiddelde hoogste jaarlijkse groei. Tussen 2015 en 2019 groeide de uitvoer naar China gemiddeld genomen met 12,6 procent per jaar, gevolgd door de uitvoer naar de Verenigde Staten met 9,7 procent per jaar en de uitvoer naar Rusland groeide gemiddeld met 8,8 procent per jaar.
Jaar | Land | Export van Nederlandse makelij (miljard euro) |
---|---|---|
China | 2015 | 5,0 |
China | 2016 | 6,3 |
China | 2017 | 6,7 |
China | 2018 | 7,2 |
China | 2019 | 8,0 |
Rusland | 2015 | 2,0 |
Rusland | 2016 | 2,0 |
Rusland | 2017 | 2,3 |
Rusland | 2018 | 2,4 |
Rusland | 2019 | 2,9 |
Verenigde Staten | 2015 | 9,8 |
Verenigde Staten | 2016 | 9,5 |
Verenigde Staten | 2017 | 11,0 |
Verenigde Staten | 2018 | 13,2 |
Verenigde Staten | 2019 | 14,2 |
Figuur 3.2.2 toont het verloop van de aandelen van de drie landen in de totale export van Nederlandse makelij tussen 2015 en 2019. Met een aandeel van 6,1 procent in 2019 is de exportafhankelijkheid het grootst van de Verenigde Staten, gevolgd door China met 3,4 procent en Rusland met 1,2 procent. Met een toename van 1,5 procentpunt is de afhankelijkheid van de Verenigde Staten tussen 2015 en 2019 ook het meest toegenomen. De afhankelijkheid van China is gegroeid met 1,1 procentpunt en het belang van Rusland in deze export is het minst toegenomen met 0,3 procentpunt. Dat de Nederlandse export van eigen makelij in de afgelopen jaren steeds vaker naar deze drie landen ging, is voornamelijk ten koste gegaan van de afhankelijkheid van de Nederlandse export van andere lidstaten van de Europese Unie en dan met name van de 15 oude lidstaten (Jaarsma et al., 2018). De afhankelijkheid van de EU nam tussen 2015 en 2019 af met 6,5 procentpunt.
Jaar | Land | Aandeel in de totale export van Nederlandse makelij (%) |
---|---|---|
China | 2015 | 2,34 |
China | 2016 | 2,99 |
China | 2017 | 2,96 |
China | 2018 | 3,00 |
China | 2019 | 3,43 |
Rusland | 2015 | 0,96 |
Rusland | 2016 | 0,94 |
Rusland | 2017 | 1,03 |
Rusland | 2018 | 1,01 |
Rusland | 2019 | 1,23 |
Verenigde Staten | 2015 | 4,61 |
Verenigde Staten | 2016 | 4,53 |
Verenigde Staten | 2017 | 4,85 |
Verenigde Staten | 2018 | 5,51 |
Verenigde Staten | 2019 | 6,09 |
Dienstenuitvoer
Uit figuur 3.2.3 blijkt dat de dienstenuitvoer naar de Verenigde Staten beduidend groter is dan de dienstenuitvoer naar China en Rusland tezamen. In 2019 exporteerden Nederlandse bedrijven voor 14,1 miljard euro aan diensten naar de Verenigde Staten. Naar China werd voor 2,4 miljard euro aan diensten geëxporteerd en naar Rusland voor 1,4 miljard euro. De export van diensten naar zowel China, Rusland en de Verenigde Staten nam in 2016 af en volgde daarmee de algemene trend van de Nederlandse dienstenexport.
Jaar | Land | Dienstenexport (miljard euro) |
---|---|---|
China | 2015 | 2,221 |
China | 2016 | 1,785 |
China | 2017 | 1,764 |
China | 2018 | 1,814 |
China | 2019 | 2,391 |
Rusland | 2015 | 1,230 |
Rusland | 2016 | 0,989 |
Rusland | 2017 | 1,695 |
Rusland | 2018 | 1,557 |
Rusland | 2019 | 1,438 |
Verenigde Staten | 2015 | 14,314 |
Verenigde Staten | 2016 | 13,202 |
Verenigde Staten | 2017 | 12,989 |
Verenigde Staten | 2018 | 13,765 |
Verenigde Staten | 2019 | 14,125 |
Als we kijken naar de gemiddelde jaarlijkse exportgroei over de afgelopen 5 jaar dan is het de dienstenexport naar Rusland die de grootste gemiddelde jaarlijkse groei vertoont. Tussen 2015 en 2019 groeide de dienstenexport naar Rusland gemiddeld met 4 procent per jaar. Daarbij dient wel vermeld te worden dat Rusland in het basisjaar 2015 in een diepe recessie verkeerde. De gemiddelde jaarlijkse exportgroei naar China tijdens de afgelopen 5 jaar bedroeg 1,9 procent en die naar de Verenigde Staten nam gemiddeld met 0,3 procent per jaar af. De gemiddelde jaarlijkse groeivoet van de totale dienstenexport bedroeg 3,7 procent tussen 2015 en 2019.
Land | Jaar | Aandelen in de totale dienstenexport (%) |
---|---|---|
China | 2015 | 1,45 |
China | 2016 | 1,24 |
China | 2017 | 1,20 |
China | 2018 | 1,13 |
China | 2019 | 1,35 |
Rusland | 2015 | 0,81 |
Rusland | 2016 | 0,68 |
Rusland | 2017 | 1,11 |
Rusland | 2018 | 0,94 |
Rusland | 2019 | 0,82 |
Verenigde Staten | 2015 | 9,69 |
Verenigde Staten | 2016 | 9,19 |
Verenigde Staten | 2017 | 8,39 |
Verenigde Staten | 2018 | 8,34 |
Verenigde Staten | 2019 | 7,98 |
Figuur 3.2.4 toont het verloop van de aandelen van de drie landen in de totale dienstenexport van 2015 tot en met 2019. Met een aandeel van 8,3 procent in 2019 is de exportafhankelijkheid van de Verenigde Staten veruit het grootst, gevolgd door China met 1,4 procent en Rusland met 0,8 procent. In 2015 waren de Verenigde Staten nog goed voor 9,9 procent van de totale Nederlandse dienstenexport. In de laatste 5 jaar is het aandeel van de Verenigde Staten in de dienstenexport met 1,6 procentpunt afgenomen. Tijdens diezelfde periode is het aandeel van China in de totale dienstenexport afgenomen met 0,1 procentpunt en het aandeel van Rusland steeg met een minieme 0,01 procentpunt.
3.3 Import van goederen en diensten
Directe goederenimport
Onder ‘de directe import van goederen’ wordt de directe import door Nederlandse bedrijfstakken bedoeld, die verbruikt wordt in het productieproces of verder verwerkt wordt tot andere producten. Direct slaat op het feit dat het de bedrijfstak zelf is die de import betrekt, in tegenstelling tot indirecte import, die via een andere bedrijfstak wordt betrokken.
De import van goederen die direct doorgaat naar het buitenland (invoer voor wederuitvoer) en de import van goederen voor finale consumptie (zoals door consumenten gekochte smartphones of door bedrijven aangekochte machines voor investeringen in vaste activa) zijn hier buiten beschouwing gelaten. De directe invoer van Nederlandse bedrijfstakken in 2019 was, met een bedrag van ruim 9,3 miljard euro, het grootst uit de Verenigde Staten. In 2018 was dat nog Rusland met 9,4 miljard euro. In 2019 bedroeg de directe import uit Rusland 8,1 miljard euro. De afname van de directe import uit Rusland kan mogelijk worden verklaard door dalende olie- en gasprijzen en een lagere vraag naar aardgas vanwege de zachte winter van 2019. Uit China werd voor bijna 9,3 miljard euro direct aan goederen geïmporteerd.
Jaar | Regio | Directe import (miljard euro) |
---|---|---|
China | 2015 | 6,189 |
China | 2016 | 6,440 |
China | 2017 | 6,836 |
China | 2018 | 7,819 |
China | 2019 | 9,255 |
Rusland | 2015 | 6,929 |
Rusland | 2016 | 7,351 |
Rusland | 2017 | 8,396 |
Rusland | 2018 | 9,431 |
Rusland | 2019 | 8,146 |
Verenigde Staten | 2015 | 6,982 |
Verenigde Staten | 2016 | 6,770 |
Verenigde Staten | 2017 | 7,474 |
Verenigde Staten | 2018 | 8,507 |
Verenigde Staten | 2019 | 9,327 |
De goederenimport uit China en de Verenigde Staten door Nederlandse bedrijfstakken steeg sinds 2015 sneller dan de gemiddelde directe invoer. Terwijl de gemiddelde jaarlijkse groei van de totale directe goederenimport tussen 2015 en 2019 gelijk was aan 5,0 procent, groeide de goederenimport uit China gemiddeld met 10,6 procent per jaar en de goederenimport uit de Verenigde Staten met 7,5 procent. Nederlandse bedrijfstakken zijn daarmee tussen 2015 en 2019 relatief meer goederenimport uit China en de Verenigde Staten in hun productie gaan verwerken dan uit andere landen. Met een gemiddelde jaarlijkse groei van 4,1 procent, is de gemiddelde jaarlijkse groei van de directe goederenimport uit Rusland lager dan de gemiddelde jaarlijkse groei van de directe goederenimport uit alle landen.
Jaar | Regio | Aandeel in de directe import van bedrijfstakken (%) |
---|---|---|
China | 2015 | 5,10 |
China | 2016 | 5,12 |
China | 2017 | 5,11 |
China | 2018 | 5,30 |
China | 2019 | 6,27 |
Rusland | 2015 | 5,71 |
Rusland | 2016 | 5,85 |
Rusland | 2017 | 6,28 |
Rusland | 2018 | 6,40 |
Rusland | 2019 | 5,52 |
Verenigde Staten | 2015 | 5,75 |
Verenigde Staten | 2016 | 5,38 |
Verenigde Staten | 2017 | 5,59 |
Verenigde Staten | 2018 | 5,77 |
Verenigde Staten | 2019 | 6,32 |
Figuur 3.3.2 toont het verloop van de aandelen van de drie landen in de totale directe import van goederen tussen 2015 en 2019. Met 6,3 procent hebben de Verenigde Staten het grootste aandeel in de directe goederenimport van bedrijfstakken van de drie landen, nauw gevolgd door China met 6,3 procent. Het aandeel van Rusland is sterk gedaald in 2019, door de al eerder genoemde lagere olie- en gasprijzen. Sinds 2015 is het aandeel van China in de directe goedereninvoer (met 1,2 procentpunt) het sterkst gestegen, gevolgd door dat van de Verenigde Staten met 0,6 procentpunt. Het aandeel van Rusland nam ten opzichte van 2015 af met 0,2 procentpunt tot 5,5 procent.
Technologische intensiteit van de directe goederenimport
Figuur 3.3.3 toont de technologische intensiteit van de directe goederenimport uit China, Rusland en de Verenigde Staten. Wat direct opvalt, is het grote aandeel van niet-technologische producten in de directe goederenimport van Nederlandse bedrijfstakken uit Rusland, wat verklaard wordt door het grote aandeel van delfstoffen (o.a. ruwe aardolie, aardgas, steenkool). Verder zien we dat het aandeel van high-tech producten in de goederenimport uit China relatief hoog is, zelfs veel hoger dan bij de import uit de Verenigde Staten. De belangrijkste direct geïmporteerde high-tech producten uit China zijn laptops, tablets, telefoons en onderdelen hiervan. Uit de Verenigde Staten zijn dat telefoons, lasers, medicijnen en optische instrumenten. Het aandeel van niet-technologische producten in de directe goedereninvoer van de Verenigde Staten is ook relatief hoog, Hier gaat het vooral om de import van delfstoffen (ruwe aardolie, molybdeenerts) en landbouwproducten (sojabonen, pindanoten, zoete aardappelen) uit de Verenigde Staten. Voor zowel China als de Verenigde Staten is het aandeel van medium-high-tech producten in de directe goederenimport het hoogst. Voor China bestaat deze import voornamelijk uit lithium-ion-batterijen, ledlampen en biodiesel en voor de Verenigde Staten uit carrosserieën voor personenauto’s, onderdelen van chipmachines en lithium-ion-batterijen.
Low-technology (%) | Medium-low technology (%) | Medium-high technology (%) | High-technology (%) | Niet-technologisch (%) | |
---|---|---|---|---|---|
China | 13,55 | 20,38 | 32,27 | 31,30 | 2,51 |
Rusland | 1,67 | 8,34 | 4,45 | 0,07 | 85,47 |
Verenigde Staten | 5,65 | 9,37 | 34,65 | 11,60 | 38,73 |
Indirecte goederenimport
Naast direct importeren kunnen bedrijfstakken ook indirect goederen uit het buitenland verwerken in hun productie. Dat gebeurt in de industrie, die bijvoorbeeld goederen inkoopt van de Nederlandse groothandel en elektriciteit van Nederlandse energiemaatschappijen. Om deze goederen te produceren heeft de Nederlandse groothandel onderdelen uit China ingekocht, terwijl de energiebedrijven minerale brandstoffen zoals steenkool uit Rusland hebben ingekocht om elektriciteit op te wekken. Deze halffabricaten uit China en minerale brandstoffen uit Rusland vallen dan onder de indirecte import van de Nederlandse industrie, uit respectievelijk China en Rusland. De indirecte import is niet cumulatief.
China | China | China | |
Direct (mln) | Indirect (mln) | Totaal (mln) | |
A Landbouw, bosbouw, visserij | 69 | 115 | 184 |
B Delfstoffenwinning | 13 | 17 | 30 |
C Industrie | 5 299 | 235 | 5 533 |
D Energievoorziening | 23 | 33 | 56 |
E Waterbedrijven en afvalbeheer | 28 | 25 | 53 |
F Bouw | 1 280 | 365 | 1 645 |
G Handel | 528 | 228 | 756 |
H Vervoer en opslag | 96 | 124 | 221 |
I Horeca | 89 | 76 | 165 |
J Informatie en communicatie | 599 | 83 | 683 |
K_L Bank- en verzekeringswezen | 124 | 325 | 448 |
M_N Zakelijke dienstverlening | 399 | 248 | 648 |
O_P_Q Quartaire sector | 572 | 315 | 887 |
R_S Overige diensten | 143 | 70 | 213 |
Totaal | 9 262 | * | * |
Rusland | Rusland | Rusland | |
Direct (mln) | Indirect (mln) | Totaal (mln) | |
A Landbouw, bosbouw, visserij | 116 | 78 | 194 |
B Delfstoffenwinning | 2 | 14 | 16 |
C Industrie | · | 171 | · |
D Energievoorziening | · | 25 | · |
E Waterbedrijven en afvalbeheer | 18 | 17 | 35 |
F Bouw | 105 | 170 | 274 |
G Handel | 85 | 177 | 262 |
H Vervoer en opslag | 121 | 338 | 459 |
I Horeca | 34 | 40 | 73 |
J Informatie en communicatie | 7 | 38 | 46 |
K_L Bank- en verzekeringswezen | 20 | 97 | 117 |
M_N Zakelijke dienstverlening | 43 | 140 | 183 |
O_P_Q Quartaire sector | 65 | 138 | 204 |
R_S Overige diensten | 37 | 62 | 99 |
Totaal | 8 150 | * | * |
Verenigde Staten | Verenigde Staten | Verenigde Staten | |
Direct (mln) | Indirect (mln) | Totaal (mln) | |
A Landbouw, bosbouw, visserij | 49 | 121 | 171 |
B Delfstoffenwinning | 6 | 15 | 21 |
C Industrie | 7 311 | 163 | 7 474 |
D Energievoorziening | 183 | 30 | 213 |
E Waterbedrijven en afvalbeheer | 33 | 27 | 60 |
F Bouw | 529 | 273 | 801 |
G Handel | 314 | 203 | 517 |
H Vervoer en opslag | 33 | 227 | 260 |
I Horeca | 96 | 58 | 153 |
J Informatie en communicatie | 172 | 67 | 240 |
K_L Bank- en verzekeringswezen | 27 | 182 | 209 |
M_N Zakelijke dienstverlening | 197 | 200 | 397 |
O_P_Q Quartaire sector | 310 | 205 | 515 |
R_S Overige diensten | 72 | 60 | 132 |
Totaal | 9 332 | * | * |
Bron: CBS. · Geheimhouding. * Wegens dubbeltellingen kunnen de indirecte import en totalen per land niet worden opgeteld. |
Uit tabel 3.3.4 blijkt dat de import van goederen uit China door bedrijfstakken voornamelijk direct geschiedt. Opvallend is de directe goederenimport ter waarde van bijna 1,3 miljard euro van bouwbedrijven in 2019. Ook de bedrijfstakken informatie en communicatie, de groot- en detailhandel en de quartaire sector importeren elk voor meer dan een half miljard euro rechtstreeks uit China.
De landbouw, industrie en energievoorziening importeerden in 2019 voornamelijk direct goederen uit Rusland. Deze import bestond grotendeels uit minerale brandstoffen zoals aardolie, aardgas en steenkool. Andere bedrijfstakken importeerden meestal indirect goederen uit Rusland. Deze indirecte import bestond eveneens voornamelijk uit minerale brandstoffen, die via de industrie (en dan met name de aardolie-industrie) en energievoorziening bij deze bedrijfstakken terechtkomen.
De directe goederenimport van de Nederlandse industrie uit de Verenigde Staten was ook in 2019 aanzienlijk en werd gedomineerd door de invoer van kapitaalgoederen zoals machines en transportmiddelen. Ook in de energievoorziening, waterbedrijven en afvalbeheer, de bouw, de groot- en detailhandel, de horeca, informatie en communicatie en de quartaire sector zien we dat de directe goederenimport uit de Verenigde Staten groter was dan de indirecte goederenimport uit dat land.
Bestemming van de goederenimport
Bedrijfstakken importeren rechtstreeks of gebruiken door andere Nederlandse bedrijfstakken geïmporteerde goederen om zelf goederen te produceren en diensten te verlenen om deze vervolgens ofwel af te zetten in de binnenlandse markt ofwel te exporteren. Onder de invoer die is verwerkt in de afzet op de binnenlandse markt valt de goederenimport die is verwerkt in goederen en diensten voor de consumptie door huishoudens en de overheid, voor investeringen in vaste activa, maar ook voor de voorraadvorming. Tot de goedereninvoer die is verwerkt in goederen en diensten bestemd voor de export behoort de goederenimport die is verwerkt in de export van Nederlandse makelij, de export van diensten en het reisverkeer, maar ook de goedereninvoer die is verwerkt in het faciliteren van de wederuitvoer. Denk daarbij bijvoorbeeld aan ingevoerde brandstof die wordt gebruikt door transportbedrijven die de wederuitvoer faciliteren.
Tabel 3.3.5 geeft een overzicht van de bestemming van de goederenimport (direct en indirect) uit de drie landen naar bedrijfstak. De landbouw, delfstoffenwinning en de industrie importeren voornamelijk goederen uit China, Rusland en de Verenigde Staten die gebruikt worden bij exportproductie. Dit geldt ook voor de dienstverlenende bedrijfstak vervoer en opslag. Bij de zakelijke dienstverlening is het importverbruik van goederen vrijwel gelijk verdeeld tussen binnenlands verbruik en de export. De overige dienstverlenende bedrijfstakken, inclusief de groot- en detailhandel gebruiken geïmporteerde goederen uit China, Rusland en de Verenigde Staten voornamelijk om de binnenlandse markt te bedienen.
China | China | |
Binnenlands (mln) | Export (mln) | |
A Landbouw, bosbouw, visserij | 43 | 141 |
B Delfstoffenwinning | 6 | 24 |
C Industrie | 1 132 | 4 401 |
D Energievoorziening | 38 | 17 |
E Waterbedrijven en afvalbeheer | 27 | 26 |
F Bouw | 1 497 | 148 |
G Handel | 392 | 364 |
H Vervoer en opslag | 69 | 152 |
I Horeca | 127 | 38 |
J Informatie en communicatie | 353 | 329 |
K_L Bank- en verzekeringswezen | 397 | 51 |
M_N Zakelijke dienstverlening | 323 | 325 |
O_P_Q Quartaire sector | 868 | 19 |
R_S Overige diensten | 174 | 39 |
Rusland | Rusland | |
Binnenlands (mln) | Export (mln) | |
A Landbouw, bosbouw, visserij | 38 | 156 |
B Delfstoffenwinning | 3 | 13 |
C Industrie | 1 086 | 6 065 |
D Energievoorziening | 326 | 216 |
E Waterbedrijven en afvalbeheer | 18 | 17 |
F Bouw | 241 | 34 |
G Handel | 131 | 131 |
H Vervoer en opslag | 126 | 333 |
I Horeca | 56 | 18 |
J Informatie en communicatie | 22 | 24 |
K_L Bank- en verzekeringswezen | 99 | 17 |
M_N Zakelijke dienstverlening | 90 | 93 |
O_P_Q Quartaire sector | 194 | 9 |
R_S Overige diensten | 83 | 16 |
Verenigde Staten | Verenigde Staten | |
Binnenlands (mln) | Export (mln) | |
A Landbouw, bosbouw, visserij | 40 | 131 |
B Delfstoffenwinning | 4 | 16 |
C Industrie | 1 265 | 6 209 |
D Energievoorziening | 131 | 82 |
E Waterbedrijven en afvalbeheer | 27 | 33 |
F Bouw | 726 | 75 |
G Handel | 298 | 219 |
H Vervoer en opslag | 74 | 186 |
I Horeca | 120 | 33 |
J Informatie en communicatie | 128 | 112 |
K_L Bank- en verzekeringswezen | 183 | 26 |
M_N Zakelijke dienstverlening | 196 | 201 |
O_P_Q Quartaire sector | 503 | 12 |
R_S Overige diensten | 109 | 23 |
Bron: CBS. |
Directe dienstenimport
Net als bij de dienstenexport zijn van de drie landen de Verenigde Staten voor Nederland ook de belangrijkste importpartner. Nederlandse bedrijfstakken importeerden in 2019 voor een bedrag van bijna 18,9 miljard euro direct aan diensten uit de Verenigde Staten. Sinds 2015 is de dienstenimport uit de Verenigde Staten gemiddeld 7,5 procent per jaar gestegen. Daarmee groeide de dienstenimport uit de Verenigde Staten harder dan de algehele import van diensten. In 2019 bedroeg de dienstenimport uit China bijna 1,5 miljard euro. Sinds 2015 is deze import jaarlijks met 7,2 procent afgenomen. Uit Rusland werd in 2019 voor 420 miljoen euro aan diensten ingevoerd. Tussen 2015 en 2019 bedroeg de jaarlijkse gemiddelde groeivoet van de dienstenimport uit Rusland 0,6 procent.
Jaar | Land | Directe import (miljard euro) |
---|---|---|
China | 2015 | 1,961 |
China | 2016 | 2,484 |
China | 2017 | 2,165 |
China | 2018 | 1,998 |
China | 2019 | 1,455 |
Rusland | 2015 | 0,410 |
Rusland | 2016 | 0,392 |
Rusland | 2017 | 0,605 |
Rusland | 2018 | 0,905 |
Rusland | 2019 | 0,420 |
Verenigde Staten | 2015 | 14,136 |
Verenigde Staten | 2016 | 13,618 |
Verenigde Staten | 2017 | 15,238 |
Verenigde Staten | 2018 | 16,342 |
Verenigde Staten | 2019 | 18,854 |
Figuur 3.3.7 toont het verloop van de aandelen van de drie landen in de totale directe dienstenimport tussen 2015 en 2019. Met 15,8 procent heeft de Verenigde Staten van de drie landen het grootste aandeel in de directe dienstenimport door Nederlandse bedrijfstakken. Dit aandeel is sinds 2015 ook met 1,5 procentpunt toegenomen. Het aandeel van China piekte in 2016, maar is gestaag gedaald tot 1,2 procent, terwijl dat in 2016 nog 2,5 procent bedroeg. Het aandeel van Rusland in de directe dienstenimport van Nederlandse bedrijfstakken bedroeg 0,4 procent, een halvering vergeleken met 2018.
Jaar | Land | Aandeel in de directe dienstenimport van bedrijfstakken (%) |
---|---|---|
China | 2015 | 1,98 |
China | 2016 | 2,49 |
China | 2017 | 1,99 |
China | 2018 | 1,70 |
China | 2019 | 1,22 |
Rusland | 2015 | 0,41 |
Rusland | 2016 | 0,39 |
Rusland | 2017 | 0,56 |
Rusland | 2018 | 0,77 |
Rusland | 2019 | 0,35 |
Verenigde Staten | 2015 | 14,28 |
Verenigde Staten | 2016 | 13,67 |
Verenigde Staten | 2017 | 14,01 |
Verenigde Staten | 2018 | 13,93 |
Verenigde Staten | 2019 | 15,76 |
Indirecte dienstenimport
Bedrijfstakken importeren ook op indirecte wijze diensten uit het buitenland. Net zoals bij goederen zijn er bedrijfstakken die indirect geïmporteerde diensten verwerken in hun goederenproductie of dienstlevering. Zo verbruikte de Nederlandse industrie inputs van de Nederlandse groot- en detailhandel waarin voor een aanzienlijk bedrag aan Chinese technische, aan de handel verbonden en andere zakelijke diensten waren gebruikt. De Nederlandse zakelijke dienstverlening importeerde indirect financiële en verzekeringsdiensten uit de Verenigde Staten via het Nederlandse bank- en verzekeringswezen.
China | China | China | |
Direct (mln) | Indirect (mln) | Totaal (mln) | |
A Landbouw, bosbouw, visserij | 8 | 10 | 18 |
B Delfstoffenwinning | 4 | 3 | 7 |
C Industrie | 240 | 105 | 345 |
D Energievoorziening | 5 | 6 | 11 |
E Waterbedrijven en afvalbeheer | 2 | 3 | 6 |
F Bouw | 65 | 42 | 107 |
G Handel | 326 | 53 | 379 |
H Vervoer en opslag | 152 | 23 | 175 |
I Horeca | 6 | 15 | 21 |
J Informatie en communicatie | 153 | 24 | 177 |
K_L Bank- en verzekeringswezen | 121 | 32 | 153 |
M_N Zakelijke dienstverlening | 329 | 58 | 388 |
O_P_Q Quartaire sector | 34 | 54 | 88 |
R_S Overige diensten | 9 | 13 | 21 |
Totaal | 1 455 | * | * |
Rusland | Rusland | Rusland | |
Direct (mln) | Indirect (mln) | Totaal (mln) | |
A Landbouw, bosbouw, visserij | 1 | 4 | 5 |
B Delfstoffenwinning | 3 | 1 | 4 |
C Industrie | 107 | 34 | 140 |
D Energievoorziening | 2 | 1 | 4 |
E Waterbedrijven en afvalbeheer | 1 | 1 | 2 |
F Bouw | 3 | 14 | 18 |
G Handel | 145 | 12 | 157 |
H Vervoer en opslag | 54 | 5 | 59 |
I Horeca | 1 | 5 | 6 |
J Informatie en communicatie | 25 | 6 | 31 |
K_L Bank- en verzekeringswezen | 13 | 7 | 21 |
M_N Zakelijke dienstverlening | 57 | 12 | 69 |
O_P_Q Quartaire sector | 6 | 14 | 20 |
R_S Overige diensten | 2 | 4 | 6 |
Totaal | 420 | * | * |
Verenigde Staten | Verenigde Staten | Verenigde Staten | |
Direct (mln) | Indirect (mln) | Totaal (mln) | |
A Landbouw, bosbouw, visserij | 76 | 121 | 197 |
B Delfstoffenwinning | 156 | 34 | 190 |
C Industrie | 3 016 | 1 220 | 4 237 |
D Energievoorziening | 47 | 65 | 112 |
E Waterbedrijven en afvalbeheer | 32 | 49 | 80 |
F Bouw | 305 | 543 | 848 |
G Handel | 3 050 | 783 | 3 833 |
H Vervoer en opslag | 1 097 | 293 | 1 390 |
I Horeca | 67 | 171 | 238 |
J Informatie en communicatie | 4 374 | 285 | 4 659 |
K_L Bank- en verzekeringswezen | 2 306 | 394 | 2 700 |
M_N Zakelijke dienstverlening | 3 758 | 896 | 4 653 |
O_P_Q Quartaire sector | 451 | 742 | 1 193 |
R_S Overige diensten | 119 | 165 | 284 |
Totaal | 18 854 | * | * |
Bron: CBS. * Wegens dubbeltellingen kunnen de indirecte import en totalen per land niet worden opgeteld. |
Uit tabel 3.3.8 blijkt dat de dienstenimport uit China voornamelijk direct geschiedt. De belangrijkste directe importeurs van diensten uit China in 2019 waren bedrijven uit de zakelijke dienstverlening, de groot- en detailhandel en de industrie. De indirecte invoer uit China was het hoogst voor de Nederlandse industrie. De invoer van diensten uit Rusland geschiedt ook voornamelijk direct. De directe import uit Rusland was het grootste voor de industrie en de groot- en detailhandel.
Bedrijven in de bedrijfstak informatie en communicatie hadden in 2019 de meeste directe dienstenimport uit de Verenigde Staten, gevolgd door de zakelijke dienstverlening en de groot- en detailhandel. Indirect werd er het meest aan diensten ingevoerd door de industrie, gevolgd door de zakelijke dienstverlening en de groot- en detailhandel. Bouwbedrijven importeerden meer indirect dan direct uit de Verenigde Staten.
Bestemming van de dienstenimport
Nederlandse bedrijfstakken gebruiken deze direct of indirect ingevoerde diensten om goederen te produceren of diensten te verlenen, ofwel op de binnenlandse markt ofwel in het buitenland. Tabel 3.3.9 geeft een overzicht van de bestemming van de dienstenimport uit de drie landen naar bedrijfstak. Wat opvalt in vergelijking met de bestemming van de goederenimport (tabel 3.3.5) is dat in een groter aantal bedrijfstakken het merendeel van de direct en indirect ingevoerde diensten wordt gebruikt voor de export. Naast dat de Nederlandse industrie intensief gebruik maakt van Nederlandse diensten in haar productieproces (DNB, 2014), blijkt dat er ook veel ingevoerde diensten worden gebruikt voor de exportproductie. Het totale gebruik van ingevoerde diensten uit de Verenigde Staten in de export van de Nederlandse industrie bedroeg bijna 3,5 miljard euro in 2019. De zakelijke dienstverlening, informatie en communicatie en de groot- en detailhandel zijn grootverbruikers van ingevoerde Amerikaanse diensten bij het tot stand brengen van hun export van goederen en diensten. Bij de overheid en de bouw werd het merendeel van de ingevoerde diensten uit de drie landen juist verwerkt in de dienstverlening bestemd voor binnenlands gebruik. De overheid en de bouw zijn ook maar in beperkte mate afhankelijk van export voor hun afzet.
China | China | |
Binnenlands (mln) | Export (mln) | |
Bedrijfstak | 4 | 14 |
A Landbouw, bosbouw, visserij | 1 | 6 |
B Delfstoffenwinning | 65 | 281 |
C Industrie | 8 | 4 |
D Energievoorziening | 3 | 3 |
E Waterbedrijven en afvalbeheer | 93 | 14 |
F Bouw | 150 | 229 |
G Handel | 42 | 132 |
H Vervoer en opslag | 16 | 5 |
I Horeca | 64 | 112 |
J Informatie en communicatie | 66 | 87 |
K_L Bank- en verzekeringswezen | 122 | 266 |
M_N Zakelijke dienstverlening | 85 | 3 |
O_P_Q Quartaire sector | 17 | 4 |
Rusland | Rusland | |
Bedrijfstak | Binnenlands (mln) | Export (mln) |
A Landbouw, bosbouw, visserij | 1 | 4 |
B Delfstoffenwinning | 0 | 3 |
C Industrie | 25 | 115 |
D Energievoorziening | 2 | 1 |
E Waterbedrijven en afvalbeheer | 1 | 1 |
F Bouw | 16 | 2 |
G Handel | 62 | 95 |
H Vervoer en opslag | 14 | 45 |
I Horeca | 4 | 1 |
J Informatie en communicatie | 12 | 19 |
K_L Bank- en verzekeringswezen | 13 | 8 |
M_N Zakelijke dienstverlening | 22 | 47 |
O_P_Q Quartaire sector | 19 | 1 |
R_S Overige diensten | 5 | 1 |
Verenigde Staten | Verenigde Staten | |
Bedrijfstak | Binnenlands (mln) | Export (mln) |
A Landbouw, bosbouw, visserij | 46 | 152 |
B Delfstoffenwinning | 20 | 170 |
C Industrie | 739 | 3 498 |
D Energievoorziening | 76 | 36 |
E Waterbedrijven en afvalbeheer | 45 | 35 |
F Bouw | 753 | 95 |
G Handel | 1 488 | 2 345 |
H Vervoer en opslag | 364 | 1 026 |
I Horeca | 179 | 59 |
J Informatie en communicatie | 1 479 | 3 180 |
K_L Bank- en verzekeringswezen | 1 509 | 1 192 |
M_N Zakelijke dienstverlening | 1 461 | 3 192 |
O_P_Q Quartaire sector | 1 158 | 35 |
R_S Overige diensten | 232 | 52 |
Bron: CBS. |
3.4 China
In de vorige twee paragrafen werd inzicht gegeven in hoe afhankelijk Nederlandse bedrijfstakken zijn van import uit China, Rusland en de Verenigde Staten voor wat betreft hun productie voor de binnenlandse markt én export. Daarbij werd ook een onderscheid gemaakt naar directe import uit deze drie landen en indirecte import – via binnenlandse toeleveranciers.
Deze paragraaf gaat dieper in op de bilaterale handelsrelatie van Nederlandse bedrijfstakken met China. Allereerst kijken we naar de Nederlandse goederenexport van eigen makelij naar China, welke bedrijfstakken hiervoor verantwoordelijk zijn en hoe deze export is samengesteld. Vervolgens doen we hetzelfde voor de dienstenexport naar China. Daarna nemen we de invoer van goederen en diensten uit China verder onder de loep, waarbij een onderscheid wordt gemaakt tussen directe en indirecte invoer.
3.4.1 Export naar China
Goederenexport naar China
De export van Nederlandse makelij naar China bedroeg bijna 8 miljard euro in 2019. In absolute zin exporteerde de voedings- en genotmiddelenindustrie – met een uitvoerwaarde van 2,5 miljard euro – het meest naar China, gevolgd door de machine-industrie met 1,9 miljard euro, de chemische industrie met 928 miljoen euro, de elektrotechnische industrie met 661 miljoen euro, de groothandel en handelsbemiddeling met 288 miljoen euro en de auto- en aanhangwagenindustrie met 275 miljoen euro.
Bedrijfstak | Export Nederlands product (miljoen euro) |
---|---|
Voedings-, genotmiddelenindustrie | 2451,0 |
Machine-industrie | 1905,9 |
Chemische industrie | 928,5 |
Elektrotechnische industrie | 661,3 |
Groothandel en handelsbemiddeling | 288,3 |
Auto- en aanhangwagenindustrie | 275,0 |
Farmaceutische industrie | 221,3 |
Metaalproductenindustrie | 204,3 |
Hout-, papier- en grafische industrie | 176,1 |
Elektrische apparatenindustrie | 166,4 |
De machine-industrie is wat betreft goederenexport het meest afhankelijk van China. In 2019 had 7,4 procent van de export van deze bedrijfstak China als bestemming. De voedings- en genotmiddelenindustrie is voor 5,2 procent van zijn buitenlandse afzet afhankelijk van China. De groothandel en de elektrische apparatenindustrie volgen beide met 4,5 procent.
Bedrijfstak | Aandeel van China in de export van Nederlandse makelij (%) |
---|---|
Machine-industrie | 7,40 |
Voedings-, genotmiddelenindustrie | 5,23 |
Groothandel en handelsbemiddeling | 4,49 |
Elektrische apparatenindustrie | 4,45 |
Metaalproductenindustrie | 3,94 |
Elektrotechnische industrie | 3,86 |
Farmaceutische industrie | 3,83 |
Overige industrie en reparatie | 3,31 |
Hout-, papier- en grafische industrie | 2,94 |
Chemische industrie | 2,85 |
Sinds 2015 heeft de export van de voedings- en genotmiddelenindustrie naar China in absolute zin de snelste groei doorgemaakt. Tussen 2015 en 2019 is de export van deze bedrijfstak verdubbeld van 1,2 miljard euro naar ruim 2,4 miljard euro. De gemiddelde jaarlijkse groei bedroeg 19,2 procent. De export van de machine-industrie is tijdens dezelfde periode met 898 miljoen euro gegroeid tot ruim 1,9 miljard euro. De gemiddelde jaarlijkse groei bedroeg 17,3 procent. De elektrotechnische industrie zag zijn export naar China tussen 2015 en 2019 groeien met 355 miljoen euro, een ruime verdubbeling. De gemiddelde jaarlijkse groei bedroeg 21,2 procent. Opvallend was de sterke stijging van de hout-, papier- en grafische industrie die tussen 2015 en 2019 meer dan vervijfvoudigde tot 176 miljoen euro. De groothandel en handelsbemiddeling zag de export naar China juist afnemen, van 400 miljoen euro in 2015 tot 288 miljoen euro in 2019, een gemiddelde jaarlijkse afname van 7,9 procent. Ook de export van de waterbedrijven en afvalbeheer verminderde van 74 miljoen euro in 2015 tot 50 miljoen euro in 2019, een gemiddelde jaarlijkse afname van 7,9 procent. Deze afname was onder meer te danken aan de restricties die China in 2018 instelde op de invoer van verscheidene soorten recyclebaar afval, zoals afval van rubber en plastic (CBS, 2019a).
Type exportproducten
De bedrijfstak die het meest naar China exporteerde in 2019 was de voedings- en genotmiddelenindustrie met een exportwaarde van ruim 2,4 miljard euro. Deze export bestond voor bijna de helft uit babymelkpoeder, goed voor 1,2 miljard euro. Deze exportstroom is ontstaan na een schandaal in 2008 met verontreinigd babymelkpoeder, waardoor Chinese consumenten zijn overgestapt van Chinese producten naar geïmporteerde producten. Nederlandse exporteurs zijn uitgegroeid tot marktleider in de Chinese markt voor babymelkpoeder (CBS, 2015). De op één na grootste categorie die de Nederlandse voedings- en genotmiddelenindustrie naar China exporteerde, was varkensvlees. In 2019 exporteerde de voedings- en genotmiddelenindustrie varkensvlees voor een bedrag van 645 miljoen euro. Dat was een toename van 407 miljoen euro ten opzichte van 2018. Deze toename hing samen met het uitbreken van de Afrikaanse varkenspest in Azië afgelopen jaar (CBS, 2020). Nederland exporteerde ook voor 132 miljoen euro aan zuivelproducten naar China, het merendeel melkpoeder en wei. De op drie na grootste exportcategorie van eigen makelij bestond uit vis en schaaldieren. De export in deze categorie had een waarde van 81 miljoen euro en bestond voor meer dan de helft uit diepgevroren kabeljauw. Andere producten in deze productgroep waren garnalen en diepgevroren schelvis. Ten slotte werd er door de voedings- en genotmiddelenindustrie in 2019 voor 50 miljoen euro aan bier naar China geëxporteerd.
De machine-industrie exporteerde in 2019 voor ruim 1,9 miljard euro naar China. Bijna de helft van deze export – 971 miljoen euro – bestond uit chipmachines en onderdelen daarvoor. De Nederlandse machine-industrie exporteerde voor 115 miljoen euro aan onderdelen voor gas- en watergeneratoren, voor 82 miljoen euro aan heimachines en voor 38 miljoen euro aan vleesverwerkingsmachines.
De chemische industrie exporteerde in 2019 voor 928 miljoen euro aan goederen naar China. Hierin vormden kunststoffen in primaire vorm – met een exportwaarde van 354 miljoen euro – het grootste gedeelte, gevolgd door synthetische filamentgarens met 62 miljoen euro en cosmetica met 60 miljoen euro.
De elektrotechnische industrie exporteerde in 2019 voor 661 miljoen euro naar China. Hier ging het vooral om röntgentoestellen met een uitvoerwaarde van 167 miljoen euro, gevolgd door microscopen met 153 miljoen euro, elektronische geïntegreerde schakelingen met 91 miljoen euro en magnetische resonantieapparaten met 45 miljoen euro.
De groothandel en handelsbemiddeling exporteerde in 2019 voor 288 miljoen euro naar China. Resten en afval van koper vormden de grootste categorie in de export van deze bedrijfstak met een exportwaarde van 79 miljoen euro, gevolgd door chipmachines en onderdelen daarvan met 54 miljoen en papierafval met 26 miljoen euro.
De auto- en aanhangwagenindustrie exporteerde in 2019 voor een bedrag van 275 miljoen euro naar China. Hiervan bestond bijna 86 procent uit personenauto’s. De export van auto-onderdelen naar China bedroeg 28 miljoen euro.
Dienstenexport naar China
De dienstenuitvoer naar China bedroeg ruim 2,4 miljard euro in 2019. In absolute zin exporteerde de zakelijke dienstverlening het meest naar China met een uitvoerwaarde van 640 miljoen euro, gevolgd door de IT- en informatiedienstverlening met 401 miljoen euro, vervoer en opslag met 377 miljoen euro en film, TV en radio met 313 miljoen euro.
Bedrijfstak | Dienstenexport (miljoen euro) |
---|---|
Zakelijke dienstverlening | 640,4 |
IT- en informatiedienstverlening | 400,6 |
Vervoer en opslag | 377,3 |
Film, TV en radio | 313,3 |
Groothandel en handelsbemiddeling | 124,6 |
Bank- en verzekeringswezen | 79,9 |
Horeca | 62,8 |
Detailhandel (niet in auto's) | 59,8 |
Overige industrie en reparatie | 57,1 |
Cultuur, recreatie, overige diensten | 29,0 |
De bedrijfstak film, TV en radio is wat betreft de export van diensten het meest afhankelijk van China. In 2019 had 3,5 procent van de export van deze bedrijfstak China als bestemming. De detailhandel is voor 3,4 procent van zijn dienstenuitvoer afhankelijk van China. De bouwmaterialenindustrie volgt op 3,1 procent, de overige industrie en groothandel op 2,8 procent en de IT- en informatiedienstverlening op 2,2 procent.
Bedrijfstak | Aandeel van China in de dienstenexport (%) |
---|---|
Film, TV en radio | 3,46 |
Detailhandel (niet in auto's) | 3,35 |
Bouwmaterialenindustrie | 3,13 |
Overige industrie en reparatie | 2,83 |
IT- en informatiedienstverlening | 2,20 |
Groothandel en handelsbemiddeling | 1,99 |
Elektrische apparatenindustrie | 1,89 |
Cultuur, recreatie, overige diensten | 1,36 |
Textiel-, kleding-, lederindustrie | 1,34 |
Rubber- en kunststofproductindustrie | 1,32 |
Sinds 2015 heeft de export naar China van de bedrijfstak film, TV en radio in absolute zin de snelste groei doorgemaakt. Tussen 2015 en 2019 is deze export toegenomen van 38 miljoen euro naar ruim 313 miljoen euro. De dienstenexport van de IT- en informatiedienstverlening is tijdens dezelfde periode met 166 miljoen euro gegroeid tot 400 miljoen euro. Dat komt neer op een gemiddelde jaarlijkse groei van 14,3 procent. De detailhandel zag zijn export naar China tussen 2015 en 2019 groeien met 39 miljoen euro, bijna een verdriedubbeling. De gemiddelde jaarlijkse groei bedroeg 31,3 procent. De zakelijke dienstverlening zag de dienstenexport naar China afnemen van 782 miljoen euro in 2015 tot 640 miljoen euro in 2019, een gemiddelde jaarlijkse afname van 4,9 procent. De dienstenexport van het bank- en verzekeringswezen nam tussen 2015 en 2019 af met 138 miljoen euro tot 80 miljoen euro, een jaarlijkse gemiddelde afname van 22,2 procent.
Type exportdiensten
De bedrijfstak die het meest aan diensten naar China exporteerde in 2019 was de zakelijke dienstverlening met een exportwaarde van ruim 640 miljoen euro (zie figuur 3.4.3). Deze export bestond voor 241 miljoen euro uit computerdiensten. Denk daarbij aan softwarediensten en dataverwerkingsdiensten. De zakelijke dienstverlening exporteerde ook voor 206 miljoen euro aan R&D diensten en technische, aan de handel verbonden en overige zakelijke diensten en voor 93 miljoen euro aan professionele en managementadviesdiensten.
De dienstenexport van de IT- en informatiedienstverlening naar China bedroeg 400 miljoen euro in 2019. Ruim driekwart van deze export (303 miljoen euro) bestond uit computerdiensten. Het resterende deel van het exportpakket van de IT- en informatiedienstverlening naar China bestond uit betalingen voor het gebruik van intellectueel eigendom en informatiediensten.
De bedrijfstak vervoer en opslag exporteerde in 2019 voor 377 miljoen euro aan diensten naar China. Bijna 63 procent of 236 miljoen euro van deze export waren luchttransportdiensten. Ook exporteerden opslag- en vervoersbedrijven voornamelijk zeetransportdiensten en post- en koeriersdiensten naar China.
De dienstenexport van de bedrijfstak film, TV en radio bedroeg 313 miljoen euro in 2019, goed voor 3,5 procent van de totale dienstenexport van deze bedrijfstak. Het merendeel van de export van deze bedrijfstak was – met een exportwaarde van 237 miljoen euro – samengesteld uit computerdiensten, gevolgd door gebruik van intellectueel eigendom door middel van royalty’s voor het gebruik van audiovisueel materiaal (Creemers et al., 2020).
De groothandel exporteerde voor bijna 125 miljoen euro aan diensten naar China. Deze dienstenexport bestond voor 80 miljoen euro uit computerdiensten. Het bank- en verzekeringswezen exporteerde in 2019 voor bijna 80 miljoen euro aan diensten naar China, waarvan 32 miljoen euro bestond uit financiële diensten. In 2015 bedroeg de export van financiële diensten naar China door het bank- en verzekeringswezen nog 84 miljoen euro.
De dienstenexport van de horeca, detailhandel en cultuur, recreatie en overige diensten hangt nauw samen met inkomend reisverkeer uit China. Tezamen exporteerden deze drie bedrijfstakken voor 152 miljoen euro naar China, waarvan 66 miljoen euro bestond uit reisverkeer.
3.4.2 Import uit China
Directe goederenimport uit China
In 2019 bedroeg de directe goederenimport uit China ruim 9,2 miljard euro. De bouwsector importeerde in absolute zin het meest aan goederen uit China, met een invoerwaarde van 1,3 miljard euro, nauw gevolgd door de elektrotechnische industrie met 1,2 miljard euro, de machine-industrie met 734 miljoen euro en de chemische industrie met 592 miljoen euro. De gezondheidszorg importeerde voor 293 miljoen euro uit China.
Bedrijfstak | Directe goederenimport uit China (miljoen euro) |
---|---|
Bouw | 1280 |
Elektrotechnische industrie | 1220 |
Machine-industrie | 734 |
Chemische industrie | 592 |
Voedings-, genotmiddelenindustrie | 542 |
Zakelijke dienstverlening | 399 |
IT- en informatiedienstverlening | 309 |
Auto- en aanhangwagenindustrie | 301 |
Groothandel en handelsbemiddeling | 294 |
Gezondheidszorg | 293 |
In relatieve zin importeerde de IT- en informatiedienstverlening van alle bedrijfstakken het meest uit China. Maar liefst 38,8 procent van de totale directe goederenimport van deze bedrijfstak was afkomstig uit China. De directe goederenimport uit China besloeg 26,2 procent van de totale directe goederenimport van de elektrotechnische industrie. De telecomsector importeerde ook relatief veel goederen uit China met een aandeel van 24,2 procent in de totale directe goederenimport.
Bedrijfstak | Aandeel van China in directe goederenimport (%) |
---|---|
IT- en informatiedienstverlening | 38,82 |
Elektrotechnische industrie | 26,15 |
Telecommunicatie | 24,1 |
Financiële dienstverlening | 21,26 |
Elektrische apparatenindustrie | 14,07 |
Groothandel en handelsbemiddeling | 13,68 |
Detailhandel (niet in auto's) | 12,93 |
Overige industrie en reparatie | 12,54 |
Zakelijke dienstverlening | 12,41 |
Overige transportmiddelenindustrie | 11,79 |
Indirecte goederenimport door bedrijfstakken uit China
De bedrijfstakken met de hoogste indirecte goederenimport uit China zijn de bouwnijverheid, het bank- en verzekeringswezen en de zakelijke dienstverlening.
Bedrijfstak | Indirecte import (miljoen euro) |
---|---|
Bouw | 364,4 |
Bank- en verzekeringswezen | 325,1 |
Zakelijke dienstverlening | 248 |
Overheid en onderwijs | 203,1 |
Voedings-, genotmiddelenindustrie | 144,7 |
Groothandel en handelsbemiddeling | 140,7 |
Vervoer en opslag | 124,1 |
Landbouw, bosbouw, visserij | 114,5 |
Machine-industrie | 86,4 |
Gezondheidszorg | 77,7 |
Type importproducten per bedrijfstak
De bouw kent als bedrijfstak zowel de grootste directe import als indirecte import van Chinese goederen. Bouwbedrijven importeerden in 2019 voor ruim 1,3 miljard euro aan producten rechtstreeks uit China. De waarde van geïmporteerde Chinese producten die via andere Nederlandse bedrijfstakken bij de bouw terechtkwamen, bedroeg 365 miljoen euro. Het scala aan geïmporteerde producten was divers. De grootste categorie in de directe import bestond uit verlichtingstoestellen met een importwaarde van 75 miljoen euro. Statische omvormers werden ingevoerd voor een bedrag van 63 miljoen euro, computers voor 58 miljoen euro, er werden voor 53 miljoen euro aan telefoontoestellen ingevoerd, voor 45 miljoen euro aan accu’s, voor 37 miljoen euro aan vloerbedekking van kunststof en voor 30 miljoen euro aan ledlampen. Bij de indirecte invoer waren computers en computeronderdelen met een bedrag van 32 miljoen euro de grootste categorie.
De op één na grootste rechtstreeks uit China importerende bedrijfstak is de elektrotechnische industrie, met een importbedrag van 1,2 miljard euro. Hiermee kent ook de elektrotechnische industrie een bovengemiddelde afhankelijkheid van importgoederen uit China. Rond 26,1 procent van de totale rechtstreekse import van deze bedrijfstak was namelijk afkomstig uit China. De rechtstreekse invoer bestond voor het overgrote deel uit telefoontoestellen, met 1,0 miljard euro goed voor 83 procent van de totale directe invoer van deze bedrijfstak uit China. Er werd ook nog voor 37 miljoen euro aan computers en computeronderdelen door deze bedrijfstak uit China geïmporteerd. De indirecte goedereninvoer van de elektrotechnische industrie uit China bedroeg 18 miljoen euro.
In tegenstelling tot de sterk geconcentreerde goederenimport van de elektrotechnische industrie is de goederenimport van de machine-industrie uit China verdeeld over een veelvoud aan productcategorieën. In totaal importeerden Nederlandse machinebouwers voor 734 miljoen euro aan goederen uit China. De machine-industrie importeerde voor 38 miljoen euro aan elektrisch, pneumatisch en hydraulisch handgereedschap uit China, voor 26 miljoen euro aan kranen, ventielen en kleppen, voor 26 miljoen euro aan verlichtingstoestellen en voor 22 miljoen euro aan statische omvormers. Goederen uit China hebben een aandeel van 7,4 procent in de totale directe import van de machine-industrie in 2019. De indirecte import uit China bedroeg 87 miljoen euro en bestond hoofdzakelijk uit computers en computeronderdelen, telefoons en werken van ijzer en staal.
De vierde grootste importeur uit China is de chemische industrie, die in 2019 voor 592 miljoen euro aan goederen uit China invoerde. Import uit China vertegenwoordigde 3,7 procent van de totale directe goederenimport van de chemische industrie. Het grootste deel van deze invoer bestond uit organische chemische producten. Met een invoerbedrag van 354 miljoen euro waren deze producten goed voor bijna 60 procent van de totale directe import van deze bedrijfstak. De chemiesector importeerde in 2019 ook voor 32 miljoen euro aan kunststoffen en voor 29 miljoen euro aan biodiesel uit China. Anorganische chemicaliën werden voor 28 miljoen euro uit China ingevoerd door de chemische industrie. De indirecte invoer van deze bedrijfstak uit China bedroeg 67 miljoen euro.
Op nummer vijf van grootste importeurs vinden we de voedings- en genotmiddelenindustrie terug met een importwaarde van 542 miljoen euro. De importafhankelijkheid van de voedings- en genotmiddelenindustrie bedroeg 2,7 procent. Bedrijven in deze bedrijfstak importeerden voor 46 miljoen euro aan afval van de voedselindustrie uit China, voor 42 miljoen euro aan producten van ijzer en staal, voor 41 miljoen euro aan organische chemische producten, voor 40 miljoen euro aan papier en karton, voor 39 miljoen euro aan plastic verpakkingsmateriaal en voor 34 miljoen euro aan gember. De indirecte invoer van de voedings- en genotmiddelenindustrie bedroeg 145 miljoen euro en is daarmee de belangrijkste industriële importeur. De grootste categorieën in de indirecte import van de voedings- en genotmiddelenindustrie waren computers- en computeronderdelen, veevoer, telefoons en bamboe.
De zakelijke dienstverlening importeerde in 2019 voor 399 miljoen euro aan goederen uit China en was daarmee de grootste dienstverlenende bedrijfstak die direct goederen uit China importeerde. De directe importafhankelijkheid van China bedroeg 12,7 procent. De zakelijke dienstverlening importeerde voor 110 miljoen euro aan computers en computeronderdelen. Andere producten die deze bedrijfstak direct uit China importeerde waren kantoorartikelen van kunststof, monitors en onderdelen van kantoormachines. De indirecte goederenimport van de zakelijke dienstverlening uit China bedroeg 248 miljoen euro en bestond voornamelijk uit computers en computeronderdelen, telefoons en verlichtingstoestellen.
De IT- en informatiedienstverlening kent de grootste afhankelijkheid van China via de directe goederenimport met een aandeel van 38,8 procent in de totale directe goederenimport van deze sector. De IT- en informatiedienstverlening importeerde in 2019 voor 309 miljoen euro uit China. Het merendeel van deze import – 263 miljoen euro – bestond ook uit computers en computeronderdelen. De telecomsector was ook sterk afhankelijk van China in de directe goederenimport met een aandeel van 24,2 procent. De rechtstreekse import bedroeg in 2019 271 miljoen euro, waarvan 97 miljoen euro bestond uit telefoons, 29 miljoen euro uit verlichtingstoestellen en 26 miljoen euro uit transformators en statische omvormers. De indirecte goederenimport van de IT- en informatiedienstverlening bedroeg 42 miljoen euro in 2019.
De auto- en aanhangwagenindustrie importeerde in 2019 voor een bedrag van 301 miljoen euro rechtstreeks aan goederen uit China. Ruim 67 miljoen van deze import bestond uit auto-onderdelen waaronder wielen, remmen en remonderdelen, schokdempers en radiatoren. De auto- en aanhangwagenindustrie importeerde ook voor 44 miljoen euro aan computers en computeronderdelen uit China en voor 19 miljoen euro aan startmotors en dynamo’s. Met een aandeel van 2,3 procent in de totale directe goedereninvoer is China vooralsnog een bescheiden toeleverancier voor de Nederlandse auto- en aanhangwagenindustrie. De indirecte goederenimport uit China van deze bedrijfstak bedroeg in 2019 36 miljoen euro.
De groothandel importeerde in 2019 voor 294 miljoen euro aan goederen rechtstreeks uit China, goed voor 13,7 procent van de totale directe goederenimport van deze bedrijfstak. Bijna 129 miljoen euro van deze import bestond uit computers en computeronderdelen, kunststof artikelen voor 12 miljoen euro en monitors voor 9 miljoen euro. Indirect importeerde de groothandel voor 142 miljoen euro uit China, waarvan het merendeel opnieuw bestond uit computers en computeronderdelen.
De Nederlandse gezondheidszorg importeerde in 2019 voor 293 miljoen euro rechtstreeks uit China. Dat was 7,7 procent van de totale rechtstreekse goedereninvoer van de Nederlandse gezondheidszorg. De grootste importcategorie bestond uit speelgoed en bedroeg 34 miljoen euro, gevolgd door fitnessapparatuur met 21 miljoen en computers voor 20 miljoen euro. Indirect importeerde de zorgsector goederen uit China voor een bedrag van 78 miljoen euro.
Directe dienstenimport uit China
In 2019 bedroeg de directe dienstenimport uit China 1,5 miljard euro. Dat was 1,2 procent van de totale dienstenimport van Nederlandse bedrijfstakken. De zakelijke dienstverlening importeerde het meest in absolute zin uit China met een invoerwaarde van 329 miljoen euro, gevolgd door de groothandel en handelsbemiddeling met 288 miljoen euro, vervoer en opslag met 152 miljoen euro, het bank- en verzekeringswezen met 121 miljoen euro en de elektrotechnische industrie met 109 miljoen euro.
Bedrijfstak | Directe dienstenimport uit China (miljoen euro) |
---|---|
Zakelijke dienstverlening | 329 |
Groothandel en handelsbemiddeling | 288 |
Vervoer en opslag | 152 |
Bank- en verzekeringswezen | 121 |
Elektrotechnische industrie | 109 |
IT- en informatiedienstverlening | 96 |
Bouw | 65 |
Film, TV en radio | 50 |
Chemische industrie | 34 |
Voedings-, genotmiddelenindustrie | 31 |
In relatieve zin importeerde de elektrische apparatenindustrie het meest aan diensten uit China. Ongeveer 2,2 procent van de totale directe dienstenimport van deze bedrijfstak was afkomstig uit China. De directe dienstenimport uit China besloeg 1,8 procent van de totale directe dienstenimport van de bouwsector. China had een aandeel van 1,7 procent in de totale dienstenimport van de detailhandel en 1,7 procent in die van de machine-industrie.
Bedrijfstak | Aandeel van China in directe dienstenimport (%) |
---|---|
Elektrische apparatenindustrie | 2,17 |
Bouw | 1,83 |
Detailhandel (niet in auto's) | 1,78 |
Machine-industrie | 1,66 |
Groothandel en handelsbemiddeling | 1,61 |
Rubber- en kunststofproductindustrie | 1,52 |
Landbouw, bosbouw, visserij | 1,46 |
Overige industrie en reparatie | 1,45 |
Energievoorziening | 1,43 |
Auto- en aanhangwagenindustrie | 1,41 |
Indirecte dienstenimport uit China
De industrie als geheel heeft de hoogste indirecte dienstenimport uit China met 105 miljoen euro. Van de industriële bedrijfstakken importeerde de voedings- en genotmiddelenindustrie indirect het meest aan dienstverlening uit China, te weten voor 29 miljoen euro, gevolgd door de machine-industrie en de chemische industrie die beide voor 16 miljoen euro indirect uit China importeerden. De indirecte dienstenimport uit China door de zakelijke dienstverlening bedroeg 58 miljoen euro, die van de bouw 42 miljoen euro en die van de groothandel 37 miljoen euro.
Type geïmporteerde diensten per bedrijfstak
De zakelijke dienstverlening importeerde in 2019 voor 329 miljoen euro aan diensten uit China. De grootste categorie diensten die door de zakelijke dienstverlenende bedrijven uit China werd ingevoerd, waren professionele en managementadviesdiensten met een invoerwaarde van 146 miljoen euro, gevolgd door R&D diensten en technische, aan de handel verbonden en overige zakelijke diensten met 124 miljoen euro.
De groothandel en handelsbemiddeling importeerde voor 288 miljoen euro aan diensten uit China. Deze bedrijfstak importeerde voor 190 miljoen euro aan R&D diensten en technische, aan de handel verbonden en overige zakelijke diensten, gevolgd door professionele en managementadviesdiensten met 33 miljoen euro en vervoersdiensten met 29 miljoen euro.
De Nederlandse industrie als geheel importeerde voor 240 miljoen euro aan diensten uit China in 2019. Het merendeel – 171 miljoen euro – bestond uit R&D diensten en technische, aan de handel verbonden en overige zakelijke diensten. Na zakelijke diensten werd het importpakket van de Nederlandse industrie verder opgevuld door vergoedingen voor het gebruik van intellectueel eigendom aan Chinese bedrijven en de import van professionele en managementadviesdiensten uit China. De elektrotechnische industrie importeerde met 109 miljoen euro het meest van alle bedrijfstakken aan diensten uit China, gevolgd door de chemische industrie met 34 miljoen euro en de voedings- en genotmiddelenindustrie met 31 miljoen euro.
Nederlandse bedrijven in de transport en logistiek, geclassificeerd in de bedrijfstak vervoer en opslag importeerden voor 152 miljoen euro aan diensten uit China in 2019. De grootste categorie van deze import bestond uit vervoersdiensten die voor een bedrag van 132 miljoen euro werden ingevoerd. Hierin waren luchtvaartdiensten met 73 miljoen euro het belangrijkst.
Het Nederlandse bank- en verzekeringswezen importeerde voor 121 miljoen euro aan diensten, waarvan de meerderheid bestond uit R&D diensten en technische, aan de handel verbonden en overige zakelijke diensten met een invoerwaarde van 73 miljoen euro, gevolgd door professionele en managementadviesdiensten met 18 miljoen euro. Financiële diensten werden voor een bedrag van 17 miljoen euro ingevoerd.
3.5 Rusland
Deze paragraaf gaat in op de bilaterale handelsrelatie van Nederlandse bedrijfstakken met Rusland. Eerst wordt dieper ingegaan op de export van goederen van Nederlandse makelij en van diensten naar Rusland, waarbij gekeken wordt per bedrijfstak en grootste goederen- en dienstencategorieën. Daarna wordt de invoer van goederen en diensten uit Rusland uiteengezet, waarbij zowel de directe als de indirecte import geanalyseerd worden.
3.5.1 Export naar Rusland
Goederenexport naar Rusland
De export van Nederlandse makelij naar Rusland is tussen 2015 en 2019 met 819 miljoen euro gegroeid tot bijna 2,9 miljard euro. Deze export kende een gemiddelde jaarlijkse toename van 8,8 procent gedurende dit tijdsbestek. Daarmee groeide de export naar Rusland gemiddeld genomen harder dan de totale export van Nederlandse makelij, die tussen 2015 en 2019 op jaarbasis gemiddeld genomen met 2,3 procent toenam.
In absolute zin exporteerde de machine-industrie het meest naar Rusland met een uitvoerwaarde van 463 miljoen euro, gevolgd door de chemische industrie met 408 miljoen euro, de voedings- en genotmiddelenindustrie met 386 miljoen euro, de landbouw, bosbouw, en visserij met 373 miljoen euro, de farmaceutische industrie met 313 miljoen euro en de auto- en aanhangwagenindustrie met 194 miljoen euro.
Bedrijfstak | Goederenexport naar Rusland (miljoen euro) |
---|---|
Machine-industrie | 463,2 |
Chemische industrie | 407,8 |
Voedings-, genotmiddelenindustrie | 386,0 |
Landbouw, bosbouw, visserij | 372,6 |
Farmaceutische industrie | 312,6 |
Auto- en aanhangwagenindustrie | 193,6 |
Elektrotechnische industrie | 165,2 |
Groothandel en handelsbemiddeling | 82,3 |
Metaalproductenindustrie | 65,2 |
Overige transportmiddelenindustrie | 57,5 |
De export van Nederlandse bedrijfstakken is niet sterk gericht op Rusland als afzetmarkt. In relatieve zin was de detailhandel wat betreft goederenexport nog het meest afhankelijk van Rusland, waarbij 5,6 procent van de totale export van deze bedrijfstak Rusland als bestemming had. De farmaceutische industrie is voor 5,4 procent van zijn buitenlandse afzet afhankelijk van Rusland. De zakelijke dienstverlening volgt met 3,5 procent, de IT- en informatiedienstverlening met 2,5 procent en de landbouw, bosbouw en visserij met 2,4 procent.
Bedrijfstak | Aandeel van Rusland in de export Nederlands product (%) |
---|---|
Detailhandel (niet in auto's) | 5,6 |
Farmaceutische industrie | 5,4 |
Zakelijke dienstverlening | 3,5 |
IT- en informatiedienstverlening | 2,5 |
Landbouw, bosbouw, visserij | 2,4 |
Elektrotechnische industrie | 1,9 |
Machine-industrie | 1,8 |
Overige industrie en reparatie | 1,7 |
Overheid en onderwijs | 1,6 |
Auto- en aanhangwagenindustrie | 1,6 |
De export naar Rusland groeide in 2019 met 422 miljoen euro, voornamelijk door de export van de farmaceutische industrie. De export van de farmaceutische industrie naar Rusland verdrievoudigde in dat jaar, van 93 miljoen euro in 2018 tot 313 miljoen euro in 2019. De bedrijfstakken die tussen 2015 en 2019 de hoogste groei in absolute zin van de goederenexport naar Rusland rapporteerden, waren de farmaceutische industrie met een exportstijging van 214 miljoen euro, de chemische industrie met 121 miljoen euro, de machine-industrie met 86 miljoen euro, en de landbouw, bosbouw en visserij met 81 miljoen euro.
Type exportproducten
De bedrijfstak met de hoogste goederenexport naar Rusland in 2019 was de machine-industrie met 463 miljoen euro. Ook rapporteerde de machine-industrie een exportgroei van 26,2 procent toen in 2018 nog 366 miljoen euro werd geëxporteerd. Deze export vertegenwoordigde 16,2 procent van alle export naar Rusland. De grootste productcategorieën waren land- en tuinbouwmachines met 71 miljoen euro en machines voor de industriële bereiding of vervaardiging van voedingsmiddelen of dranken met 47 miljoen euro.
De op één na grootste bedrijfstak wat betreft export naar Rusland in 2019 was de chemische industrie, met 408 miljoen euro. Deze export bedroeg 14,2 procent van alle export van Nederlandse makelij naar Rusland. De belangrijkste productcategorieën waren kunststof met 104 miljoen euro, diverse chemische producten met 83 miljoen euro (bijvoorbeeld reageermiddelen voor diagnose of voor laboratoriumgebruik) en organische chemische producten met 58 miljoen euro. De chemische industrie was ook de tweede snelst groeiende bedrijfstak in absolute zin tussen 2015 en 2019. Deze export nam toe van 287 miljoen euro in 2015 tot 407 miljoen euro in 2019.
De derde grootste bedrijfstak wat betreft goederenexport naar Rusland was de voedings- en genotmiddelenindustrie met 386 miljoen euro in 2019. De producten die door deze industrie werden geëxporteerd bestonden voornamelijk uit veevoer met 68 miljoen euro en bereidingen van graan, melk en gebak met 66 miljoen euro.
Ondanks het Russische handelsembargo op een breed scala aan Europese landbouwproducten zoals vlees, zuivel, groenten en fruit, exporteerde de Nederlandse landbouw in 2019 voor 373 miljoen euro aan goederen van Nederlandse makelij naar Rusland. Van deze 373 miljoen euro bestond 237 miljoen euro uit (snij)bloemen en planten, gevolgd door eieren met 47 miljoen euro en groentezaad met 27 miljoen euro.
De farmaceutische industrie exporteerde in 2019 voor 313 miljoen euro aan goederen naar Rusland. Tussen 2015 en 2018 bedroeg de jaarlijkse export van deze bedrijfstak om en nabij de 100 miljoen euro, om in 2019 te verdrievoudigen. Daardoor is de Nederlandse farmaceutische industrie in 2019 voor 5,4 procent afhankelijk van Rusland via de export van Nederlandse makelij. Geneesmiddelen waren goed voor 252 miljoen euro van deze export in 2019. Dit cijfer omvat geneesmiddelen zoals penicilline met 32 miljoen euro, antibiotica met 30 miljoen euro, en hormonen en steroïden met 17 miljoen euro. Het waren ook deze drie subcategorieën die verantwoordelijk waren voor de groei van de export van deze bedrijfstak naar Rusland.
Dienstenexport naar Rusland
In 2019 exporteerden Nederlandse bedrijven voor 1,5 miljard euro aan diensten naar Rusland, 0,82 procent van de totale Nederlandse dienstenexport. Met een exportwaarde van ruim 405 miljoen euro exporteerden bedrijven in de zakelijke dienstverlening het meest naar Rusland, gevolgd door bedrijven in de groothandel en handelsbemiddeling met 226 miljoen euro, de IT- en informatiedienstverlening met 192 miljoen euro en bedrijven in de transport en logistiek (vervoer en opslag) met ruim 116 miljoen euro, zie figuur 3.5.3.
Bedrijfstak | Dienstenexport (miljoen euro) |
---|---|
Zakelijke dienstverlening | 405 |
Groothandel en handelsbemiddeling | 226 |
IT- en informatiedienstverlening | 192 |
Vervoer en opslag | 116 |
Film, TV en radio | 88 |
Bouw | 88 |
Horeca | 51 |
Bank- en verzekeringswezen | 32 |
Overige industrie en reparatie | 22 |
Cultuur, recreatie, overige diensten | 21 |
De autohandel en -reparatie is relatief het meest afhankelijk van de dienstenexport naar Rusland. Van de totale dienstenexport van deze bedrijfstak werd 8,7 procent afgezet in Rusland. De groothandel is voor 3,6 procent afhankelijk van Rusland via de dienstenexport en de bouw voor 2,0 procent.
Bedrijfstak | Aandeel van Rusland in de dienstenexport (%) |
---|---|
Autohandel en -reparatie | 8,71 |
Groothandel en handelsbemiddeling | 3,61 |
Bouw | 2,06 |
Overige industrie en reparatie | 1,09 |
Detailhandel (niet in auto's) | 1,06 |
IT- en informatiedienstverlening | 1,05 |
Delfstoffenwinning | 1,04 |
Welzijnszorg | 1,00 |
Cultuur, recreatie, overige diensten | 1,00 |
Elektrotechnische industrie | 0,99 |
Type exportdiensten
De zakelijke dienstverlening was de bedrijfstak die in 2019 het meeste aan diensten exporteerde naar Rusland, te weten voor 405 miljoen euro. Deze export bestond voor 287 miljoen euro uit R&D diensten, professionele en managementadviesdiensten en technische, aan de handel verbonden en overige zakelijke diensten. Ook werden er nog vergoedingen voor het gebruik van intellectueel eigendom ontvangen.
De groothandel was in 2019 de op één na grootste dienstenexporteur naar Rusland. Deze bedrijfstak exporteerde in 2019 voor 226 miljoen euro naar Rusland. Deze export was met 184 miljoen grotendeels samengesteld uit zakelijke diensten.
De dienstenexport van de IT- en informatiedienstverlening naar Rusland bedroeg 192 miljoen euro en bestond voor 112 miljoen euro uit computerdiensten.
Bedrijven werkzaam in vervoer en opslag exporteerden voor 116 miljoen euro aan diensten naar Rusland. Deze export bestond voor 104 miljoen euro uit vervoersdiensten. Daarvan bestond net iets meer dan de helft (53 miljoen euro) uit luchtvaartdiensten.
Met een aandeel in de dienstenexport van 8,7 procent was Rusland een belangrijke afzetmarkt voor de autohandel en -reparatie. De dienstenexport naar Rusland van deze bedrijfstak bedroeg 20 miljoen euro en bestond bijna in zijn geheel uit zakelijke diensten.
3.5.2 Import uit Rusland
Directe goederenimport door bedrijfstakken uit Rusland
De directe goederenimport uit Rusland bedroeg 8,1 miljard euro in 2019. Vergeleken met 2018 nam de directe goederenimport door Nederlandse bedrijfstakken uit Rusland af met 1,3 miljard euro. Tussen 2015 en 2019 bedroeg de gemiddelde jaarlijkse groei wel nog 4,1 procent. Ongeveer 5,5 procent van de directe import van alle bedrijfstakken kwam in 2019 uit Rusland. In 2018 was dat nog 6,4 procent.
De bedrijfstakken die direct het meest uit Rusland importeren, zijn de aardolie-industrie, de chemische industrie, energiebedrijven en de basismetaalindustrie. De aardolie-industrie en energiebedrijven zijn sterk afhankelijk van Rusland via de directe goederenimport. Vanwege geheimhouding is het CBS niet toegestaan gedetailleerde informatie te verstrekken over de goederenimport van deze twee bedrijfstakken uit Rusland. Volgens cijfers van Eurostat (2020) blijkt het merendeel van de Nederlandse import van minerale brandstoffen uit Rusland te bestaan uit ruwe aardolie, aardgas en kleinere hoeveelheden steenkool. Ook Eurostat rapporteert een daling van de Nederlandse import van deze producten uit Rusland in 2019. De import van ruwe aardolie is bijvoorbeeld met 13,5 procent gedaald in 2019 vanwege dalende olieprijzen.
Los van de import van minerale brandstoffen is de goederenimport uit Rusland bescheiden. De Nederlandse bouwsector importeerde bijvoorbeeld aluminium, hout en koper uit Rusland.
Indirecte goederenimport door bedrijfstakken uit Rusland
De bedrijfstakken met de hoogste indirecte invoer uit Rusland waren vervoer en opslag met 338 miljoen euro, de chemische industrie met 294 miljoen euro, de bouwsector met 170 miljoen euro, en de zakelijke dienstverlening met 140 miljoen euro. Hoewel de indirecte goederenimport uit Rusland tussen 2015 en 2019 is toegenomen, was er tussen 2018 en 2019 een algehele daling te zien van de indirecte goederenimport als gevolg van lagere olie- en gasprijzen. De indirecte goederenimport uit Rusland bestaat namelijk grotendeels uit minerale brandstoffen die worden gebruikt in de productieprocessen van genoemde bedrijfstakken.
Bedrijfstak | Indirecte import (miljoen euro) |
---|---|
Vervoer en opslag | 338 |
Chemische industrie | 294 |
Bouw | 170 |
Zakelijke dienstverlening | 140 |
Groothandel en handelsbemiddeling | 107 |
Voedings-, genotmiddelenindustrie | 104 |
Bank- en verzekeringswezen | 97 |
Overheid en onderwijs | 91 |
Landbouw, bosbouw, visserij | 78 |
Cultuur, recreatie, overige diensten | 62 |
Directe en indirecte dienstenimport uit Rusland
In 2019 bedroeg de directe dienstenimport uit Rusland 420 miljoen euro. Dat was 0,4 procent van de totale dienstenimport van Nederlandse bedrijfstakken. De groothandel en handelsbemiddeling importeerde het meest uit Rusland met een invoerwaarde van 127 miljoen euro, gevolgd door de elektrotechnische industrie met 60 miljoen euro, de zakelijke dienstverlening met 57 miljoen euro en vervoer en opslag met 54 miljoen euro. Geen enkele Nederlandse bedrijfstak was voor zijn dienstenimport voor meer dan 1 procent afhankelijk van Rusland. De indirecte export van diensten uit Rusland is bescheiden. De bouw was met 14 miljoen euro de Nederlandse bedrijfstak met de hoogste indirecte dienstenimport uit Rusland.
Bedrijfstak | Directe dienstenimport uit Rusland (miljoen euro) |
---|---|
Groothandel en handelsbemiddeling | 127 |
Elektrotechnische industrie | 60 |
Zakelijke dienstverlening | 57 |
Vervoer en opslag | 54 |
Detailhandel (niet in auto's) | 15 |
Voedings-, genotmiddelenindustrie | 14 |
Bank- en verzekeringswezen | 13 |
IT- en informatiedienstverlening | 12 |
Film, TV en radio | 8 |
Chemische industrie | 8 |
3.6 Verenigde Staten
In deze paragraaf wordt de bilaterale handelsrelatie van Nederlandse bedrijfstakken met de Verenigde Staten gedetailleerd uiteengezet. Daarbij wordt eerst gekeken naar de export van goederen van Nederlandse makelij en naar de dienstenexport. Vervolgens worden de goederen- en dienstenimport uit de Verenigde Staten in kaart gebracht, waarbij zowel naar de directe als indirecte import worden gekeken.
3.6.1 Export naar de Verenigde Staten
Goederenexport naar de Verenigde Staten
De export van Nederlandse makelij naar de Verenigde Staten bedroeg 14,2 miljard euro in 2019. De machine-industrie realiseerde in dat jaar veruit de hoogste exportwaarde van goederen van Nederlandse makelij naar de Verenigde Staten, namelijk ruim 3,4 miljard euro, gevolgd door de aardolie-industrie met 1,7 miljard euro. De voedings- en genotmiddelenindustrie en de chemische industrie exporteerden beide voor bijna 1,5 miljard euro en de elektrotechnische industrie voor bijna 1,2 miljard euro.
Bedrijfstak | Export Nederlands product (miljoen euro) |
---|---|
Machine-industrie | 3432 |
Aardolie-industrie | 1731 |
Voedings-, genotmiddelenindustrie | 1470 |
Chemische industrie | 1463 |
Elektrotechnische industrie | 1187 |
Auto- en aanhangwagenindustrie | 878 |
Basismetaalindustrie | 528 |
Landbouw, bosbouw, visserij | 509 |
Overige industrie en reparatie | 494 |
Metaalproductenindustrie | 368 |
De overige industrie en reparatie kent in relatieve zin de grootste exportafhankelijkheid van de Verenigde Staten. Bijna 17 procent van de totale export van goederen van Nederlandse makelij van deze sector had de Verenigde Staten als bestemming. De IT- en informatiedienstverlening volgt met een aandeel van de Verenigde Staten als exportbestemming van 16,5 procent. De Verenigde Staten zijn ook een belangrijke afzetmarkt voor de Nederlandse machine-industrie en de elektrotechnische industrie. Respectievelijk 13,3 procent en 8,9 procent van de export van Nederlandse makelij van deze bedrijfstakken werd afgezet in de Verenigde Staten. De auto- en aanhangwagenindustrie is voor 7,3 procent van zijn goederenexport afhankelijk van vraag uit de Verenigde Staten. Uit de exportafhankelijkheden kan worden geconcludeerd dat de Verenigde Staten vooral een belangrijke afzetmarkt zijn voor Nederlandse technologische industrieën.
Bedrijfstak | Aandeel van China in de export van Nederlandse makelij (%) |
---|---|
Overige industrie en reparatie | 16,90 |
IT- en informatiedienstverlening | 16,45 |
Machine-industrie | 13,33 |
Elektrische apparatenindustrie | 8,92 |
Basismetaalindustrie | 8,44 |
Aardolie-industrie | 8,06 |
Auto- en aanhangwagenindustrie | 7,33 |
Metaalproductenindustrie | 7,10 |
Elektrotechnische industrie | 6,92 |
Groothandel en handelsbemiddeling | 5,39 |
De export van Nederlandse makelij naar de Verenigde Staten is tussen 2015 en 2019 toegenomen van 9,8 naar 14,2 miljard euro, een gemiddelde jaarlijkse toename van 9,7 procent. De machine-industrie kende ook de grootste absolute groei. Tussen 2015 en 2019 groeide de export van deze bedrijfstak met ruim 1,2 miljard euro. De gemiddelde jaarlijkse groei bedroeg 11,8 procent. De export van de aardolie-industrie naar de Verenigde Staten groeide met 845 miljoen euro tot ruim 1,7 miljard euro. Gemiddeld nam de exportwaarde per jaar 18,2 procent toe. De auto- en aanhangwagenindustrie zag zijn exportwaarde naar de Verenigde Staten tussen 2015 en 2019 met 586 miljoen euro toenemen. Gemiddeld genomen bedroeg de jaarlijkse groei van deze export 31,6 procent over de tijdspanne 2015-2019. De export van Nederlandse makelij van de elektrotechnische industrie groeide met 464 miljoen euro tot bijna 1,2 miljard euro. Hier was de gemiddelde groei per jaar 13,2 procent.
De farmaceutische industrie zag zijn export van Nederlandse makelij naar de Verenigde Staten tussen 2015 en 2019 afnemen met 73 miljoen euro, een gemiddelde jaarlijkse afname van 5,4 procent. De exportwaarde van deze sector naar de Verenigde Staten is echter bijzonder volatiel. De exportwaarde nam in 2016 af met 135 miljoen euro om in 2017 weer met 32 miljoen euro te groeien. In 2018 was er weer een afname van 71 miljoen euro en in 2019 werd er weer een groei gerapporteerd van 101 miljoen euro.
Type exportproducten
De bedrijfstak die het meest naar de Verenigde Staten exporteerde in 2019 was de machine-industrie, met een exportwaarde van ruim 3,4 miljard euro. Deze export wordt gedomineerd door de export van chipmachines en onderdelen daarvan, met bijna 1,9 miljard euro. De overige export van de machine-industrie naar de Verenigde Staten is divers. Zo werd er voor 164 miljoen euro aan machines voor de voedingsindustrie en onderdelen daarvan geëxporteerd en voor 73 miljoen euro aan verpakkingsmachines.
De aardolie-industrie exporteerde in 2019 voor 1,7 miljard euro aan goederen van Nederlandse makelij naar de Verenigde Staten. Het merendeel – 97 procent – van de export van deze sector bestond uit geraffineerde aardolieproducten zoals benzine, diesel, kerosine en stookolie.
De voedings- en genotmiddelenindustrie exporteerde in 2019 voor bijna 1,5 miljard euro naar de Verenigde Staten. De grootste categorie in de export van Nederlandse makelij van deze bedrijfstak was bier. Er werd in 2019 voor 661 miljoen euro aan bier naar de Verenigde Staten geëxporteerd. De op één na grootste categorie in de export van deze sector naar de Verenigde Staten was cacaopoeder met een exportwaarde van 115 miljoen euro, gevolgd door kaas met 81 miljoen euro en champignons met 47 miljoen euro.
De chemische industrie exporteerde in 2019 ook voor bijna 1,5 miljard euro aan goederen van Nederlandse makelij naar de Verenigde Staten. De export van deze bedrijfstak naar de Verenigde Staten is divers. Zo werd er voor 247 miljoen euro aan kunststoffen in primaire vorm naar de Verenigde Staten uitgevoerd, voor 93 miljoen euro aan cyclische koolwaterstoffen, voor 64 miljoen aan reageermiddelen voor diagnose of voor laboratoriumgebruik, voor 55 miljoen euro aan kunstmest en voor 47 miljoen euro aan synthetische filamentgarens.
De elektrotechnische industrie exporteerde voor 1,2 miljard euro naar de Verenigde Staten in 2019. De grootste categorie in de export van deze bedrijfstak waren röntgentoestellen met een exportwaarde van 271 miljoen euro, gevolgd door elektronische geïntegreerde schakelingen met een exportwaarde van 256 miljoen euro, microscopen met een exportwaarde van 116 miljoen euro, meetinstrumenten met 91 miljoen euro, telefoontoestellen met 71 miljoen euro en magnetische resonantieapparaten met 50 miljoen euro.
Uit eerder CBS onderzoek met OESO-cijfers blijken de Verenigde Staten een belangrijke eindbestemming voor de export van de Nederlandse auto- en aanhangwagenindustrie te zijn. Nederlandse bedrijven fungeren als toeleverancier aan internationaal opererende productieketens van Europese (voornamelijk Duitse) autofabrikanten die personenauto’s exporteren naar de Verenigde Staten. In Nederland gefabriceerde auto-onderdelen worden op deze manier indirect (via andere landen) geëxporteerd naar de Verenigde Staten (CBS, 2019a). De Nederlandse auto- en aanhangwagenindustrie is tussen 2015 en 2019 ook aanzienlijk meer rechtstreeks gaan exporteren naar de Verenigde Staten. In 2019 bedroeg de waarde van deze directe export 878 miljoen euro, terwijl deze in 2015 slechts 293 miljoen euro bedroeg. Vooral de export van personenauto’s naar de Verenigde Staten heeft de laatste jaren een grote vlucht genomen. Tussen 2015 en 2019 is de waarde van naar de Verenigde Staten geëxporteerde personenauto’s bijna vervijfvoudigd van 130 tot 632 miljoen euro. In 2019 exporteerde de Nederlandse auto- en aanhangwagenindustrie ook een breed scala aan auto-onderdelen naar de Verenigde Staten met een exportwaarde van 97 miljoen euro, kraanauto’s met een exportwaarde van 59 miljoen euro en kabelbomen met 48 miljoen euro.
De basismetaalindustrie exporteerde in 2019 voor 528 miljoen euro naar de Verenigde Staten. In 2015 was dit nog 441 miljoen euro. De export van deze bedrijfstak is minder hard gegroeid dan de export van andere bedrijfstakken naar de Verenigde Staten. Het merendeel van de producten die sinds 2018 onderhevig zijn aan een verhoogd Amerikaans invoertarief op staal en aluminium (White House, 2018a; White House, 2018b) wordt geëxporteerd door de basismetaalindustrie zelf. De producten waarover deze invoertarieven gelden, vertegenwoordigen ook meer dan driekwart van het exportpakket van deze bedrijfstak naar de Verenigde Staten. De tarieven zijn een mogelijke verklaring voor de lagere groei. De export van deze bedrijfstak bestond voor 312 miljoen euro uit gewalste platte producten van ijzer of staal, gevolgd door gewalste platte producten van legeringen met een exportwaarde van 59 miljoen euro.
Dienstenexport naar de Verenigde Staten
In 2019 exporteerden Nederlandse bedrijven voor 14,2 miljard euro aan diensten naar de Verenigde Staten. Dat was 8,0 procent van de totale Nederlandse dienstenexport. Daarmee waren de Verenigde Staten de belangrijkste afzetmarkt buiten de Europese Unie voor diensten exporterende bedrijven. Met een exportwaarde van ruim 5,3 miljard euro exporteerden bedrijven in de zakelijke dienstverlening het meest naar de Verenigde Staten, gevolgd door bedrijven in de transport en logistiek (vervoer en opslag) met ruim 2,1 miljard euro, het bank- en verzekeringswezen met 1,4 miljard euro en de IT- en informatiedienstverlening met ruim 1,2 miljard euro, zie figuur 3.6.3.
Bedrijfstak | Dienstenexport (miljoen euro) |
---|---|
Zakelijke dienstverlening | 5349 |
Vervoer en opslag | 2120 |
Bank- en verzekeringswezen | 1444 |
IT- en informatiedienstverlening | 1235 |
Film, TV en radio | 860 |
Telecommunicatie | 495 |
Groothandel en handelsbemiddeling | 466 |
Cultuur, recreatie, overige diensten | 248 |
Horeca | 245 |
Delfstoffenwinning | 232 |
De telecomsector is wat betreft dienstenexport van alle bedrijfstakken relatief het meest afhankelijk van de Verenigde Staten via de dienstenexport. In 2019 had 14,8 procent van de export van deze bedrijfstak de Verenigde Staten als bestemming. Het bank- en verzekeringswezen is voor 12,4 procent van zijn buitenlandse afzet afhankelijk van de Verenigde Staten. De delfstoffenwinning volgt op 12,0 procent, cultuur, recreatie en overige diensten op 11,6 procent en de zakelijke dienstverlening op 10,7 procent.
Bedrijfstak | Aandeel van de Verenigde Staten in de dienstenexport (%) |
---|---|
Telecommunicatie | 14,79 |
Bank- en verzekeringswezen | 12,41 |
Delfstoffenwinning | 11,96 |
Cultuur, recreatie, overige diensten | 11,63 |
Zakelijke dienstverlening | 10,69 |
Elektrische apparatenindustrie | 9,83 |
Film, TV en radio | 9,51 |
Bouwmaterialenindustrie | 9,28 |
Energievoorziening | 9,13 |
Detailhandel (niet in auto's) | 8,66 |
Sinds 2015 heeft de export naar de Verenigde Staten van de bedrijfstak film, TV en radio in absolute zin de snelste groei doorgemaakt. Tussen 2015 en 2019 is de export van deze bedrijfstak toegenomen van 199 miljoen euro naar 860 miljoen euro. De gemiddelde jaarlijkse groeivoet bedroeg 44,1 procent. De dienstenexport van de IT- en informatiedienstverlening is tijdens dezelfde periode met 592 miljoen euro gegroeid tot 1,2 miljard euro. De gemiddelde jaarlijkse groei bedroeg 17,7 procent. De telecomsector zag zijn export naar de Verenigde Staten tussen 2015 en 2019 groeien met 287 miljoen euro, een ruime verdubbeling. De gemiddelde jaarlijkse groei bedroeg 24,3 procent. De dienstenexport naar de Verenigde Staten van het bank- en verzekeringswezen is tussen 2015 en 2019 gehalveerd van 2,8 miljard euro naar 1,4 miljard euro met een gemiddelde jaarlijkse afname van 15,5 procent. De dienstenexport van bedrijven in de delfstoffenwinning nam tussen 2015 en 2019 af met 567 miljoen euro tot 232 miljoen euro, een jaarlijkse gemiddelde afname van 26,6 procent.
Type exportdiensten
De bedrijfstak die in 2019 het meest aan diensten naar de Verenigde Staten exporteerde was de zakelijke dienstverlening. Dit kwam neer op een exportwaarde van ruim 5,3 miljard euro. Sinds 2015 is de dienstenexport van de zakelijke dienstverlening naar de Verenigde Staten licht afgenomen met 150 miljoen euro. Deze afname werd veroorzaakt door de afname van het ontvangen van royalty’s voor het gebruik van intellectueel eigendom met 330 miljoen euro en het verminderen van de export van financiële diensten met 161 miljoen euro. Ook een sterke neergang in de export van R&D diensten droeg bij aan deze krimp. Daar stond tegenover dat de export van technische, aan de handel verbonden en overige zakelijke diensten met 582 miljoen is toegenomen. Deze categorie is dan ook de grootste, met bijna 2,7 miljard euro.
De transport en logistiek (vervoer en opslag) exporteerde in 2019 voor ruim 2,1 miljard euro aan diensten naar de Verenigde Staten, een toename van 228 miljoen euro vergeleken met 2015. Iets meer dan de helft van de geëxporteerde diensten van de transport en logistiek bestond uit luchtvaartdiensten, namelijk ruim 1,2 miljard euro. Voor 2020 wordt er een sterke afname verwacht van de export van luchtvaartdiensten naar de Verenigde Staten vanwege Covid-19. Vluchten tussen Europa en de Verenigde Staten werden in het voorjaar tijdelijk opgeschort en de vraag naar trans-Atlantische vluchten bleef ook de rest van het jaar beduidend lager dan in voorgaande jaren.
Het bank- en verzekeringswezen exporteerde in 2019 voor ruim 1,4 miljard euro aan diensten naar de Verenigde Staten. In 2015 was dit bijna twee keer zo veel. De halvering van de dienstenexport van banken en verzekeringsmaatschappijen werd veroorzaakt door een sterke afname van financiële diensten met 985 miljoen euro. De export van technische, aan de handel verbonden en overige zakelijke diensten door banken en verzekeringsmaatschappijen nam ook af met 240 miljoen euro en de export van verzekeringsdiensten daalde met 118 miljoen euro tussen 2015 en 2019.
De IT- en informatiedienstverlening exporteerde 1,2 miljard euro aan diensten naar de Verenigde Staten. Iets minder dan de helft van deze export (518 miljoen euro) bestond uit computerdiensten, die ten opzichte van 2015 met 249 miljoen euro is toegenomen. De export als gevolg van het ontvangen van royalty’s voor het gebruik van intellectueel eigendom bedroeg 326 miljoen euro en is sinds 2015 met 233 miljoen euro gegroeid. Deze royalty’s worden onder andere betaald op softwarelicenties.
De dienstenexport van de bedrijfstak film- tv en radio naar de Verenigde Staten bedroeg 860 miljoen euro in 2019 en is sinds 2015 gegroeid met 661 miljoen euro, met name door een stevige groei van de export van computerdiensten (269 miljoen euro), royalty’s (266 miljoen euro) en audiovisuele en verwante diensten (127 miljoen euro). De export van deze bedrijfstak bestond voor 375 miljoen euro uit export van gebruik van intellectueel eigendom door middel van royalty’s, computerdiensten met 323 miljoen euro en audiovisuele en verwante diensten met 159 miljoen euro.
De telecomsector exporteerde voor 495 miljoen euro aan diensten naar de Verenigde Staten in 2019. De export van deze bedrijfstak nam sinds 2015 toe met 287 miljoen euro. In 2019 bestond meer dan 90 procent van de export van de telecomsector uit telecommunicatie- en informatiediensten, goed voor 449 miljoen euro.
3.6.2 Import uit de Verenigde Staten
Directe goederenimport door bedrijfstakken vanuit de Verenigde Staten
In 2019 bedroeg de directe goederenimport uit de Verenigde Staten ruim 9,3 miljard euro. Met ruim 2,7 miljard euro importeerde de aardolie-industrie het meest rechtstreeks uit de Verenigde Staten, gevolgd door de chemische industrie met 998 miljoen euro, de machine-industrie met 872 miljoen euro, de auto- en aanhangwagenindustrie met 556 miljoen euro, de bouwsector met 529 miljoen euro en de voedings- en genotmiddelenindustrie met 463 miljoen euro.
Bedrijfstak | Directe goederenimport uit China (miljoen euro) |
---|---|
Aardolie-industrie | 2726 |
Chemische industrie | 998 |
Machine-industrie | 872 |
Auto- en aanhangwagenindustrie | 556 |
Bouw | 529 |
Voedings-, genotmiddelenindustrie | 463 |
Elektrotechnische industrie | 334 |
Basismetaalindustrie | 268 |
Hout-, papier- en grafische industrie | 235 |
Zakelijke dienstverlening | 197 |
Ook in relatieve zin importeerde de aardolie-industrie het meest uit de Verenigde Staten. Bijna 11,2 procent van de totale rechtstreekse import van deze bedrijfstak was afkomstig uit de Verenigde Staten. Rechtstreekse import uit de Verenigde Staten vertegenwoordigde om en nabij 9 procent van de totale directe import van zowel de basismetaalindustrie als van de machine-industrie.
Bedrijfstak | Aandeel van de Verenigde Staten in de directe goederenimport (%) |
---|---|
Aardolie-industrie | 11,17 |
Basismetaalindustrie | 9,07 |
Machine-industrie | 8,78 |
Auto- en aanhangwagenindustrie | 8,40 |
Autohandel en -reparatie | 8,24 |
IT- en informatiedienstverlening | 7,80 |
Telecommunicatie | 7,70 |
Uitgeverijen | 7,54 |
Elektrotechnische industrie | 7,15 |
Papier-, grafische industrie | 7,10 |
Indirecte goederenimport door bedrijfstakken uit de Verenigde Staten
De bedrijfstakken met de hoogste indirecte import uit de Verenigde Staten zijn de bouwsector, vervoer en opslag en de zakelijke dienstverlening.
Bedrijfstak | Indirecte import (miljoen euro) |
---|---|
Bouw | 273 |
Vervoer en opslag | 227 |
Zakelijke dienstverlening | 200 |
Bank- en verzekeringswezen | 182 |
Chemische industrie | 177 |
Voedings-, genotmiddelenindustrie | 138 |
Overheid en onderwijs | 132 |
Groothandel en handelsbemiddeling | 125 |
Landbouw, bosbouw, visserij | 121 |
Metaalproductenindustrie | 84 |
Type importproducten per bedrijfstak
Als bedrijfstak was de aardolie-industrie – met een invoer van meer dan 2,7 miljard – de grootste directe importeur van Amerikaanse goederen in 2019. Ruim 2,6 miljard euro of 97 procent van deze import bestond uit ruwe aardolie. In 2015 was dit nog maar 220 miljoen euro. In datzelfde jaar werd het Amerikaanse verbod op de export van ruwe aardolie opgeheven (Business Insider, 2015). Dat heeft gevolgen gehad voor de Nederlandse import van ruwe aardolie, want Nederlandse olieraffinaderijen zijn de laatste vijf jaar dus beduidend meer ruwe aardolie uit de Verenigde Staten gaan importeren. De directe importafhankelijkheid van de Nederlandse aardolie-industrie van de Verenigde Staten nam toe tot 11,1 procent in 2019.
De chemische industrie was in 2019 de op één na grootste importeur uit de Verenigde Staten. In totaal importeerde de chemische industrie voor bijna een miljard euro rechtstreeks uit de Verenigde Staten, waarvan 401 miljoen euro bestond uit organische chemische producten, gevolg door ruwe aardolie met 130 miljoen euro. De chemische industrie importeerde indirect voor 177 miljoen euro uit de Verenigde Staten. De meerderheid van de indirecte import uit de Verenigde Staten bestond uit ruwe aardolie die indirect werd ingevoerd voor een bedrag van 116 miljoen euro. Ook werd er door de chemische industrie voor 9 miljoen aan steenkool indirect uit de Verenigde Staten geïmporteerd.
De machine-industrie was de derde grootste importeur uit de Verenigde Staten met een invoerbedrag van 872 miljoen euro in 2019. De machine-industrie importeerde voor 266 miljoen euro aan onderdelen voor chipmachines uit de Verenigde Staten, voor 65 miljoen euro aan lasers en voor 32 miljoen euro aan kranen, ventielen en kleppen. De Nederlandse machine-industrie was voor bijna 9 procent van zijn rechtstreekse import afhankelijk van de Verenigde Staten.
De auto- en aanhangwagenindustrie importeerde in 2019 voor 556 miljoen euro uit de Verenigde Staten. Carrosserieën voor personenauto’s vertegenwoordigden het merendeel van deze import met een waarde van 373 miljoen euro. De auto-en aanhangwagenindustrie importeerde ook voor 62 miljoen euro aan auto-onderdelen met versnellingsbakken en schokdempers als grootste subcategorieën en voor 20 miljoen euro aan onderdelen voor chipmachines. In 2019 leverden de Verenigde Staten 8,4 procent van de directe invoer van de Nederlandse auto- en aanhangwagenindustrie.
De bouwsector importeerde voor 528 miljoen euro aan goederen rechtstreeks uit de Verenigde Staten. De rechtstreekse import van bouwbedrijven uit de Verenigde Staten kent een hoge diversificatie. De grootste categorieën waren onderdelen voor chipmachines met een importbedrag van 52 miljoen euro, voor 42 miljoen euro aan accu’s, voor 20 miljoen euro aan platen, vellen, foliën, stroken en strippen van kunststof. De bouwsector importeerde met 273 miljoen euro ook het meest indirect via andere Nederlandse bedrijfstakken uit de Verenigde Staten. Hier waren de grootste categorieën ruwe aardolie met 39 miljoen euro en molybdeenerts met 19 miljoen euro.
De voedings- en genotmiddelenindustrie importeerde in 2019 voor 463 miljoen euro aan goederen uit de Verenigde Staten, een afname van 90 miljoen euro of 16 procent vergeleken met 2018. Sojabonen werden voor een bedrag van 138 miljoen euro ingevoerd, een afname van 62 miljoen euro ten opzichte van 2018. De indirecte import van de voedings- en genotmiddelenindustrie bedroeg 138 miljoen euro met ruwe aardolie als belangrijkste product met een indirecte invoerwaarde van 15 miljoen euro, gevolgd door steenkool met 10 miljoen euro.
De Verenigde Staten zijn niet alleen een belangrijke exportpartner voor de basismetaalindustrie, maar ook een belangrijke toeleverancier voor deze bedrijfstak. In 2019 was meer dan 9 procent van de rechtstreekse import van de Nederlandse basismetaalindustrie afkomstig uit de Verenigde Staten. De belangrijkste importproducten waren molybdeenerts dat voor 128 miljoen euro uit de Verenigde Staten werd ingevoerd, gevolgd door cokes (gebruikt in hoogovens) voor 99 miljoen euro en titaanerts voor 13 miljoen euro.
De bedrijfstak autohandel en -reparatie importeerde voor 189 miljoen euro rechtstreeks goederen uit de Verenigde Staten. Dit waren voornamelijk auto-onderdelen zoals carrosserieën voor personenauto’s voor 87 miljoen euro en diverse onderdelen zoals versnellingsbakken en schokdempers.
Na de bouwsector importeerde de bedrijfstak vervoer en opslag het meest indirect uit de Verenigde Staten. In 2019 bedroeg de indirecte import van deze bedrijfstak uit de Verenigde Staten 227 miljoen euro. Het merendeel van deze indirecte import bestond uit ruwe aardolie met een indirecte importwaarde van 153 miljoen euro.
De zakelijke dienstverlening importeerde ook meer indirect dan direct uit de Verenigde Staten. In 2019 bedroeg de indirecte import van deze bedrijfstak 200 miljoen euro, terwijl de directe import 197 miljoen euro bedroeg. De indirecte import was voornamelijk samengesteld uit ruwe aardolie met een indirecte importwaarde van 38 miljoen euro, gevolgd door auto-onderdelen voor 13 miljoen euro. De rechtstreekse import uit de Verenigde Staten door de zakelijke dienstverlening werd gedomineerd door computers en computeronderdelen met een importwaarde van 19 miljoen euro, gevolgd door cinematografische film met 15 miljoen euro en lasers met 10 miljoen euro en meetinstrumenten met 10 miljoen euro.
De gezondheidszorg importeerde in 2019 rechtstreeks voor 192 miljoen euro aan goederen uit de Verenigde Staten. Daarvan bestond 44 miljoen euro uit immunologische producten en vaccins, 35 miljoen euro uit geneesmiddelen en 11 miljoen euro uit orthopedische artikelen en toestellen (krukken, prothesen, etc.).
Directe dienstenimport uit de Verenigde Staten
In 2019 was de dienstenimport uit de Verenigde Staten goed voor ruim 18,8 miljard euro en 15,8 procent van de totale dienstenimport van Nederlandse bedrijfstakken. De zakelijke dienstverlening importeerde in absolute zin het meest uit de Verenigde Staten, namelijk voor bijna 3,8 miljard euro. Op de tweede plaats stond de groothandel en handelsbemiddeling met bijna 2,8 miljard euro gevolgd door het bank- en verzekeringswezen met 2,3 miljard euro, de bedrijfstak film, TV en radio met 2,2 miljard euro en de elektrotechnische industrie en de IT- en informatiedienstverlening allebei met om en nabij 1,8 miljard euro, en vervoer en opslag met 1,1 miljard euro, zie figuur 3.6.8.
Bedrijfstak | Directe dienstenimport uit China (miljoen euro) |
---|---|
Zakelijke dienstverlening | 3758 |
Groothandel en handelsbemiddeling | 2793 |
Bank- en verzekeringswezen | 2306 |
Film, TV en radio | 2214 |
Elektrotechnische industrie | 1790 |
IT- en informatiedienstverlening | 1785 |
Vervoer en opslag | 1097 |
Telecommunicatie | 348 |
Overheid en onderwijs | 320 |
In relatieve zin importeerde de bedrijfstak film, TV en radio het meest aan diensten uit de Verenigde Staten. Circa 26,1 procent van de totale directe dienstenimport van deze bedrijfstak was afkomstig uit de Verenigde Staten. De directe dienstenimport uit de Verenigde Staten besloeg 21,5 procent van de totale directe import van bedrijven actief in de delfstoffenwinning. De Verenigde Staten hadden een aandeel van 21,2 procent in de totale dienstenimport van de telecomsector en 20,9 in die van de elektrotechnische industrie.
Bedrijfstak | Aandeel van de Verenigde Staten in directe dienstenimport (%) |
---|---|
Film, TV en radio | 26,11 |
Delfstoffenwinning | 21,52 |
Telecommunicatie | 21,15 |
Elektrotechnische industrie | 20,90 |
Bank- en verzekeringswezen | 20,86 |
IT- en informatiedienstverlening | 19,10 |
Welzijnszorg | 17,67 |
Gezondheidszorg | 16,88 |
Groothandel en handelsbemiddeling | 15,63 |
Autohandel en -reparatie | 14,60 |
Indirecte dienstenimport uit de Verenigde Staten
De zakelijke dienstverlening was in 2019 de bedrijfstak die het vaakst diensten indirect uit de Verenigde Staten gebruikte. Hier was een bedrag van 896 miljoen euro mee gemoeid. Hierop volgde de groothandel met 553 miljoen euro, de bouw met 543 miljoen euro, overheid en onderwijs met 484 miljoen euro en het bank- en verzekeringswezen met 394 miljoen euro. Van de industriële bedrijfstakken importeerde de voedings- en genotmiddelenindustrie het meest indirect aan diensten uit de Verenigde Staten.
Type geïmporteerde diensten per bedrijfstak
De zakelijke dienstverlening importeerde in 2019 voor bijna 3,8 miljard euro aan diensten uit de Verenigde Staten. De grootste categorie diensten die door de zakelijke dienstverlenende bedrijven uit de Verenigde Staten werd ingevoerd bestond uit betaalde royalty’s voor het gebruik van intellectueel eigendom. Deze bestaan onder andere uit licenties die betaald worden voor het gebruiken van software. Hier was een bedrag van 1,3 miljard euro mee gemoeid. R&D diensten en professionele en managementadviesdiensten werden voor bijna 1,3 miljard euro door Nederlandse zakelijke dienstverlenende bedrijven uit de Verenigde Staten ingevoerd. De invoer van technische, aan de handel verbonden en overige zakelijke diensten door deze bedrijfstak uit de Verenigde Staten bedroeg 550 miljoen euro en computerdiensten 210 miljoen euro.
De groothandel en handelsbemiddeling importeerde voor 2,8 miljard euro aan diensten uit de Verenigde Staten. Deze import bestond voor 1,3 miljard euro aan betaalde royalty’s voor het gebruik van intellectueel eigendom. De invoerwaarde van technische, aan de handel verbonden en overige zakelijke diensten door de groothandel uit de Verenigde Staten bedroeg 482 miljoen euro en R&D diensten en professionele en managementadviesdiensten 315 miljoen euro.
Het Nederlandse bank- en verzekeringswezen importeerde voor 2,3 miljard euro aan diensten uit de Verenigde Staten, waarvan iets minder dan de helft bestond uit financiële diensten (1,4 miljard euro), gevolgd door technische, aan de handel verbonden en overige zakelijke diensten met een invoerwaarde van 379 miljoen euro, vergoedingen voor het gebruik van intellectueel eigendom met 225 miljoen euro en R&D diensten en professionele en managementadviesdiensten met 207 miljoen euro.
Nederlandse bedrijven actief op het vlak van film, TV en radio importeerden in 2019 voor een bedrag van 2,2 miljard euro aan diensten uit de Verenigde Staten. Ruim 2 miljard euro van deze import bestond uit betalingen aan royalty’s voor het gebruik van intellectueel eigendom. Deze bedrijven importeerden ook nog voor 89 miljoen euro aan audiovisuele en verwante diensten uit de Verenigde Staten.
Van alle industriële bedrijfstakken importeerde de elektrotechnische industrie – met een invoerwaarde van bijna 1,8 miljard – veruit het meest aan diensten uit de Verenigde Staten. Opnieuw was het merendeel van deze import samengesteld uit vergoedingen voor het gebruik van intellectueel eigendom. Deze betalingen bedroegen bijna 1,5 miljard euro. R&D diensten en professionele en managementdiensten werden voor 110 miljoen euro uit de Verenigde Staten ingevoerd en technische, aan de handel verbonden en overige zakelijke diensten voor 103 miljoen euro.
De IT- en informatiedienstverlening importeerde in 2019 voor bijna 1,8 miljard euro aan diensten uit de Verenigde Staten, waarvan 877 miljoen euro bestond uit vergoedingen voor het gebruik van intellectueel eigendom, 368 miljoen euro uit computerdiensten, 262 miljoen euro uit R&D diensten en professionele en managementadviesdiensten en voor 162 miljoen euro uit technische, aan de handel verbonden en overige zakelijke diensten.
Literatuur
Business Insider (2015). Amerikaanse Congres stemt in met opheffen van exportverbod op olie. Geraadpleegd van https://www.businessinsider.nl/congres-vs-akkoord-met-einde-exportban-olie-606159/.
CBS (2015). Export babymelkpoeder naar China 50 keer hoger. Den Haag/Heerlen/Bonaire: Centraal Bureau voor de Statistiek.
CBS (2017). Export naar Rusland neemt toe. Den Haag/Heerlen/Bonaire: Centraal Bureau voor de Statistiek.
CBS (2019a). Auto-export naar VS levert Nederland half miljard op. Den Haag/Heerlen/Bonaire: Centraal Bureau voor de Statistiek.
CBS (2019b). Steeds minder recyclebaar plastic afval naar China. Den Haag/Heerlen/Bonaire: Centraal Bureau voor de Statistiek.
CBS (2020). Hogere export Nederlandse producten naar China. Den Haag/Heerlen/Bonaire: Centraal Bureau voor de Statistiek.
Creemers, S., Jaarsma, M., Notten, T. & Rooyakkers J. (2020). De handels- en investeringsrelatie tussen Nederland en China. Internationaliseringsmonitor 2020, tweede kwartaal: China. Den Haag/Heerlen/Bonaire: Centraal Bureau voor de Statistiek.
DNB (2014). De dienstensector als exportmotor van Nederland. Geraadpleegd van https://www.dnb.nl/nieuws/nieuwsoverzicht-en-archief/dnbulletin-2014/dnb309403.jsp.
Eurostat (2020). EU trade since 1988 by HS2-HS4 [DS-016894]. Geraadpleegd van https://appsso.eurostat.ec.europa.eu/nui/show.do?dataset=DS-016894&lang=en.
Jaarsma, M., Wong, K. & Lemmers, O. (2018). Export naar de EU. Gateway to the rest of the world? Internationaliseringsmonitor 2018, eerste kwartaal: De positie van Nederland. Den Haag/Heerlen/Bonaire: Centraal Bureau voor de Statistiek.
Notten, T. & Voncken, R. (2019). Trends in de Nederlands-Amerikaanse handel. Internationaliseringsmonitor 2019, eerste kwartaal: Verenigde Staten. Den Haag/Heerlen/Bonaire: Centraal Bureau voor de Statistiek.
White House (2018a). Presidential Proclamation on Adjusting Imports of Steel into the United States. Geraadpleegd van https://www.whitehouse.gov/presidential-actions/presidential-proclamation-adjusting-imports-steel-united-states/.
White House (2018b). Presidential Proclamation on Adjusting Imports of Aluminum into the United States. Geraadpleegd van https://www.whitehouse.gov/presidential-actions/presidential-proclamation-adjusting-imports-aluminum-united-states/.
4. Het belang van invoer in de Nederlandse waardeketen
4.1 Inleiding
In de huidige economisch geglobaliseerde wereld maken bedrijven gebruik van ingevoerde intermediaire goederen en diensten om producten en diensten efficiënter te kunnen produceren of leveren. Een groot deel van deze productie, waarin geïmporteerde goederen en diensten verwerkt zijn, wordt vervolgens geëxporteerd. Denk daarbij bijvoorbeeld aan uit Rusland ingevoerde steenkool dat door Nederlandse energiebedrijven in kolencentrales wordt gestookt om elektriciteit op te wekken. Deze elektriciteit wordt gebruikt in het productieproces van de Nederlandse machine-industrie die vervolgens machines naar China exporteert.
In dit hoofdstuk onderzoeken we voor welke doeleinden goederen en diensten afkomstig uit China, Rusland en de Verenigde Staten via de Nederlandse waardeketen worden ingezet. De binnenlandse markt is een mogelijke bestemming voor in Nederland geproduceerde goederen, maar deze productie kan ook worden geëxporteerd. Daarbij zullen we in de komende paragrafen de volgende onderzoeksvragen beantwoorden:
- Welk deel van de goederenimport uit China, Rusland en de Verenigde Staten is uiteindelijk bestemd voor binnenlandse consumptie en welk deel wordt verder verwerkt en vindt zijn weg naar het buitenland in de vorm van export?
- Welk deel van de dienstenimport uit China, Rusland en de Verenigde Staten is uiteindelijk bestemd voor binnenlandse consumptie en welk deel is nodig voor de export?
- Welk deel van de Nederlandse export bestaat uit geïmporteerde goederen en diensten uit China, Rusland en de Verenigde Staten?
- Wat is de eindbestemming van de Nederlandse export, waarin aanzienlijke import uit China, Rusland en de Verenigde Staten verwerkt is? Welke import wordt verwerkt tot export die terugkeert naar het land van oorsprong?
- Wat gebeurt er met grote importstromen die worden gebruikt in Nederlandse productieprocessen? In welke geëxporteerde goederen en diensten worden deze uiteindelijk verwerkt?
Leeswijzer
In paragraaf 4.2 wordt gekeken naar de bestemming van de (intermediaire) import uit China, Rusland en de Verenigde Staten. Hierbij maken we onderscheid naar import die bestemd is voor de productie voor de binnenlandse markt en import die uiteindelijk terechtkomt in de export. Paragraaf 4.3 geeft een beschrijving van het gehalte van de uitvoer dat bestaat uit invoer uit China, Rusland en de Verenigde Staten. Paragraaf 4.4 brengt de keten van import tot export in kaart vanuit het exportperspectief door een overzicht te geven van Nederlandse exportstromen die sterk afhankelijk zijn van de import uit China, Rusland en de Verenigde Staten. Paragraaf 4.5 brengt de keten in kaart vanuit importperspectief door te kijken naar grote importstromen en in welke export deze verwerkt zijn. Paragraaf 4.6 presenteert vervolgens een casestudy waarin de keten van de Nederlandse export van wegvoertuigen verder wordt uitgediept.
In dit hoofdstuk wordt de wederuitvoer van goederen en diensten buiten beschouwing gelaten. Onder wederuitvoer van goederen verstaan we ingevoerde producten die niet of nauwelijks verandering ondergaan alvorens weer uitgevoerd te worden (zie hoofdstuk 2). Voor diensten slaat dit op diensten die via bfi’s (bijzondere financiële instellingen) worden doorgesluisd (zie hoofdstuk 5).
4.2 Invoer voor binnenlandse consumptie of voor de export?
In deze paragraaf wordt gekeken naar de bestemming van de import van goederen en diensten uit China, Rusland en de Verenigde Staten. Net als in hoofdstuk 3 gaat het hierbij om de invoer door Nederlandse bedrijfstakken, de invoer bedoeld voor wederuitvoer of voor finale consumptie wordt buiten beschouwing gelaten. Welk deel van de goederenimport wordt verwerkt voor binnenlandse consumptie en welk deel voor de export? Is deze verdeling vergelijkbaar voor ingevoerde diensten uit deze landen? En hoe wijkt de bestemming van de import van goederen en diensten uit China, Rusland en de Verenigde Staten af van het gemiddelde; is de import uit (een van) deze vier landen vaker of juist minder vaak bestemd voor de Nederlandse markt dan de rest van de import?
Wanneer we per land op totaalniveau kijken naar de import in de jaren 2015-2019, dan blijkt uit figuur 4.2.1 dat de Nederlandse goedereninvoer uit de Verenigde Staten en Rusland grotendeels wordt gebruikt voor de exportproductie terwijl de invoer uit China vaker bestemd is voor de productie voor de binnenlandse markt.1) In 2019 was het deel van de goederenimport uit China dat werd verwerkt voor de export 48 procent (4,5 miljard van 9,3 miljard euro). Voor Rusland bedroeg dit 78 procent (6,3 miljard van 8,2 miljard euro) en voor de Verenigde Staten 68 procent (6,3 miljard van 9,3 miljard euro).2) Sinds 2015 is dit percentage voor alle drie landen sterk toegenomen. In 2015 was dit aandeel in de invoer uit China nog 45 procent (2,8 miljard van 6,2 miljard euro), voor Rusland 75 procent (5,2 miljard van 6,9 miljard euro) en voor de Verenigde Staten 51 procent (3,5 miljard van 7,0 miljard euro). Om dit in perspectief te zetten, het deel van de algehele goederenimport dat werd verwerkt in de export bedroeg 62 procent in 2019. Dat betekent dat er relatief meer van de import uit Rusland en de Verenigde Staten werd verwerkt voor de export dan van de import uit andere landen. Het aandeel van de import uit China dat werd verwerkt voor de export is juist lager dan gemiddeld.
land | jaar | Export (miljard euro) | Binnenlands verbruik (miljard euro) |
---|---|---|---|
China | 2015 | 2,795 | 3,400 |
China | 2016 | 2,880 | 3,566 |
China | 2017 | 3,157 | 3,685 |
China | 2018 | 3,683 | 4,142 |
China | 2019 | 4,465 | 4,798 |
Rusland | 2015 | 5,202 | 1,732 |
Rusland | 2016 | 5,510 | 1,845 |
Rusland | 2017 | 6,255 | 2,145 |
Rusland | 2018 | 7,201 | 2,235 |
Rusland | 2019 | 6,318 | 1,832 |
Verenigde Staten | 2015 | 3,549 | 3,441 |
Verenigde Staten | 2016 | 3,507 | 3,270 |
Verenigde Staten | 2017 | 4,125 | 3,359 |
Verenigde Staten | 2018 | 5,306 | 3,209 |
Verenigde Staten | 2019 | 6,302 | 3,030 |
Figuur 4.2.2 laat de waarde van de Nederlandse dienstenimport uit respectievelijk China, Rusland en de Verenigde Staten zien voor de jaren 2015 tot en met 2019. Vergeleken met de totale invoer van diensten uit de Verenigde Staten, is de waarde van de totale diensteninvoer uit China en Rusland bescheiden. Het is nauwelijks te zien in figuur 4.2.2 maar ook hiervan wordt een groot deel gebruikt voor de export, ongeveer 50 procent van zowel de diensteninvoer uit China als uit Rusland. Een belangrijkere speler wat betreft de invoer van diensten zijn de Verenigde Staten: ongeveer 16 procent van de totale diensteninvoer van Nederlandse bedrijfstakken voor verdere verwerking komt uit de Verenigde Staten. Het percentage dat gebruikt wordt voor de export schommelt al sinds 2015 rond de 50 procent en zit daar in 2019 met 54 procent iets boven. Daarmee is de invoer van diensten – met name die uit de Verenigde Staten en Rusland – relatief vaker bestemd voor binnenlands verbruik dan de invoer van goederen.
land | jaar | Export (miljard euro) | Binnenlands verbruik (miljard euro) |
---|---|---|---|
China | 2015 | 0,955 | 1,007 |
China | 2016 | 1,253 | 1,232 |
China | 2017 | 1,038 | 1,127 |
China | 2018 | 1,062 | 0,938 |
China | 2019 | 0,769 | 0,687 |
Rusland | 2015 | 0,208 | 0,207 |
Rusland | 2016 | 0,197 | 0,200 |
Rusland | 2017 | 0,254 | 0,354 |
Rusland | 2018 | 0,393 | 0,517 |
Rusland | 2019 | 0,211 | 0,214 |
Verenigde Staten | 2015 | 7,205 | 7,100 |
Verenigde Staten | 2016 | 6,655 | 7,133 |
Verenigde Staten | 2017 | 7,151 | 8,239 |
Verenigde Staten | 2018 | 8,313 | 8,188 |
Verenigde Staten | 2019 | 10,198 | 8,814 |
4.3 Geïmporteerde goederen en diensten gebruikt voor de exportproductie
Een belangrijk kenmerk van internationale productieketens is dat productiebedrijven grondstoffen en halffabricaten importeren om te kunnen exporteren. Bijna de helft van de bruto exportwaarde van goederen van Nederlandse makelij bestaat uit eerder ingevoerde goederen en diensten (Aerts et al., 2020). Dit verschijnsel staat bekend als verticale specialisatie (Hummels et al., 2001). In figuur 4.3.1 is de opbouw van de Nederlandse export weergegeven. Hierin is te zien dat het aandeel invoer in de uitvoer zowel voor goederen als voor diensten toeneemt. Voor goederen was dat percentage in 2015 nog 36 procent, in 2019 is het gestegen naar 43 procent. Voor de dienstenuitvoer wordt relatief minder invoer gebruikt dan voor goederenuitvoer, maar ook dit aandeel is gestegen. In 2015 was dit aandeel 31 procent en in 2019 is dit licht gestegen naar 33 procent.
Het grootste deel van de verbruikte invoer komt uit Europa, in 2019 was de invoer uit Europa goed voor 22 procent van de dienstenuitvoer waarde en 27 procent van de goederenuitvoer waarde. Ook dit aandeel is sinds 2015 continu gestegen. Hetzelfde geldt voor het aandeel van de invoerwaarde uit China, Rusland en de Verenigde Staten. In 2015 waren deze landen tezamen goed voor 5,4 procent van de aan de uitvoer gerelateerde diensteninvoer en 5,8 procent van de goedereninvoer. In 2019 waren deze aandelen gestegen tot respectievelijk 6,0 procent van de diensteninvoer en 7,8 procent van de goedereninvoer.
type | jaar | Invoer uit China (miljard euro) | Invoer uit Rusland (miljard euro) | Invoer uit de Verenigde Staten (miljard euro) | Invoer uit Europa (miljard euro) | Invoer van elders (miljard euro) | Binnenlandse toegevoegde waarde (miljard euro) |
---|---|---|---|---|---|---|---|
diensten | 2015 | 1,321 | 0,685 | 5,700 | 29,432 | 6,557 | 98,986 |
diensten | 2016 | 1,526 | 0,637 | 5,013 | 27,643 | 6,016 | 93,829 |
diensten | 2017 | 1,447 | 0,774 | 5,529 | 31,150 | 6,848 | 100,601 |
diensten | 2018 | 1,573 | 0,788 | 6,353 | 35,450 | 7,974 | 105,894 |
diensten | 2019 | 1,551 | 0,705 | 7,859 | 37,044 | 8,474 | 111,932 |
goederen | 2015 | 2,429 | 4,726 | 5,059 | 48,773 | 16,143 | 134,963 |
goederen | 2016 | 2,607 | 5,070 | 5,149 | 49,688 | 13,977 | 133,091 |
goederen | 2017 | 2,747 | 5,736 | 5,747 | 55,141 | 16,685 | 141,496 |
goederen | 2018 | 3,172 | 6,806 | 7,266 | 64,016 | 18,397 | 139,664 |
goederen | 2019 | 3,683 | 5,824 | 8,641 | 63,269 | 19,251 | 131,804 |
Tabel 4.3.2 toont de waarde van invoer uit het ene land, gebruikt in de uitvoer naar het andere land. In de laatste kolom van tabel 4.3.2 staat de totale waarde van de invoer van goederen en diensten uit verschillende landen en landengroepen die door Nederlandse bedrijven gebruikt wordt voor de uitvoer. In de voorgaande kolommen staan een aantal landen en landengroepen gespecificeerd waar deze export naar toe gaat. Zo werd er in 2019 bijvoorbeeld voor 5,2 miljard euro aan goederen en diensten ingevoerd uit China, waarvan het merendeel uit goederen bestaat (4,5 miljard). Van deze goederenimport uit China werd 423 miljoen euro verwerkt in de export van goederen en diensten naar de Verenigde Staten. Invoer uit China wordt het vaakst gebruikt in de export die naar Europa gaat.
Vanuit de Verenigde Staten worden juist meer diensten dan goederen ingevoerd. Ook van de export die gebruik maakt van invoer uit de Verenigde Staten is ruim twee derde bestemd voor Europa. Ditzelfde patroon is ook te zien voor de invoer uit Rusland.
Dit onderzoek is toegespitst op de handel met China, Rusland en de Verenigde Staten. In het resterende deel van deze paragraaf bekijken we eerst de invoer die wordt gebruikt voor uitvoer naar het invoerland, voor deze drie landen. Vervolgens bekijken we de invoer uit een van de drie die wordt gebruikt voor de uitvoer naar een van de andere twee.
Uitvoer naar (mln) | Uitvoer naar (mln) | Uitvoer naar (mln) | ||
invoer uit | China | Rusland | VS | |
China | 183 | 70 | 423 | |
waarvan goederen | 164 | 61 | 351 | |
waarvan diensten | 19 | 8 | 72 | |
Rusland | 61 | 28 | 478 | |
waarvan goederen | 55 | 26 | 460 | |
waarvan diensten | 6 | 3 | 18 | |
VS | 436 | 167 | 1 355 | |
waarvan goederen | 151 | 58 | 469 | |
waarvan diensten | 285 | 110 | 886 | |
Europa | 2 888 | 1 096 | 7 388 | |
waarvan goederen | 1 755 | 630 | 3 564 | |
waarvan diensten | 1 133 | 466 | 3 825 | |
Elders | 647 | 265 | 2 012 | |
waarvan goederen | 422 | 172 | 1 215 | |
waarvan diensten | 225 | 93 | 797 | |
Totaal | 4 214 | 1 626 | 11 657 | |
Uitvoer naar (mln) | Uitvoer naar (mln) | Totale Uitvoer (mln) | ||
invoer uit | Europa | Elders | Alle landen | |
China | 3 511 | 1 048 | 5 234 | |
waarvan goederen | 3 000 | 888 | 4 465 | |
waarvan diensten | 511 | 159 | 769 | |
Rusland | 4 736 | 1 226 | 6 529 | |
waarvan goederen | 4 592 | 1 186 | 6 318 | |
waarvan diensten | 143 | 40 | 211 | |
VS | 11 136 | 3 406 | 16 501 | |
waarvan goederen | 4 424 | 1 200 | 6 302 | |
waarvan diensten | 6 712 | 2 206 | 10 198 | |
Europa | 70 373 | 18 569 | 100 313 | |
waarvan goederen | 39 581 | 9 695 | 55 225 | |
waarvan diensten | 30 792 | 8 874 | 45 089 | |
Elders | 19 666 | 5 135 | 27 725 | |
waarvan goederen | 13 812 | 3 271 | 18 892 | |
waarvan diensten | 5 854 | 1 864 | 8 833 | |
Totaal | 109 422 | 29 383 | 156 301 | |
Bron: CBS. |
Invoer die wordt verwerkt in export en terugkeert naar het land van oorsprong
In Tabel 4.3.2 is te zien dat er in 2019 voor 183 miljoen euro aan goederen en diensten uit China werd ingevoerd om vervolgens te worden verwerkt in de productie die werd uitgevoerd naar China. Voor Rusland was dit 28 miljoen euro en voor de Verenigde Staten maar liefst 1.355 miljoen euro. In deze paragraaf bespreken we wat voor diensten en goederen dit waren.
Van China via Nederland naar China
Voor een aantal producten geldt dat er iets wordt geëxporteerd naar China, waarvoor er onderdelen gebruikt worden die uit China geïmporteerd worden. We zullen hiervan enkele voorbeelden bespreken. Zo werd voor de uitvoer van medische elektro-diagnostische apparatuur en thermische kleppen naar China in 2019 telecommunicatieapparatuur en onderdelen daarvan uit China gebruikt, met een invoerwaarde van 13 miljoen euro. Uit China ingevoerde telecommunicatie apparatuur en onderdelen daarvan – ter waarde van 11,8 miljoen euro – werd ook gebruikt voor de uitvoer van optische instrumenten en meetapparatuur naar China.
Van de Verenigde Staten via Nederland naar de Verenigde Staten
Nederland importeerde in 2019 voor 152,4 miljoen euro aan ruwe aardolie uit de Verenigde Staten. In Nederland werd deze ruwe aardolie door raffinaderijen verwerkt tot geraffineerde aardolieproducten zoals benzine en stookolie, die vervolgens gedeeltelijk weer naar de Verenigde Staten werden geëxporteerd. Ook werd er voor 13 miljoen euro aan onderdelen voor het wegvervoer uit de Verenigde Staten ingevoerd, die door Nederlandse bedrijven verwerkt werden in de export van personenauto’s en bussen naar de Verenigde Staten. Verder stonden er vooral diensten hoog in de lijst van import uit de Verenigde Staten, gebruikt voor export naar de Verenigde Staten. In totaal werd er in 2019 voor 886 miljoen euro aan diensten geïmporteerd uit de Verenigde Staten en vervolgens gebruikt voor de export. Hiervan werd 74 procent (655 miljoen euro) gebruikt voor de export van diensten naar de Verenigde Staten.
In 2019 voerde Nederland voor 57 miljoen aan professionele en managementadviesdiensten in uit de Verenigde Staten en deze waren nodig voor de Nederlandse export van technische, aan de handel gerelateerde en overige zakelijke diensten naar de Verenigde Staten. Ook kwam het voor dat voor de export van technische, aan de handel gerelateerde en overige zakelijke diensten naar de Verenigde Staten diensten van dezelfde categorie uit de Verenigde Staten waren verwerkt. Zo werd 12 miljoen aan ingevoerde professionele en managementadviesdiensten uit de Verenigde Staten gebruikt in de uitvoer van dezelfde categorie naar datzelfde land. In totaal bedroeg de invoer van dit soort zakelijke dienstverlening, gebruikt voor de uitvoer van zakelijke dienstverlening 136 miljoen euro in 2019.
Er werd in 2019 voor 91 miljoen euro aan vergoedingen voor het gebruik van intellectueel eigendom betaald aan Amerikaanse bedrijven. Dit intellectueel eigendom werd vervolgens gebruikt in de export van intellectueel eigendom naar de Verenigde Staten. Ook was 87 miljoen euro aan de Verenigde Staten betaalde vergoedingen voor gebruik van intellectueel eigendom nodig in de uitvoer van computerdiensten naar dat land. Voor de uitvoer van overige zakelijke diensten werd 54 miljoen euro aan betaalde royalty’s aan bedrijven uit de Verenigde Staten verwerkt, en in de uitvoer van elektrische apparaten naar de Verenigde Staten was 40 miljoen euro aan Amerikaanse royalty’s verwerkt. De toenemende complexiteit van (mondiale) waardeketens en de toevoeging van de dienstenhandel lijken de interpretatie aanzienlijk te bemoeilijken. Zo is het niet evident hoe Nederland en de Verenigde Staten daadwerkelijk via de import en export van royalty’s of de zakelijke dienstverlening met elkaar verbonden zijn. Hierbij is het aannemelijk dat grote bedrijven, in het bijzonder multinationals, een grote rol spelen. Dit soort bedrijven zijn immers dominant in de Nederlandse dienstenimport- en export en hebben doorgaans een vrij complexe structuur (Smit & Wong, 2017; CBS, 2020).
Ook binnen de categorie vervoersdiensten zien we invoer uit de Verenigde Staten die gebruikt werd voor uitvoer naar de Verenigde Staten, waarbij de importwaarde 34 miljoen euro bedroeg. Deze dienstenimport kan verder uitgesplitst worden, waaruit blijkt dat de grootste twee luchtvaart voor luchtvaart en zeevaart voor zeevaart waren. Door de sterke opkomst van mondiale waardeketens en de (toenemende) fragmentatie van productie zien we dat goederen steeds vaker meerdere grenzen passeren. In de huidige economisch geglobaliseerde wereld spelen ondersteunende diensten, waaronder vervoersdiensten, een sleutelrol om deze goederenstroom te faciliteren. De hoge importwaarde van Amerikaanse vervoersdiensten gebruikt voor Nederlandse vervoersdiensten naar de Verenigde Staten laat zien dat Nederland en de Verenigde Staten in de waardeketen sterk verbonden zijn: cruciale intermediaire goederen worden heen en weer vervoerd via deze vervoersdiensten.
Van Rusland via Nederland naar Rusland
Met een totaalbedrag van 28 miljoen euro was de invoer uit Rusland voor uitvoer naar Rusland bescheiden. Het gros van deze import bestond in 2019 uit minerale brandstoffen. Zo zat er voor 4,9 miljoen euro aan Russische minerale brandstoffen verwerkt in de export naar Rusland van geraffineerde aardolieproducten. Ook was er voor 2,8 miljoen euro aan Russische minerale brandstoffen ingezet om de export van kunststof in primaire vorm naar Rusland mogelijk te maken. Daarnaast werd ruim 2 miljoen euro aan import van minerale brandstoffen uit Rusland gebruikt voor de export van organische chemicaliën, en 1 miljoen euro aan import voor de export van vervoersdiensten naar datzelfde land.
Afhankelijkheden tussen landen – Nederland tussen de grootmachten
Van China via Nederland naar de Verenigde Staten
In recente jaren heeft de Amerikaanse regering hoge tarieven ingesteld op geïmporteerde goederen uit China. De gemiddelde Amerikaanse importheffingen op Chinese goederen bedroegen op het moment van schrijven 19,3 procent, ruim zes keer hoger dan voor aanvang van de handelsoorlog in 2018 (Bown, 2020). Amerikaanse importheffingen van deze omvang gelden niet voor geïmporteerde goederen uit Nederland (Nederlandse export naar de Verenigde Staten), waarin Chinese goederen zijn verwerkt. Het gemiddelde Amerikaanse tarief op geïmporteerde goederen uit Nederland viel met 1,5 procent in 2019 beduidend lager uit (Franssen & Notten, 2020). In totaal werd er door Nederland in 2019 voor 422,7 miljoen euro aan invoer uit China gebruikt voor export naar de Verenigde Staten, zoals bleek uit tabel 4.3.2.
Bijna 83 procent van deze invoer bestond uit goederen. De grootste invoercategorie had een waarde van 64,5 miljoen euro en betrof telecommunicatieapparatuur en onderdelen daarvan. Deze werden voornamelijk verwerkt in de export van elektrische apparaten, wetenschappelijke instrumenten en apparaten en telecommunicatie-, computer- en informatiediensten naar de Verenigde Staten. Daarna volgde de invoer van elektrische apparaten ter waarde van 48,1 miljoen euro, voornamelijk gebruikt in de uitvoer van gespecialiseerde machines, elektrische apparaten en telecommunicatie-, computer- en informatiediensten naar de Verenigde Staten.
De 71,9 miljoen euro aan invoer van diensten uit China gebruikt voor uitvoer naar de Verenigde Staten bestond voor 47,8 miljoen euro of 66 procent uit professionele en managementadviesdiensten. Deze diensten werden voornamelijk gebruikt in de export van diensten. Met name de uitvoer van technische, aan de handel gerelateerde en overige zakelijke diensten, professionele en managementadviesdiensten en vervoersdiensten maakten in 2019 gebruik van de diensteninvoer uit China. Daarnaast werden deze diensten ook gebruikt voor de uitvoer van elektrische apparaten en gespecialiseerde machines naar de Verenigde Staten.
Van Rusland via Nederland naar de Verenigde Staten
De 459,6 miljoen euro aan invoer uit Rusland die ingezet werd bij de productie voor uitvoer naar de Verenigde Staten bestond voor 96 procent uit goederen. Het grootste deel van deze invoer bestond uit ruwe aardolie en bedroeg 409,1 miljoen euro. Bijna 82 procent hiervan werd verwerkt in de uitvoer van geraffineerde aardolieproducten. Daarnaast werd het ook gebruikt voor de uitvoer van vervoersdiensten en de uitvoer van organische chemische producten.
Van de Verenigde Staten via Nederland naar China
Andersom gelden er vanwege de handelsoorlog ook verhoogde Chinese tarieven op geïmporteerde goederen uit de Verenigde Staten. In november 2020 is het heffingspercentage gemiddeld 20,3 procent (Bown, 2020). Op Nederlandse goederen gelden beduidend lagere gemiddelde invoerheffingen. In 2019 was het gemiddelde Chinese invoertarief op goederen uit Nederland 6,9 procent (Franssen & Notten, 2020).
Van de invoer uit de Verenigde Staten die gebruikt werd in de uitvoer naar China bestond 65 procent of 284,5 miljoen euro uit ingevoerde diensten. Hiervan werd 165,5 miljoen euro besteed aan de invoer van royalty’s, oftewel, vergoedingen voor het gebruik van intellectueel eigendom. Deze invoer werd grotendeels gebruikt voor de uitvoer van computerdiensten naar China, goed voor 61,1 miljoen euro aan verwerkte invoer, geëxporteerde elektrische apparaten bevatten 19,1 miljoen euro aan invoer, de uitvoer van wetenschappelijk instrumenten en apparaten waren goed voor 17,4 miljoen euro aan invoer en de export van vergoedingen voor het gebruik van intellectueel eigendom bestonden voor 16,3 miljoen euro aan invoer van royalty’s. Professionele en managementadviesdiensten en technische, aan de handel gerelateerde en overige zakelijke diensten – goed voor 61,9 miljoen euro aan invoer uit de Verenigde Staten – werden verwerkt in de uitvoer van computerdiensten en technische, aan de handel gerelateerde en overige zakelijke diensten naar China.
De goedereninvoer uit de Verenigde Staten die werd verwerkt in de uitvoer naar China bedroeg 151,2 miljoen euro in 2019. Gespecialiseerde machines werden het meest ingevoerd uit de Verenigde Staten om verwerkt te worden in de uitvoer naar China, er werd voor 20,4 miljoen euro aan invoer verbruikt. Hierop volgen ruwe aardolie, waarvan 14,4 miljoen euro werd gebruikt, en organische chemische producten, waarvan 12,2 miljoen euro aan invoer werd gebruikt voor de uitvoer naar China. Gespecialiseerde machines werden voornamelijk gebruikt voor de uitvoer van gespecialiseerde machines. Zowel de invoer van ruwe aardolie als van organische chemische producten werd voornamelijk ingezet om de uitvoer van kunststof in primaire vormen mogelijk te maken.
Van Rusland via Nederland naar China
Ook de invoer uit Rusland die werd gebruikt in de uitvoer naar China bestond voornamelijk uit ruwe aardolie. Deze invoer vertegenwoordigde 59 procent van de totale invoer uit Rusland die verwerkt was in de export naar China en werd verwerkt in de uitvoer van kunststof in primaire vormen, aardolieproducten en vervoersdiensten.
Van China via Nederland naar Rusland
Iets meer dan 41 procent van de invoer uit China die gebruikt wordt voor uitvoer naar Rusland valt onder de noemer machines en vervoermaterieel. Andere relatief grote invoerstromen waren chemische producten die 18 procent voor hun rekening namen en diensten die 8 procent vertegenwoordigden. Elk van deze invoerstromen werd voornamelijk gebruikt in de uitvoer van dezelfde categorie. Van chemische producten bestond het grootste deel van zowel de verbruikte invoer als de uitvoer uit medicinale en farmaceutische producten. De diensteninvoer bevatte met name technische, aan de handel gerelateerde en overige zakelijke diensten, professionele en managementadviesdiensten en royalty’s. De ingevoerde diensten werden voornamelijk gebruikt voor de uitvoer van zakelijke diensten.
Van de Verenigde Staten via Nederland naar Rusland
Bijna 66 procent van de invoer uit de Verenigde Staten die wordt gebruikt voor de uitvoer naar Rusland bestaat uit diensten. En bijna de helft van deze diensteninvoer betrof royalty’s. Deze worden gebruikt in de uitvoer van verschillende diensten (met name royalty’s, technische, aan de handel gerelateerde en overige zakelijke diensten en computerdiensten) wetenschappelijke instrumenten en apparaten, elektrische apparaten en medicinale en farmaceutische producten.
Van de goedereninvoer uit de Verenigde Staten worden bijvoorbeeld onderdelen van auto’s gebruikt voor de uitvoer van auto’s naar Rusland. Daarnaast wordt ruwe aardolie uit de Verenigde Staten gebruikt voor de uitvoer van geraffineerde aardolieproducten naar Rusland. Daarnaast zien we dat de invoer van gespecialiseerde machines uit de Verenigde Staten wordt gebruikt voor de uitvoer van landbouwmachines en machines voor de voedingsmiddelenindustrie.
4.4 Exportstromen waarin veel import is verwerkt
In deze paragraaf onderzoeken we welke uitvoerstromen erg afhankelijk zijn van de invoer uit China, Rusland en de Verenigde Staten. Daarbij wordt een onderscheid gemaakt tussen absolute afhankelijkheid en relatieve afhankelijkheid. Bij absolute afhankelijkheid is het bedrag van import uit de drie landen hoog en bij relatieve afhankelijkheid is het aandeel van de import uit China, Rusland en de Verenigde Staten in het tot stand komen van de export hoog.
In figuur 4.4.1 is het absolute aandeel van de invoer uit China, Rusland en de Verenigde Staten lichtblauw gearceerd en het relatieve aandeel is afgebeeld door de grootte van het lichtblauwe balkje ten opzichte van het totaal.
cat5 | Invoer uit China, Rusland, VS (miljard euro) | Invoer van elders (miljard euro) |
---|---|---|
Chemische Producten | 1,861 | 12,663 |
Diensten | 11,177 | 53,918 |
Grondstoffen en minerale brandstoffen | 9,300 | 23,221 |
Industriële producten | 2,033 | 13,222 |
Machines en Vervoermaterieel | 3,495 | 12,832 |
Voeding en dranken | 0,396 | 12,179 |
In 2019 bedroeg de totale invoer die verwerkt was in de uitvoer 156,3 miljard euro (exclusief invoer voor wederuitvoer). Dat komt neer op 62 procent van de Nederlandse export. Hiervan kwam 28,3 miljard euro uit China, de Verenigde Staten en Rusland samen, goed voor 18 procent van de totale invoer verwerkt in de uitvoer (zie figuur 4.4.2). Zo bestond de export van grondstoffen en minerale brandstoffen voor een groot deel uit eerder uit China, de Verenigde Staten of Rusland ingevoerde inputs, bijna 30 procent kwam uit deze drie landen samen. De Nederlandse export van voeding en dranken bestond – absoluut en relatief – uit weinig inputs uit de drie onderzochte landen. In het vervolg van deze paragraaf zullen we op groter detailniveau bekijken welke uitvoerstromen en invoerstromen absoluut erg afhankelijk zijn van één of al deze drie landen.
cat5 | Verenigde Staten (%) | China (%) | Rusland (%) | Europa (%) | Elders (%) |
---|---|---|---|---|---|
Voeding en dranken | 1100,0 | 564,9 | 195,8 | 13690,5 | 4989,8 |
Grondstoffen en minerale brandstoffen | 2497,7 | 193,2 | 4456,6 | 10316,7 | 6545,3 |
Chemische Producten | 1397,4 | 643,5 | 771,0 | 12480,8 | 2852,1 |
Industriële producten | 1191,1 | 670,4 | 263,8 | 9331,5 | 1895,2 |
Machines en Vervoermaterieel | 2454,2 | 1610,4 | 136,4 | 17443,1 | 2967,2 |
Diensten | 7859,0 | 1550,8 | 704,7 | 37042,4 | 8473,5 |
Totaal | 16500,6 | 5233,8 | 6528,7 | 100313,4 | 27724,6 |
Exportstromen met hoge absolute afhankelijkheid
Absoluut gezien maakt de Nederlandse export van aardolie en aardolieproducten het meest gebruik van invoer uit China, Rusland en de Verenigde Staten; in totaal 6,5 miljard euro, zoals tabel 4.4.3 laat zien. Daarna volgt de export van andere zakelijke diensten met 2,8 miljard euro aan invoer, en royalty’s, waarvoor in 2019 2,3 miljard euro aan invoer uit China, Rusland en de Verenigde Staten nodig was. Op de export van aardolieproducten en diensten na, verbruikt de export van gespecialiseerde machines de meeste invoer uit China, Rusland en de Verenigde Staten, namelijk iets meer dan 1 miljard euro aan intermediaire invoer. Als we naar totale verbruikte invoer kijken (en dus niet alleen naar invoer uit China, Rusland en de Verenigde Staten) komt de exportproductie van voertuigen voor wegvervoer op de tweede plaats. Voor deze categorieën zullen we nader bekijken welke producten ervoor ingevoerd worden en waar de uitvoer heen gaat.
Invoer uit | Invoer uit | Invoer uit | |
Export categorie | China (mln) | Rusland (mln) | Verenigde Staten (mln) |
Ruwe aardolie en aardolieproducten | 98 | 4 223 | 2 186 |
Andere zakelijke diensten | 434 | 97 | 2 309 |
Vervoersdiensten | 215 | 283 | 905 |
Royalty's | 178 | 51 | 2 113 |
ICT-diensten | 323 | 40 | 1 505 |
Voertuigen voor wegvervoer | 336 | 26 | 614 |
Gespecialiseerde machines | 392 | 38 | 611 |
Elektrische apparaten | 307 | 24 | 420 |
Invoer uit | Export | Invoer aandeel | |
Aandeel China, Rusland en | |||
Export categorie | Totaal (alle landen) (mln) | (mln) | Verenigde Staten (%) |
Ruwe aardolie en aardolieproducten | 20 305 | 24 136 | 32 |
Andere zakelijke diensten | 17 214 | 49 227 | 16 |
Vervoersdiensten | 10 197 | 33 434 | 14 |
Royalty's | 9 856 | 23 195 | 24 |
ICT-diensten | 8 506 | 24 723 | 22 |
Voertuigen voor wegvervoer | 7 077 | 14 440 | 14 |
Gespecialiseerde machines | 6 408 | 17 052 | 16 |
Elektrische apparaten | 3 284 | 7 120 | 23 |
Bron CBS. |
Dienstenexport die sterk leunt op invoer
Over het algemeen leunt de dienstenexport meer op de invoer van diensten, ongeveer twee derde van de verbruikte invoer betreft diensten, en de goederen export juist op de invoer van goederen, iets meer dan drie kwart van de verbruikte invoer bestaat uit goederen. Van de 55,6 miljard euro invoer (figuur 4.4.1) die gebruikt wordt voor de uitvoer van diensten komt 10,1 miljard euro invoer uit China, Rusland en de Verenigde Staten. Hiervan was het grootste gedeelte afkomstig uit de Verenigde Staten: 7,9 miljard euro. Daarnaast komt 1,6 miljard euro uit China en 0,7 miljard euro uit Rusland. In figuur 4.4.4. wordt de invoer gebruikt voor de uitvoer van diensten naar herkomstland weergegeven.
Andere zakelijke diensten
De uitvoerstroom van diensten die het meest afhankelijk is van invoer uit China, Rusland en de Verenigde Staten zijn andere zakelijke diensten. In totaal is hier 2,8 miljard euro aan – met name diensten – invoer uit China, Rusland en de Verenigde Staten voor nodig. Deze uitvoerstroom bestaat voornamelijk uit technische, aan de handel gerelateerde diensten, professionele en managementadviesdiensten en R&D diensten. Voor de uitvoer worden voornamelijk ingevoerde diensten gebruikt, en dan met name professionele en managementadviesdiensten, maar ook technische, aan de handel gerelateerde en overige zakelijke diensten en vergoedingen voor het gebruik van intellectueel eigendom.
Royalty’s
De tweede meest van invoer afhankelijke dienstenuitvoerstroom bestaat uit vergoedingen voor het gebruik van intellectueel eigendom, ook wel royalty’s genoemd. Dit is bijvoorbeeld een software product dat in Nederland ontwikkeld wordt en waarvoor het buitenland een licentie afneemt om de software te gebruiken. Wat voor invoer is hier eigenlijk voor nodig? Dat blijken voornamelijk diensten te zijn, meer specifiek vooral het gebruik van intellectueel eigendom uit het buitenland. Dat zou bijvoorbeeld een gepatenteerd algoritme kunnen zijn waarop de software gebaseerd is en waarvan de gebruiksrechten in Nederland zijn vastgelegd. R&D diensten en telecommunicatie- computer- en informatiediensten volgen als tweede en derde grootste invoerstroom die nodig zijn in de export van intellectueel eigendom.
ICT-diensten
Op de derde plek staat de export van telecommunicatie-, computer- en informatiediensten, waarvan de computerdiensten de grootste verbruiker van invoer is.
Zijn er eigenlijk helemaal geen goederen nodig voor de dienstenuitvoer? Jawel, maar dat aandeel is erg klein vergeleken met de gebruikte diensten. Van de invoer uit China, Rusland en de Verenigde Staten gebruikt voor de uitvoer van diensten bestond 1 miljard euro uit goederen en bijna 9 miljard euro uit diensten.
Invoer Categorie | Verenigde Staten (miljard euro) | China (miljard euro) | Rusland (miljard euro) | Europa (miljard euro) | Elders (miljard euro) |
---|---|---|---|---|---|
Royalty's | 3,331 | 0,049 | 0,003 | 5,840 | 0,986 |
Andere zakelijke diensten | 1,971 | 0,310 | 0,054 | 11,720 | 2,700 |
ICT-diensten | 0,509 | 0,026 | 0,005 | 2,919 | 0,717 |
Financiële diensten | 0,487 | 0,006 | 0,001 | 1,234 | 0,170 |
Vervoersdiensten | 0,484 | 0,102 | 0,035 | 5,533 | 0,836 |
Ruwe aardolie en producten | 0,182 | 0,014 | 0,470 | 0,850 | 0,850 |
Elektrische apparaten | 0,055 | 0,134 | 0,000 | 0,424 | 0,101 |
Computer en kantoormachines | 0,047 | 0,259 | 0,000 | 0,196 | 0,069 |
Overig | 0,792 | 0,650 | 0,137 | 8,327 | 2,045 |
Diensten die in 2019 gebruik maakten van invoer uit China, Rusland en de Verenigde Staten werden voornamelijk uitgevoerd naar Groot-Brittannië, Duitsland en de Verenigde Staten. Na de Verenigde Staten kwam op plaats elf pas het tweede niet-EU-land: Saoedi-Arabië. Voor al deze landen gold dat ongeveer 18 procent van de invoer dat gebruikt werd voor de uitvoer afkomstig was uit China, Rusland en de Verenigde Staten.
Goederenexport die sterk leunt op invoer
Aardolie en aardolieproducten
In totaal werd er in 2019 voor 20,3 miljard euro aan invoer verbruikt bij de uitvoer van aardolieproducten, waarvan 6,5 miljard euro werd geïmporteerd uit China, Rusland en de Verenigde Staten. Dat komt neer op 32 procent van de totale invoer die werd verwerkt in deze uitvoer. Het merendeel van deze invoer was afkomstig uit Rusland met 4,2 miljard euro, gevolgd door de Verenigde Staten met 2,2 miljard euro en China met 1 miljard euro.
Van deze 20,3 miljard invoer bestond 16,1 miljard euro uit ruwe aardolie waarvan 4,0 miljard euro uit Rusland kwam en 1,9 miljard euro uit de Verenigde Staten. Andere, aanzienlijk kleinere, invoerstromen zijn niet ruwe aardolie (-producten), resterende aardolieproducten en diensten (bijvoorbeeld zakelijke diensten, royalty’s en vervoersdiensten).
Invoer Categorie | Verenigde Staten (miljard euro) | China (miljard euro) | Rusland (miljard euro) | Europa (miljard euro) | Elders (miljard euro) |
---|---|---|---|---|---|
Ruwe aardolie en producten | 1,959 | 0,004 | 4,129 | 5,870 | 5,538 |
Overig | 0,116 | 0,085 | 0,091 | 1,272 | 0,331 |
Diensten | 0,111 | 0,009 | 0,003 | 0,694 | 0,092 |
De uitvoer van aardolieproducten, die voor ongeveer 32 procent bestond uit intermediaire invoer uit China, Rusland en de Verenigde Staten had vooral Duitsland, België en Nigeria als eindbestemming.
Gespecialiseerde machines
Voor de uitvoer van machines voor bepaalde industrieën (denk bijvoorbeeld aan machines voor landbouw of voor voedselbewerking) werd ook meer goedereninvoer dan diensteninvoer gebruikt. De in de uitvoer verwerkte invoer bestond voor 5 miljard euro uit goederen en voor 1,4 miljard euro uit diensten. Van de 5 miljard euro aan goedereninvoer kwam 0,8 miljard euro uit China, Rusland en de Verenigde Staten en van de 1,4 miljard euro aan diensteninvoer kwam 0,2 miljard euro uit deze drie landen.
De export van gespecialiseerde machines bestond voor 182 miljoen euro aan import van dezelfde categorie uit China, Rusland en de Verenigde Staten. De invoer van diverse machines uit deze drie landen (waaronder bijvoorbeeld verwarmingsmachines, pompen en mechanisch transportmaterieel vallen) droeg 166 miljoen euro bij aan de uitvoer van gespecialiseerde machines. De invoer van elektrische apparaten leverde 87 miljoen euro en stroomopwekkende machines leverde 26 miljoen euro aan de uitvoer van gespecialiseerde machines. Voor deze uitvoer werd ook diensteninvoer gebruikt, zoals 76 miljoen euro uit de Verenigde Staten geïmporteerde vergoedingen voor het gebruik van intellectueel eigendom, voor 54 miljoen euro uit de drie landen tezamen geïmporteerde technische, aan de handel gerelateerde en overige zakelijke diensten en 35 miljoen euro aan professionele en managementadviesdiensten.
Invoer Categorie | Verenigde Staten (miljoen euro) | China (miljoen euro) | Rusland (miljoen euro) | Europa (miljoen euro) | Elders (miljoen euro) |
---|---|---|---|---|---|
Gespecialiseerde machines | 145,224 | 35,903 | 0,591 | 641,175 | 165,582 |
Royalty's | 75,502 | 1,121 | 0,063 | 132,358 | 22,353 |
Instrumenten v. beroepsuitoefening | 72,019 | 14,477 | 0,280 | 126,409 | 50,826 |
Andere zakelijke diensten | 70,378 | 14,873 | 5,534 | 423,302 | 102,959 |
Diverse machines | 66,478 | 98,275 | 1,154 | 883,248 | 111,710 |
Elektrische apparaten | 22,718 | 64,324 | 0,0694 | 174,337 | 40,154 |
Generatoren en motoren | 19,025 | 6,918 | 0,047 | 181,386 | 26,396 |
Overig | 117,081 | 107,013 | 30,327 | 1575,945 | 249,465 |
Apparaten voor fotografie | 12,495 | 13,053 | 0,187 | 219,118 | 31,330 |
Metaalwaren | 9,822 | 35,561 | 0,072 | 189,819 | 19,867 |
De uitvoer van machines voor bepaalde industrieën waarvoor het meest aan invoer uit de China, Rusland en de Verenigde Staten werd gebruikt (ongeveer 16 procent) ging met name naar Taiwan, de Verenigde Staten, China en Zuid-Korea. Pas daarna volgden enkele Europese landen.
Voertuigen voor wegvervoer
Ook voor de uitvoer van voertuigen voor wegvervoer werden meer ingevoerde goederen dan diensten gebruikt. De importwaarde van ingevoerde goederen bedroeg 6 miljard euro en van diensten 1 miljard euro. De grootste invoercategorie bestond uit voertuigen voor wegvervoer, inclusief auto-onderdelen. Hiervan waren de Verenigde Staten met 345,9 miljoen euro de grootste leverancier. China leverde in 2019 voor 98,8 miljoen euro van deze inputs.
Ook werd er voor de export van wegvoertuigen ingevoerde elektrische apparaten gebruikt, waarvan 53,6 miljoen euro afkomstig was uit China en 30,2 miljoen uit de Verenigde Staten. Ook waren er computers en computeronderdelen nodig. Hiervan kwam, met 45,1 miljoen euro, ook meer uit China dan de 8,1 miljoen euro uit de Verenigde Staten. Andersom was dat bij de diensteninvoer benodigd voor de productie van wegvoertuigen. Van de benodigde zakelijke diensten was 44,7 miljoen euro afkomstig uit de Verenigde Staten en 10 miljoen euro uit China. Vergoedingen voor gebruik van intellectueel eigendom ter waarde van 49,3 miljoen euro werden voornamelijk afgedragen aan de Verenigde Staten en Europese landen.
Invoer Categorie | Verenigde Staten (miljoen euro) | China (miljoen euro) | Rusland (miljoen euro) | Europa (miljoen euro) | Elders (miljoen euro) |
---|---|---|---|---|---|
Voertuigen voor wegvervoer | 345,868 | 98,825 | 0,245 | 2808,105 | 178,848 |
Royalty's | 49,340 | 0,732 | 0,041 | 86,496 | 14,608 |
Andere zakelijke diensten | 44,719 | 9,975 | 3,919 | 285,761 | 67,541 |
Elektrische apparaten | 30,222 | 53,578 | 0,047 | 278,991 | 72,580 |
Gespecialiseerde machines | 23,565 | 5,828 | 0,096 | 104,137 | 26,866 |
Overig | 90,419 | 67,719 | 21,111 | 1540,355 | 159,048 |
Diverse machines | 10,824 | 16,710 | 0,187 | 145,006 | 18,266 |
Computers en kantoormachines | 8,093 | 45,079 | 0,029 | 35,048 | 12,673 |
Metaalwaren | 6,35099904094873 | 22,833 | 0,046 | 121,227 | 12,875 |
Rubberwaren | 4,994 | 14,662 | 0,227 | 110,076 | 22,519 |
De uitvoer van voertuigen voor wegvervoer ging met name naar Duitsland, Frankrijk, Groot-Brittannië en België. Daarna volgde de Verenigde Staten als eerste niet-EU-land.
4.5 De verwerking van grote importstromen voor de export
In de voorgaande paragraaf is de totale invoer gebruikt voor de export van bepaalde productcategorieën beschreven. Daarbij was de exportcategorie het uitgangspunt van de analyse. In deze paragraaf kijken we naar intermediaire importstromen die verwerkt worden in geëxporteerde goederen en diensten en waarvan een groot deel uit China, Rusland en de Verenigde Staten komt. Het uitgangspunt in deze paragraaf zijn de grote intermediaire importstromen, waar Nederland relatief afhankelijk is van China, Rusland en de Verenigde Staten, en in welke exportproducten of diensten deze verwerkt worden.
In figuur 4.5.1 is de top 8 van meest afhankelijke invoerstromen gebruikt voor uitvoer weergegeven. Daarbij zijn alleen invoerstromen meegenomen waarvan de waarde op zijn minst 200 miljoen euro bedroeg. Van zulke waardevolle invoerstromen staan de 8 invoerstromen genoemd waarvoor het aandeel uit China, Rusland en de Verenigde Staten het hoogste is. Hiervan zullen we drie invoerstromen nader bekijken: computers en onderdelen, telecommunicatieapparatuur en de invoer van financiële diensten.
type | Verenigde Staten (%) | China (%) | Rusland (%) | Europa (%) | Elders (%) |
---|---|---|---|---|---|
Steenkool | 137,406 | 0,682 | 177,885 | 25,023 | 180,002 |
Computers en onderdelen | 75,325 | 442,310 | 0,150 | 327,076 | 102,934 |
Telecommunicatieapparatuur | 117,098 | 533,647 | 0,620 | 488,958 | 505,621 |
Ruwe aardolie | 2341,092 | 0,000 | 4913,005 | 6012,956 | 6390,059 |
Elektrische machines | 98,967 | 251,226 | 0,472 | 477,562 | 157,064 |
Royalty's | 4644,114 | 68,929 | 3,867 | 8141,334 | 1374,935 |
Financiële diensten | 655,977 | 8,390 | 1,866 | 1658,623 | 228,802 |
Andere chemische producten | 128,765 | 80,629 | 3,209 | 606,217 | 163,889 |
Import van computers en computeronderdelen
Van alle import uit China, Rusland en de Verenigde Staten worden computers en computeronderdelen het vaakst gebruikt in de exportproductie. Bovendien wordt de import van computers en computeronderdelen gebruikt in veel verschillende exportproducten en –diensten. Van de totale import van computers en computeronderdelen gebruikt voor export komt meer dan 55 procent uit China, Rusland of de Verenigde Staten. Met name China is een grote leverancier. Deze invoer bedroeg 442 miljoen euro in 2019 van in totaal 948 miljoen euro, dat is bijna 47 procent.
In welke exportproducten en -diensten wordt deze import gebruikt? Bijna 525 miljoen euro werd in 2019 gebruikt voor de uitvoer van diensten. De export van telecommunicatie-, computer- en informatiediensten was goed voor 182 miljoen euro van deze import, voor vergoedingen voor het gebruik van intellectueel eigendom was dat 103 miljoen euro en voor andere zakelijke diensten 97 miljoen euro. Voor de uitvoer van wegvoertuigen werd bijna 91 miljoen aan invoer van computers en computeronderdelen gebruikt.
SITC_2_omschr_nl | Verenigde Staten (miljoen euro) | China (miljoen euro) | Rusland (miljoen euro) | Europa (miljoen euro) | Elders (miljoen euro) |
---|---|---|---|---|---|
ICT-diensten | 14,572 | 84,978 | 0,029 | 62,839 | 19,776 |
Royalty's | 8,223 | 48,285 | 0,016 | 35,705 | 11,237 |
Andere zakelijke diensten | 7,717 | 45,316 | 0,015 | 33,510 | 10,546 |
Wegvoertuigen | 7,213 | 42,355 | 0,014 | 31,320 | 9,857 |
Vervoersdiensten | 3,860 | 22,667 | 0,008 | 16,761 | 5,275 |
Gespecialiseerde machines | 2,642 | 15,511 | 0,005 | 11,470 | 3,610 |
Reisverkeer | 2,096 | 12,308 | 0,004 | 9,102 | 2,864 |
Elektrische apparaten | 1,901 | 11,161 | 0,004 | 8,253 | 2,597 |
Financiële diensten | 1,653 | 9,705 | 0,003 | 7,176 | 2,258 |
Diverse fabricaten | 1,492 | 8,759 | 0,003 | 6,477 | 2,038 |
Waar gaat deze export heen? Grote afnemers van export waarvoor de invoer van computers en computeronderdelen is gebruikt zijn Duitsland, Groot-Brittannië, de Verenigde Staten, België en Frankrijk zoals te zien is in de onderstaande figuur. Hierin staat de invoer gebruikt voor uitvoer uit China, de Verenigde Staten, Rusland en de totale verbruikte invoer per uitvoerland.
beschrijving | Verenigde Staten (miljoen euro) | China (miljoen euro) | Rusland (miljoen euro) | Europa (miljoen euro) | Elders (miljoen euro) |
---|---|---|---|---|---|
Duitsland | 11,772 | 69,125 | 0,023 | 51,116 | 16,087 |
Groot-Brittannië | 9,445 | 55,459 | 0,019 | 41,011 | 12,906 |
Verenigde Staten | 5,602 | 32,892 | 0,011 | 24,323 | 7,655 |
België | 5,432 | 31,894 | 0,011 | 23,585 | 7,422 |
Frankrijk | 5,104 | 29,969 | 0,010 | 22,161 | 6,974 |
Italië | 2,471 | 14,508 | 0,005 | 10,728 | 3,376 |
Spanje | 2,075 | 12,186 | 0,004 | 9,011 | 2,836 |
China | 2,021 | 11,869 | 0,004 | 8,777 | 2,762 |
Zwitserland | 1,490 | 8,751 | 0,003 | 6,471 | 2,037 |
Zweden | 1,450 | 8,513 | 0,003 | 6,295 | 1,981 |
Invoer van telecommunicatieapparatuur en onderdelen
Ook de import van telecommunicatieapparatuur en onderdelen daarvan belanden vaak in de Nederlandse export. In totaal werd 1,6 miljard euro van de invoer van telecommunicatieapparatuur gebruikt voor de export. Bijna 40 procent hiervan kwam uit China en de Verenigde Staten met 534 miljoen euro uit China en 117 miljoen euro uit de Verenigde Staten. Deze invoer werd veel gebruikt voor de uitvoer van elektrische machines en apparaten en deze intermediaire import bedroeg 428 miljoen euro. Er is ook veel import van telecommunicatieapparatuur en onderdelen nodig in de export van wetenschappelijke instrumenten en apparaten met een importwaarde van 269 miljoen euro. In de export van telecommunicatieapparatuur en onderdelen is 245 miljoen euro aan invoer van telecommunicatieapparatuur en onderdelen verwerkt. Ook voor de uitvoer van diensten blijkt deze invoer van belang; in totaal 407 miljoen euro, met name voor telecommunicatie-, computer- en informatiediensten en andere zakelijke diensten.
SITC_2_omschr_nl | Verenigde Staten (miljoen euro) | China (miljoen euro) | Rusland (miljoen euro) | Europa (miljoen euro) | Elders (miljoen euro) |
---|---|---|---|---|---|
Elektrische apparaten | 29,821 | 143,513 | 0,167 | 122,815 | 131,283 |
Instrumenten v. beroepsuitoefening | 18,691 | 90,242 | 0,105 | 77,016 | 82,492 |
Toestellen voor telecommunicatie | 17,079 | 82,485 | 0,096 | 70,361 | 75,390 |
ICT-diensten | 14,696 | 70,556 | 0,082 | 60,873 | 64,864 |
Andere zakelijke diensten | 6,230 | 29,155 | 0,033 | 26,272 | 27,027 |
Gespecialiseerde machines | 5,626 | 13,057 | 0,018 | 25,312 | 21,323 |
Computers en kantoormachines | 3,283 | 15,259 | 0,018 | 13,615 | 14,342 |
Industriële diensten | 3,228 | 15,024 | 0,017 | 13,364 | 14,030 |
Diverse fabricaten | 2,016 | 9,483 | 0,011 | 8,368 | 8,796 |
Apparaten voor fotografie | 1,806 | 8,708 | 0,010 | 7,446 | 7,966 |
De export die gebruik maakt van telecommunicatieapparatuur en onderdelen ging voornamelijk naar Duitsland, de Verenigde Staten, Groot-Brittannië en naar China. In de onderstaande figuur staat de waarde van de invoer van telecommunicatieapparatuur en onderdelen verwerkt in de uitvoer uit China, Rusland en de Verenigde Staten en de totale verbruikte invoer per uitvoerland.
beschrijving | Verenigde Staten (miljoen euro) | China (miljoen euro) | Rusland (miljoen euro) | Europa (miljoen euro) | Elders (miljoen euro) |
---|---|---|---|---|---|
Duitsland | 14,506 | 66,625 | 0,077 | 60,642 | 62,648 |
Verenigde Staten | 13,633 | 62,076 | 0,072 | 56,823 | 58,993 |
Groot-Brittannië | 11,425 | 53,631 | 0,062 | 47,613 | 49,751 |
China | 6,538 | 29,641 | 0,035 | 27,257 | 28,325 |
België | 6,202 | 28,070 | 0,032 | 26,033 | 26,668 |
Frankrijk | 5,967 | 27,425 | 0,032 | 24,944 | 25,822 |
Zwitserland | 3,250 | 15,232 | 0,018 | 13,506 | 14,158 |
Italië | 3,085 | 14,255 | 0,016 | 12,881 | 13,350 |
Tsjechië | 2,921 | 13,869 | 0,016 | 12,075 | 12,794 |
Zuid-Korea | 3,035 | 13,332 | 0,016 | 12,718 | 13,048 |
Financiële diensten
Bij diensteninvoer is er niet zo’n hoge afhankelijkheid van China, Rusland en de Verenigde Staten als bij de voorgaande categorieën. Alle afhankelijkheidspercentages lagen onder de 26 procent, behalve voor de invoer van royalty’s. We gaan nu iets dieper kijken naar de invoer van financiële diensten. Van deze invoer kwam in 2019 ruim 26 procent uit China, Rusland en de Verenigde Staten, en dan met name uit de Verenigde Staten met 656 miljoen euro van totaal 2,6 miljard euro aan invoer.
De uitvoer die gebruik maakte van financiële diensten bestond voor een groot deel ook uit diensten. De grootste invoerverbruikers waren technische, aan de handel gerelateerde en overige zakelijke diensten met 804,8 miljoen euro aan invoer, financiële diensten met 273,3 miljoen euro en informatiediensten met 178,7 miljoen euro. Ook verschillende goederenuitvoerstromen gebruikten de ingevoerde financiële diensten: voor de export van aardolie en aardolieproducten werd 49,1 miljoen euro verbruikt, voor gespecialiseerde machines 48,5 miljoen euro en voor wegvoertuigen 43,1 miljoen euro.
SITC_2_omschr_nl | Verenigde Staten (miljoen euro) | China (miljoen euro) | Rusland (miljoen euro) | Europa (miljoen euro) | Elders (miljoen euro) |
---|---|---|---|---|---|
Technische handelsdiensten | 205,103 | 2,636 | 0,596 | 525,221 | 71,218 |
Financiële diensten | 70,746 | 0,901 | 0,197 | 176,718 | 24,781 |
Informatiediensten | 45,538 | 0,585 | 0,132 | 116,619 | 15,812 |
Managementadviesdiensten | 42,298 | 0,542 | 0,121 | 107,539 | 14,725 |
Verzekeringsdiensten | 23,439 | 0,293 | 0,060 | 55,766 | 8,345 |
Royalty's | 18,727 | 0,239 | 0,053 | 46,978 | 6,550 |
Computerdiensten | 17,543 | 0,224 | 0,050 | 44,208 | 6,126 |
Overig vervoer | 14,243 | 0,182 | 0,041 | 36,008 | 4,968 |
Reisverkeer | 14,241 | 0,180 | 0,038 | 34,943 | 5,019 |
Ruwe aardolie en producten | 12,592 | 0,161 | 0,036 | 31,893 | 4,389 |
Gespecialiseerde machines | 12,445 | 0,159 | 0,035 | 31,505 | 4,339 |
Wegvoertuigen | 11,044 | 0,141 | 0,032 | 28,054 | 3,846 |
De uitvoer van goederen en diensten die de invoer van financiële diensten verbruiken gaat grotendeels naar Europa. De Verenigde Staten en Saoedi-Arabië zijn de enige twee niet-Europese landen in de top 10 zoals te zien is in figuur 4.5.7.
beschrijving | Verenigde Staten (miljoen euro) | China (miljoen euro) | Rusland (miljoen euro) | Europa (miljoen euro) | Elders (miljoen euro) |
---|---|---|---|---|---|
Duitsland | 87,241 | 1,115 | 0,247 | 220,171 | 30,450 |
Groot-Brittannië | 85,186 | 1,090 | 0,242 | 215,448 | 29,710 |
Verenigde Staten | 63,240 | 0,809 | 0,181 | 160,228 | 22,042 |
België | 45,007 | 0,574 | 0,126 | 112,783 | 15,748 |
Frankrijk | 43,170 | 0,552 | 0,122 | 108,961 | 15,067 |
Saoedi-Arabië | 37,793 | 0,486 | 0,110 | 96,835 | 13,120 |
Italië | 19,317 | 0,247 | 0,055 | 49,006 | 6,730 |
Spanje | 18,142 | 0,232 | 0,052 | 46,038 | 6,320 |
Ierland | 15,784 | 0,202 | 0,045 | 39,975 | 5,502 |
Luxemburg | 14,478 | 0,184 | 0,040 | 36,255 | 5,067 |
4.6 Casestudy: Uitvoer van auto’s, tractors en rijwielen
In 2019 exporteerde Nederland voor 14,5 miljard euro aan personenauto’s, wegtractors en rijwielen. Het gros hiervan werd geëxporteerd naar Europa, bijna 12 miljard. De export naar China, de Verenigde Staten en Rusland was samen goed voor iets meer dan 1 miljard euro. In tabel 4.6.1 worden een aantal invoerproducten afkomstig uit China, Rusland en de Verenigde Staten die verwerkt zijn in deze uitvoer belicht. In tabel 4.6.2 staat hoeveel van deze invoer gebruikt werd voor de export van auto’s, tractors en rijwielen.
China
Uit hoofdstuk 2 en 3 blijkt dat een aanzienlijk deel van de import uit China gekwalificeerd is als high-technology. Een voorbeeld hiervan zijn computers en computeronderdelen. In 2019 importeerde Nederland bijna 2,8 miljard euro hiervan uit China. Daarvan bestond bijna 1 miljard euro uit halffabricaten voor intermediair gebruik. En daarvan werd 442 miljoen euro verwerkt in de export van goederen en diensten. Het grootste deel van deze invoerstroom was dus direct voor consumptie in de Nederlandse maatschappij. Ongeveer 42 miljoen werd gebruikt voor de uitvoer van automobielen, tractors en rijwielen.
Rusland
Zoals eerder beschreven, bestond de invoer uit Rusland voor een groot deel uit grondstoffen. Het is dan ook logisch dat hiervan een groot deel in de productieketen terecht komt. Minerale brandstoffen is de invoerstroom die het meest gebruikt wordt in de Nederlandse uitvoer. Zo ook voor de uitvoer van automobielen, tractors en rijwielen. In 2019 was dat zo’n 14,7 miljoen euro.
Verenigde Staten
De Verenigde Staten behoren tot de grootste metaalproducenten ter wereld. Nederland importeert een breed scala aan metalen en metaalproducten uit de Verenigde Staten die worden gebruikt in productieprocessen. In 2019 werd er voor 476 miljoen euro aan carrosserieën uit de Verenigde Staten geïmporteerd. Bijna al deze invoer was bestemd voor intermediair verbruik. Deze intermediaire invoer van metalen en metaalproducten uit de Verenigde Staten bedroeg 470 miljoen euro. Bijna 333 miljoen euro belandde in de uitvoer, waarvan 289 miljoen euro in de uitvoer van automobielen, tractors en rijwielen.
Aan het gebruik van intellectueel eigendom zijn vaak kosten verbonden, het gebruik wordt dan gezien als een dienst die geïmporteerd wordt uit het land waar het intellectueel eigendom geregistreerd staat. Voor bijvoorbeeld technologie gebruikt in machines of in meetinstrumenten worden veel vergoedingen betaald aan de Verenigde Staten. In totaal betaalde Nederland 8,2 miljard euro aan vergoedingen voor het gebruik van intellectueel eigendom voor binnenlands gebruik aan de Verenigde Staten. Bijna 60 procent of 4,7 miljard euro hiervan werd verbruikt ten behoeve van de uitvoer. Voor de uitvoer van automobielen, tractors en rijwielen werd ongeveer 50 miljoen euro aan ingevoerde royalty’s uit de Verenigde Staten gebruikt, waarmee het belang van ingevoerde diensten in productieprocessen verder wordt benadrukt.
Invoer van | Binnenlands verbruik (mln) | waarvan intermediair verbruik (mln) | waarvan t.b.v. uitvoer (mln) |
---|---|---|---|
Minerale brandstoffen | 8 197 | 7 758 | 6 079 |
Carroserie voor autos, tractors en bussen uit de VS | 476 | 470 | 333 |
Computers en onderdelen daarvoor uit China | 2 725 | 999 | 442 |
Royalty's aan de VS | 8 153 | 7 908 | 4 644 |
Bron: CBS. |
Gebruikt voor uitvoer van automobielen, tractors, rijwielen naar: | |||
---|---|---|---|
Invoer van | China (mln) | Rusland (mln) | Verenigde Staten (mln) |
Minerale brandstoffen, aardolie uit Rusland | 0,3 | 0,2 | 0,9 |
Carroserie voor autos, tractors en bussen uit de VS | 6,8 | 4,7 | 20,5 |
Computers en onderdelen daarvoor uit China | 0,9 | 0,6 | 2,8 |
Royalty's aan de VS | 1,0 | 0,7 | 3,1 |
Invoer van | Europa (mln) | Elders (mln) | Totaal (mln) |
Minerale brandstoffen, aardolie uit Rusland | 12,0 | 1,3 | 14,7 |
Carroserie voor autos, tractors en bussen uit de VS | 228,8 | 27,7 | 288,5 |
Computers en onderdelen daarvoor uit China | 33,8 | 4,0 | 42,1 |
Royalty's aan de VS | 40,6 | 4,4 | 49,8 |
Bron: CBS. |
4.7 Literatuur
Aerts, N., Notten, T., Prenen, L., Rooyakkers, J. & Wong, K.F. (2020). Nederlandse verdiensten aan internationale handel. Nederland Handelsland: Export, investeringen en werkgelegenheid 2020. Den Haag/Heerlen/Bonaire: Centraal Bureau voor de Statistiek.
CBS (2020). Internationaliseringsmonitor 2020, derde kwartaal: Internationale handel in diensten en R&D. Den Haag/Heerlen/Bonaire: Centraal Bureau voor de Statistiek.
Bown, C. (2020). US-China Trade War Tariffs: An Up-to-Date Chart. PIIE Peterson Institute of International Economics. Geraadpleegd van https://www.piie.com/research/piie-charts/us-china-trade-war-tariffs-date-chart.
Franssen, L. & Notten, T. (2020). Handelstarieven en productieketens. Internationaliseringsmonitor 2020, vierde kwartaal: Handelspolitiek. Den Haag/Heerlen/Bonaire: Centraal Bureau voor de Statistiek.
Hummels, D., Ishii, J. & Yi, K.M. (2001). The nature and growth of vertical specialization in world trade. Journal of International Economics 54(1), pp. 75-96.
Smit, R. & Wong, K.F. (2017). Ontwikkeling microdata 2012-2016: Internationale handel in diensten; tijdreeks 2012-2016. Den Haag/Heerlen/Bonaire: Centraal Bureau voor de Statistiek.
2) De cijfers in dit rapport zijn verkregen door de gegevens van de nationale rekeningen met die van de statistieken Internationale Handel in Goederen en Internationale Handel in Diensten te combineren, en hierbij worden de cijfers van de nationale rekeningen als leidend beschouwd. Door verschillen in definities en methoden wijken deze cijfers af van de overige randtotalen zoals gepresenteerd op StatLine, die gebaseerd zijn op de handelsstatistieken.
5. De bilaterale investeringsrelatie met China, Rusland en de Verenigde Staten
5.1 Inleiding
Dit hoofdstuk beschrijft de bilaterale investeringsrelaties tussen Nederland en de drie landen. Daarbij maken we gebruik van macro-financiële cijfers van De Nederlandsche Bank (DNB). De volgende vragen staan centraal:
- Hoeveel wordt er vanuit Nederland geïnvesteerd in bovenstaande landen? Hoeveel daarvan wordt via Bijzondere Financiële Instellingen (bfi's) doorgesluisd? Zijn deze investeringen gestegen of gedaald?
- Door welke bedrijfstakken wordt het meeste geïnvesteerd? Wat is de trend per bedrijfstak?
- Hoeveel investeren China, Rusland en de Verenigde Staten in Nederland? Hoeveel daarvan belandt niet in Nederland maar wordt via bfi’s doorgesluisd naar het buitenland? Zijn deze investeringen gestegen of gedaald?
- In welke bedrijfstakken wordt het meeste geïnvesteerd door China, Rusland en de Verenigde Staten? Zijn deze investeringen gestegen of gedaald?
Leeswijzer
In paragraaf 5.2 wordt eerst gekeken naar de uitgaande Nederlandse investeringen in China, Rusland en de Verenigde Staten. In paragraaf 5.3 worden de inkomende investeringen uit de drie landen beschreven.
5.2 Uitgaande Nederlandse investeringen in China, Rusland en de Verenigde Staten
In deze paragraaf wordt dieper ingegaan op de Nederlandse directe investeringspositie in China, Rusland en de Verenigde Staten. Eerder CBS-onderzoek (o.a. Franssen & Jaarsma, 2019; Franssen & Lammertsma, 2019; Creemers et al., 2020a) illustreert dat Nederland doorgaans een hoge investeringspositie bezet in de Verenigde Staten. Ook blijken de Verenigde Staten de belangrijkste bestemming te zijn voor Nederlandse investeringen. Deze sleutelpositie van de Verenigde Staten wordt (gedeeltelijk) weerspiegeld in figuur 5.2.1. Hierin zijn de totale Nederlandse uitgaande investeringen in China, Rusland en de Verenigde Staten in de periode 2015-2018 afgebeeld. In figuur 5.2.1 worden de investeringen die bij Nederlandse Bijzondere Financiële Instellingen (bfi) uitstaan afzonderlijk weergegeven. Een gedeelte van de directe buitenlandse investeringen die Nederland binnenkomen, komt immers niet in de Nederlandse economie terecht maar wordt via bfi’s van het ene naar het andere land doorgesluisd. Uit figuur 5.2.1 is op te maken dat een aanzienlijk gedeelte van de totale Nederlandse investeringen naar China, Rusland en de Verenigde Staten via Nederlandse bfi’s verloopt, vooral voor Rusland is dit aandeel met ruim 89 procent in 2018 dominant. Om de Nederlandse investeringspositie in een land op waarde te schatten, ofwel een goed beeld te krijgen in hoeverre Nederland daadwerkelijk investeert in dat land, is het zinvol om de investeringsstromen via bfi’s buiten beschouwing te laten.
Land | Jaar | Exclusief bfi's (mld euro) | Bfi's (mld euro) |
---|---|---|---|
China | 2015 | 16,132 | 13,43 |
China | 2016 | 12,951 | 15,475 |
China | 2017 | 12,208 | 13,907 |
China | 2018 | 12,724 | 11,754 |
Rusland | 2015 | 20,83 | 31,524 |
Rusland | 2016 | 13,753 | 92,25 |
Rusland | 2017 | 9,609 | 88,67 |
Rusland | 2018 | 11,444 | 94,975 |
Verenigde Staten | 2015 | 268,999 | 411,698 |
Verenigde Staten | 2016 | 356,88 | 451,217 |
Verenigde Staten | 2017 | 341,139 | 552,919 |
Verenigde Staten | 2018 | 311,667 | 532,816 |
Bron: DNB |
In 2018 bedroegen de totale uitgaande investeringen (exclusief bfi’s1)) in de Verenigde Staten 312 miljard euro, een stijging van 16 procent (43 miljard euro) ten opzichte van 2015. Daarmee steken de Verenigde Staten met kop en schouders boven China en Rusland uit. Ondanks een gemiddelde groei van circa 16 procent, zien we dat het volume Nederlandse investeringen in de Verenigde Staten de laatste jaren tanende is. Volgens UNCTAD (2019) heeft met name de combinatie van onzekerheid door de Brexit en de verlaging van de winstbelasting in de Verenigde Staten (Tax Cuts and Jobs Act 2017) bijgedragen aan de afremming van de mondiale investeringsuitgaven. Met een lichte groei van 3 procent bleven de investeringen in Rusland relatief constant, schommelend tussen 9,6 en 13,8 miljard euro.
De totale waarde van uitgaande investeringen in China daalde daarentegen van 16,1 miljard euro in 2015 naar 12,7 miljard euro in 2018. China was daarmee in 2018 de 26e investeringsbestemming voor Nederlandse bedrijven (Creemers et al., 2020b). Eén van de mogelijke factoren die ten grondslag ligt aan de relatief beperkte investeringspositie van Nederland in China, is volgens Creemers et al. (2020b) het feit dat het niet gemakkelijk is om als buitenlands bedrijf in China een stevige of onafhankelijke voet aan de grond te krijgen. In veel gevallen – zeker op technologisch gebied – is een potentiële buitenlandse investeerder in China verplicht een joint venture aan te gaan met een Chinees bedrijf, zodat er kennisoverdracht en technologische spillover van het buitenlandse bedrijf naar China kan plaatsvinden. Het feit dat in veel gevallen het buitenlandse bedrijf geen meerderheidsbelang heeft in de nieuwe onderneming, bedrijfsspecifieke kennis moet overdragen of veel lokale concurrentie en bureaucratie ondervindt, kan remmend werken in het doen van investeringen in China (Jiang et al., 2016; Gros, 2019; Creemers et al., 2020b). Anderzijds is het aannemelijk dat de informatie op basis van directe buitenlandse investeringen slechts een deel van de Nederlandse investeringsrelatie met China laat zien. Nederlandse bedrijven kunnen immers via andere landen, bijvoorbeeld via Singapore of Hongkong, investeringen hebben uitstaan in China. Een studie van UNCTAD (2019) suggereert een substantiële onderschatting van de Nederlandse uitgaande investeringspositie in China als er geen rekening gehouden wordt met deze indirecte investeringsstroom. Dat is op basis van nieuwe cijfers die licht werpen op de oorspronkelijke eigenaar van buitenlandse investeringen in China. Volgens UNCTAD (2019) investeerde Nederland in 2017 in totaal – dus direct alsook via andere landen – zo’n 39,6 miljard euro in China, fors hoger dan wanneer er alleen gekeken wordt naar de Nederlandse directe investeringen in China (12,2 miljard euro in 2017).
Figuur 5.2.2 toont welke Nederlandse bedrijfstakken directe buitenlandse investeringen doen in de Verenigde Staten. Een eerste observatie is dat er in een paar gevallen sprake is van forse sectorale verschuivingen tussen de jaren. Zo vallen de investeringen in de Verenigde Staten door de Nederlandse voedings- en genotmiddelenindustrie op; in 2017 ging het nog om ruim 56 miljard euro, een jaar later werd dit bedrag zelfs negatief (-860 miljoen euro). Dit heeft te maken met het feit dat directe investeringen van dochterbedrijven in hun moeder worden afgetrokken van de investeringen van de moeder in de dochter (zie ook OESO, 2014). Als er bijvoorbeeld in Nederland veel financiering plaatsvindt en investeringen van de dochter in de moeder groter zijn dan andersom, levert dat in sommige gevallen negatieve posities op.
Jaar | Delfstoffenwinning, olie- en chemische industrie (mld euro) | Metaal- en elektrotechnische industrie (mld euro) | Voedings- en genotmiddelenindustrie (mld euro) | Overige industrie (mld euro) | Handel (mld euro) | Vervoer, opslag en communicatie (mld euro) | Financiële instellingen (mld euro) | Overige dienstverlening (mld euro) |
---|---|---|---|---|---|---|---|---|
2018 | 99,885 | 59,515 | -0,86 | 6,84 | 13,528 | 12,29 | 112,244 | 8,226 |
2017 | 94,431 | 69,24 | 56,248 | 5,848 | 14,062 | 15,095 | 79,17 | 7,045 |
2015 | 75,438 | 62,812 | 17,053 | 18,596 | 12,458 | 12,085 | 68,998 | 1,558 |
Bron: DNB |
In 2018 werd het merendeel van de totale Nederlandse investeringsuitgaven in de Verenigde Staten gedaan door de financiële sector (112 miljard euro), de delfstoffenwinning en chemie (100 miljard euro) en de metaal- en elektrotechnische industrie (60 miljard euro). Samen waren ze verantwoordelijk voor 87 procent van de totale uitgaande investeringen in de Verenigde Staten. Qua ontwikkeling zien we dat bedrijven in de financiële sector fors meer zijn gaan investeren in de Verenigde Staten. Ook bedrijven in de Nederlandse delfstoffenwinning en chemie deden geleidelijk meer investeringen in de Verenigde Staten. De metaal- en elektrotechnische industrie en – in zekere zin – de voedings- en genotmiddelenindustrie hielden minder investeringen in de Verenigde Staten aan.
Figuur 5.2.3 toont per Nederlandse bedrijfstak de uitgaande investeringspositie in China en Rusland. Hoewel op totaalniveau de Nederlandse investeringen in Rusland relatief stabiel waren tussen 2015-2018 zijn er wel degelijk sectorale verschuivingen zichtbaar. Zo blijkt uit figuur 5.2.3 dat bedrijven in de delfstoffenwinning en chemie, handel en de vervoer en opslag het meeste in Rusland investeerden, vooral de investeringen door de delfstoffenwinning en chemie, en de handel namen in de laatste jaren sterk toe. Daartegenover stond een gezamenlijke daling van de investeringen in Rusland door de voedings- en genotmiddelenindustrie, vervoer en opslag en overige industrie. Uitgaande directe investeringen in China kwamen volgens figuur 5.2.3 in 2018 voornamelijk voor rekening van de Nederlandse delfstoffenwinning en chemie, gevolgd door de voedings- en genotmiddelenindustrie, handel en de financiële sector. Vooral de delfstoffenwinning en chemie, en de voedings- en genotmiddelenindustrie investeerden steeds meer in China; de handel, financiële sector en de metaal- en elektrotechnische sector zagen daarentegen in die periode hun investeringspositie in China afnemen.
Land | Jaar | Delfstoffenwinning, olie- en chemische industrie (mld euro) | Metaal- en elektrotechnische industrie (mld euro) | Voedings- en genotmiddelenindustrie (mld euro) | Overige industrie (mld euro) | Handel (mld euro) | Vervoer, opslag en communicatie (mld euro) | Financiële instellingen (mld euro) | Overige dienstverlening (mld euro) |
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
China | 2018 | 6,595 | -0,825 | 3,096 | 0,57 | 1,278 | 0,571 | 1,171 | 0,269 |
China | 2017 | 5,461 | 0,26 | 2,598 | 0,669 | 1,367 | 0,544 | 0,972 | 0,336 |
China | 2015 | 5,686 | 1,164 | 2,723 | 0,404 | 1,436 | 0,893 | 3,756 | 0,071 |
Rusland | 2018 | 2,994 | 0,459 | 0,714 | 0,462 | 3,434 | 2,496 | 0,817 | 0,069 |
Rusland | 2017 | 2,766 | 0,404 | 0,913 | 0,446 | 3,931 | 0,034 | 1,05 | 0,064 |
Rusland | 2015 | -0,06 | 0,421 | 2,384 | 1,414 | 1,795 | 4,367 | 0,925 | 0,164 |
Bron: DNB |
5.3 Inkomende investeringen uit China, Rusland en de Verenigde Staten
Terwijl de vorige paragraaf de uitgaande investeringen in China, Rusland en de Verenigde Staten beschreef, komen in deze paragraaf de inkomende investeringen uit deze drie landen aan de orde. Figuur 5.3.1 toont de totale inkomende investeringen uit de Verenigde Staten voor de jaren 2015-2018. In figuur 5.3.2 zijn de inkomende investeringen uit China en Rusland afgebeeld. In figuren 5.3.1 en 5.3.2 maken we net als in de voorgaande paragraaf een onderscheid naar investeringen die bestemd zijn voor Nederlandse bedrijven en investeringsstromen die via bfi’s doorgesluisd worden naar andere landen. We zien dat een dominant gedeelte van de investeringen afkomstig uit China, Rusland en de Verenigde Staten via Nederlandse bfi’s doorstroomt naar andere landen. Dit strookt met de observatie dat Nederland doorgaans vanwege fiscale voordelen voor multinationale ondernemingen als doorsluisland wordt gekenmerkt (CBS, 2018; Lejour et al., 2019). Net als in de voorgaande paragraaf worden de investeringen via bfi’s in het vervolg buiten beschouwing gelaten.
Jaar | Exclusief bfi's (mld euro) | Bfi's (mld euro) |
---|---|---|
2015 | 167,383 | 604,44 |
2016 | 245,188 | 726,44 |
2017 | 207,644 | 708,95 |
2018 | 180,197 | 542,531 |
Bron: DNB |
Land | Jaar | Exclusief bfi's (mld euro) | Bfi's (mld euro) |
---|---|---|---|
China | 2015 | 2,627 | 23,711 |
China | 2016 | 2,051 | 21,688 |
China | 2017 | 1,571 | 26,913 |
China | 2018 | 1,442 | 23,839 |
Rusland | 2015 | 3,673 | 36,121 |
Rusland | 2016 | -0,839 | 43,583 |
Rusland | 2017 | -0,772 | 31,519 |
Rusland | 2018 | 0,123 | 30,388 |
Bron: DNB |
Uit figuren 5.2.1 en 5.3.1 kunnen we opmaken dat Amerikaanse bedrijven over het algemeen minder in Nederland investeren dan andersom. De Amerikaanse investeringen in Nederland namen toe van 167 miljard euro in 2015 tot 180 miljard in 2018, oftewel een stijging van bijna 8 procent. Net als bij de uitgaande investeringen in de Verenigde Staten zien we dat de waarde van de Amerikaanse investeringen in Nederland de laatste twee jaren is afgenomen, dit volgt de trend die we in de voorgaande paragraaf geschetst hebben. Deze neerwaartse trend lijkt ook van toepassing op Chinese en Russische investeringen in Nederland, vooral de Russische investeringspositie viel volledig weg. In 2015 bedroeg het totaal aan inkomende investeringen uit Rusland 3,7 miljard euro, in 2018 was dit slechts 123 miljoen euro. In 2018 werd voor 1,4 miljard euro door China in Nederland geïnvesteerd, een halvering ten opzichte van 2015, toen China nog 2,6 miljard euro aan investeringen in Nederland had uitstaan. Chinese directe investeringen in Europa groeiden tot 2017 wel erg hard (Creemers et al., 2020b). In 2017 stelde China strengere eisen aan de uitstroom van kapitaal, wat tot gevolg had dat o.a. de investeringen in de EU afnamen. Ook de dalende trend van de wereldwijde investeringsuitgaven die de laatste jaren is ingezet speelde een rol in deze krimp (UNCTAD, 2019; OESO, 2020). Daarnaast is het net zoals in de voorgaande paragraaf mogelijk dat de informatie gebaseerd op alleen de Chinese directe investeringen in Nederland een vertekend beeld geeft van de Chinese investeringspositie in Nederland. Volgens Hagendoorn (2020) is er immers sprake van een hevige onderschatting, aangezien bijna alle investeringen van Chinese ondernemingen via Hong Kong lopen. Vooral voor de Verenigde Staten bleek volgens Hagendoorn (2020) dit patroon zichtbaar: de Verenigde Staten hadden in 2017 in totaal (dus direct of via tussenschakels) voor ruim 551 miljard euro aan investeringen in Nederland uitstaan. Volgens de ‘traditionele’ macro-cijfers over de Amerikaanse directe investeringen in Nederland ging het om fors minder, namelijk 208 miljard euro. Investeringen vanuit de Verenigde Staten in Nederland lopen voornamelijk via Curaçao, Luxemburg, het Verenigd Koninkrijk en Bermuda.
Figuur 5.3.3 laat zien hoe de inkomende investeringen uit de Verenigde Staten verdeeld zijn over de Nederlandse sectoren. Iets meer dan de helft – zo’n 53 procent – van de 180 miljard euro aan de totale inkomende directe investeringen uit de Verenigde Staten was bestemd voor de financiële sector. Tussen 2015 en 2018 nam dit bedrag toe met 16 miljard, oftewel een stijging van 20 procent. Ook het aandeel was groot voor de Nederlandse delfstoffenwinning en chemie (33 miljard) en de voedings- en genotmiddelenindustrie (19 miljard). Nederlandse bedrijven in de delfstoffenwinning en chemie ontvingen tussen 2015 en 2018 meer Amerikaanse investeringen, in gelijke tred met de financiële sector. Daarentegen werd er minder geïnvesteerd door Amerikaanse bedrijven in de voedings- en genotmiddelenindustrie en de metaal- en elektrotechnische industrie.
Jaar | Delfstoffenwinning, olie- en chemische industrie (mld euro) | Metaal- en elektrotechnische industrie (mld euro) | Voedings- en genotmiddelenindustrie (mld euro) | Overige industrie (mld euro) | Handel (mld euro) | Vervoer, opslag en communicatie (mld euro) | Financiële instellingen (mld euro) | Overige dienstverlening (mld euro) |
---|---|---|---|---|---|---|---|---|
2018 | 33,164 | 7,467 | 18,711 | 2,311 | 9,882 | 9,501 | 95,815 | 3,345 |
2017 | 37,78 | 6,155 | 19,007 | 2,334 | 3,461 | 16,035 | 119,302 | 3,57 |
2015 | 28,408 | 11,571 | 23,034 | 3,298 | 8,54 | 4,331 | 79,983 | 8,218 |
Bron: DNB |
Wat betreft de Russische investeringen in Nederland valt de financiële sector op. We zien in figuur 5.3.4 dat de negatieve posities van Rusland in Nederland in figuur 5.3.2 volledig toe te schrijven zijn aan de Russische investeringen in de Nederlandse financiële sector. Een andere opvallende observatie is dat Rusland het meeste (zo’n 18 miljard euro) en steeds vaker in de Nederlandse delfstoffenwinning en chemie investeert; tussen 2015 en 2018 gaat het om een groei van 57 procent. De Chinese investeringspositie in Nederlandse sectoren is vrij gediversifieerd. De top drie sectoren waarin China in 2018 vooral investeringen had uitstaan bestond uit de overige dienstverlening, delfstoffenwinning en chemie, en de financiële sector, samen goed voor bijna drie kwart van de totale inkomende investeringen uit China. Tussen 2015 en 2018 ontvingen vooral de delfstoffenwinning en chemie, en de metaal- en elektrotechnische industrie investeringen uit China. Daarentegen zagen de Nederlandse bedrijven in de handel, de financiële sector en vervoer en opslag hun investeringen uit China fors afnemen.
Land | Jaar | Delfstoffenwinning, olie- en chemische industrie (mld euro) | Metaal- en elektrotechnische industrie (mld euro) | Voedings- en genotmiddelenindustrie (mld euro) | Overige industrie (mld euro) | Handel (mld euro) | Vervoer, opslag en communicatie (mld euro) | Financiële instellingen (mld euro) | Overige dienstverlening (mld euro) |
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
China | 2018 | 0,301 | 0,173 | -0,001 | 0 | 0,196 | 0,004 | 0,211 | 0,558 |
China | 2017 | 0,123 | 0,159 | 0,222 | 0,001 | 0,176 | 0,068 | 0,272 | 0,55 |
China | 2015 | 0,254 | 0,002 | 0,005 | -0,002 | 0,989 | 0,121 | 0,556 | 0,702 |
Rusland | 2018 | 1,792 | 0,001 | 0,075 | 0,024 | 0,348 | 0,001 | -2,27 | 0,153 |
Rusland | 2017 | 1,556 | 0,001 | 0,312 | 0,011 | 0,234 | 0,001 | -3,034 | 0,147 |
Rusland | 2015 | 1,142 | 0 | 0,037 | 0,004 | 0,002 | 0,001 | 2,349 | 0,137 |
Bron: DNB |
Literatuur
CBS (2018). Internationaliseringsmonitor 2018, vierde kwartaal: Financiële globalisering. Den Haag/Heerlen/Bonaire: Centraal Bureau voor de Statistiek.
Creemers, S., Franssen, L. & Jaarsma, M. (2020a). Buitenlandse investeringen en multinationals. Nederland Handelsland: Export, investeringen en werkgelegenheid 2020. Den Haag/Heerlen/Bonaire: Centraal Bureau voor de Statistiek.
Creemers, S., Jaarsma, M., Notten, T. & Rooyakkers, J. (2020b). De handels- en investeringsrelatie tussen Nederland en China. Internationaliseringsmonitor 2020, tweede kwartaal: China. Den Haag/Heerlen/Bonaire: Centraal Bureau voor de Statistiek.
Franssen, L. & Jaarsma, M. (2019). Buitenlandse investeringen en multinationals. Nederland Handelsland: Export, investeringen en werkgelegenheid 2019. Den Haag/Heerlen/Bonaire: Centraal Bureau voor de Statistiek.
Franssen, L. & Lammertsma, A. (2019). Bestemming en herkomst van Amerikaanse directe investeringen. Internationaliseringsmonitor 2019, eerste kwartaal: Verenigde Staten. Den Haag/Heerlen/Bonaire: Centraal Bureau voor de Statistiek.
Gros, D. (2019). This is not a trade war, it is a struggle for technological and geo-strategic dominance. In CESifo Forum (Vol. 20, No. 1, pp. 21–26). München: ifo Institut–Leibniz-Institut für Wirtschaftsforschung an der Universität München.
Hagendoorn, E. (2020). VS nog belangrijker dan gedacht voor directe investeringen in Nederland. Economische Statistische Berichten (ESB), 105(4786), 276-277.
Jiang, K., Keller, W., Qiu, L. & Ridley, W. (2019). China’s joint venture policy and the international transfer of technology. VoxChina. Geraadpleegd van http://www.voxchina.org/show-3-115.html.
Lejour, A., Möhlmann, J., & van ’t Riet, M. (2019). Doorsluisland NL doorgelicht. CPB Policy Brief. Geraadpleegd van https://www.cpb.nl/sites/default/files/omnidownload/CPB-Policy-Brief-2019-01-Doorsluisland-NL-doorgelicht.pdf.
OESO (2014). Implementing the latest international standards for compiling foreign direct investment statistics. Geraadpleegd van https://www.oecd.org/daf/inv/FDI-statistics-asset-liability-vs-directional-presentation.pdf.
OESO (2020). OECD Investment policy responses to COVID-19. Geraadpleegd van
https://read.oecd-ilibrary.org/view/?ref=129_129922-gkr56na1v7&title=OECD-Investment-Policy-Responses-to-COVID-19.
UNCTAD (2019). World Investment Report 2019. Special Economic Zones. Geraadpleegd van https://unctad.org/system/files/official-document/wir2019_en.pdf.
6. Conclusie
Geopolitieke onzekerheden in de wereldeconomie, zoals het handelsconflict tussen China en de Verenigde Staten, zorgen ervoor dat exportafhankelijke bedrijfstakken onder een veel grotere druk komen te staan dan sectoren die voornamelijk leunen op de binnenlandse consumptie. In dit rapport worden de bilaterale Nederlandse investerings- en handelsrelaties met China, Rusland en de Verenigde Staten beschreven. We bouwen voort op het onderzoek van Cremers et al. (2019), dat beschreef hoe Nederland afhankelijk is van producten uit China, Rusland en de Verenigde Staten, waarbij we in dit rapport ons toespitsen op de internationale handel in diensten en de directe buitenlandse investeringen. Door de aanvulling van de dienstenhandel wordt de reikwijdte van dit onderzoek sterk verbreed.
Hoofdstuk 2: Export van goederen
Van alle bestemmingen buiten de EU werden de meeste goederen geëxporteerd naar de Verenigde Staten. Er werd voor 21,1 miljard euro aan goederen naar de Verenigde Staten geëxporteerd, waarvan 14,2 miljard euro goederen van Nederlandse makelij. Dat was 6,1 procent van de totale goederenuitvoer van Nederlandse makelij en daarmee waren de Verenigde Staten de vijfde belangrijkste bestemming van Nederlandse exportgoederen. Deze uitvoer werd gedomineerd door machines en vervoermaterieel. Naar China werd 11,0 miljard euro geëxporteerd, waarvan 8,0 miljard euro goederen van Nederlandse makelij waren. Daarmee was China in 2019 de zesde belangrijkste bestemming van Nederlandse exportgoederen. Voor Rusland was dit 5,3 miljard in totaal en 2,9 miljard euro aan goederen van Nederlandse makelij. Ook naar deze landen ging het met name om de export van Nederlandse machines en vervoermaterieel.
De gemiddelde jaarlijkse groei van de totale export van Nederlandse makelij tussen 2015 en 2019 bedroeg 2,3 procent per jaar. Van de drie landen rapporteerde China de grootste gemiddelde jaarlijkse groei van de export van Nederlandse makelij: tussen 2015 en 2019 groeide de uitvoer naar China gemiddeld genomen met 12,6 procent per jaar. Daarna volgde de uitvoer naar de Verenigde Staten met 9,7 procent per jaar en de uitvoer naar Rusland groeide gemiddeld met 8,8 procent per jaar. Voor alle drie de landen groeide de export van Nederlandse makelij dus harder dan gemiddeld. De forse stijging van de export naar China heeft twee duidelijke redenen: sinds het schandaal met babymelkpoeder in 2008 blijft de uitvoer van Nederlands babymelkpoeder stijgen en door de Afrikaanse varkenspest in China en andere landen is de uitvoer van vlees ook aanzienlijk gestegen.
Hoofdstuk 2: Import van goederen
Nederlandse bedrijven en consumenten importeerden in 2019 in totaal voor 84,2 miljard euro aan goederen uit China, Rusland en de Verenigde Staten, samen goed voor ruim 20,4 procent van de totale Nederlandse goederenimport. Van deze drie landen werd de grootste bijdrage aan de import geleverd door China met 42,3 miljard euro, deze import vertegenwoordigde bijna 10 procent van de Nederlandse goederenimport. Het grootste gedeelte van de goederenimport uit China blijkt bestemd voor wederuitvoer. In 2019 importeerde Nederland voor 26,8 miljard euro aan goederen uit China voor wederuitvoer, 5 miljard meer dan in 2015, oftewel een stijging van 23 procent. De invoer voor de Nederlandse markt steeg in die periode iets harder met bijna 40 procent. Een geïmporteerd product uit China lijkt in de laatste jaren dus relatief vaker bestemd voor de Nederlandse markt. Een identiek patroon is zichtbaar voor de import uit de Verenigde Staten. Daarnaast importeerde Nederland in de laatste jaren meer producten uit China dan uit de Verenigde Staten voor binnenlands gebruik. Goederenimport uit Rusland nam in 2019 licht af tot 12,2 miljard euro. Dit komt met name door een sterke daling van de import voor de binnenlandse markt. Ingevoerde producten uit Rusland vallen voornamelijk in de categorie grondstoffen en minerale brandstoffen. De daling is zowel te zien bij de invoer van aardolie als gas.
Uit China en de Verenigde Staten werden in 2019 bij uitstek producten geïmporteerd die onder machines en vervoermaterieel vallen. Deze invoer uit de Verenigde Staten en China vertegenwoordigde een totale importwaarde van bijna 39 miljard euro. In totaal voerde Nederland in deze categorie voor ongeveer 139 miljard euro in, waarvan meer dan een kwart afkomstig is uit China en de Verenigde Staten. Na machines en vervoermaterieel werden uit China en de Verenigde Staten vooral goederen in de categorie industriële producten ingevoerd. Het merendeel van deze import betrof wederuitvoer. Ook met de invoer van chemische producten zijn aanzienlijke bedragen gemoeid, met name vanuit de Verenigde Staten.
Hoofdstuk 2: Import en Export van diensten
De Nederlandse uitvoer van diensten naar China, Rusland en de Verenigde Staten bedroeg 18,1 miljard euro in 2019, goed voor 10,1 procent van de totale dienstenuitvoer. Van deze dienstenuitvoer was 14,2 miljard, of 79 procent toe te schrijven aan de Verenigde Staten. Naar China werd voor 2,4 miljard euro aan diensten geëxporteerd en naar Rusland voor bijna 1,5 miljard euro. De dienstenuitvoer naar China, Rusland en de Verenigde Staten nam in 2016 af en steeg daarna gemiddeld met 3,0 procent per jaar (tussen 2016 en 2019). Nederland exporteerde voornamelijk ICT-diensten naar China, terwijl zakelijke diensten domineerden in de export naar Rusland en de Verenigde Staten. In de volgende zes dienstencategorieën was het aandeel van de Verenigde Staten als bestemming hoger dan 5 procent in 2019: persoonlijke, culturele en recreatieve diensten, financiële diensten, zakelijke diensten, ICT-diensten, verzekeringsdiensten en vervoersdiensten.
Nederlandse bedrijven en consumenten importeerden voor 24,9 miljard euro aan diensten uit China, Rusland en de Verenigde Staten in 2019, goed voor 15,9 procent van het totaal. De diensteninvoer uit de drie landen was dus 37,4 procent hoger dan de dienstenuitvoer naar de drie landen, maar de gemiddelde jaarlijkse importgroei was bescheiden met slecht 0,7 procent per jaar sinds 2015. De hogere importafhankelijkheid was volledig toe te schrijven aan de Verenigde Staten die een nog belangrijkere handelspartner aan de invoerkant waren (terwijl China en Rusland minder belangrijk waren - zowel in relatieve als in absolute zin). Bovendien bestond 65,1 procent van de totale invoer uit de Verenigde Staten – een van de grootste handelspartners voor Nederland – uit diensten (en minder dan 5 procent van de totale invoer uit respectievelijk Rusland en China).
Van de drie landen importeerde Nederland verreweg de meest diensten uit de Verenigde Staten, met 22,5 miljard namelijk 90 procent van het totaal. De Verenigde Staten werden gevolgd door China met 1,9 miljard euro en Rusland met 525 miljoen euro. Zowel voor China als voor Rusland speelde de invoer van zakelijke diensten verreweg de belangrijkste rol (meestal toegeschreven aan technische, aan de handel verbonden en overige zakelijke diensten). Vergoedingen voor het gebruik van intellectueel eigendom waren de belangrijkste importcategorie uit de Verenigde Staten, gevolgd door zakelijke diensten, ICT-diensten, en financiële diensten.
Er is een afname te zien in de afhankelijkheid van de Nederlandse dienstenuitvoer naar China, Rusland en de Verenigde Staten. Deze afhankelijkheid daalde van 12,0 procent in 2015 tot 10,1 procent in 2019. Bij de dienstenimport doet zich daarentegen een kleine toename voor in de afhankelijkheid van de drie landen. De importafhankelijkheid van de drie landen steeg van 14,9 procent in 2015 tot 15,9 procent in 2019. De afname in exportafhankelijkheid van de drie landen heeft voornamelijk te doen met de sterke exportgroei van diensten binnen Europa.
Hoofdstuk 3: Import- en exportpakket van Nederlandse bedrijven
In 2019 exporteerden Nederlandse bedrijven voor ruim 14,2 miljard euro aan goederen van Nederlandse makelij naar de Verenigde Staten, voor bijna 8 miljard euro naar China en voor bijna 2,9 miljard euro naar Rusland. De goederenexport naar deze drie landen steeg sinds 2015 harder dan de totale goederenexport. De bedrijfstakken die domineerden in de goederenexport naar China, Rusland en de Verenigde Staten waren de machine-industrie, de voedings- en genotmiddelenindustrie en de chemische industrie. De aardolie-industrie had ook een prominente rol in de goederenexport naar de Verenigde Staten.
De Verenigde Staten en China zijn belangrijke exportmarkten voor de Nederlandse machine-industrie met aandelen van respectievelijk 13,3 procent en 7,4 procent in 2019. De Verenigde Staten waren ook de bestemming van 8,9 procent van door de elektrotechnische industrie geëxporteerde goederen van Nederlandse makelij en van 7,3 procent van de export van de auto-en aanhangwagenindustrie. Voor de voedings- en genotmiddelenindustrie was China belangrijk met een aandeel van 5,2 procent in de totale goederenexport van Nederlandse makelij van deze bedrijfstak. Rusland was een belangrijke afzetmarkt voor de goederenexport van de farmaceutische industrie met een aandeel van 5,4 procent in de totale export van Nederlandse makelij van deze bedrijfstak.
De dienstenexport van Nederlandse bedrijven naar de Verenigde Staten bedroeg 14,1 miljard euro in 2019. Naar China werd voor 2,4 miljard euro aan diensten geëxporteerd en naar Rusland voor 1,4 miljard euro. De dienstenexport naar de Verenigde Staten is sinds 2015 afgenomen, die naar China licht gegroeid en die naar Rusland volgde de algehele trend van de groei in de dienstenexport. De zakelijke dienstverlening domineert in de dienstenexport naar deze drie landen. De bedrijfstak vervoer en opslag is ook belangrijk in de dienstenexport naar de Verenigde Staten en China, terwijl de IT- en informatiedienstverlening belangrijk is voor de dienstenexport naar China en Rusland. Het bank- en verzekeringswezen is prominent in de dienstenexport naar de Verenigde Staten en de groothandel en handelsbemiddeling in de dienstenexport naar Rusland.
De Verenigde Staten waren een belangrijke afzetmarkt voor de telecomsector met een aandeel van 14,8 procent in de totale dienstenexport van deze bedrijfstak. Het bank- en verzekeringswezen was voor 12,4 procent van zijn buitenlandse afzet afhankelijk van de Verenigde Staten. De delfstoffenwinning volgde op 12,0 procent, cultuur, recreatie en overige diensten op 11,6 procent en de zakelijke dienstverlening op 10,7 procent. China is een minder belangrijke markt voor Nederlandse bedrijfstakken via de dienstenexport. Het meest afhankelijk van de dienstenexport naar China was de bedrijfstak film, TV en radio met 3,5 procent. Hetzelfde geldt voor Rusland, waar alleen de autohandel (en reparatie) een relatief hoge exportafhankelijkheid had van 8,7 procent, gevolgd door de groothandel met 3,6 procent.
In 2019 bedroeg de directe of rechtstreekse goederenimport door Nederlandse bedrijfstakken uit de Verenigde Staten 9,3 miljard euro, gevolgd door China met ook 9,3 miljard euro en Rusland met 8,1 miljard euro. Met ‘de directe import van goederen’ wordt de rechtstreekse import door Nederlandse bedrijfstakken bedoeld, die verbruikt wordt in het productieproces of verder verwerkt wordt tot andere producten. Direct slaat op het feit dat het de bedrijfstak zelf is die de import betrekt, in tegenstelling tot indirecte import, die via een andere bedrijfstak wordt betrokken. De directe goederenimport uit China en de Verenigde Staten door Nederlandse bedrijfstakken steeg sinds 2015 sneller dan de gemiddelde directe invoer van goederen, de directe goederenimport uit Rusland langzamer.
De aardolie-industrie, de chemische industrie en de machine-industrie importeerden het meest direct aan goederen uit de Verenigde Staten en de bouw, de elektrotechnische industrie en de machine-industrie het meest uit China. Bijna 11,2 procent van de directe goederenimport van de aardolie-industrie was afkomstig uit de Verenigde Staten en om en nabij de 9 procent van de totale directe import van zowel de basismetaalindustrie als van de machine-industrie. De IT- en informatiedienstverlening importeerde 38,8 procent van zijn totale directe import uit China. De directe import uit China besloeg 26,2 procent van de totale directe import van de elektrotechnische industrie en 24,2 procent van de totale directe import van de telecomsector. Vanwege geheimhouding kan er geen informatie van de directe import uit Rusland worden verstrekt voor bedrijfstakken.
Het merendeel van de directe goederenimport uit Rusland bestond uit niet-technologische producten zoals minerale brandstoffen. De directe goederenimport uit China werd gedomineerd door high-technology en medium-high-technology producten, terwijl medium-high-technology en niet-technologische producten de grootste aandelen hadden in de directe goederenimport uit de Verenigde Staten.
De indirecte goederenimport uit China en de Verenigde Staten werd gedomineerd door de bouw. Het bank- en verzekeringswezen en de zakelijke dienstverlening importeerden ook voor aanzienlijke bedragen indirect via andere bedrijfstakken aan goederen uit China. Vervoer en opslag en de zakelijke dienstverlening importeerden aanzienlijk indirect goederen uit de Verenigde Staten en vervoer en opslag, de chemische industrie en de bouw uit Rusland.
De landbouw, delfstoffenwinning en de industrie importeerden voornamelijk goederen uit China, Rusland en de Verenigde Staten die gebruikt werden bij exportproductie. Dit gold ook voor de dienstverlenende bedrijfstak vervoer en opslag. Bij de zakelijke dienstverlening was het importverbruik vrijwel gelijk verdeeld tussen binnenlands verbruik en de export. De overige dienstverlenende bedrijfstakken, inclusief de groot- en detailhandel gebruikten geïmporteerde goederen uit China, Rusland en de Verenigde Staten voornamelijk om de binnenlandse markt te bedienen.
Nederlandse bedrijfstakken importeerden in 2019 voor een bedrag van bijna 18,9 miljard euro direct aan diensten uit de Verenigde Staten, voor 1,5 miljard euro uit China en voor 420 miljoen euro uit Rusland. De directe dienstenimport uit de Verenigde Staten en China door bedrijfstakken groeide sinds 2015 sneller dan de algehele directe dienstenimport door bedrijfstakken, de directe dienstenimport uit Rusland groeide langzamer. De zakelijke dienstverlening importeerde het meest direct aan diensten uit zowel de Verenigde Staten als China. Na de zakelijke dienstverlening, importeerde de groothandel en handelsbemiddeling het meest aan diensten uit zowel de Verenigde Staten, als China. De groothandel en handelsbemiddeling importeerde het meest direct aan diensten uit Rusland.
Het meest afhankelijk van de directe dienstenimport uit de Verenigde Staten was de bedrijfstak film, TV en radio met 26,1 procent van de totale directe dienstenimport van deze bedrijfstak afkomstig uit de Verenigde Staten. De bedrijfstak delfstoffenwinning was voor 21,5 procent van zijn directe dienstenimport afhankelijk van de Verenigde Staten, de telecomsector voor 21,2 procent en de elektrotechnische industrie voor 20,9 procent. China had een aandeel van 2,2 procent in de totale dienstenimport van de elektrische apparatenindustrie en 1,8 procent in de totale dienstenimport van de bouw. Geen enkele Nederlandse bedrijfstak was voor zijn dienstenimport voor meer dan 1 procent afhankelijk van Rusland.
Indirect werd er het meest aan diensten uit de Verenigde Staten ingevoerd door de industrie, gevolgd door de zakelijke dienstverlening en de groot- en detailhandel. Bouwbedrijven importeerden meer indirect dan direct uit de Verenigde Staten. De indirecte invoer uit China was het hoogst voor de Nederlandse industrie.
In tegenstelling tot bij goederenimport, werd bij een groter aantal bedrijfstakken van de dienstenimport het merendeel van de invoer gebruikt voor de export. De zakelijke dienstverlening, informatie en communicatie en de groot- en detailhandel zijn grootverbruikers van ingevoerde Amerikaanse diensten bij het tot stand brengen van hun export van goederen en diensten. Bij de overheid en de bouw werd het merendeel van de ingevoerde diensten uit de drie landen juist verwerkt in de dienstverlening bestemd voor binnenlands gebruik. De overheid en de bouw zijn ook maar in beperkte mate afhankelijk van export voor hun afzet.
Hoofdstuk 4: Het belang van invoer in de Nederlandse waardeketen
Voor de export van goederen en diensten wordt veelvuldig gebruik gemaakt van ingevoerde intermediaire goederen en diensten om producten en diensten efficiënter te kunnen produceren of leveren. Het deel van de algehele goederenimport dat werd verwerkt in de export bedroeg 62 procent in 2019. Het deel van de goederenimport uit China dat werd verwerkt voor de export (van goederen en diensten) bedroeg 48 procent (4,5 miljard van 9,3 miljard euro). Voor Rusland bedroeg dit 78 procent (6,3 miljard van 8,2 miljard euro) en voor de Verenigde Staten 68 procent (6,3 miljard van 9,3 miljard euro). Dit betekent dat de directe goedereninvoer uit China ten opzichte van de bestemming van de totale directe goedereninvoer van bedrijfstakken relatief minder vaak bestemd is voor verwerking in de export, terwijl de directe goederenimport uit Rusland en de Verenigde Staten juist vaker bestemd is voor de exportproductie. Sinds 2015 is het aandeel van de goedereninvoer dat bestemd is voor de export voor alle drie de landen toegenomen. In 2015 was dit aandeel in de invoer uit China nog 45 procent, voor Rusland 75 procent en voor de Verenigde Staten 51 procent.
De directe invoer van diensten is relatief vaker bestemd voor de productie voor binnenlands verbruik dan de directe invoer van goederen. Van de dienstenimport uit de Verenigde Staten werd 54 procent gebruikt voor de export van goederen en diensten, dat was 10,2 miljard euro van de 18,9 miljard euro. Nederland importeerde veel diensten uit de Verenigde Staten, ongeveer 16 procent van de totale diensteninvoer van Nederlandse bedrijfstakken bestemd voor verdere verwerking komt hier vandaan. Uit Rusland werd net iets meer dan de helft van de dienstenimport gebruikt voor de export. Voor de dienstenimport uit China was dit aandeel 53 procent. Daarmee is China een uitzondering, voor dit land was de invoer van diensten minder vaak bestemd voor binnenlands gebruik. Net als voor de goedereninvoer uit China geldt dat de diensteninvoer relatief minder vaak verwerkt wordt in de exportproductie dan de diensteninvoer uit Rusland en de Verenigde Staten.
De verbondenheid van Nederland met deze drie landen laat eens te meer zien dat productieprocessen geglobaliseerd zijn. Er zijn een veelvoud aan goederen en diensten die gebruikt worden in goederen en/of diensten die naar het land van herkomst geëxporteerd worden. In 2019 werd er voor 183 miljoen euro aan goederen en diensten uit China ingevoerd om vervolgens te worden verwerkt in de productie die werd uitgevoerd naar China. Voor Rusland was dit 28 miljoen euro en voor de Verenigde Staten bijna 1,4 miljard euro. Een deel van deze uitvoer wordt in het land van bestemming weer in een productieproces gebruikt.
Er werd ook invoer uit het ene land gebruikt die dient als essentiële inputs voor de uitvoer naar het andere land. Vanuit China werd er bijvoorbeeld voor 64,5 miljoen euro aan telecommunicatieapparatuur en onderdelen daarvan geïmporteerd en gebruikt voor de export naar de Verenigde Staten. Deze import werd voornamelijk verwerkt in de export van elektrische apparaten, wetenschappelijke instrumenten en apparaten en telecommunicatie-, computer- en informatiediensten. Anderzijds werd er ook invoer uit de Verenigde Staten gebruikt in de uitvoer naar China. Hiervan bestond 65 procent uit ingevoerde diensten. Hiervan werd een groot deel besteed aan de invoer van royalty’s, oftewel, vergoedingen voor het gebruik van intellectueel eigendom. Deze invoer werd grotendeels gebruikt voor de uitvoer van computerdiensten, elektrische apparaten, wetenschappelijke instrumenten en apparaten en vergoedingen voor het gebruik van intellectueel eigendom.
Over het algemeen leunt de dienstenexport meer op de invoer van diensten, ongeveer twee derde van de verbruikte invoer betreft diensten. De goederenexport is juist afhankelijk van de invoer van goederen, iets meer dan drie kwart van de verbruikte invoer bestaat uit goederen. Exportstromen die een hoge absolute afhankelijkheid van de invoer uit China, Rusland en de Verenigde Staten hebben, verbruiken voor een hoog bedrag aan intermediaire goederen uit deze drie landen. Voor bijvoorbeeld de export van ruwe aardolie en aardolieproducten, ter waarde van 24,1 miljard euro, werd meer dan 6,5 miljard euro aan intermediaire invoer uit China, Rusland en de Verenigde Staten gebruikt. Voor de export van 49,2 miljard euro aan andere zakelijke diensten was in totaal voor 2,8 miljard euro aan invoer uit China, Rusland en de Verenigde Staten nodig. Van de invoer gebruikt voor de uitvoer van gespecialiseerde machines kwam 1 miljard euro uit China, Rusland en de Verenigde Staten, en voor de uitvoer van wegvoertuigen was dat 0,9 miljard euro.
Er zijn ook grote intermediaire importstromen waar Nederland relatief afhankelijk is van China, Rusland en de Verenigde Staten. Van de invoer van computers en computeronderdelen gebruikt voor de export was meer dan 55 procent afkomstig uit China, Rusland of de Verenigde Staten. China alleen was goed voor bijna 47 procent van deze invoer. Deze invoerstromen worden veel voor de uitvoer van diensten gebruikt en de export die deze invoer gebruikt, gaat met name naar Duitsland, Groot-Brittannië en de Verenigde Staten. Ook de invoer van telecommunicatieapparatuur en onderdelen daarvan komt voor een groot deel uit China en de Verenigde Staten, tezamen goed voor bijna 40 procent van de invoer. Deze invoer werd veelvuldig gebruikt in de uitvoer van elektrische machines en apparaten en export die gebruik maakte van deze invoer ging het vaakst naar Duitsland, de Verenigde Staten en Groot-Brittannië. Bij diensteninvoer is er niet zo’n hoge afhankelijkheid van China, Rusland en de Verenigde Staten als bij de voorgaande categorieën, hier lag het hoogste afhankelijkheidspercentage rond de 26 procent.
Hoofdstuk 5
Als laatste werden in dit rapport de Nederlandse bilaterale investeringsrelaties met China, Rusland en de Verenigde Staten bekeken. Van de drie landen had Nederland in de periode 2015-2018 de meeste investeringen (exclusief bfi’s) uitstaan in de Verenigde Staten. Nederlandse investeringen in China en Rusland zijn aanzienlijk lager dan de investeringen in de Verenigde Staten. Qua ontwikkeling bleek dat de uitgaande investeringen in de Verenigde Staten en China aan het afnemen zijn. Volgens UNCTAD (2019) heeft met name de combinatie van onzekerheid door de Brexit en de verlaging van de winstbelasting in de Verenigde Staten bijgedragen aan de afremming van de mondiale directe investeringsuitgaven. Nederlandse directe investeringen in Rusland bleef tussen 2015 en 2018 relatief stabiel. Vervolgens laten de cijfers over de inkomende investeringspositie van China, Rusland en de Verenigde Staten zien dat er (veel) minder in Nederlandse bedrijven geïnvesteerd wordt dan andersom. Net als voor de uitgaande investeringen bleken de Verenigde Staten voor Nederland de belangrijkste directe investeringspartner, maar het volume Amerikaanse investeringen in Nederland liep in de laatste jaren wel terug. Deze neerwaartse trend lijkt ook van toepassing op Chinese en Russische investeringen in Nederland, zo viel de Russische investeringspositie volledig weg. Bovenstaande informatie is gebaseerd op macro-cijfers over de bilaterale directe buitenlandse investeringen en heeft nieuwe inzichten opgeleverd in de Nederlandse investeringsrelatie met China, Rusland en de Verenigde Staten. Echter geven enkele studies (UNCTAD, 2019; Hagendoorn, 2020) aan dat deze inzichten slechts een fragmentarisch beeld van de daadwerkelijke bilaterale investeringsrelaties opleveren. Zo blijken behoorlijke delen van investeringsstromen tussen Nederland en China via andere landen te lopen, met name Hongkong is een populaire tussenschakel. Zulke indirecte investeringsstromen zijn (logischerwijs) niet zichtbaar in de ‘traditionele’ cijfers over de directe buitenlandse investeringen.
Dankwoord
Tot slot willen we de volgende personen danken voor hun constructieve bijdrage aan deze publicatie: Eva Hagendoorn en Henk Prins (beiden DNB), Dennis Cremers, Loe Franssen, Marjolijn Jaarsma, Pascal Ramaekers, Roos Smit, Jo Spelthaen en Valérie Wijnen (CBS).
Literatuur
Cremers, D., Loog, B., Notten, T., Prenen, L. & Wong, K.F. (2019). De Nederlandse importafhankelijkheid van China, Rusland en de VS. Den Haag/Heerlen/Bonaire: Centraal Bureau voor de Statistiek.
Hagendoorn, E. (2020). VS nog belangrijker dan gedacht voor directe investeringen in Nederland. Economische Statistische Berichten (ESB), 105(4786), 276-277.
UNCTAD (2019). World Investment Report 2019. Special Economic Zones. Geraadpleegd van https://unctad.org/system/files/official-document/wir2019_en.pdf.